Brief regering : Geannoteerde agenda voor de informele Raad Algemene Zaken - Cohesie van 21 mei in Warschau
21 501-08 Milieuraad
Nr. 996
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 mei 2025
Op woensdag 21 mei 2025 vindt de informele Raad van EU-ministers responsible for Cohesion Policy, Territorial Cohesion and Urban Matters plaats in Warschau. Tijdens deze Raad zal worden gesproken over de mogelijkheden
om de territoriale dimensie binnen EU-, nationaal en regionaal beleid te behouden
en te versterken en wordt naar verwachting een gezamenlijke verklaring aangenomen,
waarin het belang van de territoriale en stedelijke dimensie in de EU wordt benadrukt.
Hierbij zend ik u, mede namens de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
uw Kamer de geannoteerde agenda voor deze Raad.
De Minister van Economische Zaken,
D.S. Beljaarts
Gespreksonderwerpen
Op het moment van schrijven zijn nog er nog geen stukken voor de informele Raad verspreid.
Wel is bekend dat de nadruk van de bijeenkomst zal liggen op de zogenaamde gebiedsgerichte
benadering, en het gezamenlijk vergroten van de territoriale gevoeligheid van beleid
en regelgeving. Dit in het licht van nieuwe EU-prioriteiten, zoals weerbaarheid en
concurrentievermogen, en andere belangrijke uitdagingen, zoals huisvesting. Bekend
is ook dat het Poolse voorzitterschap inzet op gecombineerde aanbevelingen voor cohesie-,
territoriaal en stedelijk beleid. Deze zullen worden opgenomen in een ministeriële
Joint Declaration (hierna: de verklaring), die naar verwachting tijdens de bijeenkomst zal worden aangenomen.
Het is voor Nederland van belang dat EU-beleid en -regelgeving rekening houdt met
regionale kenmerken, en dat EU-lidstaten ruimte wordt geboden om de uitdagingen waar
we in Europa voor staan «regio-specifiek» het hoofd te bieden. Nederland heeft in
EU-verband herhaaldelijk benadrukt dat voorstellen voor Europese regelgeving moeten
worden voorzien van een effectbeoordeling om de gevolgen voor regeldruk, uitvoering
en handhaving in te kunnen schatten en dat indien relevant daarbij ook sectoroverstijgende
effecten op bijvoorbeeld verkeer, natuur en woningbouw in kaart moeten worden gebracht.
Een tweede gespreksonderwerp tijdens de bijeenkomst is de betekenis van de nieuwe
EU-prioriteiten voor regio’s en steden (waaronder weerbaarheid en de samenhang tussen
concurrentievermogen, verduurzaming, sociale inclusie en huisvesting) en hoe regio’s
en steden hieraan kunnen bijdragen.
Ten slotte zal worden gesproken over de rol van steden en regio’s in de EU. Voor Nederland
is het van belang dat de positie van steden en regio’s in de EU geborgd wordt in onder
meer de toekomstige Policy Agenda for Cities1 (PAC) van de Europese Commissie (hierna: de Commissie). Nederland zet onder meer in op
vermindering van Europese regel- en implementatiedruk voor steden, in lijn met het
interbestuurlijke non-paper Proposals for better regulation in times of transition2
.
Informele Ministeriële Verklaring (Joint Declaration)
Nederland heeft bij het opstellen van de verklaring benadrukt niet vooruit te willen
lopen op de onderhandelingen over het toekomstig Meerjarig Financieel Kader (MFK)
en de tussentijdse herziening van het cohesiebeleid. Met de verklaring roepen de Ministers
de Commissie op om ervoor te zorgen dat de strategische, wetgevende en financiële
kaders van de EU rekening houden met de territoriale dimensie en effectief bijdragen
aan het aanpakken van de gezamenlijke uitdagingen en EU-prioriteiten. De verklaring
wijst op de ongelijke geografische impact van de mondiale uitdagingen, die een bedreiging
vormen voor de veerkracht en het concurrentievermogen van de EU. Dit vraagt om een
beter gecoördineerde respons die rekening houdt met de verschillen tussen regio’s
en met de principes van subsidiariteit en proportionaliteit. De verklaring benadrukt
daarnaast ook de centrale rol die steden hebben bij het faciliteren van concurrentievermogen,
innovatie en sociale en culturele ontwikkeling. Dit vraagt om een goede samenhang
tussen ruimtelijk en economisch beleid, volkshuisvesting, publieke infrastructuur
en verduurzaming, waarbij een plaats-sensitieve aanpak noodzakelijk is. Dit sluit
goed aan op de inzet van het kabinet om integrale gebiedsgerichte ruimtelijke keuzes
te maken3.
In de verklaring wordt ook de cruciale rol van betere regelgeving benadrukt. Dit past
in het streven van het kabinet om de kwaliteit van EU-wet- en regelgeving en de wijze
waarop die wet- en regelgeving tot stand komt, wordt uitgevoerd en gehandhaafd, te
verbeteren. Het aanpakken van onnodige regeldruk is voor dit kabinet een topprioriteit.
Nederland heeft tijdens de onderhandelingen over de verklaring onder meer aandacht
gevraagd voor het belang van een goede analyse van de lokale en regionale impact van
EU-beleid en -regelgeving met een territoriale dimensie. Dit komt het maken van integrale
ruimtelijke keuzes ten goede. Nederland is immers een klein land met grote ruimtelijke
opgaven. Inzicht in ruimtelijke consequenties is daarom noodzakelijk. De prominente
positie die de territoriale impact assessment (TIA) heeft gekregen in de verklaring
is dan ook positief.
Daarnaast heeft Nederland voor de toekomstige Policy Agenda for Cities aangedrongen
op een sterke positie voor betere regelgeving, voorkomen van additionele administratieve
lasten, gebruik van bestaande netwerken en gremia, en een goede afstemming met de
Europese Agenda Stad4. Nederland heeft bovendien aangegeven dat de PAC in overleg met steden, regio’s,
lidstaten en stakeholders moet worden opgesteld.
Het kabinet ziet dat de bovenstaande voor Nederland belangrijke elementen goed in
de verklaring staan opgenomen. Nederland kan daarom instemmen met de verklaring.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.