Brief regering : Beleidsdoorlichting Militaire Gezondheidszorg 2011-2021
31 516 Beleidsdoorlichting Defensie
Nr. 47
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 maart 2025
De Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek (RPE) (Stcrt. 2018, nr. 16632) van het Ministerie van Financiën schrijft voor dat beleid dat onder de beleidsartikelen
van de begroting valt, periodiek wordt geëvalueerd. Met het oog hierop is in de Kamerbrief
Beleidsdoorlichting Defensie van 8 september 2021 (Kamerstuk 31 516, nr. 33) toegezegd in 2022 de beleidsdoorlichting Militaire Gezondheidszorg (MGZ)1 uit te voeren. Op 22 december 2022 en 25 september 2023 bent u geïnformeerd (Kamerstuk
31 516, nr. 38 en Kamerstuk 31 516, nr. 40) dat de beleidsdoorlichting en beleidsreactie vertraging hebben opgelopen. Hieraan
liggen de recente ontwikkelingen zoals de belegging van het zorgaanbiederschap en
de investeringsplannen met betrekking tot de Defensienota 2024 ten grondslag. Met
deze Kamerbrief informeer ik u nu alsnog over de resultaten.
De beleidsdoorlichting is uitgevoerd door een projectteam met vertegenwoordigers van
het Ministerie van Defensie en de Auditdienst Rijk (ADR). Overeenkomstig de RPE heeft
Defensie externe, onafhankelijke deskundigen bij de doorlichting betrokken. Deze deskundigen
hebben zitting genomen in een speciaal voor deze beleidsdoorlichting samengestelde
begeleidingscommissie. Hun eindoordeel over de opzet van het onderzoek en de mate
waarin de gepresenteerde resultaten de conclusie ondersteunen is als bijlage bij deze
beleidsdoorlichting gevoegd.
Met deze brief reageert het kabinet op de beleidsdoorlichting. Deze brief blikt terug
en kijkt vooruit. De beleidsdoorlichting biedt namelijk niet alleen inzicht in de
doelmatigheid en doeltreffendheid van de MGZ in de periode 2011–2021, maar maakt ook
duidelijk wat Defensie nog te doen heeft.
1. Terugblik
De beleidsdoorlichting beantwoordt de volgende vier vragen.
1a Doeltreffendheid en doelmatigheid van de herstructurering van de MGZ
Het kabinet werd als gevolg van de kredietcrisis in 2008 gedwongen om in 2011 ingrijpende
maatregelen in de rijksbegroting te nemen. De structurele bezuinigingen voor Defensie
zijn verwoord in de Beleidsbrief 20112. De focus hierbij lag op inzet in hoofdtaak 2: in crisisbeheersingsoperaties ter
bescherming en bevordering van de internationale rechtsorde en stabiliteit. Voor de
MGZ heeft dit geleid tot personele reductie en reorganisatietrajecten. Er werd een
gezondheidszorgorganisatie ingericht die voldoende operationele capaciteit voor inzet
in hoofdtaak 2 garandeerde.
De beoogde organisatiestructuur onder gelijktijdige krimp van het personeelsbestand
is gerealiseerd. De personele reductie betrof 23% (791 VTE’n) en de financiële reductie
22%. Dit is ten koste gegaan van de effectiviteit en capaciteiten van de MGZ, waarbij
de militair geneeskundige capaciteiten onder ongekende druk zijn komen te staan.
1b Doeltreffendheid en doelmatigheid van de afstemming van de geneeskundige capaciteit
op de operationele taakstelling van de krijgsmacht
De doelstelling van de MGZ in deze periode om alle operationele taakstellingen en
de inzet van de krijgsmacht kwantitatief en kwalitatief geneeskundig te kunnen blijven
ondersteunen, is niet behaald. Dit gold in het bijzonder voor de geneeskundige behandel-
en afvoerketen onder operationele omstandigheden. De capaciteiten in deze keten waren
onvoldoende afgestemd op de operationele behoefte.
De huidige knelpunten tijdens gereedstelling en inzet zijn: (1) de kwantitatieve onbalans
met de te ondersteunen gevechtseenheden, (2) een tekort aan Beroepen in de Individuele
Gezondheidszorg (BIG) geregistreerd medisch personeel, (3) personeel dat niet voldoende
geïntegreerd in combat eenheden getraind/geoefend is en (4) materieel dat niet beschikbaar/inzetbaar
is. De risico’s die deze beperkte inzetbaarheid van de MGZ met zich meebrengen, worden
voor aanvang van oefeningen en inzet in kaart gebracht, beoordeeld en vervolgens gemitigeerd.
Dit betekent dat Defensie soms terugvalt op civiel ingehuurde medische capaciteiten,
blijvend prioriteit stelt aan de inzet van schaarse capaciteiten of activiteiten bijstelt
om de geneeskundige afdekking te realiseren.
1c Doeltreffendheid en doelmatigheid van het verbeteren van de kwaliteit van zorg
en patiëntveiligheid
De kwaliteit en patiëntveiligheid binnen de reguliere MGZ is de laatste jaren sterk
verbeterd. Dit komt onder meer door de centralisatie van de reguliere zorg waardoor
uniformiteit in processen is ontstaan en door de invoer van kwaliteitsmanagementsystemen.
Het personeelstekort is opgelost met inhuur. Dit heeft echter tot gevolg dat specifieke
militair-geneeskundige kennis bij ingehuurd personeel ontbreekt en dat deze oplossing
hoge kosten met zich meebrengt.
De kwaliteit van de operationele zorg is een punt van zorg gebleven. Zo ontbraken
onder andere eenduidige normen en een kwaliteitsmanagementsysteem voor de zorg tijdens
operationele inzet.
Op het vlak van zowel reguliere als operationele gezondheidszorg zijn sinds 2017 diverse
herstelmaatregelen genomen en hebben nieuwe ontwikkelingen plaatsgevonden. Deze komen
voort uit de motie Van der Staaij3, het traject Doorontwikkeling Krijgsmacht (DOKM) en het programma MGZ 20204. In Nederland levert de MGZ nu reguliere eerste en tweedelijns gezondheidszorg die
qua standaarden en kwaliteitsnormen aansluiten op de civiele gezondheidszorg en voldoen
aan de eisen binnen de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz). In 2021
zijn voor alle MGZ-eenheden gecertificeerde kwaliteitsmanagementsystemen geïmplementeerd.
Daarnaast is in januari 2023 het normenkader5 vastgesteld voor het plannen van geneeskundige capaciteit ter ondersteuning van gereedstelling
en operationele inzet.
1d Doeltreffendheid en doelmatigheid van het inrichten van effectieve governance
De governance van de MGZ is nog niet in voldoende mate aangesloten op de defensieprocessen
(zoals Besturen bij Defensie) en daarbij voldoet de besturing niet aan wettelijke
vereisten6. Het gevolg hiervan is dat de instanties en eenheden verspreid over alle Defensieonderdelen
die belast zijn met het verlenen van militaire gezondheidszorg niet integraal en als
geheel kunnen worden aangestuurd. Inmiddels wordt het geconstateerde knelpunt in de
governance van de MGZ aangepakt. Ook wordt de besturing en aansturing van dit domein
in lijn gebracht met zowel de wet als het besturingsmodel Defensie.
Defensienota 2022
In de Defensienota 2022 zijn voor het herstel van de MGZ middelen toegekend die de
komende jaren vooral worden ingezet om de capaciteiten van de geneeskundige behandel-
en afvoerketen te herstellen en om het niveau van de inzetvoorraden verder op te bouwen.
Daarnaast wordt in de plannen van nieuwe capaciteiten van Defensie de MGZ integraal
meegenomen, zodat de zorg naar rato meegroeit om toekomstig optreden te kunnen ondersteunen.
2. Vooruitblik
Een groot aantal van de leerpunten uit de beleidsdoorlichting die belangrijk zijn
voor de kwalitatieve doorontwikkeling van de MGZ is sinds 2022 opgepakt en in de paragraaf
terugblik beschreven. Deze paragraaf blikt vooruit aan de hand van de ontwikkelingen
vanaf 2024. De impact van de bezuinigingen van 2011 op de MGZ wordt stapsgewijs hersteld.
En de MGZ wordt aangepast aan de veranderende geopolitieke werkelijkheid en de aanstaande
veranderingen in het militair optreden voortkomend uit het proces van legervorming
op basis van conceptuele ontwikkelingen in warfare en de standaarden die de NAVO hanteert.
Defensienota 2024
In aanloop naar Defensienota 2024 heeft de Militair Geneeskundige Autoriteit (MGA)
een integrale analyse naar de ontbrekende capaciteiten en middelen uitgevoerd. Deze
analyse is gebruikt als onderbouwing voor de stap die met de Defensienota 2024 is
genomen om verder te herstellen en te versterken.
Inrichten en ontwikkeling gesloten geneeskundige keten
Het herstel waarvoor Defensie in de Defensienota 2022 en 2024 middelen heeft toegekend,
leidt tot het kunnen uitbrengen van een volledige maar «dunne» geneeskundige keten
waarmee de Nederlandse inzet in het NATO Force Model (NFM) wordt ondersteund.
Hoewel de keten primair een nationale verantwoordelijkheid is, wordt deze altijd in
samenwerking met internationale partners ingericht. Het leidt echter nog niet tot
een robuuste geneeskundige keten om in alle omstandigheden grote aantallen gewonden
aan te kunnen en tot een keten waarmee operationeel optreden van de krijgsmacht anders
dan NFM effectief ondersteund kan worden. Daarbij komt dat vanuit de MGZ doorlopende
ondersteuning aan Oekraïne geboden wordt, onder meer in de vorm van voorraden, trainingen
en revalidatiezorg. Dit beïnvloedt de snelheid van het herstel, maar wordt als acceptabel
beoordeeld.
Op dit moment is de realiteit dat het grootschalig optreden in het hoogste geweldsspectrum
(hoofdtaak 1) nog niet volledig geneeskundig ondersteund kan worden. Verder herstel
en versterken van de MGZ is nodig om te voldoen aan de noodzaak van Defensie voor
de operationele gezondheidszorg, namelijk: beschikken over een operationeel gezondheidszorgsysteem
dat in staat is om met eigen middelen de verwachte verliezen van eigen troepen te
kunnen beoordelen en prioriteren (triëren), behandelen en transporteren naar Nederland.
Naast het verder herstellen en versterken van de geneeskundige keten wordt ook de
huidige medische normering passend gemaakt voor de geneeskundige ondersteuning van
hoofdtaak 1. Dit betekent dat een nieuw operationeel normenkader wordt opgesteld,
waardoor de keten slagvaardig, wendbaar en opschaalbaar wordt en in staat om grote
aantallen slachtoffers op te vangen, behandelen en verder te begeleiden.
De resultaten en inzichten van de beleidsdoorlichting helpen bij de doorlopende inspanningen
om de kwaliteit, de doeltreffendheid en de doelmatigheid van de MGZ verder te verbeteren.
Daarnaast heeft de uitkomst van de analyse bijgedragen aan planvorming op de langere
termijn. Ik zal mij hard maken voor het verder verbeteren en versterken van de MGZ,
zodat we in de toekomst in staat zijn om de inzet van de krijgsmacht in het volledige
geweldsspectrum adequaat te kunnen ondersteunen. Een functionerend operationeel gezondheidszorg
draagt bij aan de fysieke en mentale component van de krijgsmacht. Het vertrouwen
van militairen en burgers in de geneeskundige keten dat in het geval je iets mocht
overkomen er voor je gezorgd wordt, draagt bij aan vertrouwen en daarmee gevechtskracht
van de Nederlandse krijgsmacht. Vanzelfsprekend zal ik uw Kamer gevraagd en ongevraagd
informeren over de voortgang van deze investeringen.
De Staatssecretaris van Defensie,
G.P. Tuinman
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
G.P. Tuinman, staatssecretaris van Defensie