Brief regering : Geannoteerde Agenda informele Raad Algemene Zaken 17 en 18 februari 2025
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 3040 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 februari 2025
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de informele Raad Algemene Zaken
van 17 en 18 februari 2025.
De Minister van Buitenlandse Zaken, C.C.J. Veldkamp
GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE RAAD ALGEMENE ZAKEN VAN 17 en 18 februari 2025
Op 17 en 18 februari vindt de informele Raad Algemene Zaken plaats in Warschau. Op
de agenda staan hybride dreigingen voor kandidaat-lidstaten, het Meerjarig Financieel
Kader, en de paraatheid en weerbaarheid van de EU. De Minister van Buitenlandse Zaken
is verhinderd; Directeur-Generaal Europese Samenwerking zal Nederland vertegenwoordigen.
Uitwisseling hybride dreigingen met kandidaat-lidstaten
De Raad zal met kandidaat-lidstaten van gedachten wisselen over de ervaringen met
hybride dreigingen, de effecten hiervan en mogelijke steun- en tegenmaatregelen. De
Raad besprak tijdens het recente informele ontbijt en marge van de Raad Buitenlandse
Zaken van 27 januari jl. een toename in intensiteit en agressiviteit, onder meer van
cyberaanvallen, Foreign Information Manipulation and Interference en sabotage van kritieke infrastructuur.1 Ook kandidaat-lidstaten hebben te maken met deze dreigingen, gericht op ondermijning
van de banden met de EU en de interne stabiliteit van landen in de nabuurschapsregio.
Het kabinet hecht aan de bespreking van dit onderwerp met landen uit onze nabuurschapsregio.
Vanwege de geografische nabijheid heeft Nederland een direct belang bij een stabiele
en veilige nabuurschapsregio, die weerbaar is tegen hybride dreigingen, met name vanuit
Rusland. Steun van Nederland en de EU aan kandidaat-lidstaten is vooral gericht op
het versterken van de rechtsstaat, in lijn met de vereisten van het EU-toetredingsproces,
en het tegengaan van cyberdreigingen en desinformatie.
Meerjarig Financieel Kader
De Raad zal een eerste introducerende gespreksronde hebben over het volgend Meerjarig
Financieel Kader (MFK) na 2027. De Europese Commissie zal hierbij het proces rondom
haar voorstel delen: het voorstel van de Commissie voor het volgend MFK wordt rond
de zomer van 2025 verwacht. Lidstaten hebben de mogelijkheid om hun eerste verwachtingen
ten aanzien van het toekomstige Commissievoorstel te delen. Het kabinet zal zich inzetten
voor een moderne en toekomstbestendige begroting die de belangrijkste uitdagingen
van de EU adresseert. Tevens benadrukt het kabinet dat er geen ruimte is om de nationale
bijdragen aan de EU-begroting en daarmee de totale omvang van het MFK te verhogen,
in lijn met het Regeerprogramma. De Nederlandse inzet op hoofdlijnen wordt conform
de met uw Kamer gedeelde kwartaalplanning eind van het eerste kwartaal van 2025 nader
uitgewerkt in een Kamerbrief.
Paraatheid en weerbaarheid van de EU
Tijdens een werklunch zal de Raad stilstaan bij het rapport van de voormalig Finse
president Sauli Niinistö over weerbaarheid.2 Uw Kamer ontvangt deze maand een kabinetsappreciatie van het rapport. De aanbevelingen
in het rapport zullen een plek krijgen in de Preparedness Union Strategy van de Commissie die eind maart 2025 wordt verwacht. Het kabinet vindt het van belang
dat opvolging ook aansluit bij de uitwerking van de rapporten van Draghi en Letta
over het concurrentievermogen respectievelijk de interne markt van de EU en het eveneens
in maart te verschijnen White Paper on the Future of European Defence en de Internal Security Strategy van de Commissie.
Het kabinet deelt de urgentie en de ambities van het Niinistö-rapport: een weerbare
samenleving en economie, versterking van de krijgsmacht, civiel-militaire samenwerking
en versterking van weerbaarheid en crisisbeheersing op EU-niveau. Belangrijke randvoorwaarde
voor het kabinet is dat EU-initiatieven in lijn zijn met de nationale bevoegdheden,
de bestaande verdragskaders en de daarbij behorende competentieverdeling tussen de
lidstaten, instellingen, organen en instanties van de EU, en de eigen verantwoordelijkheid
van het bedrijfsleven. Het kabinet hecht er tevens aan om voort te bouwen op bestaande
instrumenten om sneller en effectiever op nieuwe uitdagingen te kunnen reageren, in
synergie met de NAVO.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.