Brief regering : Stand van zaken Dienst Toeslagen
31 066 Belastingdienst
Nr. 1449 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2024
Met deze brief wordt uw Kamer geïnformeerd over een aantal actuele ontwikkelingen
bij de Dienst Toeslagen. Hierbij wordt tevens ingegaan op toezeggingen aan uw Kamer
uit het verleden. Met de brief van 24 oktober 2024 is uw Kamer geïnformeerd over de
stand van zaken van de voortgang van de invorderingsstrategieën van zowel Dienst Toeslagen
als de Belastingdienst.1 In het vervolg zal uw Kamer via de stand van zakenbrief van Dienst Toeslagen geïnformeerd
worden over de ontwikkelingen en voortgang van de invorderingsstrategie van Dienst
Toeslagen.
Niet gebruik toeslagen
Dienst Toeslagen vindt het belangrijk dat iedereen mee kan doen met de maatschappij.
Toeslagen spelen hier een belangrijke rol in. Naar de toekomst toe wordt voor de korte
termijn en bij de stelselherziening gekeken hoe Dienst Toeslagen meer proactief toeslagen
kan toekennen. Om niet-gebruik van toeslagen nu tegen te gaan en ervoor te zorgen
dat iedereen krijgt waar hij of zij recht op heeft, is er een integrale strategie
op niet-gebruik opgesteld.2 Deze strategie is gebaseerd op vier sporen: het aansluiten bij de brede publieksbenadering
(waaronder pr-campagnes), doelgroep- en themagerichte benadering, middels het benutten
van bestaande contactmomenten en met het persoonlijk benaderen van individuele burgers.
Afgelopen jaren is er geëxperimenteerd met het inzetten van attenderingsbrieven om
het aanvragen van zorgtoeslag te bevorderen. Vanwege het succes van deze actie is
besloten om de actie voor dit jaar op te schalen. Eind juni 2024 zijn er 150.000 mensen
met een mogelijk recht op zorgtoeslag over 2023 aangeschreven. Van deze groep hebben
circa 56.000 (37%) zorgtoeslag over 2023 aangevraagd en zij hebben inmiddels circa
€ 80 mln. aan zorgtoeslag uitgekeerd gekregen. De actie heeft ook geleid tot een hogere
aanvraag en toekenning van andere toeslagen. Daarnaast wordt momenteel onderzoek gedaan
naar de omvang van niet-gebruik per toeslag. Doel is om een monitor te ontwikkelen
waarmee periodiek bekeken kan worden wat de grootte van het niet-gebruik is, en of
interventies op niet-gebruik werken. Er zijn mogelijke externe gegevensbronnen geïnventariseerd
zoals data van het CBS en van andere uitvoeringsorganisaties, om het niet-gebruik
per toeslag te berekenen. Bij afronding van het onderzoek worden de resultaten gedeeld
met de Kamer waarin de toezegging aan het lid Grinwis uit het debat van 17 april 2024
(Kamerstuk 31 066, nr. 1419) wordt meegenomen om te rapporteren over de actualiteit van (de grootte van) het
niet-gebruik en hoe vaak gecommuniceerd kan worden richting de Kamer over de cijfers
met betrekking tot het niet-gebruik van toeslagen.3
Interactiestrategie Dienst Toeslagen
Toeslagen zijn er voor eenieder die daar recht op heeft, ieder met zijn eigen verhaal,
achtergrond en behoefte. Dienst Toeslagen streeft ernaar om hier steeds beter op aan
te sluiten, zodat iedereen in Nederland mee kan doen. Daarnaast werkt Dienst Toeslagen
er hard aan om er zorg voor te dragen dat huishoudens zoveel mogelijk de toeslag krijgen
die past bij hun actuele situatie, zodat (problematische) terugvorderingen zoveel
mogelijk kunnen worden voorkomen. Hierbij staat de burger altijd voorop. Sinds de
ontvlechting van de Belastingdienst ontwikkelt Dienst Toeslagen zich steeds meer tot
een publieke dienstverlener, met een eigenstandige koers die past bij de aard van
haar doelgroep. Dit is terug te zien in de manier waarop Dienst Toeslagen haar interactie
met mensen en huishoudens inricht. De burger staat meer en meer centraal, ook vanuit
het besef dat het huidige toeslagenstelsel als complex kan worden ervaren en het soms
veel van mensen vraagt om op het goede moment met ons in contact te treden. Dienst
Toeslagen wil voor eenieder die toeslagen ontvangt of aanvraagt een betrouwbare, betrokken
en behulpzame dienstverlener zijn. Dat vraagt om keuzes in de manier waarop Dienst
Toeslagen met burgers contact heeft. Dienst Toeslagen wil mensen in het gehele toeslagenproces
ondersteunen. Hierbij kan het per persoon en per situatie verschillen wat het meest
passend is: digitaal, persoonlijk, telefonisch of fysieke lokale hulp.
Dienst Toeslagen heeft de afgelopen jaren gezien dat deze koers de goede aanpak is
en zal die dan ook voortzetten. Momenteel keren zij aan circa 5,9 miljoen huishoudens
(ruim 7,5 miljoen mensen) toeslagen uit. Een omvangrijke opgave die veel interactie
vergt. Voor een groot deel van de situaties zijn de geautomatiseerde processen toereikend.
Soms volstaat dit niet en is extra of andersoortige interactie nodig is. Dienst Toeslagen
dient in die gevallen goed te luisteren naar mensen, hen te informeren en, wanneer
zij vastlopen, hen de ondersteuning te bieden die zij nodig hebben. In de interactiestrategie,
die u als bijlage bij deze brief aantreft, wordt uitgelegd op welke wijze Dienst Toeslagen
hier invulling aan geeft. Zodat mensen ook in de toekomst op Dienst Toeslagen kunnen
rekenen: «wij staan voor u klaar», «u weet waar u aan toe bent» en «u krijgt waar
u recht op heeft».
Vooringevulde formulieren
In het commissiedebat van 17 april 2024 is naar aanleiding van vragen van het lid
Idsinga aan uw Kamer toegezegd om meer inzicht te geven in de mogelijkheden van vooringevulde
formulieren (met name de aanvraag) gelijkend op de vooringevulde aangifte inkomstenbelasting.4 Ook bij een eerste aanvraag via Toeslagen.nl worden bekende gegevens over eventuele
partner en kinderen reeds voor de aanvrager ingevuld. Vanuit laagdrempelige toegang
zou het wenselijk zijn alle benodigde gegevens voor in te vullen, dit is evenwel nu
niet mogelijk gezien de voorschotsystematiek. Dat is, zoals tijdens het debat reeds
aangegeven, het belangrijkste verschil met de vooringevulde aangifte inkomstenbelasting.
Deze aangifte wordt na afloop van het jaar gedaan wanneer de gegevens bekend zijn
en onomstotelijk vaststaan. Voor een aanvraag toeslagen gaat het om gegevens die niet
bekend zijn bij Dienst Toeslagen omdat ze niet beschikbaar zijn of omdat deze, bij
bijvoorbeeld het inkomen, altijd geschat moet worden zolang er geen actuele inkomensregistratie
is. Vooralsnog heeft de aanvrager hierin het beste inzicht. Met de attenderingen gedurende
het jaar en het continu verbeteren van de inkomensschatting bij de jaarlijkse continuering
worden toeslaggerechtigden verder ondersteund om hun lopende aanvraag zo actueel en
precies mogelijk te houden. Overigens zal naar aanleiding van de motie Zeedijk en
Mohandis in het kader van het tegengaan van niet-gebruik verkend worden wat de mogelijkheden
zijn voor automatische, geautomatiseerde en vooringevulde aanvragen voor inkomensvoorzieningen.5 Met als doel burgers meer zekerheid te geven over hun toeslagen en terugvorderingen
te voorkomen, voert het Kabinet een verkenning uit naar een betere inkomensregistratie.
Portaldata Dienst Toeslagen
In de stand van zakenbrief van 15 januari 2024 is uw Kamer geïnformeerd over het gebruik
van portaldata bij Dienst Toeslagen.6 De toenmalige Staatssecretaris Toeslagen en Douane heeft destijds besloten de verwerking
van deze gegevens te pauzeren. Ten tijde van de stopzetting werden deze gegevens slechts
gebruikt voor de bevordering van de dienstverlening van Dienst Toeslagen. De stopzetting
vond plaats omdat niet vaststond dat de verwerking van gegevens proportioneel was
ten opzichte van het doel. In dat kader is toegezegd de Kamer in de volgende stand
van zakenbrief te infomeren over de voortgang van de heropstart van deze gegevensverwerking,
waar in deze brief opvolging aan wordt gegeven. Er wordt gewerkt aan de heropstart
van het gebruik van portaldata ten behoeve van dienstverlening. Hiervoor is reeds
in kaart gebracht welke gegevens er nodig zijn voor de analysewerkzaamheden. Echter
is gebleken dat enkele IV-toepassingen binnen dit proces opnieuw gerealiseerd moeten
worden alvorens weer gebruik kan worden gemaakt van deze data. Deze informatie wordt,
binnen de beschrijving van het gehele proces met privacy waarborgen, opgenomen in
een DPIA. Het realiseren van deze toepassingen laat omwille van het volle IV-portfolio
naar verwachting nog een aantal maanden op zich wachten.
Belevingsonderzoek Toeslagen 2024
Het belevingsonderzoek onder toeslaggerechtigden en maatschappelijk intermediairs
wordt jaarlijks uitgevoerd door Dienst Toeslagen. De ervaringen met Dienst Toeslagen
van zowel toeslaggerechtigden als intermediairs zijn positiever ten opzichte van eerdere
jaren. Het rapportcijfer dat men geeft aan Dienst Toeslagen is het hoogst sinds 2010,
gemiddeld een 6,91 (6,30 in 2023). Ook laat het onderzoek zien dat mensen de dienstverlening
via de website, app of telefoon, met steeds hogere cijfers waarderen. Dit geldt ook
voor de tevredenheid met het direct service team, stella-team en relatiebeheer. Daaraan
gerelateerd nam de hulp die toeslaggerechtigden nodig hebben voor het doen van een
aanvraag of doorgeven van wijzigingen verder af. Op indicatoren als adequate behandeling,
effectief informeren, gemak bieden en fouten voorkomen wordt gemiddeld gescoord. Ook
het vertrouwen dat Dienst Toeslagen deskundig is, zijn taken goed uitvoert en mensen
gelijk behandeld wordt tussen neutraal en positief beoordeeld.
In 2023 en 2024 zijn de vragenlijsten aangepast om meer aan te sluiten bij de waarden
van Toeslagen. Ook zijn er aanpassingen gedaan op taalniveau en begrijpelijkheid van
de monitor. Deze doorontwikkeling van de monitor betekent dat sommige resultaten niet
meer volledig vergelijkbaar zijn met eerdere jaren. In de rapportage is opgenomen
hoe de vraagstelling is gewijzigd en wanneer resultaten niet meer vergelijkbaar zijn.
In de komende jaren wordt bekeken hoe de belevingsmonitor en andere belevingsonderzoeken
bij Dienst Toeslagen verder doorontwikkeld kunnen worden. U vindt de belevingsmonitor
van 2024 in de bijlage.
Openbaarmaking Visie op Algoritmische Systemen
In het verleden zijn een aantal zaken ten aanzien van het gebruik van algoritmes fout
gegaan. Dit is ook bevestigd door het College voor de Rechten van de Mens7 en het boetebesluit van de Autoriteit Persoonsgegevens.8 Hieruit kan worden opgemaakt dat waarborgen voor een verantwoorde inzet van risicoselectie
in het toezicht onvoldoende werkten, waardoor in individuele gevallen sprake kon zijn
van (indirecte) discriminatie en het vorige kabinet heeft geconcludeerd dat sprake
is geweest van institutioneel racisme.9 Risicoselectie in de handhaving blijft tegelijkertijd wel nodig om te bepalen waar
extra dienstverlening of toezicht nodig is. In de afgelopen jaren is de aandacht voor
de verantwoorde toepassing van algoritmes sterk gegroeid. Ook in het Regeerprogramma
wordt het belang van meer transparantie en betere rechtsbescherming bij de verantwoorde
inzet van algoritmes onderstreept. Dienst Toeslagen maakt veelvuldig gebruik van algoritmes
om haar publieke taak uit te voeren en wil algoritmes inzetten om op een eerlijke,
efficiënte en data gedreven manier tot besluiten te komen. De afgelopen twee jaar
is daarom gewerkt aan een visiedocument waarin de bestaande Rijks brede kaders, rapporten
en adviezen zijn verwerkt tot interne principes en vereisten die leidend zijn bij
de inzet van algoritmes ten behoeve van de werkzaamheden bij Dienst Toeslagen. Bijgevoegd
treft u daarom het document Visie op Algoritmische Systemen die zowel de kansen beschrijft
die Dienst Toeslagen ziet voor de inzet van algoritmes, als de randvoorwaarden die
nodig zijn voor een verantwoorde inzet ervan. Dit is een levend document, de ontwikkelingen
op Rijks breed (en Europees) niveau worden nauwlettend gevolgd en kunnen eventueel
tot aanpassingen leiden als dit nodig blijkt te zijn. Dienst Toeslagen heeft de ambitie
om de visie onderdeel te maken van de reguliere uitvoering. Het verleden leert bovendien
dat zorgvuldig gebruik van algoritmes in de toekomst ook betekent dat algoritmes die
op dit moment in gebruik zijn moeten worden getoetst aan de nieuwe vastgestelde principes
en vereisten. Dit is een ingrijpende en zeer omvangrijke opdracht, maar wel noodzakelijk.
De doorontwikkeling en implementatie van deze visie gebeurt de komende jaren in fasen
aan de hand van een hiervoor speciaal opgericht programma dat begin 2025 van start
gaat. Uw Kamer wordt over de voortgang geïnformeerd via de periodieke stand van zakenbrieven.
Resultaten onderzoek Risicoclassificatiemodel
De afgelopen jaren hebben verscheidene onderzoeken naar het Risicoclassificatiemodel
(hierna: het model) plaatsgevonden. Hierover zijn verschillende rapporten en kamerbrieven
geschreven. Zo heeft de Autoriteit Persoonsgegevens in juli 2020 geoordeeld dat het
gebruik van nationaliteit in het model een onrechtmatige en discriminerende verwerking
was.10 Deze bevindingen worden bevestigd in het rapport «Blind voor mens en recht» uit 2024
van de parlementaire enquêtecommissie Fraudebeleid en Dienstverlening. Volgens de
enquêtecommissie heeft het gebruik van het model ertoe geleid dat sprake is geweest
van ongelijke behandeling en stigmatisering van mensen.11
In de stand van zakenbrief van januari 2024 bent u geïnformeerd over de voortgang
van de nadere analyse naar het model, hierbij is onder andere de data-analyse naar
de uitkomsten van de handmatige behandeling van het model met uw Kamer gedeeld. Het
afgelopen jaar is op basis van de dossiers en behandelverslagen bekeken of de behandeling
van aanvragen voortkomend uit het model anders is geweest dan bij andere toezichtacties.
Voor het uitvoeren van deze analyse is gekozen voor een steekproef gestratificeerd
op uitkomst. De uitkomsten van de geselecteerde aanvragen uit het model zijn afgezet
tegen twee vergelijkingsgroepen, een voor de huurtoeslag en een voor de kinderopvangtoeslag.
De opzet en uitkomsten van de steekproef zijn extern gevalideerd. Daartoe is vanaf
1 januari 2024 een externe begeleidingscommissie ingesteld, bestaande uit twee hoogleraren.12 Bijgaand treft u de uitkomsten van dit onderzoek, hieronder zal kort worden ingegaan
op de resultaten.
Voor het onderzoek zijn de volgende onderzoeksvragen gehanteerd:
1) In hoeverre was de behandeling van door het model geselecteerde aanvragers harder
dan de behandeling in andere toezicht acties?
2) Heeft de behandeling geleid tot latere nadelige gevolgen voor de behandelde aanvragers?
Over de hele linie lijken de uitkomsten van de groepen uit het model sterk op de uitkomsten
van de vergelijkingsgroepen. Als verschillen zijn aangetroffen, vallen deze vaak positief
uit voor het model. Tevens valt op dat voor alle groepen, dus zowel in de groepen
uit het model en de vergelijkingsgroepen, weinig rappelbrieven zijn verstuurd. Het
grootste verschil tussen de groepen uit het model en de vergelijkingsgroepen is het
aantal keer dat na de handmatige behandeling de kwalificatie «afwijkend behandelen»
is opgevoerd door een behandelaar. Dit is bij de groepen uit het model vaker gebeurd
dan bij de vergelijkingsgroepen. Deze actie heeft echter niet vaak geleid tot een
vervolgbehandeling.
Er kan geconcludeerd worden dat in de uitkomsten geen aanwijzingen zijn dat de handmatige
behandeling na selectie van een aanvraag uit het model harder was dan de handmatige
behandeling bij andere toezichtacties. Er zijn echter andere mogelijke nadelige gevolgen
voor aanvragers denkbaar binnen de persoonlijke levenssfeer, die buiten de werkzaamheden
van Dienst Toeslagen liggen, waar op basis van dit onderzoek geen uitspraak over kan
worden gedaan.
Bijgevoegd onderzoek geeft, in combinatie met de bij de eerdergenoemde stand van zakenbrief
van 15 januari 2024 als bijlage meegestuurde data-analyse, een inzicht in de manier
waarop het model tot latere nadelige gevolgen heeft kunnen leiden voor aanvragers.
Door te focussen op de handmatige behandeling door behandelaren van aanvragen die
door het model geselecteerd werden, heeft dit onderzoek gehoor gegeven aan de toezeggingen
aan uw Kamer naar aanleiding van het PwC rapport uit 2023.13 De uitkomsten van het bijgaande onderzoek moeten samen met alle eerdere rapporten
en onderzoeken worden meegenomen bij de beantwoording van de vraag of, en zo ja, op
welke manier een eventuele tegemoetkoming moet worden geboden als gevolg van het gebruik
van het model. Het streven is om hier in de volgende stand van zakenbrief voor de
zomer van 2025 op terug te komen.
Voortgang tweede pilot IGB-Huur
In de update stand van zakenbrief van 12 april 2024 is aangegeven dat de tweede pilot
van het risicomodel Indicatie Gericht Behandelen van de Huurtoeslag (IGB-Huur) op
korte termijn zal starten.14 De tweede pilot is vlak daarna van start gegaan en ten behoeve daarvan heeft ook
een eerste inventarisatie plaatsgevonden naar welke groepen geselecteerd worden. In
de volgende stand van zakenbrief wordt uw Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van
de gehele pilot.
Instelling Expert commissie Naleving
Meerdere vraagstukken en bijbehorende dilemma’s op het gebied van naleving zijn vanwege
nieuwe wetgeving en technologische ontwikkelingen nog vrij onbekend terrein voor Dienst
Toeslagen. Zo spelen er grote ontwikkelingen op het gebied van bestuursrecht, vraagt
risico-gestuurd toezicht om extra aandacht en speelt de vraag op welke manier algoritmen
op een zorgvuldige manier ingezet kan worden bij de primaire processen. Vanwege de
groeiende complexiteit van het werk, wordt er van medewerkers steeds meer specialistische
kennis verwacht. De meeste werkstromen volgend uit de uw Kamer op 31 mei 2023 toegezonden
Handhavingsstrategie worden daarom multidisciplinair opgepakt, waarbij medewerkers
van verschillende directies en teams bijdragen aan de verscheidenheid van nalevingsvraagstukken.15 Voor een aantal van deze trajecten is externe validatie noodzakelijk dat kan bijdragen
aan een gebalanceerde uitvoering van handhavingsvraagstukken. Om deze reden wordt
een expertcommissie ingesteld die breed inzetbaar is voor nalevingsvraagstukken. Het
daarbij behorende instellingsbesluit wordt in januari gepubliceerd. Dit draagt ook
bij aan een opbouw van kennis over de omgeving van Dienst Toeslagen. Een expertcommissie
geeft onderbouwing voor de gemaakte keuzes ten aanzien van de nieuwe inrichting van
bestaande processen en de inrichting van nieuwe processen. Een commissie van experts
biedt interne medewerkers van Dienst Toeslagen ook de mogelijkheid om te leren van
deze specialistische vakgebieden.
Stand van zaken wet- en regelgeving en uitvoering Dienst Toeslagen
In het verleden is uw Kamer bij meerdere gelegenheden geïnformeerd over mogelijke
strijdigheden in de uitvoering van Dienst Toeslagen met wet- en regelgeving mede naar
aanleiding van uitspraken van rechters. Specifiek hierbij kunnen genoemd worden de
zogenaamde 21 puntenlijst en de lijst van 13 situaties (waarvan 7 van Dienst Toeslagen)
waarvoor ook van de kant van uw Kamer veel belangstelling voor was.16 Van de in die stukken genoemde punten resteerde er nog één strijdigheid met wet-
en regelgeving. Dit had betrekking op een specifiek onderdeel van het toeslagpartnerschap
waarbij toeslagen automatisch worden stopgezet indien er niet gereageerd wordt op
een verzoek (inclusief twee rappellen) om een bevestiging te geven van een nieuwe
toeslagpartner in het huishouden. Dit is eind 2023 uitgebreid beschreven aan uw Kamer
waarbij ook gemeld is dat in 2024 een oplossing in de systemen van Dienst Toeslagen
wordt voorzien.17 Inmiddels is duidelijk dat deze IV-aanpassing niet in 2024 gerealiseerd kan worden.
Streven is in de eerste helft van 2025.
Als nieuwe verantwoordelijke Staatssecretaris zal ik de lijn doorzetten om richting
uw Kamer maximale transparantie te geven over de uitdagingen die de Dienst Toeslagen
heeft bij de uitvoering van wet- en regelgeving en vooral ook de knelpunten die daarin
optreden. Afhankelijk van het onderwerp zal ik uw Kamer hierover informeren middels
de halfjaarlijkse stand van zakenbrieven, in reactie op de jaarlijkse stand van de
uitvoering van Dienst Toeslagen of indien dringend noodzakelijk in een aparte brief.
Inmiddels heeft Dienst Toeslagen sinds 2021 een eigen vaktechnische lijn ingericht.
Deze bevat de vaktechnische aanspreekpunten, kennisgroepen, landelijke vaktechnisch
coördinator en monitoring hoger beroep. Mogelijk strijdigheden in de uitvoering met
wet- en regelgeving, bijvoorbeeld blijkend uit uitspraken van rechters, kunnen in
deze vaktechnische lijn geadresseerd worden. Indien daar aanleiding toe is zal ook
de ambtelijke- en politiek top hierover geïnformeerd worden en kan, afhankelijk van
de maatschappelijke en politiek impact, de afweging worden gemaakt ook uw Kamer hierover
in kennis te stellen.
Damages Dienst Toeslagen
In navolging van de update stand van zakenbrief Dienst Toeslagen zoals die op 12 april
2024 aan uw Kamer is verzonden zijn er drie damages geweest op de verstrekking van
toeslagen die nog niet aan uw Kamer zijn gemeld en nu in deze brief zijn opgenomen.
Bij het herstellen van damages wordt een aantal stelregels gehanteerd zoals ook aan
uw Kamer gemeld in de brief van 15 januari 2024:
• Aanpassingen die nodig zijn om de damage te herstellen in het voordeel van burgers
worden altijd gedaan;
• indien uit de damage blijkt dat de burger bij de voorlopige toekenning (VT) een te
hoge toeslag toegekend heeft gekregen vindt een correctie plaats;
• indien een definitieve toekenning (DT) reeds is opgelegd wordt per damage bekeken
hoe hiermee om te gaan. Wanneer sprake is van een substantieel verschil waardoor de
burger kon weten dat de beschikking te hoog was vastgesteld of bijvoorbeeld wanneer
er sprake is van fraude wordt teruggevorderd, anders niet.
In het kort hebben in de afgelopen maanden de volgende damages plaatsgevonden:
1. Door een softwarefout, die in april 2024 als damage is aangemeld, zijn de voorlopige
(VT)- en definitieve (DT) toekenningen over de toeslagjaren 2019–2024 bij een groep
burgers te hoog toegekend. Bij een groep van circa 1.550 burgers is er geen rekening
gehouden met de hoogte van de toeslag op basis van het woonland (de woonlandfactor
– WLF). Het gaat hierbij uitsluitend om burgers die in het buitenland woonachtig zijn
en die zorgtoeslag en/of kindgebondenbudget ontvangen. De softwarefout is inmiddels
opgelost. De VT-toekenningen over 2023 en 2024 zijn herzien waardoor burgers de teveel
ontvangen toeslag moeten terugbetalen. Burgers die een onjuiste (te hoge) DT-toekenning
hebben ontvangen zullen niet worden herzien en hoeven de teveel ontvangen toeslag
niet terug te betalen.
2. In 2020 is besloten om tijdelijk te stoppen met de invorderingen van toeslagenschulden
(i.v.m. Corona). In april 2022 zijn de invorderingsprocessen weer opgestart. Tijdens
een interne controle bij de Belastingdienst (CAP-Inning) is naar voren gekomen dat
de afhandeling van persoonlijke betalingsregelingen toeslagen voor specifiek drie
groepen burgers niet op de juiste wijze heeft plaatsgevonden. Hierdoor hebben 103 burgers
langer betaald op de persoonlijke betalingsregeling dan was afgesproken (groep 1).
Zijn er 523 burgers die (soms al jaren) achterlopen met hun betalingsregeling en hierover
niet zijn geïnformeerd (groep 2). Zijn er 35 burgers die niet zijn geïnformeerd over
het feit dat zij het totaalbedrag, zoals afgesproken in de betalingsregeling, hebben
voldaan (groep 3). Burgers uit groep 1 krijgen de teveel betaalde bedragen terug en
voor de buiten invordering gelaten schuld geldt dat er geen verrekeningen meer zullen
plaatsvinden. Deze groep burgers is gebeld en hebben een brief ontvangen. Burgers
uit groep 2 ontvangen een nieuwe persoonlijke betalingsregeling voor de looptijd van
24 maanden op basis van de nog openstaande vordering. Deze groep burgers wordt eerst
gebeld en ontvangen daarna een brief om eventuele veranderingen in persoonlijke omstandigheden
kenbaar te maken zodat de betaalcapaciteit opnieuw kan worden berekend. Burgers uit
groep 3 ontvangen alsnog een bevestiging dat de betalingsregeling is voldaan en worden
voorafgaand hieraan gebeld. Voor de buiten invordering gestelde schuld geldt dat er
geen verrekeningen meer zullen plaatsvinden.
3. Circa 57.000 gedupeerde ouders hebben ná 1 januari 2021 toch nog betalingen gedaan
op publieke vorderingen die in aanmerking kwamen voor kwijtschelding. Op basis van
de Wet Hersteloperatie Toeslagen (WHT) worden deze betalingen als «onverschuldigde
betalingen» aangemerkt en moeten worden gerestitueerd. In opdracht van Dienst Toeslagen
worden deze uitbetaalopdrachten verwerkt door de Belastingdienst. Door een fout in
de verwerking van de batch van 4 oktober 2024 zijn 4.594 terugbetalingen dubbel uitbetaald.
Het gaat hierbij om 2.305 ouders en ruim € 1,6 mln. dat teveel is uitbetaald aan deze
ouders. Op 17 oktober 2024 heeft Dienst Toeslagen besloten de ouders te vragen de
teveel uitbetaalde bedragen terug te betalen op vrijwillige basis. Ouders, waarbij
het terug te vragen bedrag groter is dan € 116,–, hebben rond 28 oktober 2024 een
(excuus) brief ontvangen. In de brief worden de ouders verzocht het teveel ontvangen
bedrag terug te betalen, maar worden hiertoe niet verplicht. Tot einde Q1 2025 wordt
gemonitord hoeveel geld is teruggestort.
Hotspot Toeslagenaffaire
In de stand van zakenbrief van 15 januari 2024 is uw Kamer geïnformeerd over de inrichting
van Hotspot Toeslagenaffaire. Op 15 juni 2024 is vervolgens, mede naar aanleiding
van een motie van het lid Omtzigt, het onderzoeksrapport van de ADR naar de inrichting
van deze Hotspot aan uw Kamer gezonden.18 Inmiddels is ook het afbakeningsdocument van de Hotspot opgeleverd en zal het binnenkort
gepubliceerd worden waarmee deze zowel formeel als praktisch afgerond is. De documenten
zijn veiliggesteld en gearchiveerd in de thematische Hotspot en op termijn zal overbrenging
van het hotspotarchief aan het Nationaal Archief plaatsvinden.
Kwijtschelding van toeslagschulden in het kader van onterechte afwijzing MSNP
In de brief van 23 april 2024 is eerder aangekondigd dat vooruitlopend op het wetsvoorstel
Wet tegemoetkoming onterechte afwijzing buitengerechtelijke schuldregeling en bij
gebreke aan een wettelijke grondslag, kwijtschelding van openstaande schulden bij
de Dienst Toeslagen zou plaatsvinden op basis van een goedkeurend beleidsbesluit.19 Een concept van dit goedkeurend beleidsbesluit is op 11 juni 2024 met de Tweede Kamer
gedeeld.20 Op 9 september 2024 heeft de Raad van State (RvS) advies uitgebracht ten aanzien
van vorengenoemd wetsvoorstel Wet tegemoetkoming onterechte afwijzing buitengerechtelijke
schuldregeling.21 De RvS heeft onder andere geadviseerd geen onomkeerbare stappen te zetten en niet
met een goedkeurend beleidsbesluit vooruit te lopen op de beoogde wettelijke maatregel.
Het kabinet weegt dit advies zwaar en ziet om de redenen genoemd in het advies af
van het beleidsbesluit. Helaas betekent dit voor een kleine groep mensen dat het langer
zal duren voordat hun schulden kunnen worden kwijtgescholden. Voor deze groep, en
de andere getroffenen, is het van groot belang dat de wet spoedig in werking treedt.
Hiervoor zal het kabinet zich vanzelfsprekend inzetten.
Toezeggingen Fiscale Verzamelwet 2025
Bij de schriftelijke behandeling van de Fiscale verzamelwet 2025 (onderdeel Belastingplanpakket
2025) heeft de NSC-fractie gevraagd om inzage in het aantal kinderen dat in het buitenland
woont en waarvoor de Nederlandse staat kinderopvangtoeslag en kindgebonden budget
betaalt. Daarnaast werd gevraagd om een lijst met het land, het aantal kinderen en
het budgettaire beslag. In de nota naar aanleiding van het verslag is door het kabinet
toegezegd om in een volgende stand van zakenbrief toeslagen hierop terug te komen.
De benodigde cijfers waren niet op tijd beschikbaar om al in de voorliggende brief
opgenomen te worden. In verband met de ingewikkelde internationale samenloop is om
de juiste cijfers te leveren meer tijd nodig voor de beantwoording en zal uw Kamer
hier op een later moment over geïnformeerd worden.
Uitzonderingenrapportage
Uw Kamer ontvangt als bijlage bij deze brief de uitzonderingenrapportage over het
Jaarplan van 2024. Hierin worden de resultaten van januari tot en met november 2024
toegelicht voor zover die niet zijn gerealiseerd, dan wel achterlopen ten opzichte
van de planning. In de uitzonderingenrapportage vindt u een compleet overzicht over
de voortgang van de realisatie van alle kpi’s zoals opgenomen in de begroting en het
Jaarplan van Dienst Toeslagen 2024. Ook lees u een korte actualisatie over de stand
van zaken van informatievoorziening, sturing en beheersing en risico’s. Deze uitzonderingenrapportage
gaat niet over de uitvoering van de hersteloperatie. Daarover wordt uw Kamer regulier
geïnformeerd via de Voortgangsrapportages hersteloperatie toeslagen.
De Staatssecretaris van Financiën, S.T.P.H. Palmen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.T.P.H. Palmen, staatssecretaris van Financiën