Brief regering : Reactienota over de reikwijdte en het detailniveau van het op te stellen milieueffectrapport (MER) ter voorbereiding op de wijziging van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB)
29 665 Evaluatie Schipholbeleid
Nr. 521
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 november 2024
Met deze brief wordt de Tweede Kamer geïnformeerd over de reactienota over de reikwijdte
en het detailniveau van het op te stellen milieueffectrapport (MER) ter voorbereiding
op de wijziging van het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol (LVB). De reactienota is
als bijlage bij deze brief opgenomen.
Het doel van de wijziging van het LVB is om de rechtsbescherming te verbeteren en
de geluidhinder te verminderen voor omwonenden van Schiphol ten opzichte van de huidige
gedoogsituatie. Voor het besluit tot wijziging van het LVB wordt een milieueffectrapportage-procedure
(mer-procedure) gevolgd. Voor het doorlopen van de mer-procedure ter voorbereiding
op de wijziging van het LVB is binnen het ministerie een ambtelijke functiescheiding
aangebracht. Dit is een functiescheiding tussen de rol van initiatiefnemer voor het
MER (ingevuld door het directoraat-generaal Luchtvaart en Maritiem) en de rol van
bevoegd gezag voor de mer-procedure (ingevuld door het directoraat-generaal Milieu
en Internationaal). Als startdocument voor de mer-procedure is door de initiatiefnemer
een Notitie Reikwijdte en Detailniveau1 (NRD) opgesteld. Het NRD is voor advies aan het bevoegd gezag voor de mer-procedure
voorgelegd.
De reactienota betreft het advies van het bevoegd gezag over het NRD op basis van
onder andere adviezen en ontvangen input. Het bevoegd gezag heeft de Commissie voor
de milieueffectrapportage advies gevraagd over de NRD2. Ook is advies gevraagd aan wettelijke adviseurs. In de reactienota is ook de ontvangen
input van de Maatschappelijke Raad Schiphol en SchipholWatch betrokken.
Vervolg
De initiatiefnemer zal aan de hand van het NRD en de reactienota het MER opstellen.
In het MER zal de initiatiefnemer laten zien hoe opvolging is gegeven aan het advies
van het bevoegd gezag. Het ontwerpbesluit voor de wijziging van het LVB wordt vervolgens
met het MER ter inzage gelegd (een ieder kan dan zienswijzen indienen), de Commissie
voor de milieueffectrapportage en de wettelijke adviseurs wordt gevraagd te adviseren,
en gelijktijdig wordt het ontwerpbesluit in voorhang aan de Tweede Kamer aangeboden.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat