Brief regering : Update gasleveringszekerheid Q3 2024
29 023 Voorzienings- en leveringszekerheid energie
Nr. 519
BRIEF VAN DE MINISTER VAN KLIMAAT EN GROENE GROEI
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 september 2024
Op 1 oktober 2024 start het nieuwe gasjaar 2024–2025. Daarom is dit een logisch moment
om te bezien hoe Nederland ervoor staat wat betreft de gasleveringszekerheid. Met
deze reguliere update gasleveringszekerheid informeer ik de Kamer daarover.1
In deze brief ga ik in op de volgende onderwerpen:
1. Actueel beeld gasleveringssituatie: hier schets ik het actuele beeld van de situatie
op de gasmarkt met vooruitblik op aankomende winter 2024–2025.
2. Het bijgevoegde overzicht leveringszekerheid gas van Gasunie Transport Services (hierna:
GTS) met een vooruitblik op de winter van 2025–2026.
3. Update over lopende (nationale) maatregelen om de gasleveringszekerheid te borgen.
4. Overige relevante EU-ontwikkelingen.
Actueel beeld gasleveringszekerheid en vooruitblik winter 2024–2025
Het actuele beeld van de gasleveringszekerheid en de gasmarkt in aanloop naar de winter
is positief en betrekkelijk stabiel. Dat betekent dat de kans zeer klein is dat tekorten
zich voordoen in de komende winter.
Gasopslagen
De Nederlandse opslagen waren op 1 september gemiddeld al voor ruim 90% van hun capaciteit
gevuld. Deze vulgraad ligt ruim boven de Europese tussentijdse vulverplichting (68%).2 Nederland ligt hiermee niet alleen op koers om aan de voor Nederland geldende EU-vulverplichting
(een gemiddelde vulgraad van minimaal 74% per 1 november 2024) te voldoen, maar ook
om de door het vorige kabinet gestelde ambitie (90%) op 1 november 2024 te halen.3 Ook in de rest van de EU zijn de gasopslagen goed gevuld. Op 1 september was de gemiddelde
vulgraad in de EU ruim 92%.
Groothandelsmarkt en gasprijzen
Het beeld op de gasgroothandelsmarkt is sinds de laatste update aan de Kamer op 27 maart
2024 (Kamerstuk 29 023, nr. 494) ongewijzigd: betrekkelijk stabiel, maar met sterke prijsreacties bij onzekerheden
over gasleveringen en -transport, dit vaak als gevolg van geopolitieke ontwikkelingen
in combinatie met onderhoud (zoals afgelopen maand plaatsvond aan productie-installaties
in Noorwegen).
Op de hiervoor meest representatieve gashandelsplaats Title Transfer Facility (hierna: TTF) stond de maand-vooruit prijs van gas op de groothandelsmarkt in februari
met 22 euro per MWh op het laagste punt sinds april 2021. Sindsdien is de prijs gestegen
naar een niveau schommelend rond de 40 euro per MWh in augustus. Deze stijging wordt
met name veroorzaakt door de gestegen gasprijzen op de wereldwijde markt door een
combinatie van stijgende vraag in Azië en een daling van de LNG-aanvoer naar Europa,
met name door tijdelijke productiebeperkingen in de VS. Verder zijn de spanning in
het Midden-Oosten, in het bijzonder het conflict tussen Israël en Hamas, en de oorlog
tussen Rusland en Oekraïne van invloed op de gasprijs. Bij dit laatste speelt de recente
inval van Oekraïne in Rusland een rol omdat deze plaats vindt in het gebied van waaruit
thans nog Russisch gas via Oekraïne naar de EU wordt getransporteerd, met name ten
behoeve van landen in Midden- en Oost-Europa. Hierbij geldt overigens dat al eerder
bekend was dat deze doorvoer via Oekraïne waarschijnlijk stopt per 1 januari 2025,
vanwege het aflopende transitcontract. De Europese Commissie heeft tijdens de formele
Energieraad op 30 mei 20244 de verwachting uitgesproken dat het wegvallen van deze stroom opgevangen zou moeten
kunnen worden en dat het hierbij helpt als in de EU de gasopslagen goed gevuld worden,
zoals nu ook het geval is. In september zijn de gasprijzen, vanwege goed gevulde opslagen
en voldoende aanbod, weer iets gedaald naar een niveau rond de 35 euro per MWh.
Relevante EU-ontwikkelingen op gebied afschalen crisismaatregelen
Niet alleen in Nederland, maar ook in Europa ziet de gasleveringssituatie er op dit
moment positief uit. Gelet op de aanhoudend dalende EU-gasvraag5, de hoge vulgraden en het feit dat nieuwe LNG-importcapaciteit in de EU dit jaar beschikbaar zal komen, is het risico dat komende winter
maatregelen moeten worden getroffen die ingrijpen op de vraagkant zeer beperkt.6
Gelet op dit beeld hebben verschillende lidstaten inmiddels hun in 2022 afgekondigde
gascrisisniveau afgeschaald. Op 3 juni 2024 hebben Denemarken en Zweden het crisisniveau
van de vroegtijdige waarschuwing beëindigd. Estland deed hetzelfde op 18 juni 2024.
Tegelijkertijd handhaven Italië, Letland, Kroatië, Oostenrijk, Finland en Slovenië
voorlopig het niveau van vroegtijdige waarschuwing en handhaaft Duitsland voorlopig
het tweede crisisniveau (alarmfase). De overwegingen hierbij verschillen per lidstaat.
De niet genoemde lidstaten hebben nooit een niveau van gascrisis afgekondigd (waaronder
Frankrijk, België en Polen). Verderop ga ik in op het gascrisisniveau in Nederland.
Waakzaamheid gedurende de winter
Hoewel de situatie op de gasmarkt sinds de energiecrisis van 2022 sterk is verbeterd,
blijft volgens experts de komende winter waakzaamheid geboden. Volgens het International
Energy Agency (IEA) blijft Europa in de komende periode kwetsbaar voor schommelingen
in gasprijzen en LNG-aanvoer.7 Ook de Europese Commissie ziet voor 2024 een aantal risico’s, zoals een sterke opleving
van de Aziatische energievraag, extreme weersomstandigheden, verdere vermindering
van de gasinvoer uit Rusland en gewapende conflicten in het Midden-Oosten en elders.8 ACER (European Union Agency for the Cooperation of Energy Regulators) vraagt aandacht
voor onzekerheden over gasverbruik en de wereldwijde prijsverschillen.9 In deze gespannen markt benadrukken experts daarom het belang van het vullen van
opslagen, het diversifiëren van importbronnen en het versterken van de marktintegratie,
waardoor energie gemakkelijker over grenzen kan bewegen.
Gelet op het algemeen sterk verbeterde beeld in Nederland en de EU analyseert Nederland
of ook hier op termijn, bijvoorbeeld na deze winter van 2024–2025, het nu nog sinds
20 juni 2022 geldende eerste niveau van gascrisis kan worden afgeschaald. Conform
de hiervoor genoemde adviezen, acht het kabinet het echter verstandig om op korte
termijn waakzaam te blijven, met name vanwege de eerdergenoemde onrust rondom geopolitieke
ontwikkelingen, en het huidige crisisniveau van vroegtijdige waarschuwing in ieder
geval nog gedurende de winter te handhaven. Dit betekent met name dat er extra informatie
tussen relevante betrokkenen wordt uitgewisseld zodat er een extra vinger aan de pols
is.
GTS gasleveringszekerheidsoverzicht met vooruitblik op 2025–2026
Op 19 september heeft GTS het eerste gasleveringszekerheidsoverzicht met mij gedeeld.
Hierin kijkt GTS vooruit naar de winter 2025–2026. GTS gaat daarbij onder andere in
op de internationale ontwikkelingen in de gasvraag, de benodigde LNG-importcapaciteit
(ook op de langere termijn) en het benodigde volume gas in de opslagen op 1 november
2025. De brief en bijbehorende bijlagen zijn bijgevoegd bij deze Kamerbrief.
Het beeld dat GTS in dit overzicht schetst, komt overeen met de bevindingen van GTS
uit januari 2024. Dat betekent dat er in het gasjaar 2025–2026 een zeer kleine kans
is op een beperkt capaciteitstekort (minder dan 1 GW) bij een etmaaltemperatuur die
eens in de twintig jaar voorkomt (–14 graden of kouder) gecombineerd met uitval van
een hoeveelheid capaciteit gelijk aan die van de grootste individuele bron van capaciteit
(gasopslag Norg). In de brief van 23 mei 2024 (Kamerstuk 33 529, nr. 1238) is de uitwerking van mitigerende maatregelen om een dergelijk tekort in de komende
winter (en winter 2025–2026) te voorkomen nader toegelicht (zie ook verderop in deze
brief).
Wat betreft het volume constateert GTS dat bij een normaal aanbod van gas, er op jaarbasis
geen tekorten ontstaan de komende gasjaren. Alleen de combinatie van een koud jaar
en een verminderd aanbod vergelijkbaar met 30% van het LNG-aanbod in de basisvariant,
kan leiden tot een volumetekort. Dit tekort wordt kleiner als de huidige LNG-importinfrastructuur wordt uitgebreid, zoals nu voorzien is. GTS constateert daarom dat het belangrijk
is om de bestaande importinfrastructuur te handhaven.
Wat betreft gasopslag constateert GTS dat er aan het begin van de winter 2025–2026
minimaal 110 TWh gas verspreid over de seizoensopslagen en de PGI Alkmaar moet zijn
opgeslagen. Het kabinet neemt deze vulambitie over. Hier ga ik verderop in de brief
nader op in.
Bij dit alles is het goed om in het oog te houden dat GTS in haar analyse er rekening
mee houdt dat Nederland een spilfunctie vervult op de Noordwest-Europese gasmarkt.
Bij het bepalen of er voldoende gas is om aan de behoefte van eindafnemers te voldoen,
worden daarom ook (verwachte) gasstromen van en naar het buitenland meegenomen. Het
beperken van gasstromen naar het buitenland is op basis van Europese regelgeving niet
geoorloofd.
Nationale maatregelen om de gasleveringszekerheid te borgen
Gaswinning in Groningen
Op 19 april 2024 is het verbod op gaswinning uit het Groningenveld in werking getreden.10 Dit is mogelijk gemaakt door een breed scala aan maatregelen.11 In de Kamerbrief van 23 mei 2024 (Kamerstuk 33 529, nr. 1238) zijn aanvullende mitigerende maatregelen aangekondigd om de beperkte resterende
risico’s op te vangen (zie hieronder bij uitwerking mitigerende maatregelen).12
Gaswinning uit kleine velden op land
Doordat de gaswinning uit Groningen is afgebouwd, vervullen de kleine velden op land
een steeds belangrijkere rol in het kader van gasleveringszekerheid. In 2023 was ongeveer
28% van de totale gasproductie in Nederland afkomstig uit kleine velden op land. Hoewel
gaswinning uit kleine velden op land en de mogelijke gevolgen daarvan van een totaal
andere omvang zijn dan bij het Groningenveld, leven hierover ook zorgen bij inwoners.
Ik wil deze zorgen over gaswinning in de samenleving zoveel mogelijk adresseren, maar
tegelijkertijd wil ik ook rekening houden met de belangrijke functie van aardgaswinning
bij het waarborgen van de leveringszekerheid en de rol ervan in de energietransitie.
Ik zal uw Kamer dit najaar een brief sturen waarin ik nader in ga op deze balans en
hoe het kabinet om wil gaan met gaswinning uit de kleine velden op land.
Versnellingsplan gaswinning Noordzee
Het kabinet wil de gaswinning op de Noordzee opschalen. Door een impuls te geven aan
investeringen in de gasproductie op de Noordzee, door gebiedsgericht samen te werken
vanuit de sector en door risico’s meer tussen operators te delen, wordt een belangrijke
bijdrage geleverd aan de energieleveringszekerheid in de transitie naar een volledig
duurzame energievoorziening.
Het onlangs gepubliceerde jaarverslag Delfstoffen en Aardwarmte13 laat zien dat de reeds ingezette maatregelen uit het versnellingsplan gaswinning
Noordzee, die met name zien op verbeteringen in de vergunningverlening, tot op heden
nog niet hebben geresulteerd in een afvlakking van de dalende trend van de gasproductie
op de Noordzee. Met name exploratieprojecten kennen een looptijd van zo’n drie tot
vijf jaar van het opstarten van het project tot aan de eerste gasproductie. Dit betekent
dan ook dat het effect van de genomen maatregelen op de gasproductievolumes pas na
een dergelijke termijn zichtbaar wordt. Toch baren de signalen die ik via EBN ontvang
ten aanzien van de investeringsbereidheid in nieuwe gaswinningsprojecten mij dusdanig
zorgen, dat de afgelopen periode is ingezet op verdere intensivering van de samenwerking
tussen de sector, EBN en het ministerie met als doel te komen tot aanvullende maatregelen
die bijdragen aan de investeringszekerheid en voorspelbaarheid waar dergelijke kapitaalintensieve
projecten om vragen. Ik informeer u later dit najaar over de vervolgstappen om samen
met de sector te komen tot een sectorakkoord waarin de inzet vanuit zowel het Rijk
als de sector wordt beschreven.
LNG-importcapaciteit
Conform adviezen van GTS, acht het kabinet het van belang dat er in Nederland voldoende
LNG-importcapaciteit is (zie bijlagen bij deze brief en Kamerstuk 29 023, nr. 494 en Kamerstuk 33 529, nr. 1238).
Zoals in eerdere brieven is gemeld, wordt de grootste LNG-importterminal van Nederland,
de Gate terminal B.V. (hierna: Gate), vanaf oktober 2026 uitgebreid van 16 naar 20 bcm
per jaar. De bouw voor deze uitbreiding is in volle gang en loopt volgens planning.
De uitbreiding van de tijdelijke EemsEnergyTerminal (hierna: EET) is inmiddels gerealiseerd
en daarmee heeft de terminal aan het eind van dit jaar haar doorvoercapaciteit vergroot
van 8 naar 9,3 bcm per jaar.
EET heeft een tijdelijke duur van 5 jaar en is in principe operationeel tot september
2027. In samenwerking met Gasunie en Vopak onderzoek ik de mogelijkheden voor een
verlenging van de exploitatie van EET in de Eemshaven. Dit onderzoek richt zich naast
LNG ook op een verkenning van de mogelijkheden voor een toekomstige, snelle overgang
naar een groen energiesysteem, waarbij waterstof en CO2-afvang en -opslag een centrale rol spelen. Gasunie en Vopak hebben deze zomer een
marktconsultatie uitgevoerd om de marktvraag voor de import van LNG en andere energiedragers
te verkennen.14 Op dit moment worden de uitkomsten van de marktconsultatie geanalyseerd. In een volgende
Kamerbrief zal de Kamer hierover nader worden geïnformeerd.
Naast bovengenoemde uitbreidingen zijn er twee marktinitiatieven die een haalbaarheidsstudie
uitvoeren voor nieuwe LNG-terminals. De haalbaarheidsstudie van het initiatief van
Global Energy Storage (GES) en Stena heeft meer tijd nodig dan gepland en loopt nog.
Eerder was de verwachting dat in afgelopen kwartaal meer over deze studie bekend zou
worden. De studie van VTTI en Höegh naar een mogelijke terminal in Zeeland wordt voortgezet.
Energiediplomatie
Het huidige kabinet ziet, net als het vorige kabinet, het belang in van het faciliteren
van samenwerking tussen inkopende Europese energiebedrijven en betrouwbare partners
uit derde landen en neemt daarop actie. Met de Kamerbrief van 8 mei 2024 (kamerstuk
29 023, nr. 512) heeft de toenmalige Minister voor Klimaat en Energie uw Kamer geïnformeerd over
de activiteiten op dit gebied van energiediplomatie. Wat betreft gas is er regelmatig
contact met Noorwegen, de VS en andere betrouwbare partners.
Gasopslag
De afgelopen jaren (sinds 2022) heeft het kabinet steeds jaarlijks de ambitie uitgesproken
om de gasopslagen op 1 november gemiddeld voor minimaal 90% gevuld te hebben. Deze
ambitie was gebaseerd op onder andere adviezen van GTS. Conform de toezegging aan
de Eerste Kamer15, komt het kabinet ook met een vulambitie voor 1 november 2025. GTS constateert in
het overzicht leveringszekerheid dat er aan het begin van het winterseizoen 2025/2026
minimaal 110 TWh in de seizoensopslagen (Grijpskerk, Norg en Bergermeer) en de PGI
Alkmaar moet zijn opgeslagen. Dit komt overeen met 80% van het opslagvolume van deze
vier gasopslagen. Daarom heeft het kabinet de ambitie dat deze vier gasopslagen op
1 november 2025 gemiddeld ten minste voor 80% gevuld zijn.
Deze ambitie is lager dan de ambitie voor 1 november 2024. Dit komt doordat de vraag
naar gas in zowel Nederland als de buurlanden daalt. Met name de export van L-gas
daalt snel door de ombouw in het buitenland.16 In de eerste plaats worden de gasopslagen gevuld door marktpartijen, zoals GasTerra
in Norg en Grijpskerk en verschillende capaciteitshouders in Bergermeer. Aanvullend
krijgt EBN – net als in de drie voorgaande jaren – een vultaak om maximaal 20 TWh
op te slaan, voor het geval marktpartijen dat onvoldoende doen.
Naast de vulambitie van het kabinet, geldt er voor Nederland ook een vulverplichting
voor 1 november 2025 op basis van de EU-gasleveringszekerheidsverordening17. Sinds 2022 wordt door de Europese Commissie jaarlijks voor iedere lidstaat vastgesteld
wat de hoogte is van deze vulverplichting en wat de tussentijdse vuldoelen zijn. De
Commissie doet dit op basis van een notificatie van de lidstaten zelf zoals bepaald
in de verordening gasleveringszekerheid. Deze notificaties zijn uiterlijk 15 september
bij de Commissie ingeleverd. Voor Nederland ziet het vultraject er volgens deze notificatie
– die overigens nog door de Commissie moet worden vastgesteld – als volgt uit:
Vultraject (% van het totale opslagvolume)
1 februari 2025
39%
1 mei 2025
32%
1 juli 2025
47%
1 september 2025
59%
1 november 2025
74%
De hoogte van de EU-vulverplichting en de vulambitie van het kabinet kunnen van elkaar
verschillen. De vulambitie van het kabinet zal zo lang de EU aan lidstaten vulverplichtingen
oplegt altijd minimaal gelijk of hoger zijn dan de EU-vulverplichting.
Uitwerking mitigerende maatregelen
In de brief van 23 mei 2024 (Kamerstuk 33 529, nr. 1238) over de sluiting van het Groningenveld, het restrisico en de mitigerende maatregelen18 is aangegeven dat er een zeer kleine kans is dat er in 2024–2025 een beperkt capaciteitstekort
kan optreden.19 Het vorige kabinet heeft daarom voorbereidende maatregelen aangekondigd om – mocht
zo’n tekort dreigen – adequaat te kunnen handelen. Daarom heeft het ministerie samen
met GTS onderzoek gedaan naar de situatie/scenario’s waarin zo’n tekort zich zou kunnen
voordoen. Daaruit blijkt dat dit tekort zich na aankomende winter waarschijnlijk niet
meer zal kunnen voordoen en dat het voor komende winter alleen zou gaan om een relatief
beperkt tekort.20 In het uiterst zeldzame geval (zeer koud en gelijktijdige uitval ter grootte van
de volledige gasopslag Norg) dat sprake zou zijn van een tekort, dan kan zich dat
voordoen in de ochtend (tussen 7:00 uur en 11:00 uur) en in mindere mate in de avond
(tussen 18:00 uur en 20:00 uur), tijdstippen waarop de vraag over het algemeen hoog
is. Door de Nederlandse gasvraag op deze momenten te spreiden over een ruimere tijdspanne,
of door deze te verlagen, kan een daadwerkelijk capaciteitstekort in (delen van) Nederland
worden voorkomen. Daarom heb ik inmiddels, in samenspraak met GTS, een draaiboek inclusief
mogelijke communicatiemiddelen voorbereid voor het extreme geval dat het genoemde
capaciteitstekort zich dreigt te materialiseren.
Wetsvoorstel bestrijden energieleveringscrisis
In de Kamerbrief van 27 maart 202421 bent u geïnformeerd over de voorbereiding van het wetsvoorstel bestrijden energieleveringscrisis
(toen nog: «wetsvoorstel gasleveringszekerheid»). Het kabinet brengt dit wetsvoorstel
op korte termijn in internetconsultatie. Op dit moment en na afloop van de internetconsultatie
vinden nog verschillende toetsen van het voorstel plaats. Na afloop van de internetconsulatie
en de afronding van de noodzakelijk toetsen wordt de ontvangen input verwerkt en wordt
het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State voorgelegd.
Overige EU ontwikkelingen
RePowerEU
In de Kamerbrief van 23 september jl. (kenmerk 21501-33, nr. 1085)22 heb ik uw Kamer geïnformeerd over het de zorgelijke en onwenselijke ontwikkeling
dat de import van Russisch LNG in Nederland via de GATE Terminal in Rotterdam on het
derde kwartaal van 2024 is toegenomen, waarschijnlijk als gevolg van het 14e sanctiepakket. Een vergelijkbare ontwikkeling speelt waarschijnlijk ook elders in
de EU. In dezelfde brief heb ik toegelicht dat ik mij in EU verband hard maak voor
de afbouw van Russisch gas conform het RePowerEU doel om uiterlijk in 2027 Russische
fossiele energie volledig uit te faseren. Concreet zal ik tijdens de formele Energieraad
op 15 oktober a.s. aandacht vragen voor de stijgende import uit Rusland en de noodzaak
benadrukken voor een gezamenlijke aanpak op basis van de routekaart waar de Europese
Commissie, mede op verzoek van Nederland, aan werkt.
Europees inkoopplatform
In het kader van de Europese vraagbundeling, die plaats vindt binnen het EU-platform
AggregateEU, is in het jaar 2024 voor het eerst een tender gehouden waarin middellange
termijnproducten met een interval van zes maanden werden aangeboden over een periode
van vijf jaar (namelijk april 2024 – oktober 2029). Aan deze tender werd deelgenomen
door 19 geïnteresseerde kopers met een totale vraag van ca. 34 miljard m3 (bcm). Daarop werd gereageerd met een aanbod van een volume van ca. 97,4 bcm. Uiteindelijk
is een volume van 33,65 bcm aan elkaar gekoppeld. Dat is een aanzienlijk volume en
komt overeen met ongeveer 80% van de gekoppelde volumes in de vier tenders voor korte
termijnproducten in het jaar 2023. Daarbij geldt de kanttekening dat uiteindelijke
onderhandelingen tussen kopers en verkopers plaatsvinden buiten het platform omdat
deze bedrijfsvertrouwelijk zijn. Het is dus niet bekend welke volumes daadwerkelijk
gecontracteerd zijn.
In 2024 is ook nog een tender gehouden voor korte termijnproducten. Aan deze tender
werd deelgenomen door 12 geïnteresseerde kopers met een totale vraag van ca. 1,6 bcm.
Daarop werd gereageerd met een aanbod van ca. 2 bcm. Uiteindelijk is een volume van
1,12 bcm aan elkaar gekoppeld.
Decarbonisatiepakket
Eind 2023 is politieke overeenstemming bereikt tussen de Raad en het Europees Parlement
over het zogenaamde decarbonisatiepakket. Het decarbonisatiepakket herziet de Europese
regels die gelden op de interne markt voor aardgas en verbreedt deze naar andere gassen
en waterstof. Ook wordt met dit pakket het Europese inkoopplatform een permanent instrument.
Het decarbonisatiepakket omvat Richtlijn (EU) 2024/178823 en Verordening (EU) 2024/1789.24 Het decarbonisatiepakket is op 15 juli 2024 gepubliceerd en in werking getreden.
Verordening (EU) 2024/1789 is met ingang van 5 februari 2025 van toepassing. Ik werk
nu aan het analyseren en implementeren van het decarbonisatiepakket, inclusief bepalingen
die voor de leveringszekerheid van aardgas van belang zijn.25 Ik heb het voornemen begin volgend jaar het wetsvoorstel waarmee deze implementatie
geregeld wordt te consulteren via internet. Voor een overzicht van de bepalingen van
het decarbonisatiepakket die van belang zijn voor de leveringszekerheid van aardgas,
verwijs ik u naar de update gasleveringszekerheid van 27 maart 2024.26
Herziening EU raamwerk gasleveringszekerheid27
Tijdens de onderhandelingen over het decarbonisatiepakket hebben lidstaten, de Europese
Commissie en het Europees Parlement afgesproken dat de Commissie op 28 februari 2025
met een verslag komt, waarin de verordening gasleveringszekerheid, aanvullend op het
verslag uit 2023, wordt geëvalueerd en indien passend vergezeld gaat van een wetgevingsvoorstel
tot wijziging van de Verordening. In maart 2024 heeft de Europese Raad de Commissie
uitgenodigd om maatregelen voor te stellen om de paraatheid en crisisrespons op EU-niveau
te versterken.28 Voormalig Italiaans premier Enrico Letta heeft in zijn rapport «Much More Than a
Market» (April 2024)29, dat in opdracht van de Europese Raad is opgesteld, opgeroepen tot een systematische
evaluatie van het gasleveringszekerheidsraamwerk.
Ook heeft de Raad van de Europese Unie in de Raadsconclusies van 30 mei 2024 over
bevordering van duurzame elektriciteitsnetinfrastructuur de Commissie opgeroepen om
een gerichte evaluatie uit te voeren van de architectuur voor voorzieningszekerheid
op langere termijn van de EU30. Voorts heeft de Europese Rekenkamer in zijn rapport over de gasleveringszekerheid
opgeroepen tot verbeteringen aan het gasleveringszekerheidsraamwerk.31 De aanbevelingen van de Europese Rekenkamer strekken tot het zeker stellen van de
betaalbaarheid van gas in het EU-kader; het optimaliseren van de rapportagevereisten
van lidstaten, het herzien van de structuur van regionale samenwerking en het verbeteren
van de transparantie van de uitvoering van projecten van gemeenschappelijk belang.
Op 9 september jl. is door speciaal adviseur van de Europese Commissie Mario Draghi
een rapport met aanbevelingen gepubliceerd over het Europees concurrentievermogen,
waaronder over de gasmarkt. Draghi’s aanbevelingen over gas zien onder andere op de
groothandelsmarkt, langetermijncontracten en gasopslag. Naar verwachting zal Draghi
zijn rapport presenteren tijdens de Europese Raad op 17–18 oktober. Zodra een of meerdere
aanbevelingen leiden tot een Commissievoorstel zal de kabinetsinzet worden bepaald.
Hierover zal ik de Tweede Kamer te zijner tijd op de gebruikelijke wijze informeren.
Gezien deze ontwikkelingen bereidt de Europese Commissie momenteel ambtelijk de herziening
van het leveringszekerheidsraamwerk van de EU voor elektriciteit en gas voor. Hieronder
valt de herziening van de verordening gasleveringszekerheid, dit inclusief de gasopslagbepalingen
die later zijn toegevoegd aan deze verordening, en de herziening van Verordening (EU)
2019/941 betreffende risicoparaatheid in de elektriciteitssector. Momenteel vindt
een publieke consultatie plaats over deze herziening van het leveringszekerheidsraamwerk.32 Naar verwachting zal vervolgens de nieuw geïnstalleerde Europese Commissie aan het
einde van het jaar een besluit nemen over de vraag of het leveringszekerheidsraamwerk
wordt herzien. Mijn voorganger heeft zich uitgesproken voor herziening van de Verordening
gasleveringszekerheid en ik zal hier ook op inzetten in de EU.33
De Minister van Klimaat en Groene Groei, S.Th.M. Hermans
BIJLAGE
Overzicht belangrijkste EU wetgeving op het gebied van aardgas
Europese interne markt voor aardgas
Richtlijn (EU) nr. 2024/1787
(Waterstof- en gasrichtlijn):
• consumentenbescherming en retailmarkt
• derden toegang tot infrastructuur
• vereisten voor systeembeheerders
• geïntegreerde netwerkplanning en
• verantwoordelijkheden regulerende instantie
Verordening (EU) nr. 2024/1789
(Waterstof- en gasverordening):
• algemene regels van toepassing op aardgassystemen, waaronder certificering systeembeheerders,
tarifering en transparantievereisten
• gezamenlijk inkoopplatform voor aardgas
• netcodes en richtsnoeren
• ontheffing nieuwe aardgasinfrastructuur
Leveringszekerheid voor aardgas
Verordening (EU) nr. 2017/1938 (gasleveringszekerheidsverordening):
• Preventieve maatregelen ter zekerstelling van de leveringszekerheid: het uitvoeren
van een risico evaluatie; het opstellen van een preventief actieplan; de infrastructuurnorm;
de gasleveringsnorm en; verplichte vuldoelen.
• Bestrijding van een gascrisis: het opstellen van een noodplan; toezicht noodsituatie;
uitroepen EU noodsituatie; solidariteitsmechanisme en gegevensuitwisseling.
Noodverordeningen (tijdelijk)
Verordening (EU) nr. 2022/2576 (Verordening inzake de bevordering van solidariteit):
• standaard solidariteitsbepalingen
• gezamenlijk inkoopplatform
• mechanisme voor de beheersing van dagelijks volatiliteit
• LNG prijsbenchmarking
Verordening (EU) nr. 2022/2578 (Verordening marktcorrectiemechanisme om de burgers van de Unie en de economie te beschermen tegen buitensporig hoge prijzen
– MCM):
• dynamisch biedlimiet voor aardgasderivaten bij een (a) maandvooruitprijs op de TTF
gedurende 3 werkdagen van meer dan € 180 /MWh en (b) de maandvooruitprijs op TTF € 35
hoger is dan de referentieprijs voor LNG op de wereldmarkt.
Methaan
Verordening (EU) nr. 2024/1787 (Methaanverordening)1:
• het monitoren en verminderen van methaanemissies die ontstaan bij de winning van
fossiele grondstoffen (ruwe olie, aardgas en steenkolen), en de distributie, transport
en behandeling van aardgas, zowel binnen als buiten de EU.
Toezicht op de groothandelsmarkt
Verordening (EU) nr. 1227/2011 (REMIT)2, recent gewijzigd door Verordening (EU) nr. 2024/11063:
• toezicht op de energiegroothandelsmarkt (gas, elektriciteit, waterstof) door Europese
toezichthouder (ACER) en nationale regulerende instantie (ACM). REMIT regelt onder
meer de handhaving van het verbod markmisbruik en handelen met voorwetenschap.
X Noot
1
Verordening (EU) 2024/1787 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2024
inzake de vermindering van methaanemissies in de energiesector en tot wijziging van
Verordening (EU) 2019/942 (Pub EU 2024, L 1787).
X Noot
2
Verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober
2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie
Voor de EER relevante tekst (Pub EU 2011, L 326).
X Noot
3
Verordening (EU) 2024/1106 van het Europees Parlement en de Raad van 11 april 2024
tot wijziging van de Verordeningen (EU) nr. 1227/2011 en (EU) 2019/942 wat de verbetering
van de bescherming van de Unie tegen marktmanipulatie op de groothandelsmarkt voor
energie betreft (Voor de EER relevante tekst) (Pub EU 2024, L 1106).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei