Brief regering : Fenomeenanalyse van de soevereinenbeweging in Nederland: ´Met de rug naar de samenleving´
30 821 Nationale Veiligheid
Nr. 216 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 april 2024
Hierbij bieden wij uw Kamer een analyse aan van de soevereinenbeweging in Nederland
van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD), de Nationale Politie en
de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Deze analyse
is ook toegezegd in het commissiedebat terrorisme en extremisme van 20 december 2023
en verzocht in de motie Six Dijkstra (Kamerstuk 29 754, nr. 709).1
Aanleiding voor de analyse zijn serieuze zorgen over het gedrag van delen van deze
beweging. Onze Grondwet biedt alle Nederlanders belangrijke rechten en vrijheden.
Binnen de grenzen van de wet kunnen mensen hun leven onafhankelijk inrichten, dat
is hun goed recht. Maar er zijn ook plichten om ervoor te zorgen dat onze samenleving
goed functioneert. Dat functioneren wordt ondermijnd wanneer aanzienlijke delen van
de Nederlandse samenleving zich vergaand afkeren van de instituties van de democratische
rechtsstaat of wanneer mensen eigenstandig bepalen dat wet- en regelgeving niet op
hen van toepassing is.
Zo weigeren sommige mensen die zich soeverein verklaren om belasting te betalen, zich
te legitimeren als de politie daarom vraagt of negeren de leerplicht. In de afgelopen
periode is daarnaast steeds vaker sprake van intimidatie, bedreiging en confrontaties
bijvoorbeeld met politie of deurwaarders. Ook ambtenaren, rechters, journalisten,
wetenschappers en politici kennen intimidatie en belemmeringen in hun werk. Bedreigingen
zijn diep ingrijpend voor alle personen en hun gezinnen die dit meemaken, net als
geweld en andere strafbare gedragingen, onacceptabel.
Zorgen zijn er ook over mensen die in de ban komen van het soevereine gedachtegoed.
Personen die al in een lastige financiële positie verkeren, kunnen extra gevoelig
zijn voor de misleidende soevereine boodschap. Zij kunnen doelbewust worden aangemoedigd
om geen belasting meer te betalen of hun kinderen van school te halen.
Soms is er sprake van een extremistische geweldsdreiging. De NCTV stelde vorig jaar
in een themahoofdstuk over soevereinen in het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland
dat een beperkte groep soevereinen actief de gewelddadige confrontatie wil opzoeken
met de overheid.2
Het soevereine gedachtegoed past binnen een bredere anti-institutionele beweging.
De AIVD en NCTV vragen al enkele jaren aandacht voor de uitwassen hiervan.3 Binnen deze beweging kent het soevereine deel een aparte dynamiek. In tegenstelling
tot de bredere anti-institutionele beweging, schrijven het soevereine narratief en
verspreiders daarvan specifieke mogelijkheden tot handelen voor. Bovendien weet de
soevereine beweging zich te organiseren, wat hieronder in de samenvatting van de analyse
nader wordt toegelicht. Sommige soevereinen bereiden zich voor op een gewelddadige
confrontatie met de overheid en dreigen met geweld. In combinatie van de verwachte
groei van de soevereinenbeweging als geheel, is het aannemelijk dat ook deze dreiging
in de toekomst zal toenemen.
Deze bijzonderheid vraagt om een aparte analyse, die bij deze brief wordt geleverd.
Aan deze analyse is behoefte bij gemeenten, de Belastingdienst en andere instellingen
die te maken hebben met uitingen van soevereinen. De analyse beantwoordt de vraag
of er vanuit de Nederlandse soevereinenbeweging sprake is van ondermijning van de
democratische rechtsorde en zo ja, hoe dit zich manifesteert. De brief vat de analyse
samen en schetst daarna de eerste lijnen van onze inzet op soevereinen om onze democratische
rechtsstaat te beschermen.
De rollen zijn als volgt verdeeld: de Minister van Justitie en Veiligheid gaat over
de aanpak van strafbare feiten en (gewelddadig) extremisme; de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de regie waar het gaat om maatschappelijk en rechtstatelijke
dimensies van het vraagstuk. Dit voorjaar ontvangt uw Kamer een brief die dieper ingaat
op het omgaan met het bredere fenomeen van anti-institutionele tendensen. U ontvangt
daarnaast dit voorjaar de aan uw Kamer toegezegde strategie tegen de ondermijning
van de democratische rechtsorde door extremisme, die ingaat op alle vormen, waaronder
anti-overheidsextremisme en soevereinen.4
Belangrijkste conclusies uit de fenomeenanalyse
Mensen die zich soeverein verklaren geloven in meer of minder mate in «een «kwaadaardige
elite», die de bevolking wil onderdrukken, tot slaaf maken en deels zelfs vermoorden».5 Deze elite zou zich niet alleen in de wetgevende, rechterlijke en uitvoerende macht
bevinden, maar ook binnen de media en de wetenschap.
De fenomeenanalyse onderscheidt drie categorieën gedragingen binnen de soevereine
beweging. De grootste groep is erop uit zo onafhankelijk mogelijk te leven en verandering
te voorstaan binnen het huidige systeem. Het nastreven hiervan is, binnen de grenzen
van de wet, legitiem in Nederland. Binnen deze groep keren mensen zich af van de overheid
en andere instituties, maar houden veelal een open houding richting medeburgers. Zij
proberen hen juist te overtuigen van hun ideologie. Er lijkt dan ook nauwelijks sprake
te zijn van ondermijning van een open samenleving.
Op de langere termijn kan dit echter wel de democratische rechtstaat ondermijnen wanneer
onverdraagzame parallelle samenlevingen ontstaan en anti-institutionele narratieven
op grote schaal worden verspreid, waarbij grote aantallen mensen de legitimiteit van
de overheid niet langer zouden erkennen en wet- en regelgeving naast zich neerleggen.
De tweede categorie bestaat uit enkele duizenden mensen die geloven dat de Nederlandse
overheid illegitiem is en die zich niet langer aan de Nederlandse wet- en regelgeving
houden. Hoewel de soevereine beweging in Nederland een geweldloos verleden kent, is
er steeds vaker sprake van intimidatie, bedreiging en een aantal vooralsnog kleine
gewelddadige confrontaties met bijvoorbeeld politie en deurwaarders. Ook lokale politici,
ambtenaren, rechters, journalisten en wetenschappers kunnen zich in hun werk belemmerd
voelen en ook daadwerkelijk belemmerd worden door intimidaties, onder andere door
de dreigende toon in brieven. Naarmate groepen soevereinen steeds verder in de problemen
komen, bijvoorbeeld doordat zij hun rekeningen niet betalen, is de verwachting dat
het aantal gewelddadige incidenten zal toenemen.
De laatste categorie soevereinen bestaat uit mensen die geloven dat een toekomstige
gewelddadige strijd met de overheid en democratische instituties onvermijdelijk is.
Dit is de kleinste groep, van enkele tientallen tot honderd mensen. Hierbinnen is
een nog kleinere groep die zichzelf online en fysiek organiseert en voorbereidt om
zich te verdedigen in de verwachte gewelddadige strijd met de overheid. Bij enkele
personen die behoren tot deze kleine groep soevereinen zijn (vuur)wapens aangetroffen.
Omgang met mensen die zich soeverein verklaren
De grootste urgentie die uit de fenomeenanalyse spreekt is het beschermen van onze
democratische rechtstaat en het voorkomen dat mensen in kwetsbare posities en hun
kinderen de dupe worden. Om de ondermijning door de soevereine en breder, de anti-institutionele
beweging het hoofd te bieden, hebben we drie doelen. Op de eerste plaats staat het
handhaven bij wetsovertreding en het tegengaan van gewelddadig extremisme. Ten tweede
willen we de impact beperken van gedragingen die de democratische rechtsstaat ondermijnen.
Tot slot willen we zorgen dat de beweging afneemt of in elk geval niet groter wordt
om ondermijning van de democratische rechtsorde op de lange termijn te voorkomen.
Hieronder volgt een eerste schets van de actielijnen die volgen uit deze drie doelstellingen.
Een deel daarvan betreft reeds bestaande aanpak, zoals de lokale persoonsgerichte
aanpak radicalisering, die ook van toepassing is op soevereinen en aanjagers. Andere
concrete maatregelen vinden een verdere uitwerking in de reeds aangekondigde brief
over bredere anti-institutionele tendensen.
1. Handhaven van wetsovertreding en tegengaan gewelddadig extremisme
De fenomeenanalyse laat zien dat een aanzienlijk deel van de mensen dat zich soeverein
verklaart zich niet langer aan Nederlandse wet- of regelgeving houdt. Diverse instellingen,
zoals gemeenten, de Belastingdienst, leerplichtambtenaren, het CJIB en de rechterlijke
macht hebben te maken met belemmeringen in hun werk door wetsovertredingen van soevereinen.
Dat is niet acceptabel. Onze organisaties moeten hun werk kunnen doen en handhaven
waar nodig. Want uiteindelijk geldt de Nederlandse wet voor iedereen, ook voor mensen
die vinden van niet. Op lokaal niveau kan handhaven bij overtredingen wanneer mensen
vanuit hun soevereine gedachtengoed de wet overtreden samengaan met zorg en betrokkenheid
voor mensen in kwetsbare situaties. Zorg- en veiligheidshuizen spelen hierin een belangrijke
rol.
Een kleine groep gaat verder en is bereid tot gewelddadige activiteiten of activiteiten
die de democratische rechtsstaat ondermijnen, van bedreiging en doxing tot het aanzetten
tot haat of voorbereiding op de gewelddadige strijd. De Minister van Justitie en Veiligheid
zet volop in op het handhaven bij wetsovertredingen en het bestrijden van deze extremistische
uitwassen.6
Alle instrumenten van strafrecht en bestuursrecht zijn ook voor bedreigingen vanuit
soevereinen inzetbaar. Voor personen met radicale opvattingen die uiteindelijke kunnen
leiden of geleid hebben tot extremistische of terroristische activiteiten is er de
persoonsgerichte aanpak. De gemeenten voeren dan multidisciplinaire casus-overleggen met betrokken partners
uit het veiligheids- en sociaal-zorgdomein en nemen waar nodig maatregelen en doen
op maatgemaakte interventies. Ook soevereinen die de rechtstaat stelselmatig en doelbewust
ondermijnen of die radicaliseren richting gewelddadig extremisme of terrorisme, kunnen
worden opgenomen in deze persoonsgerichte aanpak.
Samen met gemeenten en het sociaal/zorgdomein bezien de veiligheidspartners continu
of aanscherping nodig is, ook met het oog op de aanpak van soevereinen waar zorgen
over zijn. Gemeenten worden vanuit het Rijk ondersteund met kennis en advies. De «handreiking
aanpak radicalisering en terrorismebestrijding op lokaal niveau» wordt momenteel geactualiseerd.
Nieuwere vormen van extremisme waaronder op het gebied van de soevereinen en de mogelijkheden
van een persoonsgerichte aanpak heeft in deze doorontwikkeling nadrukkelijk een plek.
Ook gaf de NCTV opdracht aan het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum om onderzoek
uit te voeren naar onder andere de profielkenmerken van personen binnen anti-institutioneel
extremisme.
2. Beperken impact van democratie-ondermijnende gedragingen
De fenomeenanalyse laat zien dat er een groot spectrum van gedragingen is binnen de
soevereine beweging. Van het stelselmatig en doelbewust verspreiden van extremistische
narratieven, het thuishouden van leerplichtige kinderen tot oproepen tot geweld. Deze
gedragingen hebben in verschillende mate impact op de democratische rechtsorde. Om
deze impact te beperken, moeten we voorkomen dat mensen verder gaan in hun democratie-ondermijnend
gedrag en daarmee kwetsbaren, zoals kinderen, worden beschadigd.7
a) Invloed van aanjagers beperken
Hiertoe willen we, in de eerste plaats, de invloed beperken van aanjagers. Zij brengen
mensen in grote problemen, bijvoorbeeld met adviezen om schulden niet te betalen.
Terwijl ze soms zelf aan deze mensen verdienen door tegen betaling documenten, advies
en andere diensten aan te bieden. Een ander type aanjagers neemt het voortouw bij
het verspreiden van feitelijk onjuiste, demoniserende of intimiderende boodschappen
over mensen die bij de overheid werken. We gaan het vizier richten op deze aanjagers,
bijvoorbeeld door informatie openbaar te maken over hun werkwijzen.
b) Normeren van democratie ondermijnend gedrag
Mensen moeten duidelijk beseffen wat de consequenties zijn van overtreding van regels
en wetten. We stimuleren aangifte bij intimidatie of bedreiging. Zoals de fenomeenstudie
aangeeft, is gedrag dat de democratie ondermijnt niet altijd buitenwettelijk, zoals
bijvoorbeeld het verspreiden van het kwaadaardig elite narratief of het niet erkennen
van het gezag van de politie. Het is een uitdaging hier op andere wijze grenzen te
stellen, bijvoorbeeld door mensen aan te spreken op dergelijk gedrag. Waar nodig volgen
stopgesprekken door lokaal bestuur of politie. Soms gaat zorgelijk gedrag ook gepaard
met sociaal-psychische kwetsbaarheid. Onderdeel van het voorkomen van escalatie, is
het bevorderen van een gecombineerde aanpak vanuit zorg- én veiligheidsperspectief.
c) Instituties weerbaarder maken
Om de impact van democratie-ondermijnend gedrag te beperken, willen we ook de instituties
weerbaarder maken. Door kennis te vergroten, bewustzijn van risico’s te versterken
en adequaat hierin te handelen. De politie en enkele gemeenten zijn hier al langer
mee bezig. We leren hiervan en ondersteunen met handreikingen en advies op maat. Met
lokale bestuurders bezien we hoe gedrag dat de democratische rechtsstaat ondermijnt
steviger te begrenzen.
3. Zorgen dat de extremistische beweging niet groter wordt.
De fenomeenanalyse geeft aan dat het grootste deel van de soevereine beweging veranderingen
voorstaat binnen het bestaande systeem (sommigen hiervan noemen zich liever «autonoom»).
Veel van deze personen hebben concrete zorgen of grieven, waardoor ze hun vertrouwen
zijn verloren in de instituties. Anderen zijn op zoek naar een eenvoudiger manier
van leven, buiten de complexe systemen van de bredere samenleving. In essentie is
dit natuurlijk legitiem; we leven in een vrij land. Echter, om ondermijning van de
democratische rechtsstaat op de lange termijn tegen te gaan willen we wel grootschalige
verspreiding van het anti-institutionele narratief tegengaan en voorkomen dat het
extremistische deel van de beweging groter wordt.
a) Mensen weerbaarder maken
Het is belangrijk om deze mensen weerbaar te maken tegen antidemocratische narratieven,
zodat zij niet aansluiten bij de extremistische geledingen van de beweging. Hier gaat
het om stimuleren van kritisch denken over informatie online. Instituties moeten ook
goed feitelijke en begrijpelijk informatie verstrekken zodat mensen zich minder tot
simplificerende complotconstructies wenden. Kansen liggen ook in het tijdig zichtbaar
maken door media en (onderzoeks-)journalistiek van extremistische narratieven.
b) Verbinding versterken
Het is belangrijk om de verbinding te blijven zoeken met mensen die belangstelling
hebben voor het soevereine gedachtegoed. Lokale partners geven aan dat deze mensen
grote behoefte hebben aan een luisterend oor en dat oprechte aandacht escalatie kan
voorkomen. Gemeenten kunnen deze mensen betrekken bij maatschappelijke initiatieven
en ondersteunen als ze zich in een kwetsbare positie bevinden. In verbinding komen
met mensen die zich afkeren van de instituties is niet makkelijk. Het Ministerie van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bundelt de inzichten en ondersteunt bij
de lokale inzet.
Conclusie
Nederland is een open samenleving met vele vrijheden die zijn vastgelegd in de Grondwet.
Dit is echter niet vrijblijvend. Alles staat en valt bij de bescherming van de democratische
rechtsorde die onze vrijheid én veiligheid mogelijk maakt. Hier moeten we ons gezamenlijk
voor inzetten. Met ruimte voor dialoog en respect naar elkaar, maar wel binnen de
kaders van onze democratie en rechtsstaat.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Mede ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties