Brief regering : Voorhangprocedure Subsidieregeling topsportevenementen 2024-2028
30 234 Toekomstig sportbeleid
Nr. 385
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 15 januari 2024.
De wens om over de voorgenomen voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling
nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig
leden van de Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 15 februari 2024.
De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden
gedaan dan op 16 februari 2024 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van
de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.
Bij de termijnen is rekening gehouden met de recesperiode van de Tweede Kamer.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 januari 2024
Hierbij bied ik u aan de concept-regeling, gericht op de subsidiëring van eenmalige
internationale topsportevenementen tot 1 januari 2029 (hierna: subsidieregeling topsportevenementen
2024–2028).
Voorlegging Subsidieregeling topsportevenementen 2024–2028
De Subsidieregeling topsportevenementen 2024–2028 volgt de Subsidieregeling topsportevenementen
2021–2023 op. Deze regeling is bedoeld om de organisatie van eenmalige internationale
topsportevenementen in Nederland financieel te ondersteunen. Deze evenementen dragen
bij aan het topsportbeleid, de winkansen voor de Nederlandse topsporters en maken
topsport zichtbaar in Nederland. Door verschillenden doelgroepen te bereiken zorgen
topsportevenementen daarnaast voor maatschappelijke waarde in de vorm van nationale
trots en saamhorigheid. Ook kunnen zij mensen inspireren om zelf (meer) te gaan sporten
en bewegen.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
(artikel 4.10, zesde lid, van de Comptabiliteitswet 2016) en biedt uw Kamer de mogelijkheid
zich uit te spreken over de wijziging voordat ik deze zal ondertekenen en ter publicatie
aan de Staatcourant zend.
Op grond van de aangehaalde bepaling onderteken ik de conceptregeling niet eerder
dan 30 dagen nadat deze aan uw Kamer is voorgelegd.
Een conceptversie van de beoogde regeling is als bijlage toegevoegd. De conceptregeling
is getoetst door het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR). De ATR heeft geconcludeerd
dat de regeling geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk kent.
VWS werkt sinds 20211 met NOC*NSF en Vereniging Sport en Gemeenten (VSG) samen aan het topsportevenementenbeleid,
aan de hand van de Nationale Topsportevenementen Strategie.
Het beleidsdoel vanuit VWS hierbij luidt:
«het stimuleren en ondersteunen van de sportsector bij het organiseren van aantrekkelijke
en maatschappelijk verantwoord georganiseerde internationale topsportevenementen om
de inspirerende waarde en het bereik van topsport te vergroten». Een van de acties van VWS in de Nationale Topsportevenementen Strategie is de subsidieregeling.
Wijzigingen ten opzichte van de Subsidieregeling topsportevenementen 2021–2023
De belangrijkste wijzigingen betreffen:
1. Verhoging van het maximale subsidiebedrag voor eenmalige topsportevenementen gericht
op deelnemers met een handicap, omdat er sprake is van extra kosten voor bijvoorbeeld
het aanpassen van de accommodatie.
2. Beschikbare subsidie voor topsportevenementen die gericht zijn op deelnemers met en
zonder handicap. Voorheen was een combinatie mogelijk onder de voorwaarden voor een
topsportevenement gericht op deelnemers zonder een handicap. Hierbij werd geen rekening
gehouden met de aangepaste businesscase en de extra kosten die een gecombineerd evenement
met zich meebrengt.
3. Plan van aanpak dat ingaat op organisatorische, financiële en maatschappelijke haalbaarheid.
Dit is specifieker dan hiervoor werd gevraagd. Daar staat tegenover dat een haalbaarheidstoets
van een onafhankelijke partij komt te vervallen.
De toelichting bij de subsidieregeling bevat een nadere uiteenzetting van de wijzigingen
ten opzichte van de vorige regeling.
Evaluatie
De Subsidieregeling topsportevenementen 2019–2023 is door een externe partij geëvalueerd.
Enerzijds om objectief inzicht te bieden in de huidige werking van de instrumenten
en anderzijds om verbeteringen aan te dragen voor het (opnieuw) openstellen van de
regeling. Deze evaluatie is tevens verplicht conform de Comptabiliteitswet2 en is uitgevoerd conform de evaluatie-eisen uit de Regeling periodiek Evaluatieonderzoek3.
Uit de evaluatie van de Subsidieregeling topsportevenementen 2021–2023 blijkt dat
de regeling beantwoordt aan het doel waarvoor deze in het leven is geroepen en doelmatig
wordt uitgevoerd. Ook blijkt vanuit het veld dat het wenselijk is de subsidieregeling
voort te zetten. De onderzoekers concluderen dat de Subsidieregeling topsportevenementen
2021–2023 in beginsel een goed werkend instrument is. De evaluatie bevat ook de onderstaande
aanbevelingen:
1. Verken de mogelijkheden om de subsidieregeling nog beter op de doelen van het topsportevenementenbeleid
en de -strategie af te stemmen. Dat is mogelijk door in de regeling op te nemen dat
de aanvrager informatie opneemt over de «platform- of podiumfunctie».
Ik heb deze aanbeveling overgenomen: In de nieuwe regeling worden aanvragers verzocht om een toelichting te geven over
de maatschappelijke activatie die zij op gang willen brengen en welke partijen daaraan
mee werken.
2. Bekijk of de tegenstrijdigheid tussen het uiterlijk 36 maanden van tevoren indienen
van de aanvraag en met de subsidie een sluitpost te willen bieden kan worden voorkomen.
Ik heb deze aanbeveling overgenomen: Ik heb dit overgenomen in de subsidieregeling door aan aanvragers te vragen om aan
te tonen welke activiteiten zij ondernemen om financiering van derden te ontvangen
en door twee maanden voor de start van het evenement een aangepaste begroting te delen.
3. Stel de grens van 1 miljoen euro voor het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek
naar beneden bij. Als deze grens op 500.000 euro had gelegen, hadden zes van de negentien
aanvragers een haalbaarheidsonderzoek in moeten dienen.
4. Zie erop toe dat onafhankelijke personen of organisaties de haalbaarheid beoordelen.
Ik heb deze aanbevelingen gedeeltelijk overgenomen: In de nieuwe regeling wordt van alle aanvragers verwacht dat zij de organisatorische
en financiële haalbaarheid van hun evenement aantonen in een plan van aanpak. Bij
de onderbouwing kan de aanvrager gebruik maken van advies van een externe partij.
Het Ministerie van VWS zal zelf beoordelen of de aanvrager de haalbaarheid voldoende
heeft aangetoond.
5. Onderzoek of er een beleidsinstrument is waarbij – in tegenstelling tot subsidieverlening
– een tegenprestatie kan worden gevraagd.
Ik heb deze aanbeveling niet overgenomen. Dit betreft een ander type beleidsinstrument. Ik neem deze aanbeveling in overweging
bij het bredere topsportevenementenbeleid.
6. Draag in de subsidieregeling op om op onderdelen een toelichting te verschaffen. Dit
geldt onder andere bij «duurzaam en klimaatneutraal organiseren», «inclusief en toegankelijk»
en «gezondheid en veiligheid».
Ik heb deze aanbeveling niet overgenomen. De genoemde onderdelen dragen bij aan het maatschappelijk verantwoord organiseren
van topsportevenementen. Doordat iedere sport en iedere locatie anders is, is het
aan de aanvrager zelf om hier een invulling aan te geven.
7. Heroverweeg het uitgangspunt dat jaarlijkse terugkerende topsportevenementen niet
voor subsidie in aanmerking komen.
8. Ik heb deze aanbeveling niet overgenomen. De subsidie ondersteunt daar waar marktfalen optreedt en een sluitende begroting niet
mogelijk is. De subsidie is voor evenementen die níet op jaarlijkse basis in Nederland
georganiseerd worden, omdat voor jaarlijkse evenementen op lokaal of regionaal niveau
een businesscase te maken is.
9. Heroverweeg het beoordelen op volgorde van binnenkomst. Deze aanpak kan een efficiënte
en effectieve subsidieregeling in de weg staan, omdat evenementen die veel bijdragen
aan het beleid geen subsidie kunnen krijgen en evenementen die er minder aan bijdragen
wel.
10. Beoordeel ook in het perspectief van de andere aanvragen, los van het feit of dat
tegelijkertijd gebeurt. Dit sluit aan bij de strategie waarin het doel is om alle
lagen van de bevolking (zoveel mogelijk unieke personen) te bereiken.
11. Beoordeel de aanvragen aan de hand van criteria en beoordelingen per criterium. Op
die manier kunnen aanvragen (achteraf) met elkaar worden vergeleken, zodat de sterke
en zwakke punten van elke aanvraag geobjectiveerd worden.
Ik heb deze adviezen niet overgenomen. Het doel van de subsidieregeling is het mogelijk maken van eenmalige internationale
topsportevenementen. Alle aanvragen die voldoen aan de voorwaarden van deze regeling
dragen voldoende bij aan de doelstellingen van het topsportevenementenbeleid.
12. Zie erop toe dat evaluaties door een onafhankelijke organisatie worden verzorgd en
dat die worden toegespitst op de beoogde effecten en bijbehorende doelgroepen.
Ik heb deze aanbeveling niet overgenomen. Het is aan de aanvrager om de subsidie te verantwoorden die zij hebben ontvangen.
Ik laat de afweging om dit te laten evalueren door een onafhankelijke organisatie
bij hen.
13. Overweeg om de schriftelijke aanvraag met een interview gepaard te laten gaan.
Ik heb deze aanbeveling niet overgenomen. In de praktijk neemt het ministerie vaak contact op met de aanvrager om een nadere
toelichting te krijgen over de plannen. Ik zie dus niet de noodzaak om hier een formele
verplichting van te maken.
14. Verzamel, borg en verspreid de opgedane kennis en maak die voor iedereen toegankelijk.
Ik heb deze aanbeveling niet overgenomen. De aanvrager is eigenaar van de stukken die worden ingediend ten behoeve van de subsidieaanvraag.
De rijksoverheid mag deze kennis alleen gebruiken om de subsidie toe te kennen. Het
is aan de aanvrager om te bepalen of en hoe opgedane kennis verder wordt gedeeld.
De evaluatie ontvangt u hierbij ook als bijlage.
Ik hoop u zo voldoende te hebben geïnformeerd over de beoogde vaststelling van de
nieuwe Subsidieregeling topsportevenementen 2024–2028.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
C. Helder
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. Helder, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport