Brief regering : Monitoringsrapportage Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) 2023
30 175 Luchtkwaliteit
Nr. 453 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 december 2023
Hierbij bied ik u de veertiende en tevens laatste Monitoringsrapportage Nationaal
Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (verder: NSL) aan. De Monitoringsrapportage
NSL 2023 is opgesteld door het RIVM in samenwerking met Rijkswaterstaat afdeling Leefomgeving.
Dit rapport geeft inzicht in de ontwikkeling van de Nederlandse luchtkwaliteit en
de voortgang van het NSL. De Monitoringsrapportage NSL 2023 rapporteert over het jaar
2022 en geeft prognoses voor 2025 en 2030. De rapportage treft u in de bijlage bij
deze brief. In deze brief vat ik de belangrijkste bevindingen uit de monitoringsrapportage
samen. Verder informeer ik u over de voortzetting van de luchtkwaliteitsmonitoring
na afloop van het NSL programma, welke eindigt op 1 januari 2024 met de inwerkingtreding
van de Omgevingswet. Ook informeer ik u over de samenhang van de herziene richtlijn
luchtkwaliteit en de WHO-advieswaarden met de monitoring.Tot slot volgt een toelichting
op een nieuwe infographic over luchtkwaliteitsnormen. Hiermee geef ik invulling aan
de toezegging aan het lid Haverkort (VVD).1
Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit
Het NSL is het samenwerkingsprogramma voor de luchtkwaliteit van de Rijksoverheid
en decentrale overheden. Het is opgezet om overal in Nederland te voldoen aan de Europese
normen voor stikstofdioxide (verder: NO2) en fijnstof (verder: PM10 en PM2,5). Een ander belangrijk doel is om het mogelijk te maken voor bevoegde gezagen om
ruimtelijke projecten juridisch te onderbouwen.
Luchtkwaliteit in Nederland
Schone lucht is essentieel voor de volksgezondheid. Luchtkwaliteit is ook onlosmakelijk
verbonden met de leefomgeving en raakt ook stikstof- en klimaatbeleid. Samenwerking
tussen overheden is op dit gebied essentieel.
Het NSL heeft bijgedragen aan het verbeteren van de luchtkwaliteit in Nederland door
knelpunten te identificeren en samenwerking tussen overheden te faciliteren. Het stelde
overheden in staat om ruimtelijke projecten te realiseren en die te onderbouwen door
maatregelen te nemen om de luchtkwaliteit te bewaken.2 Ik ben trots op de samenwerking tussen alle deelnemers aan het NSL en wil hen van
harte bedanken voor hun inspanningen.
Tabel 1 geeft een overzicht van de Nederlandse luchtkwaliteit. De twee linker kolommen
laten de dalende lijn in het aantal toetspunten met normoverschrijdingen zien voor
respectievelijk NO2 en PM10. Een toetspunt is representatief voor een wegvak van 100 meter. De twee rechter kolommen
tonen de gemiddelde concentraties van NO2 en PM10 in Nederland volgens de meest recente grootschalige concentratiekaarten Nederland
(GCN).3 De dalende concentraties geven de steeds beter wordende luchtkwaliteit in Nederland
weer.
Tabel 1: Aantal toetspunten met overschrijding van de jaargemiddelde EU-grenswaarden
volgens de NSL-rapportages 2010, 2017 en 2023, en de jaargemiddelde NO2- en PM10-concentratie volgens de GCN rapportage 2023 in monitoringsjaren 2009, 2016 en 2022
en prognosejaren 2025 en 2030
Overschrijdingen
Toetspunten
Gemiddelde concentratie
μg/m3
Jaar
NO2
PM10
NO2
PM10
2009
107751
1121
24,5
25,1
2016
71
5
19,9
18,1
2022
1
2
11,4
13,8
2025
0
0
–
–
2030
0
0
8,4
12,6
X Noot
1
De gerapporteerde overschrijdingen uit 2009 betreffen ook onterechte overschrijdingen.
Ik benadruk dat de luchtkwaliteit in Nederland niet goed genoeg is, ook al laten de
dalende cijfers in Tabel 1 een positieve trend zien. Onder de huidige Europese normen
blijven negatieve gezondheidseffecten bestaan. Op veel plekken worden bovendien de
gezondheidskundig wenselijke WHO-advieswaarden niet gehaald. Ik zet mij daarom in
via het Schone Lucht Akkoord (verder: SLA) om vijftig procent gezondheidswinst te
realiseren in 2030 ten opzichte van 2016 door extra maatregelen voor de luchtkwaliteit
te nemen.
Normoverschrijdingen langs wegen
Door het afschalen van de coronamaatregelen is de verkeersintensiteit weer toegenomen.
Dit heeft geresulteerd in één locatie met een overschrijding van de jaargemiddelde
NO2-norm. Dit betreft de Doklaan te Rotterdam. De jaargemiddelde PM10-norm wordt verder nog overschreden op twee toetspunten op de Noordersluisweg in Velsen.
In 2025 en 2030 worden op basis van de modellering geen overschrijdingen van de jaargemiddelde
NO2-normen meer voorzien.
Aanpak PM10-overschrijdingen rond veehouderijen
Nabij enkele veehouderijen wordt de PM10-etmaalnorm nog overschreden. In de vorige monitoringsronde waren dit vijftien toetspunten
in vijf gemeenten, veroorzaakt door zestien veehouderijen. Hier zijn in deze monitoringsronde
veertien toetspunten in vier gemeenten van overgebleven. Deze overschrijdingen worden
veroorzaakt door negen veehouderijen. Het aantal overschrijdingen is gedaald ondanks
de toename in het aantal gerapporteerde veehouderijen. De overgebleven overschrijdingen
blijven echter hardnekkig. Ook met het ingaan van de Omgevingswet blijf ik me inzetten
om de overschrijdingen zo snel mogelijk op te lossen door de bevoegde gezagen bij
te staan. De verantwoordelijkheid voor het oplossen van deze knelpunten ligt echter
bij de gemeenten.
Afronding projecten en maatregelen onder het NSL
Een belangrijk aspect van het NSL is dat het deelnemers de mogelijkheid biedt om ruimtelijke
projecten, zoals woningbouw, met impact op de luchtkwaliteit te realiseren. Hiertoe
hebben deelnemers compenserende maatregelen geregistreerd. De uitvoering van deze
maatregelen is verplicht bij registratie. Met ingang van de Omgevingswet (en het eindigen
van het NSL) vervalt deze wettelijke uitvoeringsplicht, mits onderbouwd dat ook met
het niet uitvoeren van de maatregel blijvend voldaan wordt aan de grenswaarden.
Europese richtlijn en WHO-advieswaarden
In de vorige aanbiedingsbrief informeerde ik u over de herziening van de Europese
richtlijn voor luchtkwaliteitsnormen.4 De verwachting is nog steeds dat de onderhandelingen vóór de aankomende Europese
verkiezingen in juni 2024 zijn afgerond, en dat deze richtlijn aangescherpte grenswaarden
zal bevatten.
Omdat luchtvervuiling een grensoverschrijdend probleem is, zijn wij voor onze eigen
luchtkwaliteit voor een belangrijk deel afhankelijk van de inzet van landen om ons
heen. Alle EU-lidstaten zullen moeten voldoen aan de nieuwe aangescherpte grenswaarden
en het pad richting de WHO-advieswaarden moeten inzetten. Maatregelen daarvoor in
de ene lidstaat hebben ook gunstige effecten in de andere lidstaat. Het zal inzet
en samenwerking vergen tussen lidstaten, centrale en decentrale overheden, bedrijven,
kennisinstituten en inwoners om in Nederland zo snel mogelijk aan de nieuwe grenswaarden
en op termijn de aan de WHO-advieswaarden te kunnen voldoen. Via het Schone Lucht
Akkoord (SLA) werken we al aan het verder verlagen van emissies van luchtvervuilende
stoffen los van de nieuwe Europese normen.
De toekomst van het monitoringsprogramma luchtkwaliteit
Onder de Omgevingswet geldt de verplichting om de luchtkwaliteit te monitoren. Er
zal dus ook in 2024 een monitoringsrapportage luchtkwaliteit worden gepubliceerd.
De monitoringscapaciteit van het landelijk meetnet luchtkwaliteit (LML) zal onderhouden
worden. De herziene richtlijn verplicht waarschijnlijk ook tot uitbreiding van de
capaciteiten van het LML. Verder worden de SLA-doelen getoetst met behulp van onder
andere het NSL-rekeninstrument CIMLK (centraal instrument monitoring luchtkwaliteit).
Het RIVM zal om die redenen het CIMLK onderhouden en beschikbaar houden voor de monitoring
van de luchtkwaliteit.
Onder de Omgevingswet is meestal de gemeente verantwoordelijk om een plan van aanpak
op te stellen bij (dreigende) overschrijding van de omgevingswaarden voor de luchtkwaliteit
(zie artikel 3.10, eerste lid, van de Omgevingswet). Er zijn enkele uitzonderingen
waarbij de plicht bij een ander bestuursorgaan ligt. Deze uitzonderingen staan in
artikel 4.1, onder a, Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl).
De herziene richtlijn gaat gevolgen hebben voor de monitoring van de luchtkwaliteit
en ook voor het aanpakken van de overschrijdingen. Tegelijkertijd gaat het SLA ook
een nieuwe fase in met de uitvoeringsagenda 2024–2030, die volgend jaar gepresenteerd
wordt. De Europese Unie heeft als doel om in 2050 naar Zero Pollution te gaan. Ik
ben in gesprek met lokale overheden en andere stakeholders over deze ontwikkelingen
en de manier waarop Rijk en decentrale overheden dit samen kunnen vormgeven.
Luchtkwaliteitsnormen in begrijpelijke taal
Aan de heer Haverkort (VVD) heb ik toegezegd een vertaling te maken van de normen
van luchtverontreinigende stoffen naar begrijpelijke taal. Hiervoor heb ik een infographic
laten opstellen (zie bijlage). Deze bevat een ruimtelijke visualisatie voor Nederland
van de concentraties van de belangrijkste luchtvervuilende stoffen. De infographic
laat in één oogopslag de ruimtelijke spreiding van de jaargemiddelde concentraties
van NO2, PM10 en PM2,5 in Nederland zien, en hoe zich die verhouden tot de huidige Europese grenswaarden,
de voorgestelde Europese grenswaarden en de WHO-advieswaarden. Ook geeft de infographic
een idee van deze concentraties in vergelijking met andere plekken in Europa; plekken
die hopelijk tot de verbeelding spreken.
Ik hecht eraan nog toe te voegen dat ook ozon een luchtvervuilende stof is. Er is
echter voor gekozen deze geen onderdeel uit te laten maken van de visualisatie. Ozon
is lastig in een vergelijkbare infographic te plaatsen. Er is geen type leefomgeving
of gebied waarin een bepaalde ozonconcentratie veel voorkomt, omdat ze sterk afhankelijk
is van het weer. Zo is de ozonconcentratie hoger in jaren met veel zomerse dagen.
Geïnteresseerden verwijs ik door naar de website van het European Environment Agency7, waar een interactieve kaart te vinden is met jaargemiddelde concentraties in heel
Europa. In de Atlas Leefomgeving zijn bovendien interactieve kaarten te vinden met
meer informatie over de fysieke leefomgeving in Nederland8.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat