Brief regering : Polisaanbod 2024 en verzekerdeninvloed
29 689 Herziening Zorgstelsel
Nr. 1235
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 november 2023
Met deze brief informeer ik uw Kamer over enkele ontwikkelingen op de zorgverzekeringsmarkt.
Hiermee doe ik tevens een motie van het lid Dik-Faber1 en een toezegging2 uit het commissiedebat Zorgverzekeringstelsel van 21 juni jl. (Kamerstukken II 2022/23,
29 689, nr. 1224) af.
Bijgaand bied ik uw Kamer het volgende aan:
• een overzicht van het polisaanbod waaruit verzekerden kunnen kiezen (bijlage 1);
• onderzoeksrapport van het Nivel waarin de Wet Verzekerdeninvloed is geëvalueerd (bijlage
2).
Polisaanbod 2024
Het jaarlijkse overstapseizoen is gestart. De komende weken kunnen verzekerden desgewenst
overstappen naar een andere zorgverzekeraar of zorgverzekering. Tijdens het commissiedebat
Zorgverzekeringsstelsel van 21 juni jl. heb ik toegezegd uw Kamer na de start van
het overstapseizoen te informeren over het polisaanbod van 2024. Om uitvoering te
geven aan deze toezegging heb ik de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gevraagd om een
overzicht te maken van het aanbod van basispolissen in 2024 (bijlage 1).
Zorgverzekeraars bieden dit jaar 60 polissen aan, evenveel als in 2023.3 De premie stijgt, omdat de kosten van de zorg stijgen, met name door stijging van
lonen en prijzen. De stijging is gemiddeld 8,50 euro per maand, dat is een stijging
van 6%. Daarmee is de stijging minder groot dan vorig jaar, maar wel groter dan het
jaar ervoor. De premiestijging is minder dan bij Prinsjesdag verwacht in de begroting.
Zorgverzekeraars gaan zelf over hun premie; het kabinet maakt in de begroting een
inschatting. In sommige jaren is die inschatting hoger en in andere jaren lager dan
de premies die verzekeraars stellen.
Ter compensatie van de premiestijging stijgt ook de zorgtoeslag. Tegelijkertijd loopt
de eenmalige verhoging van de zorgtoeslag over 2023 af, omdat het kabinet voor 2024
heeft besloten de koopkracht van mensen met een lager inkomen via andere instrumenten
dan de zorgtoeslag extra te ondersteunen. Dit betekent dat de zorgtoeslag per saldo
daalt ten opzichte van 2023. Wel is hij hoger dan in 2022.
Terwijl het aantal polissen in 2024 gelijk is aan dat in 2023, is de samenstelling
van het polisaanbod wel veranderd. In het oog springt de verdere afname van het aantal
restitutiepolissen, van 7 in 2023 tot 4 in 2024. Zorgverzekeraars geven aan dat bij
de restitutiepolissen hoge kosten gedeclareerd worden wanneer de zorgaanbieder niet
gecontracteerd is, met name in de wijkverpleging en de ggz.4 Zorgverzekeraars geven aan dat zij dan de keuze hebben om ofwel de premie sterk te
verhogen, ofwel de vergoeding voor deze zorg om te zetten naar natura. We zien beide
reacties: sommige restitutiepolissen blijven restitutiepolissen maar met een duidelijk
hogere premie dan naturapolissen, en andere restitutiepolissen worden omgezet in combinatiepolissen
waarbij wijkverpleging en ggz op basis van natura verzekerd is. Verschillende gezondheidseconomen5 geven aan dat de afname van het aantal restitutiepolissen niet per se een slechte
ontwikkeling is. Bij natura- en combinatiepolissen kunnen zorgverzekeraars via de
contractering voor hun verzekerden passende zorg inkopen en sturen op het vermijden
van niet-passende, ondoelmatige en daardoor onnodig dure zorg. Goede contractering
vertaalt zich dan in passende zorg tegen een scherpe premie. Daarom kan een natura-
of combinatiepolis voor veel verzekerden een goede keuze zijn. De ervaring leert dat
de meeste6 natura- en combinatiepolissen ruime tot zeer ruime keuzemogelijkheden uit zorgaanbieders
bieden, zodat de verzekerde uitgebreide mogelijkheden heeft om te kiezen voor een
zorgverlener die bij hem of haar past. De actuele contractering voor 2024 is momenteel
gaande en nog niet afgerond, maar er zijn geen aanwijzingen dat in tegenstelling tot
voorgaande jaren komend jaar geen ruim tot zeer ruim aanbod aan zorgverleners op natura-
en combinatiepolissen gecontracteerd zal zijn. 7 Wanneer de verzekerde desalniettemin toch voor een niet-gecontracteerde zorgaanbieder
kiest, dan zorgt het hinderpaalcriterium er voor dat ook van deze niet-gecontracteerde
zorgaanbieder gebruik gemaakt kan worden, maar dan hoeft de zorgverzekeraar niet de
hele rekening te vergoeden; behalve als er sprake is van acute zorg.
Vergelijkingssites zijn een belangrijk instrument gebleken voor verzekerden bij het
kiezen van een zorgverzekering. Het is hierbij belangrijk dat verzekerden op objectieve
en transparante wijze verschillende polissen en zorgverzekeraars met elkaar kunnen
vergelijken. Ik vind het daarom goed dat zorgverzekeraars en vergelijkingssites in
de aanloop naar dit overstapseizoen voor een aantal punten hebben uitgewerkt wat zij
over en weer van elkaar mogen verwachten. Op deze manier worden verzekerden nog beter
in staat gesteld om een goede vergelijking te maken tussen polissen. Zoals een duidelijke
en vindbare uitleg over hoe de vergelijking op de vergelijkingssites werkt. Ook is
gezamenlijk uitgewerkt hoe bepaalde andere meewegende factoren kunnen worden getoond.
Hierbij valt te denken aan thema’s als kwaliteit van de dienstverlening door zorgverzekeraars,
duurzaamheid of bevordering van gezonder leven en preventie. Tot slot hebben verzekeraars
en vergelijkingssites afspraken gemaakt over welke informatie over de polis en de
contractering in ieder geval wordt getoond, zoals het type polis en een uitleg hiervan,
het gecontracteerde zorgaanbod en het vergoedingspercentage voor niet-gecontracteerde
zorg.
Vanuit VWS zal ook dit overstapseizoen weer een publieksvoorlichting lopen. Het doel
van deze voorlichting is om burgers erop te wijzen dat het goed is om te controleren
of hun zorgpolis nog aansluit bij hun (zorg-)behoeften. De publieksvoorlichting is
dusdanig ingestoken dat hij voor iedereen begrijpelijk is.
In het voorjaar van 2024 zal uw Kamer geïnformeerd worden over hoe het overstapseizoen
van 2023–2024 is verlopen.
Evaluatie Wet Verzekerdeninvloed Zorgverzekeringswet
Op 1 januari 2021 is de Wet Verzekerdeninvloed Zorgverzekeringswet in werking getreden.
De wet regelt manieren waarop en waarmee de invloed van verzekerden op de zorgverzekeraar
wordt vergroot. Kort gezegd moet een verzekeraar een inspraakregeling vaststellen
en een verzekerdenraad hebben. De wet kent ook een evaluatiebepaling.
Met deze Kamerbrief bied ik de evaluatie aan, uitgevoerd door het Nivel (bijlage 2),
waarmee ik tevens voldoe aan de motie van het lid Dik-Faber.8 In de evaluatie zijn de volgende onderzoeksvragen beantwoord:
1. In hoeverre voldoen de zorgverzekeraars aan de wettelijke vereisten voor verzekerdeninvloed?
2. Heeft de Wet Verzekerdeninvloed door middel van deze vereisten geleid tot meer invloed
van verzekerden op het beleid van zorgverzekeraars?
Om deze vragen te beantwoorden heeft het Nivel verschillende onderzoeksmethoden gebruikt.
Zo heeft hij een website- en documentanalyse uitgevoerd, heeft hij interviews gehouden
met verzekeraars, verzekerdenraden en patiënten- en consumentenorganisaties, en heeft
hij een enquête gehouden onder verzekeraars en verzekerden.
Resultaten van het onderzoek
Het Nivel trekt uit het onderzoek positieve conclusies, maar geeft ook aanbevelingen
mee. Alle verzekeraars hebben de verplichte inspraakregeling opgesteld, waarin de
verplichte beleidsterreinen (zorginkoop en klantcommunicatie) zijn opgenomen. Ook
hebben zij (bijna) allemaal een verzekerdenraad ingesteld.9 De Wet Verzekerdeninvloed blijkt meer structuur gegeven te hebben gegeven aan de
inspraak van verzekerden, en zowel verzekeraars als verzekerdenraden zijn tevreden
over hun samenwerking. Zorgverzekeraars ondersteunen verzekerdenraden zo goed mogelijk
in hun rol en nemen hun input mee bij besluitvorming. Een belangrijke conclusie van
het onderzoek is dat verzekerdenraden zich gehoord voelen door zorgverzekeraars en
dat zij daadwerkelijk fungeren als klankbord van zorgverzekeraars. Zorgverzekeraars
hebben vooral beleidsaanpassingen gedaan gericht op het gebied van klantcommunicatie.10 Hoewel verzekeraars aangeven dat het een uitdaging kan zijn om een goede afspiegeling
van de verzekerdenportefeuille plaats te laten nemen in de verzekerdenraad, laat het
rapport ook zien dat zij hier de nodige inspanningen toe verrichten.
Uit het onderzoek blijkt dat zowel verzekeraars als verzekerdenraden het niet nodig
vinden dat er vanuit de wet nieuwe beleidsterreinen worden aangemerkt als verplicht
onderwerp van verzekerdeninvloed. Uit de interviews komt wel naar voren dat patiënten-
en consumentorganisaties zich de vraag stellen in welke mate de wetswijziging heeft
geleid tot meer invloed van verzekerden. Een belangrijk punt van aandacht is dat weinig
verzekerden op de hoogte zijn van de mogelijkheden om invloed uit te oefenen op het
beleid van hun verzekeraar. Het Nivel beveelt daarom aan om de zichtbaarheid van de
verzekerdenraden te versterken. Dit kan onder andere door individuele verzekerden
te informeren over wat er in de verzekerdenraad wordt besproken en besloten. Ook beveelt
het Nivel aan om te bekijken wat verzekerdenraden specifiek nodig hebben zodat zij
nog beter worden betrokken bij de beleidsvorming van verzekeraars.
Het onderzoek biedt relevante inzichten voor zorgverzekeraars en voor verzekerdenraden.
Daarom zal ik de resultaten van het Nivel-onderzoek onder hun aandacht brengen.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers
Indieners
-
Indiener
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.