Brief regering : Geannoteerde agenda voor de informele Raad Buitenlandse Zaken Handel van 19 en 20 oktober 2023
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2735
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 oktober 2023
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de informele Raad Buitenlandse Zaken
Handel van 19 en 20 oktober 2023.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher
GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE RAAD BUITENLANDSE ZAKEN/HANDEL VAN 19 en 20 OKTOBER
2023
Introductie
Op donderdag 19 en vrijdag 20 oktober a.s. vindt de informele Raad Buitenlandse Zaken
(RBZ) Handel plaats onder Spaans voorzitterschap in Valencia. Tijdens de plenaire
vergadering van de Raad op 20 oktober zal achtereenvolgens worden gesproken over de
handelsrelaties tussen de EU en de Verenigde Staten (VS) en over Economische Veiligheid.
Voorts zal van gedachten worden gewisseld over de bilaterale handelsrelaties met verschillende
handelspartners van de EU, inclusief lopende en afgeronde onderhandelingen over handelsakkoorden.
Tijdens de lunch op vrijdag 20 oktober zal, onder voorbehoud, van gedachten worden
gewisseld met Katherine Tai, de Minister van handel van de Verenigde Staten (United States Trade Representative – USTR).
Voorafgaand aan de informele RBZ Handel zal in Valencia op 19 oktober de bijeenkomst
van handelsministers van de Unie voor het Middellandse Zeegebied (UfM) plaatsvinden.
Deze conferentie wordt georganiseerd door de EU en Jordanië, die samen het co-voorzitterschap
van de UfM bekleden. De UfM is een intergouvernementele organisatie die zich richt
op het bevorderen van de betrekkingen tussen landen in de Euro-mediterrane regio.
De beoogde uitkomst van de conferentie is een gezamenlijke niet-bindende verklaring
die zich richt op duurzame handel, duurzame investeringen en regionale cohesie, alsmede
een aantal concrete initiatieven om de handels- en investerings-betrekkingen tussen
de lidstaten van de UfM te verdiepen.
Handelsbetrekkingen met de Verenigde Staten
De besprekingen over de handelsbetrekkingen tussen de EU en de VS staan vooral in
het teken van het Global Sustainable Arrangement (GSA) on steel and aluminium en het Critical Minerals Agreement (CMA).
Het GSA is een beoogde nieuwe internationale afspraak waarvan de deelnemers twee doelstellingen
nastreven: het verminderen van koolstofuitstoot in staal- en aluminiumproductie en
het adresseren van overcapaciteit van staal en aluminium uit niet-markteconomieën.
De VS en de EU hebben zich gecommitteerd aan het aangaan van dergelijke afspraken
in oktober 2021. Toen zijn ook de wederzijdse tarieven opgeschort in het handelsdispuut
dat ontstond als gevolg van de instelling in 2018 van tarieven op EU staal- en aluminiumexport
door de Administratie van president Trump. In oktober 2021 werd afgesproken zowel
de VS tarieven op EU staal- en aluminiumexport als de EU rebalancerende tarieven op
VS exportproducten voor een periode van twee jaar op te schorten. Een onderdeel van
de GSA zou moeten zijn dat deze tarieven permanent verwijderd worden.
Er is de afgelopen maanden weinig voortgang geboekt in de gesprekken over het GSA
en op dit moment lijkt het onwaarschijnlijk dat de VS en de Europese Commissie op
korte termijn nader tot elkaar zullen komen. In deze gesprekken blijft de Europese
Commissie inzetten op een GSA dat conform de regels van de Wereldhandelsorganisatie
(WTO) wordt vorm gegeven en dat niet afdoet aan het EU Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM), het primaire EU-instrument om koolstoflekkage uit de EU te adresseren. Nederland
steunt deze inzet. Tijdens de informele Raad zal de Commissie de stand van zaken in
de gesprekken over het GSA delen. Hierbij zal Nederland ook benadrukken dat het voorlopig
uitblijven van uitzicht op een permanente oplossing niet zou moeten betekenen dat
de wederzijdse tarieven in het staaldispuut weer van toepassing worden. Een verlenging
van de opschorting van deze tarieven ligt in dat geval voor de hand.
Inzake het CMA is uw kamer op 30 juni jl. geïnformeerd over het voorstel voor een
onderhandelingsmandaat voor een grondstoffenakkoord tussen de EU en de VS.1 Het beoogde akkoord heeft tot doel om de waardeketens van grondstoffen die worden
gebruikt bij de productie van de accu’s van elektrische voertuigen te versterken.
Bovendien kan daarmee worden bewerkstelligd dat producten uit de EU in aanmerking
komen voor de clean vehicle tax credit van de Inflation Reduction Act (IRA). Op 20 juli jl. is het onderhandelingsmandaat door de Raad goedgekeurd, waarover
uw Kamer eveneens per brief is geïnformeerd.2 Sindsdien onderhandelt de Europese Commissie namens de EU met de VS over een grondstoffenakkoord.
Tijdens de informele Raad zal de laatste stand van zaken worden gedeeld. Nederland
en een aantal andere lidstaten steunen een snelle totstandkoming van het CMA, omdat
dit eraan bijdraagt dat Europese leveranciers een goede positie kunnen behouden in
de Amerikaanse waardeketens voor batterijen voor elektrische auto’s. Zoals in voornoemde
Kamerbrief van 30 juni jl. is vermeld, zal een eventueel akkoord aan de Raad worden
voorgelegd voor besluitvorming.
Naast deze beide actuele dossiers zal naar verwachting ook worden gesproken over de
volgende bijeenkomst op politiek niveau van de Trade and Technology Council (TTC). Op dit moment is nog geen datum gepland voor deze vijfde bijeenkomst. Het
kabinet steunt de TTC gezien het belang hiervan als platform voor overleg tussen Europese
en Amerikaanse beleidsmakers op het terrein van handel en technologie. Ook steunt
het kabinet verdere institutionalisering van de TTC.
Economische Veiligheid
Op basis van de gezamenlijke mededeling over een Europese economische veiligheidsstrategie
(EEV) zal de Raad overleggen over de aan handel gerelateerde aspecten van economische
veiligheid. Uw Kamer is hierover via een BNC-fiche geïnformeerd.3 Het kabinet verwelkomt de EEV-strategie en ziet de mededeling als stap om veiligheids-,
industrie- en handelsbeleid in gezamenlijkheid te bezien en om tot een meer samenhangend
economisch veiligheidsbeleid op EU-niveau te komen.
Voorts zal de informele Raad onder dit agendapunt ingaan op zowel de toetsing van
ingaande investeringen, alsook de risico’s die mogelijk voortkomen uit uitgaande investeringen.
Deze discussie past binnen de lopende inzet van de Commissie. Zo evalueert de Commissie
momenteel het bestaande raamwerk voor screening van inkomende buitenlandse directe
investeringen, en gaat de Commissie onderzoeken welke veiligheidsrisico’s uitgaande
investeringen met zich mee kunnen brengen. Ten aanzien van de discussie over uitgaande
investeringen neemt het kabinet een proactieve rol in, conform de motie van het lid
Brekelmans c.s.4 Het kabinet verwelkomt de oprichting van een expertgroep die de mogelijke risico’s
van uitgaande investeringen gaat onderzoeken en input gaat verzamelen van het bedrijfsleven
en andere belanghebbenden.
Verder zal onder dit agendapunt gesproken worden over de coördinatie van exportcontrole
van dual-use goederen in de EU. De inzet van de Commissie in de EEV-strategie is om te komen tot
betere EU-coördinatie op dit terrein, met inachtneming van de bestaande nationale
competentie op exportcontrole en de huidige vertegenwoordiging van de lidstaten en
de Commissie in de multilaterale exportcontroleregimes. Nederland steunt het streven
van de Commissie om de EU-coördinatie op gebied van exportcontrole van dual-use goederen te versterken en zal zich hier actief voor blijven inzetten.5
Bilaterale handelsakkoorden
De Raad zal naar aanleiding van een toelichting van de Commissie stilstaan bij verschillende
bilaterale handelsrelaties, inclusief lopende en afgeronde onderhandelingen over handelsakkoorden.
Naar verwachting betreft dit onder andere de onderhandelingen met de Mercosur-landen,
Mexico en Chili.
Een geactualiseerde versie van de voortgangsrapportage handelsakkoorden met een overzicht
van de lopende onderhandelingen is bijgevoegd bij deze geannoteerde agenda. Ten aanzien
van het bereikte akkoord met Chili ontvangt de Tweede Kamer separaat een appreciatie.
Zoals in de Kamerbrief met de kabinetsappreciatie van het eerdere akkoord met Nieuw-Zeeland
werd aangekondigd (Kamerstuk 31 985, nr. 80), heeft het kabinet onderzoek laten uitvoeren naar de economische effecten van de
mogelijke handelsakkoorden met Chili, Mexico en Nieuw-Zeeland. Het onderzoek is op
26 juli jl. gepubliceerd.6
Zoals bekend zet het kabinet in op een actief handelsbeleid, waarin handelsakkoorden
een belangrijk instrument zijn. Handelsakkoorden kunnen bijdragen aan het vergroten
van de economische weerbaarheid en slagvaardigheid van de EU en zorgen voor verbeterde
markttoegang voor ondernemers. Bovendien faciliteren handelsakkoorden de diversificatie
van handelspartners en mitigeren daarmee de risico’s van strategische afhankelijkheden.
Het kabinet zal, conform de eerder toegezonden kamerbrief,7 bepleiten dat een mogelijk EU-Mercosur akkoord een integraal associatieakkoord blijft.
Lunch met de handelsvertegenwoordiger van de Verenigde Staten Katherine Tai
Tijdens de lunch zal naar verwachting de Amerikaanse Minister van handel, United States Trade Representative Katherine Tai, fysiek aanschuiven (nog onder voorbehoud van definitieve bevestiging).
De Raad zal met haar in gesprek gaan over de onderwerpen die hierboven staan beschreven,
en hoe die kunnen bijdragen aan een sterke trans-Atlantische handelsrelatie op de
lange termijn. Nederland verwelkomt de aanwezigheid van USTR Tai bij de Raad.
Overige onderwerpen
Kaderinstructie WTO
De 13e Ministeriële Conferentie van de WTO (MC13) vindt plaats in Abu Dhabi op 26–29 februari
2024. Als bijlage bij deze geannoteerde agenda treft u de kaderinstructie met de Nederlandse
inzet in de aanloop naar, en tijdens, MC13. De prioriteiten van Nederland voor MC13
worden in deze kaderinstructie nader uiteen gezet.
Concept raadsbesluiten Associatieakkoord Oekraïne
De Commissie heeft op 7 juli jl. voorstellen voor een tweetal Raadsbesluiten gedeeld
met betrekking tot een door de EU in te nemen standpunt in het Handelscomité en in
de Associatieraad van het Associatieakkoord met Oekraïne.8 Hiermee zal de EU positief oordelen over de implementatie door Oekraïne van verschillende
afspraken op het gebied van overheidsaanbestedingen en instemmen met het verlenen
van wederzijdse markttoegang voor overheidsaanbestedingen.
Belangrijk onderdeel van het associatieakkoord is legislative approximation: Oekraïne en de EU verlenen elkaar wederzijds op verschillende terreinen aanvullende
markttoegang naarmate Oekraïne wetgeving aanpast aan het acquis van de Unie. In geval van een positief besluit in de Associatieraad zullen de EU
en Oekraïne elkaar markttoegang verlenen voor leveringen aan centrale, regionale en
plaatselijke overheidsinstanties en publiekrechtelijke instellingen.
De Commissie oordeelt positief over de implementatie door Oekraïne van fase 1 en 2
beschreven in bijlage XXI-A bij het hoofdstuk over overheidsaanbestedingen.9 Fase 1 gaat onder andere over het aanwijzen van een onpartijdig en onafhankelijk
orgaan dat is belast met de beoordeling van besluiten van de aanbestedende diensten
bij de plaatsing van opdrachten. Fase 2 gaat onder meer over het implementeren van
beginselen uit een van de aanbestedingsrichtlijnen van de EU (Richtlijn 2014/24/EU).10 Het betreft onder andere openheid en transparantie in alle stadia van het aanbestedingsproces,
en non-discriminatie en gelijke behandeling van inschrijvers.
Het kabinet deelt de analyse van de Commissie over de aanpassing van wetgeving door
Oekraïne en is voornemens in te stemmen met de concept Raadsbesluiten. Dialoog over
de implementatie van de aanpassingen in het kader van het Associatieakkoord blijft
daarbij van belang.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.