Brief regering : Geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juli 2023
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2698
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 juli 2023
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de Raad Buitenlandse Zaken van 20 juli
2023.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
GEANNOTEERDE AGENDA RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 20 JULI 2023
Op 20 juli aanstaande vindt de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) plaats. De Permanente
Vertegenwoordiger van Nederland bij de Europese Unie zal Nederland vertegenwoordigen
tijdens deze Raad. Op de agenda staan als volle agendapunten de Russische agressie
tegen Oekraïne, de externe dimensie van economische veiligheid en Turkije. Op het
moment van schrijven zijn er nog geen agendapunten onder current affairs bekend. Er zal tevens een ontbijt plaatsvinden met Volker Türk, de hoge Commissaris
voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties. Tevens wordt van deze mogelijkheid
gebruikt gemaakt om uw Kamer te informeren over de aanstaande EU-CELAC top van 17
en 18 juli.
Russische agressie jegens Oekraïne
De Raad zal spreken over de voortdurende Russische oorlog tegen Oekraïne. De inzet
van het kabinet blijft onverminderd gericht op het zoveel mogelijk steunen van Oekraïne,
het vergroten van de druk op Rusland om diens agressie te beëindigen, en initiatieven
ten behoeve van accountability.
De recente aanvallen op Oekraïne, waaronder in Kramatorsk en de verwoesting van de
stuwdam Nova Kakhovka, onderstrepen eens te meer het belang van de aanhoudende kabinetsinzet
op accountability. Onderzoek naar schendingen van internationaal recht in Oekraïne, het verzamelen
van bewijs voor gebruik in toekomstige rechtszaken, het streven naar een volwaardig
compensatiemechanisme en de inzet op een tribunaal voor het misdrijf agressie zijn
essentiële onderdelen van deze inzet. De lancering van het «International Centre for the Prosecution of the Crime of Aggression» in Den Haag op 3 juli jl. vormt daarmee een stap richting internationale accountability-inzet.
Het kabinet verwelkomt de aanname van het 11e EU-sanctiepakket tegen Rusland. Het pakket staat, conform de inzet in het Nederlandse
non-paper dat met steun van 18 lidstaten is ondertekend, nadrukkelijk in het teken
van het tegengaan van omzeiling. Daarnaast is een door Nederland voorgesteld nieuw
listingscriterium gericht tegen kwaadwillende Russische cyberactoren opgenomen in
dit pakket, waarmee negen entiteiten zijn gelist. Nederland was tevens verantwoordelijk
voor een aanzienlijk deel van de overige nieuwe listings, onder andere gericht tegen
de deportatie van Oekraïense kinderen en Russische wapenproducenten. Het kabinet blijft
zich onverminderd inzetten voor verdere aanscherping van de sancties tegen Rusland
en maatregelen om sanctieomzeiling te bestrijden.
Mogelijk zal er tijdens de Raad ook gesproken worden over de Commissievoorstellen
voor het opschalen van de productiecapaciteit van de Europese defensie-industrie.
Een van deze voorstellen, the Act of Ammunition Production (ASAP), beoogt het opschalen van de munitieproductie en kan op steun van het kabinet
rekenen om te kunnen blijven voldoen aan de grote vraag naar munitie.1 Daarnaast verwelkomt het kabinet de vooruitgang die is geboekt bij de onderhandelingen
over het instrument voor de versterking van de Europese defensie-industrie door middel
van gemeenschappelijke aanbestedingen (European Defence Industry Reinforcement through Common Procuerement Act, EDIPRA) om gezamenlijke aanbestedingen te stimuleren. Mogelijk spreekt de Raad ook
over een achtste tranche steun van 500 miljoen EUR vanuit de Europese Vredesfaciliteit (EPF) aan Oekraïne.
Het kabinet steunt dit voorstel.
Externe dimensie van economische veiligheid
De Raad zal de externe dimensie van de recent verschenen Gezamenlijke Mededeling over
Europese Economische Veiligheid (EEV) bespreken.2 Deze discussie bouwt voort op de eerste bredere discussie die plaatsvond tijdens
de Europese Raad van 29–30 juni jl.3 De ER benadrukte de noodzaak om de economische weerbaarheid en veiligheid van de
Unie te versterken om de Europese belangen op het wereldtoneel te verdedigen, met
instandhouding van het open karakter dat de Europese economie kenmerkt. De EEV Mededeling
is gebaseerd op de drie pijlers promote, protect en partners. Het kabinet verwelkomt de EEV mededeling en de bespreking daarvan in de RBZ, omdat
economische veiligheid niet los gezien kan worden van de geopolitieke ontwikkelingen,
en daarmee dus ook weerslag zal hebben op het Gemeenschappelijk Buitenland- en Veiligheidsbeleid
(GBVB). Het is positief dat de EEV strategie gericht is op zowel stimulerende als
beschermende maatregelen en het aangaan van internationale partnerschappen ter bevordering
van de Europese economische veiligheid. Deze driepijler-benadering sluit aan bij de
Nederlandse inzet en draagt bij aan het versterken van de open strategische autonomie
van de EU.4 Zoals aangegeven in de Geannoteerde Agenda van de Europese Raad zal het kabinet de
Kamer volgens de reguliere informatieafspraken via een BNC-fiche een nadere appreciatie
geven van de EEV strategie.5
Turkije
De Raad zal de stand van zaken in de relatie met Turkije bespreken. Deze discussie
vindt plaats naar aanleiding van de uitslag van de Turkse parlements- en presidentsverkiezingen
in mei, waarna in juni het nieuwe Turkse kabinet is aangetreden. De discussie zal
zich naar verwachting richten op de EU-relatie met Turkije, en de manier waarop aan
de EU-brede relatie met het nieuwe Turkse kabinet vorm en inhoud gegeven kan worden.
De Europese Raad heeft herhaaldelijk aangegeven dat de EU bereid is om op een gefaseerde,
proportionele en omkeerbare wijze samen met Turkije op een aantal gebieden van gemeenschappelijk
belang de samenwerking te versterken. Het kabinet verwelkomt een brede discussie over
de toekomstige relatie van de EU met Turkije en acht samenwerking met Turkije op terreinen
van wederzijds belang belangrijk, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid, terrorismebestrijding,
economie en migratie. Dankzij de duurzame bilaterale relatie spreken Nederland en
Turkije elkaar over onderwerpen waarop wordt samengewerkt, maar ook over thema’s waarover
zorgen bestaan zoals mensenrechten. Dit maakt ook integraal onderdeel uit van de EU-Turkije
relatie. Het kabinet is tevens voorstander van de continuering van de EU-Turkije verklaring
en daarmee van de financiële opvolging van de Facility for Refugees in Türkiye (FRIT). Zowel de EU als Turkije hebben baat bij een effectieve uitvoering van de
afspraken in het kader van de verklaring en hebben een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid
hiertoe. Het kabinet heeft de Europese Commissie gevraagd om met nieuwe financieringsvoorstellen
te komen om de EU-Turkije verklaring te ondersteunen.
Overig
Ontbijt Volker Türk, de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties
De Hoge Commissaris voor de Mensenrechten (HC) van de Verenigde Naties, Volker Türk,
zal tijdens een ontbijtsessie met de Raad zijn plannen toelichten voor de viering
van 75 jaar Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UDHR75) in Genève op
11 en 12 december 2023. Nederland behoort tot een van de grootste donoren van OHCHR
en beschouwt het kantoor van de HC (OHCHR) als de belangrijkste multilaterale organisatie
ter bescherming en bevordering van mensenrechten. De ontbijtsessie biedt gelegenheid
om met de HC van gedachten te wisselen over zijn plannen voor hervormingen bij OHCHR
en zijn inzet om de positie van de landenkantoren van OHCHR te versterken. Dit is
een aanpak die Nederland steunt gezien het belang van de veldkantoren in het monitoren,
rapporteren en adresseren van mensenrechtenschendingen, alsook hun bijdrage aan preventie
door het tijdig signaleren van potentiële ondermijning van de mensenrechtensituatie.
De viering van UDHR75 op 11 en 12 december 2023 is een belangrijk moment om het belang
en de universaliteit van mensenrechten te herbevestigen. Nederland zal steun uitdragen
voor het mandaat en werk van de Hoge Commissaris en zijn kantoor. Nederland zal hem
tevens oproepen de bijdrage van zijn organisatie aan accountability te verstevigen,
zodat OHCHR de centrale organisatie wordt als het aankomt op dataverzameling en onderzoek
naar mensenrechtenschendingen, inclusief het vergaren van bewijzen voor rechtsvervolging.
Raadsconclusies review actieplan mensenrechten en democratie
De Raad zal naar verwachting Raadsconclusies aannemen over een tussentijdse evaluatie
van de implementatie van het EU Actieplan Mensenrechten en Democratie 2020–2024 (Kamerstuk
22 112, nr. 2871). Hierin wordt benadrukt dat de bestaande uitdagingen om mensenrechten en democratie
wereldwijd te bevorderen zijn toegenomen. De COVID-pandemie en de Russische agressieoorlog
tegen Oekraïne hebben hier met name aan bijgedragen. In dit licht concludeert de Raad
dat de EU haar inspanningen op het internationale toneel moet intensiveren om mensenrechten,
de democratische rechtstaat en internationale rechtsorde te beschermen en te versterken,
en hiervoor de samenwerking met derde landen moet verdiepen.
Somalië
Tijdens de Raad zal naar verwachting een concept note worden aangenomen over het leveren van letale steun aan Somalië. Het betreft een
pakket van 1 miljoen EUR, gefinancierd vanuit de Europese Vredesfaciliteit (EPF),
bedoeld voor de aanschaf van munitie voor gebruik tijdens trainingen verzorgd door
EUTM. Het pakket volgt op eerdere non-letale steunpakketten aan het Somalische leger
sinds 2019. Hulp bij opbouw van het Somalische leger past bij de aanstaande uitfasering
van vredesmissie AMISOM/ATMIS. Dit betreft een missie die de EU reeds sinds 2007 financiert.
Na aanname van de concept note
zal EDEO beginnen met de nadere uitwerking van het voorstel.
EU-CELAC
Middels deze GA wordt uw Kamer tevens geïnformeerd over de laatste stand van zaken
omtrent het programma van de EU-CELAC Top (Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en
Caribische Staten) die op 17 en 18 juli 2023 zal plaatsvinden op niveau van staatshoofden
en regeringsleiders in Brussel. Zoals eerder aan uw Kamer gemeld dient de Top de basis
te leggen voor een diepgaander en gemoderniseerd partnerschap met landen in Latijns-Amerika
en de Caribische regio. Het kabinet ziet kansen om de samenwerking tussen de EU en
deze regio te verdiepen op terreinen als internationale rechtsorde en multilateralisme,
de aanpak van grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit, klimaat en biodiversiteit,
water en kritieke grondstoffen. Ook liggen er mogelijkheden op het terrein van handel
en investeringen, in het bijzonder met betrekking tot de energietransitie. Voor handelsakkoorden
geldt dat het kabinet zoals gebruikelijk elk onderhandelingsresultaat afzonderlijk
beoordeelt en een positie bepaalt zodra alle noodzakelijke stukken door de Commissie
ter besluitvorming aan de Raad worden aangeboden. Ten aanzien van een mogelijk EU-Mercosur
akkoord bepleit het kabinet binnen de EU dat dit een integraal associatieakkoord blijft,
zoals verzocht in de motie van het lid Teunissen c.s.6
Andere beoogde uitkomsten van de Top zijn een investeringsagenda onder de Global Gateway
van de EU en partnerschappen op terreinen als digitalisering en kritieke grondstoffen.
De inzet van het kabinet is gericht op een gemeenschappelijke verklaring waarin beide
regio’s zich committeren aan versterkte samenwerking op de hierboven genoemde prioritaire
thema’s. Daarnaast hecht het kabinet aan aandacht voor mensenrechten en democratie
tijdens de Top, en in de gemeenschappelijke verklaring.
De Top start op 17 juli in de middag met een plenaire sessie, gevolgd door een diner.
Op 18 juli zullen vier ronde tafels plaatsvinden over de volgende thema’s: 1) klimaatverandering:
naar een eerlijke en duurzame transitie; 2) een eerlijke en inclusieve digitale transformatie;
3) Handel, duurzame ontwikkeling en economisch herstel; 4) Burgerveiligheid, sociale
rechtvaardigheid en de bestrijding van grensoverschrijdende georganiseerde misdaad.
De Minister-President zal naar verwachting deelnemen aan de vierde ronde tafel en
daarin onder andere ingaan op het belang van het Verdrag van San José inzake maritieme
drugsbestrijding in het Caribisch gebied. De Top wordt afgesloten met een werklunch
waar naar verwachting mensenrechten, democratie en de oorlog in Oekraïne aan bod komen.
De Minister-President zal en marge van de Top verschillende bilaterale gesprekken
voeren, in lijn met de wens van dit kabinet om betrokkenheid bij deze regio te vergroten
in de huidige geopolitieke context. In aanloop naar de Top is op 13 en 14 juli een
Youth and Civil Society Forum voorzien. Ook zal er op 17 juli een Business Summit plaatsvinden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.