Brief regering : Beleidsreactie op het eindrapport van de commissie Wet wapens en munitie en plan van aanpak vervolgproces
33 033 Wapen- en munitiebezit
Nr. 37
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 juli 2023
Met mijn brief van 20 december 2022 heb ik uw Kamer het eindrapport «Ringen rond de
roos» van de commissie Wet wapens en munitie aangeboden en toegezegd mijn beleidsreactie
op het rapport met een plan van aanpak voor het vervolgproces naar uw Kamer te sturen.1 In deze brief geef ik uitvoering aan deze toezegging.
Allereerst licht ik de totstandkoming van de commissie Wet wapens en munitie en de
opdracht die ik aan deze commissie heb gegeven toe. Daarna benoem ik de belangrijkste
punten uit het rapport van de commissie en geef ik mijn reactie hierop. Vervolgens
zet ik uiteen welke onderwerpen ik op korte termijn ga uitwerken teneinde de huidige
Wet wapens en munitie en de uitvoeringspraktijk te verstevigen. Hierna zal ik ingaan
op mijn verkenning om de Wet wapens en munitie fundamenteel te wijzigen. Tenslotte
informeer ik u over het vervolgproces.
Totstandkoming commissie Wet wapens en munitie en opdracht
Bij brief van 18 december 2020 bent u door mijn ambtsvoorganger geïnformeerd over
de voortgang van het traject inzake de herziening van de Wet wapens en munitie.2 In die brief is uiteengezet dat naar aanleiding van onder meer rechterlijke uitspraken
is gebleken dat het wettelijk kader en de (gewenste) praktijk niet (meer) op elkaar
aansluiten. Mijn ambtsvoorganger kondigde in zijn brief aan deze problematiek uit
te werken ten einde te beoordelen of en onder welke voorwaarden een wetswijziging
nodig was.
Na de brief van 18 december 2020 is door uw Kamer op 9 februari 2021 een motie3 aangenomen van de (voormalige) leden Van Dam (CDA) en Van Nispen (SP), waarin werd
verzocht om een commissie in te stellen en deze commissie een basisplan op te laten
stellen voor een nieuwe Wet wapens en munitie. In lijn met de motie heb ik op 28 januari
2022 een commissie ingesteld om de mogelijkheden in kaart te brengen voor een nieuwe
Wet wapens en munitie.4
Ik heb de commissie Wet wapens en munitie twee taken gegeven. Ten eerste; het maken
van een probleeminventarisatie ten aanzien van het functioneren van de huidige Wet
wapens en munitie en de onderliggende regelgeving. Hierbij moeten ook de onderwerpen
uit de brief van 18 december 2020 worden meegenomen. Ten tweede; het in kaart brengen
van de mogelijkheden (gebaseerd op de probleeminventarisatie) voor de modernisering
van de Wet wapens en munitie en onderliggende regelgeving. Hierbij moeten de geïnventariseerde
mogelijkheden passen bij het doel van de huidige Wet wapens en munitie, namelijk de
openbare orde en veiligheid te waarborgen door het illegale bezit van wapens en munitie
te bestrijden en het legale bezit zoveel mogelijk te beheersen.
Ik heb de commissie tevens drie kaders meegegeven:
1. De commissie zal zo veel als mogelijk aangeven in hoeverre de mogelijkheden proportioneel
zijn ten opzichte van het te verwachten resultaat, de te verwachten impact ervan en
de te verwachten kosten bij implementatie en uitvoering.
2. De commissie zal zo veel als mogelijk inzichtelijk maken hoe de mogelijkheden zijn
afgebakend en op welke wijze zij te implementeren, en voor zover relevant, te handhaven
zijn.
3. De mogelijkheden dienen zo veel als mogelijk aan te sluiten bij de door het kabinet
vastgestelde normen zoals opgenomen in het Integraal afwegingskader voor beleid en
regelgeving (tegenwoordig het Beleidskompas5).
De begeleidingscommissie van de commissie Wet wapens en munitie heeft de werkzaamheden
van de commissie voorzien van wetenschappelijk commentaar en advies. De commissie
heeft haar eindrapport op 20 december 2022 aan mij overhandigd. De commissie was ingesteld
tot en met 31 december 2022 en op die datum zijn de werkzaamheden van de commissie
formeel geëindigd.
Advies commissie Wet wapens en munitie
De commissie heeft een advies gegeven over de ontwikkeling van een basisplan voor
de nieuwe Wet wapens en munitie. De commissie noemt in haar advies acht primaire thema’s.
Deze acht thema’s heb ik hieronder kort samengevat:
1. Het meer beleggen van taken en verantwoordelijkheden bij de verschillende belanghebbende
partijen uit het «Wwm-veld» in de uitvoering van het legale wapenstelsel, met als
doel om de risico’s meer te beperken.
2. Het wettelijk verplicht stellen van lidmaatschap van een vereniging die aangesloten
is bij een erkende koepel.
3. De nieuwe wet- en regelgeving inrichten naar de specifieke gebruikersgroepen.
4. Het hanteren van duidelijke en specifieke definities in de nieuwe wet- en regelgeving
(zoals het afschaffen van het begrip «sprekende gelijkenis») en hierbij meer aansluiten
bij begrippen die worden gehanteerd in juridische kaders van de Europese Unie.
5. Het gebruiken van één begrip «wapenvergunning» in plaats van meerdere termen (verlof,
akte, consent en ontheffing) en een modernisering van het fysieke vergunningsdocument.
6. Het terugdringen van administratieve lasten bij de politie.
7. Het definitief stoppen met de computergestuurde psychologische test en investeren
in andere maatregelen die voorkomen dat personen over een wapenvergunning kunnen beschikken
terwijl dat gezien hun psychische gesteldheid niet aan hen kan worden toevertrouwd.
8. Het afzonderlijk in de Wet wapens en munitie strafbaar stellen van voorbereidingshandelingen
voor het vervaardigen van vuurwapens, waaronder 3D-printen.
Een aantal thema’s is volgens de commissie dermate urgent dat niet gewacht kan worden
op een nieuwe Wet wapens en munitie. De commissie adviseert mij om een wetsvoorstel
bij uw Kamer in te dienen die vooruitlopend op een nieuwe wet, de huidige Wet wapens
en munitie wijzigt op de onderstaande vijf punten:
1. Het anders definiëren van het begrip «overdragen».6
2. Het terugdringen van administratieve lasten bij de politie door het verlengen van
de geldigheidsduur van een wapenvergunning (verloven en jachtaktes).
3. Het wettelijk vastleggen van duidelijke juridische grondslagen over specifieke informatieverwerking
bij de uitvoering van de taken op de vergunningverlening, toezicht en handhaving door
de politie.
4. Het kunnen tegengaan van 3D-printen van wapens op basis van een specifieke strafbaarstelling
van voorbereidingshandelingen.
5. Het wettelijk regelen van een meldplicht voor bestuurders van (erkende en gecertificeerde)
verenigingen om melding te doen bij de overheid over leden met een wapenvergunning
waarbij bijvoorbeeld twijfels zijn over de psychische gesteldheid.
Reactie op advies commissie Wet wapens en munitie
Allereerst wil ik nogmaals mijn waardering uitspreken voor het werk dat de commissie
verricht heeft. Deze bundeling van deskundigheid heeft ertoe geleid dat de commissie
een waardevol rapport heeft opgeleverd met vernieuwende inzichten.
De commissie doet twee verschillende soorten voorstellen; ten eerste op korte termijn
de huidige Wet wapens en munitie wijzigen en ten tweede het ontwikkelen van een nieuwe
Wet wapens en munitie.
Ten aanzien van beide voorstellen constateer ik dat de commissie de verschillende
thema’s niet volledig in lijn met de eerdergenoemde drie kaders heeft kunnen uitwerken
vanwege de omvang en complexiteit van het onderwerp en de beperkte tijdsduur waarvoor
de commissie was ingesteld. Deze kaders hebben betrekking op het Beleidskompas.7 Het volgen van de stappen van het Beleidskompas is van belang voor het doorlopen
van een zorgvuldig proces. De reden waarom ik het Beleidskompas nadrukkelijk vermeld,
is om uw Kamer duidelijk te maken dat de adviezen van de commissie nadere uitwerking
vergen. Ik had uw Kamer graag mijn visie willen geven op de beleidscontouren van de
nieuwe Wet wapens en munitie, maar ik constateer dat hier nog veel werk moet worden
verricht voordat ik keuzes over deze contouren kan maken.
Het huidige stelsel ter beheersing van legaal bezit van wapens en munitie bestaat
uit verschillende regels en verplichtingen voor de vergunninghouder en betrokken overheden.
De verschillende regels en verplichtingen binnen dit stelsel hangen met elkaar samen
en maakt het legaal bezit van wapens en munitie voor particulieren mogelijk. Dit stelsel
is zo sterk als de zwakste schakel. Dit betekent dat een wijziging op een onderdeel
van dit stelsel altijd moeten worden bezien vanuit het grotere geheel en daarom kan
een wijziging niet (of in beperkte mate) zelfstandig uitgewerkt worden. Ik heb de
verantwoordelijkheid voor dit stelsel van legaal bezit van wapens en munitie voor
particulieren en het is mijn taak om het stelsel zodanig in te richten dat de risico’s
voor de veiligheid van de samenleving zo veel als mogelijk worden beperkt. Ik moet
daarom zorgvuldig te werk gaan bij het doorvoeren van wijzigingen in de huidige wet-
en regelgeving en het ontwikkelen van een nieuwe Wet wapens en munitie.
Een groot deel van de huidige regels en verplichtingen in de Wet wapens en munitie
is ontwikkeld naar aanleiding van het schietincident in de gemeente Alphen aan den
Rijn in 2011. Zes mensen zijn toen doodgeschoten en zestien mensen verwond door een
persoon die legaal in het bezit was van wapens en munitie. De Onderzoeksraad voor
Veiligheid heeft destijds aanbevelingen gedaan om het stelsel ter beheersing van het
legale wapenbezit te versterken.8 Deze versterkingen zijn de afgelopen jaren doorgevoerd in wet- en regelgeving. Het
is voor mij belangrijk om zicht te krijgen op de uitvoering van deze versterkingen
en of deze versterkingen het beoogde effect hebben bereikt. Een belangrijk aandachtspunt
hierbij is het in artikel 6a, eerste lid onder b Wet wapens en munitie genoemde onderzoek
naar de psychische gesteldheid van wapenbezitters (en personen die daarvoor in aanmerking
willen komen).
Wijzigen huidige Wet wapens en munitie
Zoals hierboven aangegeven geeft de commissie aan dat een aantal thema’s dermate urgent
is dat het noodzakelijk is om de huidige wet- en regelgeving op korte termijn te wijzigen.
Deze urgentie heeft mijn ambtsvoorganger in zijn eerdergenoemde brief van 18 december
2020 aangekaart. Mijn ministerie heeft de opvolging van deze thema’s onmiddellijk
opgepakt. Ik streef er dan ook naar om in de tweede helft van 2024 een conceptwetsvoorstel
in openbare consultatie te brengen voor de wijziging van de huidige Wet wapens en
munitie. De door de commissie genoemde prioritaire thema’s worden hierin meegenomen.
Deze thema’s zijn als volgt:
• Ik ga de problematiek rondom het begrip overdragen aanpakken. In de wet is bepaald dat een persoon alleen met een wapenvergunning legaal
de beschikking mag hebben over een wapen. Echter, de praktijk, die momenteel is verankerd
in de Circulaire wapens en munitie, voorziet bijvoorbeeld in de mogelijkheid dat leden
van een schietvereniging, die zelf geen wapen willen aanschaffen en dus niet over
een wapenvergunning beschikken, gebruik kunnen maken van verenigingswapens. Deze praktijk
is nog niet in de wet geregeld. Hierbij kijk ik ook naar andere situaties die worden
geraakt door deze problematiek.
• In het kader van het terugdringen van de administratieve lasten bij de politie ga
ik de mogelijkheden voor het verlengen van de geldigheidsduur van een wapenvergunning
uitwerken.
• Ook werk ik de mogelijkheid van een wettelijke meldplicht voor bestuurders van verenigingen
uit. Dit betreft de verplichting voor bestuurders om melding te doen bij de overheid
over leden met een wapenvergunning waarbij bijvoorbeeld twijfels zijn over de psychische
gesteldheid.
• Het wettelijk vastleggen van duidelijke juridische grondslagen over specifieke informatieverwerking
bij de uitvoering van de taken op de vergunningverlening, toezicht en handhaving door
de politie.
• Het kunnen tegengaan van 3D-printen van wapens op basis van een specifieke strafbaarstelling
van voorbereidingshandelingen.
Naast deze thema’s neem ik ook de volgende onderwerpen mee:
• Hoe de beoordeling van de psychische gesteldheid op een effectieve en efficiënte wijzen
kan worden geregeld. Een onafhankelijke en professionele periodieke beoordeling van
de psychische gesteldheid is naar mijn oordeel een uitgangspunt om in aanmerking te
komen, en te blijven, van een wapenvergunning. De opschorting van de e-screener betrek
ik hierbij.9 Dit betekent concreet dat, in afwijking van het advies van de Commissie, de inzet
is om de e-screener niet definitief af te schrijven, maar zo aan te passen dat de
e-screener gebruikt kan worden om de onafhankelijke en professionele beoordeling van
de psychische gesteldheid van (aankomende) wapenvergunninghouders te maken. Momenteel
wordt onderzocht hoe de e-screener, op een goede manier, kan worden ingezet.
• Het vastleggen van duidelijke juridische grondslagen in de huidige wet- en regelgeving
over de volgende onderwerpen:
○ Verwerking van persoonsgegevens (gegevensverwerking tussen politie, koepelorganisaties
en verenigingen);
○ Certificering van schietverenigingen;
○ Verplicht lidmaatschap (schietsport)vereniging; en
○ Vaststellen van schietsportdisciplines.
Bij de uitwerking van deze punten reken ik op de medewerking van de verschillende
overheidspartijen en externe belanghebbende partijen. Gezien de ervaring met de samenwerking
tussen de betrokken partijen bij de totstandkoming van het rapport van de commissie
Wet wapens en munitie heb ik het volste vertrouwen dat alle partijen hun bijdrage
zullen leveren aan dit traject.
Nieuwe wet wapens en munitie
De adviezen van de commissie vormen een goed startpunt voor de ontwikkeling van een
nieuwe Wet wapens en munitie. De adviezen zien op de systematiek van de wet, het (her)beleggen
van taken, rollen en verantwoordelijkheden, maar ook worden er inhoudelijke wijzigingsvoorstellen
gedaan ten aanzien van vergunningverlening en toezicht hierop. Ik benadruk wederom
dat de adviezen van de commissie in samenhang dienen te worden uitgewerkt en slechts
tot op zekere hoogte zelfstandig uitgewerkt kunnen worden.
Op basis van de analyse en aanbevelingen van de commissie zal ik – parallel aan de
aanpassingen in de huidige wet – starten met het uitwerken van een nieuwe Wet wapens
en munitie. Bij de ontwikkeling van een nieuwe Wet wapens en munitie focus ik mij
op de vier in het eindrapport genoemde aspecten: (1) een nieuw ontwerp maken van de
Wet wapens en munitie, (2) een betrouwbare en efficiënte organisatie van de keten
neerzetten, (3) de mens en veilig legaal wapengebruik centraal stellen en (4) de strafrechtelijke
en strafvorderlijke aspecten van de Wet wapens en munitie borgen. Een verbod voor
zware luchtdrukwapens, zoals toegezegd door mijn ambtsvoorganger10, betrek ik hierbij.
De huidige uitgangspunten van de wet zullen mijns inziens niet veranderen. Hieronder
licht ik deze uitgangspunten toe.
Uitgangspunten nieuwe Wet
De Wet wapens en munitie heeft ten doel de openbare orde en veiligheid te waarborgen
door het illegale bezit van wapens en munitie te bestrijden en legaal bezit zoveel
mogelijk te beheersen. Wapens en munitie vormen een potentieel ernstige bedreiging
voor de veiligheid in de samenleving. In Nederland geldt daarom een algeheel wapen-
en munitieverbod. Mijn leidende uitgangspunt is en blijft dat het bezit van wapens
en munitie verboden is, en dat een restrictief beleid wordt gehanteerd voor legaal
bezit van wapens en munitie. Een persoon kan alleen onder strenge voorwaarden wapens
en munitie voorhanden hebben. Degene aan wie een bevoegdheidsdocument wordt verleend
voor het voorhanden hebben van wapens en munitie, komt immers in een bijzondere positie
te verkeren ten opzichte van zijn medeburgers.
Bij geringe twijfel van enige aard over de vraag of iemand een wapen verantwoord kan
worden toevertrouwd is reden voor weigering of intrekking van het bevoegdheidsdocument.
Het kan namelijk grote gevolgen hebben voor de veiligheid in de samenleving als iemand
achteraf gezien toch geen wapen toevertrouwd had kunnen worden.
Vanuit dit vertrekpunt is een voor mij zeer belangrijk uitgangspunt dat wordt voorkomen
dat personen beschikking hebben over wapens terwijl dat gezien hun psychische gesteldheid
niet aan hen kan worden toevertrouwd.
Onderdeel van het restrictieve beleid is dat de wapenbezitter (of aspirant-wapenbezitter)
dient te voldoen aan alle verplichtingen die de overheid heeft gesteld om de risico’s
die gepaard gaan met het bezit van wapens en munitie, te kunnen beperken. Bij dit
beleid wordt rekening gehouden met het feit dat iedereen die op legale wijze in het
bezit is gekomen van een wapen of munitie door omstandigheden toch een risico voor
zichzelf of voor anderen kan gaan vormen. Personen die beschikken over een bevoegdheidsdocument
of dit document aanvragen (nieuw bevoegdheidsdocument of een verlenging) hebben daarom
een uitgebreide en actieve informatieplicht. Hierbij dient de persoon aan te tonen
dat hij of zij geen risico vormt. De bewijslast ligt dus bij de wapenbezitter en de
aanvrager. De politie betrekt de informatie die de persoon heeft verstrekt bij beslissingen
over het al dan niet verlenen (of verlengen) van het bevoegdheidsdocument dan wel
intrekking daarvan.
De commissie heeft in haar rapport aanbevelingen gedaan met betrekking tot het beperken
van de administratieve lasten -bij onder andere de politie- die ik verder zal uitwerken
met alle betrokken partners. Ik wil hierbij benadrukken dat het terugdringen van de
administratieve lasten altijd ondergeschikt zal zijn aan het uitgangspunt van het
maatschappelijke belang om de veiligheidsrisico’s vanuit het legaal wapen- en munitiebezit
zoveel mogelijk te beperken.
Naast het belang van de veiligheid zijn er ook andere belangen die een rol spelen
bij het legaal wapenbezit, waaronder de uitoefening van een sport, jagers die zich
willen bezighouden met wildbeheer en bestrijding van wildschade, en het behoud van
cultuurhistorie. De verantwoordelijkheid voor deze belangen ligt niet bij mijn ministerie
maar bij andere ministeries. Ik zal met de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport, Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
in overleg treden hoe hun verantwoordelijkheden in de nieuwe Wet wapens en munitie
geborgd kunnen worden.
Vervolgproces
De komende periode richt ik mij op het wijzigen van de huidige Wet wapens en munitie.
Ik streef ernaar om in de tweede helft van 2024 een conceptwetsvoorstel in openbare
consultatie te brengen. Parallel aan dit traject zal mijn ministerie de ontwikkeling
van een nieuwe Wet wapens en munitie nader uitwerken. Eind dit jaar zal ik uw Kamer
informeren over de voortgang van beide trajecten.
Ik zal in het bijzonder de verschillende belanghebbende partijen die met de uitvoering
van de wet- en regelgeving zijn belast goed betrekken. Ook zal ik zo nodig advies
opvragen bij de ministeriele Werkgroep Advies Wet wapens en munitie.
Bij het inrichten en uitvoering geven van het legale wapenstelsel staat de maatschappelijke
veiligheid voorop. Het behartigen van de maatschappelijke belangen is een essentieel
onderdeel van mijn beleid op het legale bezit van wapens en munitie. Voor een zorgvuldige
afweging is het betrekken van het maatschappelijk middenveld dan ook randvoorwaardelijk.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yesilgöz-Zegerius
Indieners
-
Indiener
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid