Brief regering : Aanpak wachtlijsten zwemles en landelijk dekkend aanbod
30 234 Toekomstig sportbeleid
Nr. 366
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR LANGDURIGE ZORG EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juni 2023
De motie van de leden Van Nispen en Maeijer1 verzoekt de regering met een concreet plan te komen om de wachtlijsten voor het zwem-ABC
terug te dringen, en de Kamer hier voor het commissiedebat Sportbeleid over te informeren.
Met deze brief ga ik in op de achtergronden van de wachtlijsten voor het zwem-ABC,
de acties die reeds zijn ondernomen en aanvullende acties die in samenwerking met
de sector worden ondernomen. Met deze brief geef ik invulling aan de hierboven genoemde
motie en beschouw ik deze als afgedaan.
Tevens zal ik in deze brief ingaan op de toezegging2 uw Kamer te informeren over de voortgang om binnen drie jaar tot een landelijk dekkend
aanbod van zwemles voor alle kinderen te komen, in het bijzonder kinderen met een
beperking.
Zwemles en wachtlijsten
Nederland kent een lange traditie van zwemles, waarbij kinderen en volwassenen worden
voorbereid op de Nederlandse leefomgeving met veel water. Ieder jaar halen ongeveer
300.000 tot 400.000 kinderen3 een zwemdiploma en 91 procent van alle kinderen heeft minimaal een A-diploma4.
Het bouwen, onderhouden en exploiteren van zwemwater dat geschikt is voor zwemles,
is een lokale verantwoordelijkheid die deels door de gemeente en deels door commerciële
partijen uitgevoerd wordt. Op dit moment zijn ruim zeshonderd openbare zwembaden in
goede spreiding aanwezig, aangevuld met een vergelijkbaar aantal semi-openbare (o.a.
onderwijs en zorg) en commerciële (hotel, vakantiepark) baden. De gemiddelde afstand
van huis tot het dichtstbijzijnde overdekte (semi-)openbare zwembad is 3,1 kilometer.
Toch kan lang niet ieder kind direct terecht bij een zwemlesaanbieder. Er bestaat
geen centraal overzicht van wachttijden voor zwemles. Wachtlijsten bij individuele
zwemscholen kunnen een vertekend beeld geven doordat kinderen vaak pas vanaf 5 jaar
kunnen beginnen met zwemles vanwege de motorische vereisten, maar op jongere leeftijd
worden aangemeld. Bovendien staan kinderen met regelmaat ingeschreven bij verschillende
zwemscholen om zo de kans op een snelle plek te vergroten.
De Nationale Raad Zwemveiligheid (NRZ) geeft aan dat te lange wachttijden vanzelfsprekend
ongewenst zijn omdat kinderen daarmee op latere leeftijd zwemveilig worden, maar dat
een beperkte wachttijd voor zwemles wel bijdraagt aan een efficiënt en kosteneffectief
stelsel van zwemlessen. Dit komt omdat wachtlijsten aanbieders helpen zwemlessen efficiënt
in te richten. Dankzij een wachtlijst is het voor een aanbieder mogelijk om een realistisch
rooster te maken voor instructeurs en te huren badwater, waarmee door optimale bezetting
de zwemles ook betaalbaar blijft.
Ouders houden bij aanmelding van hun kinderen rekening met de bestaande wachttijden.
Hoewel kinderen soms later dan gewenst hun diploma halen, leidt uitstel eigenlijk
zelden tot nooit tot afstel gezien ook het hoge percentage kinderen met een zwemdiploma.
Huidige situatie
Tijdens de COVID-19 pandemie zijn de wachtlijsten toegenomen doordat zwembaden als
gevolg van lockdowns gesloten waren en geen zwemles kon worden gegeven. De branche
heeft veel initiatieven ondernomen om de opgelopen wachttijden voor zwemles terug
te dringen. Zo werden examens tijdens reguliere zwemlessen ingepland, «turbolessen»
tijdens de vakanties aangeboden, wezen gemeenten op eventuele plekken bij particuliere
aanbieders of de meerwaarde die aanvullend zwemmen buiten de les om kan hebben. Dit
heeft, samen met het opschonen van de wachtlijsten, geleid tot een terugloop van de
wachttijd. Waar mogelijk zijn sommige van deze initiatieven blijven bestaan. Hoewel
de wachttijden teruggedrongen zijn, stagneert volgens NRZ een verdere daling. De belangrijkste
reden hiervoor is volgens hen een tekort aan personeel.
Aanpak lange wachttijden zwemles
Dat (een beperkte) wachttijd onderdeel is van de wijze waarop zwemles in ons land
georganiseerd is, betekent niet dat ik het bestaan van lange wachttijden op zijn beloop
laat. In de aanpak van lange wachttijden voor zwemles onderneem ik concrete acties
om de branche hierin te ondersteunen. Dat doe ik in samenwerking met de NRZ en de
Vereniging Sport en Gemeenten (VSG).
Pilot zwemles en regeling School en Omgeving
Een van de oplossingen om lange wachttijden voor zwemles tegen te gaan, is om kinderen
zwemles te geven op tijden waarop het zwembad niet of nauwelijks in gebruik is. Dit
is voor drie partijen interessant: voor kinderen die daarmee eerder aan zwemles kunnen
beginnen, voor zwembaden die daarmee hun exploitatie verbeteren en voor instructeurs
die meer lesuren in de week kunnen draaien. Een goed voorbeeld van die luwe uren in
zwembaden is de tijd direct na school.
In de Kamerbrief Sportstelsel en Sportbeleid5 kondigde ik aan dat ik samen met de VSG ging onderzoeken wat de mogelijkheden waren
van de regeling Sport en Omgeving in dit kader. In het afgelopen half jaar is duidelijk
geworden dat hier kansen liggen omdat in enkele gemeenten de subsidieregeling School
en Omgeving aangewend zal worden voor een samenwerking met het zwembad.
Om deze trajecten gestructureerd te volgen voer ik samen de VSG een pilot uit naar
de kansen en knelpunten van zwemles via School en Omgeving. In de pilot zullen op
ongeveer tien locaties de ervaringen van scholen, zwembaden en gemeenten met de invulling
van zwemles binnen de regeling worden opgetekend. Met de resultaten van de pilot hoop
ik samen met de VSG meer scholen en zwembaden te motiveren de samenwerking te zoeken,
zodat de luwe uren benut kunnen worden om de lange wachttijden terug te dringen.
Human Capital in de zwembranche
Aan de door VWS in het leven geroepen Human Capital Agenda Sport6 wordt door onderwijs, werkgevers en werknemers gewerkt aan verbeteringen van diverse
randvoorwaarden voor arbeidskrachten in de sport. Voorbeelden van acties die al in
gang gezet zijn, zijn het opstellen van functie- en opleidingsprofielen, het uitvoeren
van een cao-vergelijking en de totstandkoming van een gezamenlijke visie op de arbeidsmarkt
sport. In de verdere uitwerking zal nadrukkelijk ook aandacht zijn voor zweminstructeurs.
Next Generation Lifeguards
Via het project Next Generation Lifeguards van de Nationale Raad Zwemveiligheid en Reddingsbrigade Nederland worden niet alleen
nieuwe lifeguards opgeleid, maar wordt ook actief de instroom van potentiële zweminstructeurs
in de arbeidsmarkt aangemoedigd onder deze groep. Dit heeft al diverse nieuwe zweminstructeurs
opgeleverd. De NRZ zal hier de komende tijd extra op inzetten.
Natuurlijk doe ik, binnen de mogelijkheden die ik heb, mijn uiterste best om lange
wachttijden voor zwemles weg te werken. Echter, ik wil wel duidelijk aanmerken dat
het personeelstekort een breder maatschappelijk probleem is dan alleen de zwembranche.
Bovendien heb ik geen bemoeienis met aspecten als beloning en arbeidsvoorwaarden van
zweminstructeurs, omdat deze tussen werkgever en werknemer geregeld worden.
Periodiek bespreek ik met alle betrokken partijen (o.a. NRZ, VSG, WiZZ, FNV) of de
ondernomen acties van branche en overheid daadwerkelijk bijdragen aan het tegengaan
van lange wachtlijsten voor zwemles. Over de uitkomst van deze gesprekken informeer
ik de Kamer in het voorjaar van 2024.
Flankerend beleid
Mede door de opgelopen wachttijden in de coronaperiode is door de zwembranche en de
rijksoverheid veel gedaan om de wachttijden voor zwemles in te korten. Hoewel deze
acties niet in alle gevallen uitsluitend gericht waren op het terugdringen van wachttijden,
benoem ik hier enkele relevante inspanningen. Aangezien deze wel degelijk een groot
effect hebben op de huidige wachttijden.
Steunmaatregelen energie
Om de exploitatie van zwembaden mogelijk te blijven houden zijn steunmaatregelen voor
de gestegen energiekosten in het leven geroepen7. Hiermee beogen we enerzijds dat zwembaden open blijven om zwemles aan te bieden,
anderzijds zorgt dit voor een verlichting van de exploitatiedruk waardoor zwemles
niet duurder wordt.
Opleidingsbudget zwemlesinstructeurs
Rijksbreed is tot 2024 het STAP-budget beschikbaar voor het volgen van de opleiding
tot zweminstructeur van de Nationale Beroepsopleiding zwemonderwijs. Daarmee is de
helft van het cursusgeld te financieren. Iedere twee maanden wordt dit opnieuw opengezet.
Uitvoeringsbudgetten lokale sportakkoorden
De lokale uitvoeringsbudgetten die gekoppeld zijn aan Sportakkoord II, blijven beschikbaar
om te besteden aan schoolzwemmen.
Toevoeging Jeugdfonds Sport en Cultuur
Na de verhoging van 500.000 euro van de bijdrage aan Jeugdfonds Sport en Cultuur specifiek
gericht op het ondersteunen van zwemles eerder dit jaar volgen we in hoeverre deze
toevoeging gebruikt wordt. Naar verwachting is er in de tweede helft van dit jaar
duidelijk hoezeer deze toevoeging gebruikt wordt.
Landelijk dekkend aanbod zwemles voor kinderen met een beperking
Op dit moment kent ons land een fijnmazig netwerk van meer dan 600 openbare zwembaden,
aangevuld met nog eens 1.200 zwembaden in eigendom bij zorginstellingen, onderwijs,
vakantieparken en hotels. Een landelijk dekkend aanbod aan zwemwater lijkt daarmee
voldoende aanwezig. De gemiddelde afstand van huis tot (semi-)openbaar zwembad betreft
3,1 kilometer.
Via de website van uniek sporten zijn ongeveer honderd zwemscholen te vinden die zwemles
voor kinderen met een beperking aanbieden. Met uitzondering van enkele regio’s (in
Groningen, Drenthe en Zeeland) lijkt het aanbod voor deze doelgroep aanvaardbaar omdat
vrijwel iedere zwemschool voor deze doelgroep een verzorgingsgebied van minder dan
25 kilometer heeft.
Maar de aanwezigheid van zwemwater bepaalt niet alleen het aanbod. Ook docenten die
gekwalificeerd en toegerust zijn om deze doelgroep les te geven zijn nodig. En net
als in de rest van de zwembranche geldt hier dat sprake is van een personeelstekort.
Ik maak daarom samen met de NRZ actief werk van de werving en bijscholing van docenten
voor deze doelgroep.
Tot slot weet ik dat door de intensieve begeleiding die bij zwemles voor deze doelgroep
benodigd is, ook de kosten hoger kunnen uitvallen. Daarom hoop ik dit najaar een gedetailleerd
beeld te hebben van de inzet van het Jeugdfonds Sport en Cultuur voor de financiering
van zwemles. Wanneer dit beeld aanleiding geeft om specifieke inzet te plegen voor
deze doelgroep, zal ik daar in het voorjaar van 2024 de maatregelen voor presenteren.
Met bovenstaande update heb ik opvolging gegeven aan de toezegging u te informeren
over de voortgang van de inspanningen om te komen tot een landelijk dekkend aanbod
van zwemles voor kinderen met een beperking. Ik zal u op de hoogte houden van de voortgang
hierop in het voorjaar van 2024.
Tot slot
Zwemvaardigheid is in een waterrijk land als Nederland van groot belang, en het aantal
kinderen dat zwemlessen volgt en met goed resultaat afrond, ondersteunt dat deze overtuiging
breed gedeeld wordt. Ik heb grote waardering voor de dagelijkse inzet van zweminstructeurs
om kinderen hun zwemdiploma te laten halen. Enige wachttijd voor zwemles is niet problematisch
maar te lange wachttijden zijn ongewenst. Door de sector is hard gewerkt om de, gedurende
de lockdowns, opgelopen wachttijden zoveel als mogelijk terug te dringen en blijft
men werken aan het tegengaan van te lange wachtlijsten. Ik blijf mij de komende tijd
dan ook in samenwerking met betrokken partijen inzetten om te lange wachttijden terug
te dringen.
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport