Brief regering : Uitvoering van de motie van het lid Marijnissen c.s. over een voorstel hoe binnen overheidsinstellingen vervuilde data worden opgeruimd (Kamerstuk 35510-21) en de motie van het lid Klaver c.s. over opzetten van een algoritmeregister (Kamerstuk 35510-16)
26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
32 761
Verwerking en bescherming persoonsgegevens
Nr. 970
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 februari 2023
In vervolg op de brief van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
(BZK)1 treft de Kamer bijgaand de bevindingen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit (LNV) aan over de uitvoering van de moties van de leden Marijnissen
c.s. en Klaver c.s. (hierna: «de motie»2).
In het debat van 19 januari 2021 (Handelingen II 2020/21, nr. 45, item 4) over het rapport «Ongekend Onrecht» van de Parlementaire Ondervragingscommissie
Kinderopvangtoeslag (POK) is bij motie van het lid Marijnissen (SP) c.s. verzocht
om «een voorstel te doen hoe overal binnen overheidsinstellingen vervuilde data, risicomodellen
en het gebruik van nationaliteit worden opgeruimd». Het lid Klaver (GroenLinks) c.s.
heeft gevraagd om hierbij niet alleen te kijken naar nationaliteit, maar ook naar
etniciteit en geboorteplaats.
Deze brief geeft een antwoord op de vragen naar rechtmatig en behoorlijk gebruik van
afkomstgerelateerde indicatoren door het Ministerie van LNV, in het bijzonder in risicomodellen,
en beschrijft de gehanteerde aanpak. Het onderzoek is LNV-concernbreed uitgevoerd
door de organisatieonderdelen3.
Aanpak
Met de brief van 8 april 2021 (Kamerstukken 26 643 en 32 761, nr. 751) informeerde de Staatssecretaris van BZK, als coördinerend departement voor de uitvoering
van de motie, de Kamer over de interpretatie van de motie en de uitwerking van het
gevraagde voorstel. De Staatssecretaris heeft in de brief toegelicht dat in de interpretatie
van het kabinet de motie betrekking heeft op onrechtmatig of oneigenlijk c.q. onbehoorlijk
gebruik van afkomstgerelateerde indicatoren met een focus op het gebruik in risicomodellen
en dat de uitvoering plaatsvindt in de volgende drie fasen:
Fase 1. Inventariseren van het gebruik van afkomstgerelateerde indicatoren, waaronder
het gebruik in risicomodellen;
Fase 2. Beoordelen van de rechtmatigheid en behoorlijkheid van het gebruik, waaronder
het gebruik in risicomodellen;
Fase 3. Opruimen van onrechtmatig of onbehoorlijk verwerkte data en risicomodellen
op basis van uitkomsten van de beoordeling (fasen 1 en 2).
Op 21 oktober 2021 en 23 mei 2022 heeft de Staatssecretaris van BZK de Kamer bericht
over de voortgang van de uitvoering bij het Ministerie van LNV en andere ministeries.4
De gefaseerde aanpak is bij het Ministerie van LNV uitgevoerd door de organisatieonderdelen
zelf. Zij kennen de processen en de in dat kader verrichte verwerkingen het best.
Om hen hierin te ondersteunen heeft de departementale Chief Information Officer (CIO)
voorzien in een vragenlijst inclusief toelichting, definities en een invulformat.
Ook zijn met de betrokken organisatieonderdelen gesprekken gevoerd voor verdere begeleiding
en instructies. Daarbij is speciale aandacht aan het onderwerp discriminatie gegeven.
Afbakening
Bij de inventarisatie is, overeenkomstig de aanpak bij het Ministerie van SZW, uitgegaan
van een brede opvatting van het begrip nationaliteit waarbij zowel directe verwijzingen
als indirecte verwijzingen, zoals diverse afkomstgerelateerde gegevens, zijn meegenomen:
• Nationaliteit
• Etniciteit
• Geboorteland
• Land van herkomst
• Geboorteland ouders
• Woonland
• Registratie als niet-ingezetene (rni)
Conclusies
Bij het Ministerie van LNV kunnen de indicatoren zoals aangegeven onder «afbakening»
een rol spelen in de verwerking van persoonsgegevens. Het gebruik van deze gegevens
kan noodzakelijk zijn. Enkele voorbeelden hiervan zijn: verwerkingen rondom indiensttreding,
relatiebeheer en financiële administratie en gebruik van beeldmateriaal voor het beveiligen
van gebouwen. De afkomstgerelateerde gegevens die worden geregistreerd bij voorgaande
voorbeelden worden niet gebruikt als indicatoren in risicomodellen. Uit de inventarisatie
volgt dat het gebruik van deze gegevens door het Ministerie van LNV voldoet aan de
eisen die daaraan gesteld worden in het kader van rechtmatigheid en behoorlijkheid,
zoals een wettelijke grondslag, noodzakelijkheid en niet discrimineren.
Uit de inventarisatie is geen gebruik van afkomstgerelateerde indicatoren geconstateerd
in risicomodellen5 bij het Ministerie van LNV.
In aanvulling op de strekking van deze motie onderschrijft dit onderzoek dat dataminimalisatie
een blijvend aandachtspunt moet zijn voor onze organisatieonderdelen. Bij een aantal
gegevensverwerkingen, die niet zien op afkomstgerelateerde indicatoren, is geconstateerd
dat het beginsel van dataminimalisatie continue aandacht behoeft. Daarnaast zijn er
verwerkingen geconstateerd waarbij wel de juiste wettelijke grondslag is weergegeven,
maar deze duidelijker uitgelegd kan worden. Deze constateringen worden meegenomen
in het reguliere evaluatieproces op het AVG-verwerkingenregister. Bij aanpassingen
zal eventuele schoning van gegevens in overeenstemming met de AVG worden uitgevoerd.
Begrippen als nationaliteit, woonland, geboorteland en anderen zullen altijd tot een
verdeling leiden waarbij er mensen zijn die tot de doelgroep behoren en zij die daar
niet onder vallen. Ik heb beoordeeld of een bepaald onderscheid rechtmatig, noodzakelijk
en gerechtvaardigd is op grond van de wet, jurisprudentie en internationale verdragen.
Ofschoon deze inventarisatie van registraties van afkomstgerelateerde gegevens grondig
en integer is uitgevoerd, kan ik niet geheel uitsluiten dat bijvoorbeeld beleidsregels,
registraties in oude systemen of zeldzame uitzonderingssituaties buiten het zicht
van deze inventarisatie zijn gebleven. Indien dit op een later moment wordt geconstateerd,
zal hier adequate actie op worden ondernomen.
Met deze brief heb ik de Kamer inzage gegeven in de resultaten en aanpak van de uitvoering
van de moties van de leden Marijnissen c.s. en Klaver c.s.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit