Brief regering : Deelname en inzet Nederland aan het International Migration Review Forum (IMRF)
30 573 Migratiebeleid
Nr. 189
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 april 2022
Met deze brief informeer ik uw Kamer, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken
en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, over de inzet
voor en deelname van het Kabinet aan het International Migration Review Forum (IMRF)
dat van 17 t/m 20 mei 2022 zal plaatsvinden in New York. Het IMRF staat in het teken
van het Global Compact on Migration (GCM).
Inleiding
Het Global Compact on Migration (GCM) is op 19 december 2018 door de Algemene Vergadering
van de VN aangenomen. Het GCM biedt een raamwerk om migratiesamenwerking tussen landen
van herkomst, transit en bestemming te verbeteren. Het GCM onderschrijft dat alle
lidstaten, inclusief landen van herkomst, daarin hun verantwoordelijkheid moeten nemen.
Zoals veelvuldig gemeld aan uw Kamer is het GCM een juridisch niet-bindend instrument
waaruit geen nieuwe rechten of verplichtingen voortvloeien1. Nederland stemde in met het GCM en legde daarbij een standpuntverklaring af2.
Bij de aanname van het GCM werd afgesproken om de voortgang t.a.v. de implementatie
van het GCM elke vier jaar te bespreken middels het IMRF. De eerste twee dagen van
het IMRF (17 en 18 mei 2022) bestaan uit rondetafelgesprekken over de 23 doelstellingen
van het GCM, gevolgd door een beleidsdebat. De laatste twee dagen (19 en 20 mei 2022)
zijn gewijd aan de plenaire vergadering met een high-level segment, verdeeld in een openingssessie, algemeen debat en slotsessie. Voorafgaand
aan het IMRF vinden op verschillende momenten consultaties plaats met niet-statelijke
actoren zoals multilaterale instellingen en maatschappelijke organisaties.
De VN-lidstaten, inclusief Nederland, onderhandelen momenteel over de slotverklaring
van het IMRF, de Progress Declaration. Deze verklaring biedt een reflectie op de vooruitgang die is geboekt sinds de aanname
van het GCM en doet aanbevelingen om de verdere implementatie van het GCM te bevorderen.
Het uitgangspunt, zoals gebruikelijk in VN-verband, is om de verklaring met consensus
aan te nemen tijdens de slotsessie van het IMRF. Om de verklaring te steunen is het
voor Nederland van belang dat de verklaring de Nederlandse beleidsprioriteiten voldoende
reflecteert.
Ik ben voornemens namens Nederland deel te nemen aan het IMRF.
Nederlandse inzet IMRF
Het kabinet wilt meer grip krijgen op migratie en migratie zo veel mogelijk in goede
banen leiden. Hiervoor is het van belang dat zowel de mogelijkheden voor reguliere
migratie beter worden benut en versterkt en irreguliere migratie wordt beperkt. Daarnaast
moet overlast en misbruik worden bestreden, terugkeer bij onrechtmatig verblijf worden
bevorderd en mensenhandel en -smokkel tegengegaan. Het grensoverschrijdend karakter
van migratie maakt internationale samenwerking om deze doelen te bereiken van cruciaal
belang3. Het GCM biedt daartoe een diplomatiek kader. Met deelname aan het IMRF draagt Nederland
bij aan het versterken van internationale migratiesamenwerking.
Het is de inzet van het kabinet om in het IMRF een gebalanceerde boodschap over migratie
voor het voetlicht te brengen. Dit betekent dat Nederland aandacht zal vragen voor
zowel de uitdagingen omtrent migratiesamenwerking en irreguliere migratie als de positieve
aspecten van migratie en de bescherming van migranten. Het IMRF biedt voorts de gelegenheid
om landen aan te sporen om hun migratiebeleid in lijn te brengen met de doelstellingen
van het GCM, zoals dat ook in Nederland het geval is, en te pleiten voor nauwere internationale
samenwerking op het gebied van migratiemanagement en het versterken van legale migratieroutes.
Ten aanzien van de Progress Declaration acht het kabinet het van bijzonder belang dat naast aandacht voor mensenrechten ook
concrete voornemens om internationale samenwerking te verdiepen worden vastgelegd
in de tekst. Een aandachtspunt hierbij is samenwerking voor migratiemanagement, waaronder
terugkeer, re-integratie en de aanpak van mensenhandel- en smokkel. Hierbij benadrukt
Nederland dat landen, inclusief landen van herkomst, hun verantwoordelijkheid moeten
nemen in het terugnemen van hun onderdanen, zoals vastgelegd in het GCM. Deze IMRF
inzet ligt in het verlengde van de eerdere Nederlandse inzet ten aanzien van de discussies
over migratie in VN-verband.
In aanloop naar het IMRF zal het Nederlandse maatschappelijk middenveld worden geconsulteerd
over de GCM implementatie.
Opvolging GCM
Lidstaten zijn verzocht in aanloop naar het IMRF een vrijwillige voortgangsrapportage
in te dienen over de nationale GCM implementatie. Het kabinet is voornemens een korte
voortgangsrapportage in te dienen. Deze treft u bijgaand aan4. De voortgangsrapportage bevat een samenvatting met enkele voorbeelden van de voortgang
op het Nederlandse migratiebeleid in relatie tot het GCM. Voor het zomerreces ontvangt
uw Kamer de volgende editie van de Staat van Migratie. In deze jaarlijkse rapportage
wordt gestreefd een zo inzichtelijk mogelijk beeld te geven van alle aspecten van
migratie en het migratiebeleid, zoals dat voorheen gebeurde in de Integrale Migratieagenda5.
Zoals in 2018 bij de aanname van het GCM is aangegeven, is het kabinet van mening
dat het Nederlands migratiebeleid reeds in lijn is met de doelstellingen van het GCM
en Nederland kent daarom geen aparte strategie of actieplan om het GCM te implementeren.
Ook constateert het kabinet dat de initiatieven die in Nederland zijn ingevoerd in
het kader van het Nederlandse migratiebeleid aansluiten bij de uitgangspunten van
het GCM. Dit geldt ook voor de projecten die Nederland in partnerlanden heeft ondersteund.
Dit versterkt zowel de samenwerking op migratie als de implementatie van het GCM in
andere landen.
Enkele voorbeelden van nationale initiatieven die in de voortgangsrapportage worden
genoemd zijn het programma «Samen tegen Mensenhandel», de diverse re-integratie programma’s
die beschikbaar worden gesteld voor terugkerende migranten, evenals initiatieven voor
het faciliteren van legale migratie. Denk aan de introductie van het startup visum
en het bevorderen van informatie-uitwisseling in de EU. Ook zijn er stappen gezet
om de positie van kwetsbare (arbeids-)migranten in Nederland te verbeteren.
Daarnaast heeft Nederland bijgedragen aan internationale programma’s voor het bevorderen
van migratiemanagement en de bescherming van migranten. Zo hebben Nederlandse experts
in meerdere landen aan lokale autoriteiten training gegeven over het herkennen van
documentfraude en het tegengaan van mensenhandel- en smokkel. Andere voorbeelden zijn
de Nederlandse steun aan het United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) en het
VN Hoog Commissariaat voor de Mensenrechten om lokale wetten en beleid tegen mensenhandel
en -smokkel te versterken in lijn met mensenrechtenstandaarden en een programma waarbij
de Internationale Organisatie voor Migratie vrijwillige terugkeer en re-integratie
faciliteert voor migranten vanuit NL en transitlanden in bijvoorbeeld Noord-Afrika.
Conclusie
Het IMRF biedt de gelegenheid om het gesprek en de samenwerking met landen van herkomst,
transit en bestemming op migratie verder vorm te geven binnen het raamwerk van het
GCM. Het vormt een basis voor verdere afspraken en samenwerking tussen landen over
terugkeer, de aanpak van mensenhandel en -smokkel, legale migratie en de bescherming
van mensenrechten van migranten in deze landen.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid