Brief regering : Voortgang programma BES(t) 4 kids: goede en betaalbare kinderopvang in Caribisch Nederland
31 322 Kinderopvang
Nr. 436 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN DE MINISTER
VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 november 2021
Kinderopvang levert een positieve bijdrage aan de ontwikkeling van kinderen en voorkomt
daardoor achterstanden. Het stimuleert de cognitieve en sociale vaardigheden, kinderen
leren met elkaar te spelen en leren ook van elkaar. Daarom zijn Bonaire, St. Eustatius
en Saba samen met het Rijk in 2018 het programma BES(t) 4 kids gestart. Dat programma
heeft tot doel de kwaliteit van de kinderopvang op de eilanden structureel te verbeteren
en de kosten voor de opvang voor ouders te verlagen.
Wij hebben uw Kamer hierover eerder geïnformeerd. Ook bent u geïnformeerd over de
hoofdlijnen en het tijdpad van het wetsvoorstel kinderopvang Caribisch Nederland1. Verder is kinderopvang een vast onderdeel van de voortgangsrapportage ijkpunt sociaal
minimum die jaarlijks voor het zomerreces aan de beide Kamers wordt aangeboden. In
deze brief lichten wij de stand van zaken van het wetsvoorstel en het programma toe.
Het wetsvoorstel Kinderopvang Caribisch Nederland
Eerder hebben wij u over de hoofdlijnen van het stelsel geïnformeerd2. Het betreft de inrichting van het vergunningstelsel en de voorwaarden die aan de
veiligheid, gezondheid en kwaliteit van de kinderopvang worden gesteld, het inrichten
van het toezicht en de financiering van de kinderopvang.
Binnen het programma BES(t) 4 kids werken de openbare lichamen en de Ministeries van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW),
Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
(BZK) nauw samen om de verbeteringen in de kinderopvang te bewerkstelligen. Juist
vanwege de specifieke omstandigheden op de eilanden is besloten om vanaf het begin
samen aan het wetsvoorstel te werken en daarbij waar mogelijk ook de ouders en kinderopvangorganisaties
te betrekken.
Dat is goed gelukt. Er zijn consultatierondes geweest met ouders en kinderopvangorganisaties
waarin zij zijn geïnformeerd over het wetsvoorstel en waar hen de mogelijkheid is
geboden om input te leveren op het wetsvoorstel. Dat heeft ertoe geleid dat het wetsvoorstel
op een aantal punten is aangepast. Tegelijkertijd bracht de COVID-19 pandemie een
aantal uitdagingen met zich mee. Zowel bij de eilanden als bij het Rijk is een deel
van de capaciteit ingezet om de crisis te bestrijden. Het ontbreken van de mogelijkheden
om elkaar fysiek te ontmoeten heeft een (negatief) effect gehad op de voortgang van
het wetsvoorstel. Verder brengt het inrichten van een stelsel van kinderopvang, dat
afwijkt van de situatie in Europees Nederland, extra aandachtspunten met zich mee
die goed moeten worden uitgezocht. Deze combinatie van factoren heeft ertoe geleid
dat het wetsvoorstel vertraging heeft opgelopen. Het wetsvoorstel zal daarom in 2022
aan uw Kamer worden aangeboden.
Gevolgen vertraging
De vertraging heeft tot gevolg dat de beoogde inwerkingtredingsdatum van het wetsvoorstel
later wordt. Oorspronkelijk was 1 januari 2023 als ingangsdatum in beeld. Tijdens
de uitwerking van het wetsvoorstel is ook gebleken dat het gewenst is om het wetsvoorstel
– als het door beide Kamers is aangenomen – gefaseerd in werking te laten treden.
Beoogd wordt om de onderdelen in het wetsvoorstel die toezien op het verbeteren van
de kwaliteit en toezicht als eerste, zo mogelijk in de loop van 2023, in werking te
laten treden. Dit omdat het van belang is de toezichthouder in staat te stellen adequaat
op te treden3. Het onderdeel ten aanzien van financiering van de kinderopvang zal later en niet
eerder dan 1 januari 2024 in werking treden, omdat de beoogde uitvoeringsorganisatie
voldoende tijd voor een zorgvuldige implementatie nodig heeft (6 maanden na aanvaarding
van het wetsvoorstel) en ook de kinderopvangorganisaties voldoende tijd hebben om hun administratie op orde te hebben.
Het later inwerkingtreden van het wetsvoorstel heeft geen directe gevolgen voor de
kinderopvangorganisaties op de eilanden. De Tijdelijke subsidieregeling Financiering
Kinderopvang Caribisch Nederland blijft van kracht totdat de bekostiging van de kinderopvang
wettelijk is verankerd. Met deze subsidieregeling worden in de aanloop naar die wettelijke
regeling de kosten van de kinderopvang voor ouders verlaagd en ontvangen de kinderopvangorganisaties
extra middelen om te investeren in de betere kwaliteit van de kinderopvang. Ook draagt
de Tijdelijke subsidieregeling bij aan het gefaseerd terugdringen van kosten voor
de kinderopvang in lijn met de afspraken die zijn gemaakt in het kader van het ijkpunt
voor het sociaal minimum.
Stand van zaken programma BES(t) 4 kids
In het proces van verbetering van de kinderopvang is de afgelopen periode op de eilanden
al veel gebeurd. Op elk eiland is een projectorganisatie ingericht en zijn allerlei
activiteiten in gang gezet om de kinderopvangorganisaties te ondersteunen. Op diverse
thema’s van het programma zijn zichtbare verbeteringen bereikt. Deze lichten wij hieronder
toe.
Vergunningstelsel
In het voorjaar 2020 is op elk eiland een nieuwe eilandelijke verordening vastgesteld.
Vanaf dat moment moeten kinderopvangorganisaties in het bezit zijn van een exploitatievergunning
om kinderen te mogen opvangen. Alle kinderopvangorganisaties zijn voorafgaand aan
het verstrekken van de vergunning beoordeeld. Alleen in het geval de veiligheid en
of gezondheid van het kind of personeel direct in het geding is, zou geen exploitatievergunning
worden verstrekt. Op een enkele uitzondering na hebben alle op de eilanden opererende
kinderopvangorganisaties een exploitatievergunning ontvangen. Sommige met aanvullende
voorwaarden. Voor een aantal in de verordening opgenomen voorwaarden geldt dat daaraan
nog niet volledig is voldaan. Zo voldoet het personeel in veel gevallen nog niet altijd
aan de vereiste beroepskwalificaties en zijn er ten aanzien van de huisvesting nog
de nodige knelpunten.
Verbeteringen in de kwaliteit van de kinderopvang: opleiding, training
In de verordening zijn de eisen met betrekking tot veiligheid, gezondheid en kwaliteit
vastgelegd. De eisen zijn tot op zekere hoogte vergelijkbaar met die in Europees Nederland
worden gesteld.
Kinderopvangorganisaties worden op de eilanden ondersteund vanuit het programma BES(t)
4 kids en ontvangen gemeenschappelijke trainingen onder meer om te komen tot een gemeenschappelijke
pedagogische visie. Er zijn, in samenwerking met de middelbare beroepsopleidingen
op de eilanden, (bij)scholingsprogramma’s gestart en er worden opleidingen ingericht
voor jongeren die in de kinderopvang werkzaam willen zijn. De eerste groepen zijn
in 2019 gestart. De ervaringen zijn positief: men leert van en met elkaar.
Samenwerking met organisaties in Europees Nederland: twinning
Kinderorganisaties op Saba en St. Eustatius werken in een twinning programma samen
met kinderopvangorganisaties in Europees Nederland. Dat houdt in dat ervaringen worden
uitgewisseld, medewerkers bij elkaar in de opvang komen kijken en management wordt
ondersteund bij het inrichten van de organisatie. Het twinning programma is binnen
het programma BES(t) 4 kids opgezet en wordt door de partners wederzijds als nuttig
ervaren.
Betere arbeidsvoorwaarden
Een belangrijk aandachtspunt zijn de arbeidsvoorwaarden. In de gesprekken met de vertegenwoordigers
van de kinderopvang op de eilanden wordt dit als een groot knelpunt aangeduid. De
salariëring van de meeste medewerkers in de kinderopvang op de eilanden is relatief
laag. Om voldoende en goed opgeleide medewerkers in de opvang te krijgen en te houden
zullen de arbeidsvoorwaarden moeten verbeteren. Het afgelopen jaar is een voorbereidend
onderzoek afgerond en op basis daarvan zullen gesprekken met werkgevers en werknemers
worden gestart om tot een structurele verbetering van salarissen en overige arbeidsvoorwaarden
in de kinderopvang te komen. In 2020 en 2021 zijn er eerste stappen gezet. Het is
de bedoeling om in 2022 de grotere stappen te zetten gericht op volwaardige arbeidsvoorwaarden
in deze sector.
Pilots voor opvang van kinderen met extra zorg
In Caribisch Nederland wordt bij de inrichting van het stelsel uitgegaan van inclusieve
kinderopvang. Dat betekent dat de kinderopvang ook kinderen opvangt die extra zorg
of begeleiding nodig hebben, voor zover dat ook bedrijfsmatig mogelijk is. Het kan
dan gaan om kinderen met een lichamelijke en/of geestelijke beperking of gedragsproblemen.
Op elk eiland is een pilot gestart met als doel meer inzicht te krijgen in de specifieke
zorg die binnen de kinderopvang nodig is en de wijze waarop dat het beste kan worden
georganiseerd. De pilots zouden aanvankelijk tot juli 2021 duren, maar zijn inmiddels
met ten minste één jaar verlengd. De wijze waarop organisaties samenwerken in de ondersteuning
van deze zorgkinderen en de kinderopvangorganisaties die hen opvangen, wordt uitgewerkt
in een algemene maatregel van bestuur.
Primair onderwijs
Om een doorlopende ontwikkeling van het kind te waarborgen is het van belang dat kinderopvang
en scholen van het primair onderwijs goed met elkaar samenwerken. Op de eilanden is
een start gemaakt met het opzetten van pedagogische netwerken waar scholen en kinderopvangorganisaties
met elkaar spreken over de pedagogische visie en samenwerking. Ook zal gewerkt gaan
worden aan een zogenaamde warme overdracht van kinderopvang naar school. Verder zal
ook binnen de scholen in de groepen 1 en 2 een gecertificeerd pedagogische methode
worden gehanteerd. Over de invoering daarvan is het overleg met de scholen gestart.
Toezicht
De Inspectie van het Onderwijs (hierna de inspectie) is verantwoordelijk voor het
toezicht, maar werkt nauw samen met de lokale inspecteurs. Met de openbare lichamen
worden afspraken gemaakt over de inrichting van de samenwerking.
Toen de COVID-situatie op de eilanden het toeliet heeft de inspectie haar eerste bezoeken
afgelegd op Bonaire. In oktober 2021 heeft de inspectie het eerste deel van de bestandsopname
(bij 25 kinderdagverblijven op Bonaire) afgerond. De eerste bevindingen deelt de inspectie
met de departementen en de openbare lichamen. Het tweede deel van de bestandsopname
vindt in maart 2022 plaats bij de buitenschoolse opvang en gastouders op Bonaire en
alle kinderopvangorganisaties op St. Eustatius en Saba. De bevindingen worden in 2022
in een overkoepelend rapport opgenomen en gepubliceerd.
Huisvesting
Een van de gesignaleerde knelpunten is de huisvesting. Eerder hebben wij u al gemeld
dat vanuit het Rijk een drietal huisvestingsprojecten vanuit de regio-envelop Caribisch
Nederland wordt gefinancierd. Op Bonaire en St. Eustatius is inmiddels de architect
aan de slag gegaan. Op Saba is in de planvormende fase gesproken met vertegenwoordigers
van de kinderopvang en de basisschool en daarbij is duidelijk geworden dat het programma
van eisen nog een nadere verdiepingsslag moet ondergaan. Daardoor zal het project
enige vertraging onder vinden.
Tijdelijke subsidieregeling Financiering Kinderopvang Caribisch Nederland
Sinds 1 juli 2020 is de Tijdelijke subsidieregeling Financiering Kinderopvang Caribisch
Nederland van kracht. Kinderopvangorganisaties krijgen een subsidie per kind dat wordt
opgevangen. De subsidie verschilt per soort opvang en per eiland. Bijna alle kinderopvangorganisaties
nemen aan de Tijdelijke subsidieregeling deel.
In totaal is er voor bijna 2.300 kinderen subsidies verstrekt en ontvangen ruim 500
kinderen een kindplaatssubsidie van het openbaar lichaam. De subsidies moeten de organisaties
in staat stellen om eerste kwaliteitsverbeteringen te financieren en de tarieven voor
de ouders te verlagen.
De hoogte van ouderbijdrage is in de regeling vastgelegd. Voor de dagopvang is die
gemaximeerd tot $ 100 per maand op Saba en St. Eustatius en tussen $ 100 en $ 125
per maand op Bonaire, bij een afname van 5 dagen per week. Bij de buitenschoolse opvang
is dat $ 50 per maand op Saba en St. Eustatius en tussen $ 50 en $ 125 per maand op
Bonaire. Ouders die dit bedrag niet kunnen betalen, komen in aanmerking voor een door
het Openbaar Lichaam verstrekte kindplaatssubsidie. Daarmee zijn op alle drie de eilanden
de kosten voor de kinderopvang voor de meeste ouders verlaagd.
Deze verlaging blijkt ook uit de consumentenprijsindex Caribisch Nederland van het
Centraal Bureau voor Statistiek4. In het derde kwartaal van 2021 had de subsidie op kinderopvang een drukkend effect
op inflatie. In dit kwartaal was kinderopvang op Bonaire 28 procent goedkoper dan
een jaar eerder. De verlaging is in lijn met het streven van het kabinet om de kosten
van levensonderhoud, waaronder kinderopvang, stapsgewijs te verlagen. Met als doel
om de inkomens van inwoners in Caribisch Nederland in balans te brengen met de kosten
van levensonderhoud.
Tot slot
Het programma BES(t) 4 kids is samen met kinderopvangorganisaties en ouders goed op
weg om op de kwaliteit en de toegankelijkheid van de kinderopvang in Caribisch Nederland
te versterken c.q. vergroten. Er zijn belangrijke stappen gezet. We blijven uw Kamer
over de vervolgstappen informeren.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A.D. Wiersma
De Minister voor het Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.D. Wiersma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media