Brief regering : Verslag Ecofinraad 6 september 2021 en informatie over de implementatiefase van de faciliteit voor herstel en veerkracht (RRF)
21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken
Nr. 1781
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 september 2021
Hierbij zend ik u het verslag van de videoconferentie van de Ecofinraad van 6 september
2021. De Ecofinraad sprak over de uitvoeringsbesluiten van de Raad in het kader van
de faciliteit voor herstel en veerkracht (Recovery and Resilience Facility; RRF) voor Ierland en Tsjechië. Na de Ecofinraad zijn deze twee uitvoeringsbesluiten
door middel van een schriftelijke procedure formeel goedgekeurd door de Raad.1 In totaal zijn nu uitvoeringsbesluiten voor 18 lidstaten goedgekeurd. Deze lidstaten
zijn begonnen met de implementatie van hun herstelplan, waardoor er spoedig uitbetalingsverzoeken
kunnen volgen. Om die reden informeer ik uw Kamer graag over het proces omtrent de
implementatiefase, zoals ik eerder deed in een brief van 3 mei over de fase waarin
landen plannen inleveren die door de Raad besproken worden2.
Met een goedgekeurd uitvoeringsbesluit wordt groen licht gegeven voor het verstrekken
van voorfinanciering aan een lidstaat ter grootte van 13% van de omvang van de financiële
middelen die met het uitvoeringsbesluit worden toegekend voor de uitvoering van het
plan.3
4 De verdere uitbetaling van middelen vindt plaats zodra een lidstaat mijlpalen en
doelen heeft gehaald die zijn vastgesteld in (de annex van) het uitvoeringsbesluit.
De Europese Commissie (de Commissie) beoordeelt na een verzoek tot uitbetaling van
een lidstaat of de mijlpalen en doelen uit het herstelplan zijn bereikt. Lidstaten
kunnen tweemaal per jaar een verzoek tot uitbetaling doen. Wanneer de Commissie tot
een voorlopige positieve beoordeling komt vraagt zij het Economisch en Financieel
Comité (EFC) om een opinie over de bereikte mijlpalen en doelen. Het EFC is een hoogambtelijk
voorportaal voor de Ecofinraad. Het EFC moet bij het vaststellen van haar opinie streven
naar consensus. De Commissie moet voor haar definitieve beoordeling rekening houden
met de opinie van het EFC. Indien de uiteindelijke beoordeling door de Commissie positief
is, zal de Commissie een besluit nemen tot uitbetaling van middelen via de zogenoemde
onderzoeksprocedure van de comitologie.
Mochten een of meer lidstaten van oordeel zijn dat er ernstige afwijkingen zijn wat
betreft een bevredigende verwezenlijking van de betrokken mijlpalen en doelen, dan
kunnen zij de noodremprocedure inzetten. Als de noodremprocedure wordt ingezet zal
de voorzitter van de Europese Raad verzocht worden om de kwestie op de agenda van
de Europese Raad te zetten. De Commissie zal niet tot uitbetaling overgaan zolang
de eerstvolgende Europese Raad de kwestie niet uitputtend heeft besproken.
De eerste betalingsverzoeken zullen naar verwachting nog dit najaar worden gedaan.
Lidstaten kunnen maximaal twee keer per jaar een verzoek doen tot uitbetaling, tot
eind 2026. Het totale aantal betalingsverzoeken per jaar is daarmee groot, en heeft
betrekking op vele mijlpalen en doelen. Het kabinet zal zich bij de oordeelsvorming
over de beoordeling van de Commissie voornamelijk richten op de belangrijkste hervormingsmaatregelen
uit de uitvoeringsbesluiten, zoals weergegeven in de kabinetsappreciaties van deze
voorstellen.
Om de informatievoorziening aan het parlement overzichtelijk te houden is het kabinet
voornemens om uw Kamer periodiek, namelijk eens per kwartaal, een overzicht te sturen
van de definitieve beoordeling van ingediende betalingsverzoeken door de Europese
Commissie. In afwijking hierop is het kabinet voornemens uw Kamer onverwijld te informeren
indien Nederland of een andere lidstaat noodzaak ziet tot het starten van de hierboven
genoemde noodremprocedure.
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra
Verslag Ecofinraad 6 september 2021
Uitvoeringsbesluiten Recovery and Resilience Facility (RRF)
Tijdens de Ecofinraad stond de bespreking van de uitvoeringsbesluiten van de Raad
in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht (Recovery and Resilience Facility; RRF) voor Ierland en Tsjechië op de agenda.5 De kabinetsappreciatie van deze uitvoeringsbesluiten is op 30 augustus jl. aan de
Tweede Kamer verstuurd.6 Na de Ecofinraad zijn deze twee uitvoeringsbesluiten door middel van een schriftelijke
procedure formeel goedgekeurd door de Raad.7
Op grond van de RRF-verordening moet de Europese Commissie (de Commissie) plannen
beoordelen en, indien zij tot een positieve beoordeling komt, een voorstel doen voor
een uitvoeringsbesluit van de Raad. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid
over deze uitvoeringsbesluiten en heeft hier op grond van de RRF-verordening in de
regel een maand de tijd voor vanaf het moment waarop de Commissie een voorstel heeft
gedaan. De Kamer is in een brief van 3 mei jl. geïnformeerd over dit proces.8
De Commissie bracht tijdens de vergadering in herinnering dat de Ecofinraad reeds
heeft ingestemd met de uitvoeringsbesluiten voor 16 lidstaten. Tijdens de Ecofinraad
van 13 juli jl. zijn de eerste twaalf voorstellen9 voor uitvoeringsbesluiten van de Raad voor besluitvorming goedgekeurd.10 Daarna zijn tijdens de Ecofinraad van 26 juli (via een videoconferentie) de volgende
vier11 uitvoeringsbesluiten van de Raad besproken. Deze zijn daags na de Ecofinraad via
een schriftelijke procedure aangenomen. De Tweede Kamer heeft op 30 juni jl.12, 7 juli jl.13 en 21 juli jl.14 een appreciatie van deze voorstellen ontvangen.
Een aantal lidstaten, waaronder Nederland, sprak wederom zijn dank uit voor het werk
van de Commissie bij de beoordeling van de plannen en onderstreepte dat de goedkeuring
van de uitvoeringsbesluiten een belangrijke mijlpaal is. Verschillende lidstaten,
waaronder Nederland, gaven aan dat een goede implementatie van de plannen de volgende
stap is. Daarbij is het van belang dat de voortgang goed wordt gemonitord om de effectieve
uitvoering van de hervormingen en investeringen te waarborgen. Meerdere lidstaten,
waaronder Nederland, hebben, met het oog op de uitvoeringsbesluiten die nog zullen
volgen, wederom bijzondere aandacht gevraagd voor het belang van rechtsstatelijkheid,
die een fundamentele waarde van de Unie is. Nederland heeft de Commissie opgeroepen
al haar instrumenten op dit vlak in te zetten, en bij het RRP o.a. bijzondere aandacht
te hebben voor de control- en auditraamwerken.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën