Brief regering : Geannoteerde agenda van de informele Raad Buitenlandse Zaken Gymnich van 2 en 3 september 2021
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2399 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 augustus 2021
Hierbij bied ik u de Geannoteerde Agenda van de informele Raad Buitenlandse Zaken
Gymnich van 2 en 3 september 2021 aan.
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A.M. Kaag
GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE RAAD BUITENLANDSE ZAKEN (GYMNICH) 2 EN 3 SEPTEMBER 2021
Introductie
Op woensdag 2 en donderdag 3 september zal er een informele vergadering (Gymnich)
van de leden van de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) plaatsvinden in Kranj, Slovenië.
Het betreft een informele Raad: discussies zijn niet conclusief en er zullen geen
Raadsbesluiten of mededelingen uit voortvloeien. Het doel van Gymnich is om ruimte
te bieden voor een strategische discussie, met enige afstand tot de actualiteit. De
Minister van Buitenlandse Zaken is voornemens deel te nemen aan deze vergadering.
De Hoge Vertegenwoordiger (HV) en het Sloveense Voorzitterschap hebben het voornemen
geuit tijdens deze informele RBZ te spreken over de relaties tussen de EU en de Golfregio,
over de relaties tussen de EU en China en over de situatie in Afghanistan. Daarnaast
zal er tijdens de lunch een uitwisseling met de Indiase Minister van Buitenlandse
Zaken plaatsvinden.
Afghanistan
Op 17 augustus jl. vond een extra ingelaste RBZ via videoconferentie plaats over de
situatie in Afghanistan. Het verslag van deze RBZ ontvangt uw Kamer via een separate
brief.
De Raad zal tijdens Gymnich opnieuw spreken over de situatie in Afghanistan. Op het
moment van schrijven is de situatie in Afghanistan nog hoogst onvoorspelbaar en volop
in beweging. Het kabinet acht het cruciaal dat de EU en de lidstaten in gezamenlijkheid
blijven handelen, in nauw overleg en samenwerking met internationale partners. Op
dit moment ligt de prioriteit bij het zo snel mogelijk evacueren van Nederlanders
en andere EU-burgers in Afghanistan, tolken die voor Nederland hebben gewerkt in het
kader van een internationale militaire of politiemissie, de lokale ambassadestaf en
hun gezinnen en andere mensen uit hoogrisicogroepen conform de motie van het lid Belhaj
c.s. (Kamerstuk 27 925, nr. 788).
Ondanks de de facto machtsovername door de Taliban is het van belang dat de EU de
lokale bevolking blijft steunen. Het is op dit moment te vroeg om vast te stellen
hoe die steun eruit komt te zien. Het kabinet is van mening dat de EU zich op korte
termijn in elk geval moet blijven inzetten voor het verlenen van humanitaire steun
aan de Afghaanse bevolking. Ook op de langere termijn blijft Europese steun aan Afghanistan
noodzakelijk. Het kabinet is er voorstander van dat de EU-inzet zoveel mogelijk ten
goede komt van het maatschappelijk middenveld in Afghanistan. Het is van groot belang
dat eventuele samenwerking met een toekomstige Afghaanse overheid op basis van strikte
conditionaliteit geschiedt. Dat betekent dat de eisen van de EU op het gebied van
onder andere mensenrechten, in het bijzonder die van vrouwen en kinderen, en rechtsstaat
moeten worden gerespecteerd. Indien dat niet gebeurt, moet dat gevolgen hebben voor
de Europese OS-inzet.
Het kabinet onderstreept dat het de meldingen over mensenrechtenschendingen door de
Taliban zorgwekkend vindt en dat het de Taliban op hun daden beoordeelt en dit zal
blijven doen. De inzet van het kabinet blijft het beëindigen van het geweld en het
komen tot een inclusieve, politieke oplossing voor het conflict. Dat is de enige weg
naar duurzame vrede.
Daarnaast vindt het kabinet het van belang dat de EU zich richt op samenwerking met
andere internationale partners bij het monitoren van de veiligheidssituatie, het in
kaart brengen van migratiestromen en het geven van humanitaire steun. Ook is het van
cruciaal belang dat de EU de relatie met de buurlanden van Afghanistan intensiveert.
Zij moeten worden bijgestaan bij de opvang van Afghaanse vluchtelingen en zo nodig
bij preventie en tegengaan van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit als
gevolg van de crisis in Afghanistan.
EU – Golfregio
Op de conceptagenda van Gymnich staat een gedachtewisseling over de relatie van de
EU met de Golfregio. De EU beschikt over goede betrekkingen met alle Arabische Golflanden
en heeft een groot belang bij een stabiele en veilige Golfregio.
De HV voorziet een strategische discussie over een mogelijke rol voor de EU bij het
stimuleren van een regionale veiligheidsdialoog in de Golf. De EU is gebaat bij de
opbouw van vertrouwen tussen vaak rivaliserende regionale actoren (met name Saoedi-Arabië
en Iran) vanwege de geografische nabijheid van de regio en het risico op spill-over.
Gezien de spanningen in de regio is het verwezenlijken van een politieke en veiligheidsdialoog
in de regio een proces van lange adem, waarvoor politieke wil van de betrokken partijen
een noodzakelijke voorwaarde is. Het kabinet vindt dat de EU hierin samen met andere
partners zoals de VS en het VK een faciliterende rol zou kunnen spelen en zou het
nuttig vinden als de HV voorstellen doet voor hoe de EU kan bijdragen aan de-escalatie
en regionale stabiliteit. Een terugkeer naar het nucleair akkoord met Iran (JCPOA),
waarin de EU ook een faciliterende rol heeft, zou de basis kunnen vormen voor een
stap richting een bredere regionale dialoog.
Voor Nederland is ook maritieme veiligheid en vrije doorvaart in de Perzische Golf
een belangrijk onderwerp in deze gedachtewisseling. Nederland levert een bijdrage
aan de door Frankrijk geleide missie European-led Maritime Awareness in the Strait of Hormuz (EMASoH). Recentelijk vonden opnieuw incidenten plaats. Zo vielen twee doden bij
een drone aanval op de tanker Mercer Street, toegeschreven aan Iran.
Tot slot zal het kabinet het belang blijven onderstrepen van respect van mensenrechten
en fundamentele vrijheden in de regio.
EU-China
Naar verwachting zal de Raad ook spreken over de relaties tussen de EU en China. De
EU-China relatie wordt steeds ingewikkelder. De EU is zeer kritisch ten aanzien van
China inzake de mensenrechten, de situatie in Hongkong, (on)eerlijke economische concurrentie,
cyberaanvallen en de veiligheidssituatie in de Zuid-Chinese Zee. De Europese listings onder het mensenrechtensanctieregime en de Chinese tegenreacties daarop onderstrepen
dat samenwerken met China steeds lastiger wordt. Tegelijkertijd vindt het kabinet
het belangrijk om met China in gesprek te blijven over juist ook deze onderwerpen.
Ook blijft samenwerking met China op onderwerpen als wapenbeheersing en klimaat cruciaal.
Het kabinet vindt het van belang dat er aandacht is voor dit laatste onderwerp in
aanloop naar de klimaattop die van 31 oktober tot en met 12 november plaatsvindt in
Glasgow. Als 's werelds grootste uitstoter is China van cruciaal belang om klimaatverandering
tegen te gaan. Hoewel China veel investeert in hernieuwbare energie, zijn ambitieuzere
Chinese klimaattoezeggingen en uitfasering van fossiele brandstoffen nodig om de kloof
naar 1,5 °C te dichten.
De HV heeft aangegeven dat hij de discussie wil richten op het belang van het behoud
van EU-eenheid. Het kabinet onderschrijft deze noodzaak. China zal blijven proberen
om via bilaterale relaties met individuele lidstaten druk uit te oefenen om de eensgezindheid
onder lidstaten te verzwakken. Het kabinet is er dan ook voorstander van dat lidstaten
elkaar zo snel mogelijk informeren op het moment dat ze dergelijke druk ervaren zodat
lidstaten elkaar waar mogelijk kunnen bijstaan. Het is daarnaast van belang om lidstaten
die de eenheid doorbreken te blijven aanspreken en te overtuigen van het belang van
een gezamenlijk en stevig standpunt om de belangen van de EU te waarborgen.
Het kabinet ziet graag dat regelmatig op het hoogste niveau met en over China gesproken
wordt en verwelkomt daarom dat in de Indicative Leader’s Agenda melding wordt gemaakt van een bespreking van de EU-China relatie tijdens een informeel
diner van de Europese Raad op 5 oktober.1 Juist in een relatie die steeds ingewikkelder wordt, vindt het kabinet het belangrijk
om in gesprek te blijven. Daarom is het kabinet er ook voorstander van dat binnen
afzienbare tijd weer een reguliere EU-China top wordt georganiseerd. Recente uitwisselingen
tussen de EU en China vonden vanwege de Covid-pandemie enkel digitaal plaats.
Lunch met Minister BZ India
De Minister van Buitenlandse Zaken van India, de heer Jaishankar, is door het Sloveense
Voorzitterschap uitgenodigd voor de lunch aansluitend aan de Raad.
Het kabinet verwelkomt intensievere samenwerking met India. In politiek en economisch
opzicht zal de stem van India de komende jaren alleen maar belangrijker worden. Het
kabinet vindt het dan ook een goede zaak dat de EU de banden met de grootste democratie
ter wereld aanhaalt. Het kabinet hecht er aan dat de EU en India gezamenlijk uitvoering
geven aan de afspraken die zij overeenkwamen in de slotverklaring van de EU-India
top die plaatsvond op 8 mei jl.2 India is een belangrijke partner in het kader van mondiale dossiers zoals het beschermen
van de op regels gebaseerde multilaterale orde, het tegengaan van de effecten van
klimaatverandering en het waarborgen van het internationaal vrijhandelssysteem. Naast
gedeelde belangen zijn er ook zorgen over de inkrimpende ruimte voor het maatschappelijk
middenveld in India en van de vrijheden van religieuze minderheden, in het bijzonder
van de moslimgemeenschap.
India is tevens een zeer belangrijke speler in de regio. Daarom vindt het kabinet
het van belang om tijdens de lunch ook met de Indiase Minister van Buitenlandse Zaken
te spreken over de situatie in Afghanistan. Daarnaast vormt de EU-India relatie een
belangrijke component bij de uitwerking van de EU Indo-Pacific strategie waarover
de Raad in april jl. conclusies aannam3. Tijdens de recente EU-India top kwamen beide partijen ook het EU-India Connectivity
Partnership overeen om gezamenlijke connectiviteitsprojecten in India en andere regio’s
(Afrika, Centraal Azië, Indo-Pacific) te faciliteren. Er is op dit vlak nog veel groeipotentieel
in de samenwerking tussen de EU en India. De lunch biedt de mogelijkheid om zowel
de EU Indo-Pacific strategie als de Connectiviteitsstrategie te bespreken.
In aanloop naar de klimaattop in Glasgow is het cruciaal met India op te trekken op
het gebied van klimaat. India is als ’s werelds vierde uitstoter een sleutelpartner
om de doelen van Parijs in zicht te houden. Ondanks nadrukkelijke klimaatinzet tijdens
de EU-India top en een High Level Dialogue on Climate op 28 April, kon India vooralsnog niet overgehaald worden om publiekelijk expliciete
doelstellingen te formuleren, zoals een hoger 2030 doel, uitfaseringsplan voor fossiele
brandstoffen en een datum voor het bereiken van klimaatneutraliteit. Wel biedt een
vernieuwd en ambitieus EU-India Clean Energy and Climate Partnership aanknopingspunten voor actie, met inzet op de energietransitie, emissiereducties
en klimaatadaptatie.
Indieners
-
Indiener
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.