Brief regering : Verslag van de informele videoconferentie met EU-Milieuministers van 23 april 2021
21 501-08 Milieuraad
Nr. 826
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 mei 2021
Hierbij bied ik u het verslag aan van de informele videoconferentie met EU-Milieuministers
d.d. 23 april 2021. De videoconferentie stond in het teken van de EU-klimaatadaptatiestrategie
in relatie tot waterbeheer en droogte, en de mondiale rol van de EU op het gebied
van adaptatie.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
VERSLAG
EU-klimaatadaptatiestrategie: watertekort en droogte
Tijdens de informele videoconferentie op 23 april 2021 jl. hebben EU-Milieuministers
uitgebreid van gedachten gewisseld over de op 24 februari jl. gepubliceerde EU-klimaatadaptatiestrategie1 en de uitdagingen waar Europa voor staat op het gebied van water in relatie tot klimaatverandering.
De Commissie benadrukte tijdens de informele vergadering wederom het belang van de
nieuwe EU-klimaatadaptatiestrategie en het opschalen van adaptatie-actie. De Commissie
onderstreepte het belang van adaptatie als horizontaal thema en zal zich inzetten
om adaptatie in het bredere EU-beleid te integreren. Zo sprak de Commissie steun uit
voor het agenderen van adaptatie in andere Raadsformaties. De Commissie beschouwt
de nieuwe adaptatiestrategie daarnaast als kans om de uitdagingen op het gebied van
watermanagement, droogte en watertekort aan te pakken.
Lidstaten beschreven in de discussie de toenemende uitdagingen rondom water in relatie
tot klimaatverandering. De uitdagingen van watertekort en droogte gelden niet langer
alleen voor zuidelijke lidstaten. Noordelijke lidstaten kampen hier net als Nederland
ook steeds vaker mee. Lidstaten, waaronder Nederland, beschreven de noodzaak van het
integreren van goed waterbeheer in andere sectoren, zoals transport, landbouw, infrastructuur
en ook toerisme. Op die manier kan de impact van klimaatverandering in alle sectoren
effectief worden tegengegaan.
Daarnaast hechtten de lidstaten belang aan het ontwikkelen en toepassen van innovatieve
oplossingen, het delen van kennis en praktijkervaring en het betrekken van stakeholders
op lokaal, regionaal en sectoraal niveau. Ook werd de implementatie van de EU-kaderrichtlijn
water2 genoemd als belangrijk instrument om de lidstaten van waterkwaliteit te verzekeren.
Vervolgens presenteerden vijf lidstaten, waaronder Nederland, concrete voorbeelden
van goede praktijken op het gebied van de droogteaanpak en watertekort. Nederland
presenteerde hier het Deltaprogramma Zoetwater als concreet voorbeeld. Lidstaten gaven
aan deze directe kennisuitwisseling te waarderen en graag voort te zetten.
Mondiale rol EU
Patricia Espinosa, hoofd van het VN-klimaatbureau United Nations Framework Convention
on Climate Change (UNFCCC), opende als gastspreker de informele uitwisseling tussen
de EU-milieuministers over de mondiale rol van de EU op het gebied van adaptatie als
onderdeel van de nieuwe EU-klimaatadaptatiestrategie. Espinosa benadrukte het belang
van het opnemen van adaptatie in het mondiale klimaatdebat en de noodzaak van samenwerking
richting de internationale klimaattop in Glasgow (COP26) dit najaar.
De Commissie gaf aan dat zij de komende jaren meer gaat inzetten op een gecoördineerde
aanpak tussen lidstaten en het EU-niveau als het gaat om mondiaal adaptatiebeleid.
Daarnaast meldde de Commissie het externe EU-beleid meer te zullen richten op plekken
waar de impact van klimaatverandering het grootst is en dat het partnerlanden zal
ondersteunen in het opstellen en uitvoeren van nationale adaptatieplannen. Daarnaast
legde de Commissie nadruk op het belang van het verbeteren van klimaatfinanciering,
met het oog op het neerzetten van een goede samenwerking met partnerlanden.
Als voormalige gastheer van de Climate Adaptation Summit 2021 onderstreepte Nederland
het belang van adaptatie in het mondiale klimaatdebat. Meerdere lidstaten, waaronder
Nederland, benadrukten daarnaast het belang van het verbeteren van klimaatfinanciering
en toegang daartoe voor de meest kwetsbaren die zijn blootgesteld aan klimaatverandering.
Aanvullend werd de noodzaak van capaciteitsopbouw en adaptatieprogramma’s in kwetsbare
landen en het belang van langetermijnplanning benadrukt. Nederland riep op om de focus
van het externe EU-beleid te richten op de minst ontwikkelde landen, Afrikaanse landen,
en kleine eilandstaten in ontwikkeling. Veel lidstaten onderschreven dit.
Verschillende lidstaten verwezen daarnaast naar het belang van de Taxonomie-Verordening3 op het gebied van adaptatie voor de multilaterale en publieke fondsen. Met de taxonomie,
het EU-classificatiesysteem met technische screeningscriteria voor economische activiteiten,
wordt gedefinieerd welke private investeringen duurzaam genoemd mogen worden.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat