Brief regering : Lopende en afgeronde zaken vuurwerkdossier
28 684 Naar een veiliger samenleving
Nr. 654
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 februari 2021
Bij brief van 13 november 2020 bent u geïnformeerd over het kabinetsbesluit om te
komen tot een eenmalig en tijdelijk verbod op eindejaarsvuurwerk tijdens de komende
jaarwisseling (Kamerstuk 28 684, nr. 640). Vervolgens bent u bij brief van 11 december geïnformeerd over de voorgenomen tegemoetkoming
voor de detailhandelaren en importeurs in de vuurwerkbranche. Op 11 februari jl. vond
het AO Leefomgeving plaats en is met u ook gesproken over deze regeling.
In deze brief informeren wij uw Kamer over de huidige stand van zaken met betrekking
tot de tegemoetkoming, de Tijdelijke subsidieregeling vuurwerkverbod COVID-19 (TSVC-19).
Daarnaast informeren wij uw kamer over de recente ontwikkelingen omtrent de Pyro-pass,
over de afronding van de Tijdelijke subsidieregeling restantvoorraden vuurwerk (TSRV)
en over twee recent uitgevoerde onderzoeken.
Tijdelijke subsidieregeling vuurwerkverbod COVID-19
De vuurwerkbranche krijgt een tegemoetkoming voor de vuurwerk-specifieke en extra
kosten die het gevolg waren van het eenmalige en tijdelijke verbod op eindejaarsvuurwerk
dat gold tijdens de jaarwisseling 2020–2021.1 De uit het verbod voortgekomen regeling, de Tijdelijke subsidie vuurwerkverbod COVID-19
(TSVC-19), zal voorzien in steun voor kosten die specifiek gemaakt zijn door detailhandelaren
in vuurwerk (vuurwerkwinkels) en niet terugverdiend kunnen worden, maar ook de extra
kosten, voor de opslag en extra vervoersbewegingen van het niet-verkochte vuurwerk
en de opslag daarvan gedurende het jaar. Deze regeling is een aanvulling op de reguliere
coronasteunmaatregelen, inclusief de verruimingen, waar de vuurwerkbranche tevens
gebruik van kan maken.
In uitvoerige overleggen met de branche en de betrokken overheidsinstanties is een
regeling tot stand gekomen die de ondernemers zoveel mogelijk tegemoetkomt in die
extra kosten, voor zover aannemelijk is dat die kosten ook reeds gemaakt zijn, of
worden. De regeling geeft de mogelijkheid tot het aanvragen van twee soorten subsidies:
een subsidie voor de detailhandel voor activiteiten in verband met de verkoop, en
een subsidie voor vuurwerkbedrijven voor kosten met betrekking tot de extra opslag
en het vervoer van het eindejaarsvuurwerk. Detailhandelaars met eigen grootschalige
opslagfaciliteiten van tenminste 10.000 kilogram kunnen voor kosten met betrekking
tot die opslag ook subsidie aanvragen.
De ontwerpregeling wordt van 19 februari tot en met 14 maart ter consultatie voorgelegd
en is digitaal beschikbaar op www.internetconsultatie.nl/tijdelijke_subsidieregeling_ vuurwerkverbod_covid19.
Hiermee geven we iedereen de gelegenheid om te reageren op de regeling, hetgeen bijdraagt
aan het verhogen van de kwaliteit van de regeling. Het streven is dat de definitieve
regeling op 29 maart wordt vastgesteld en op 30 maart wordt gepubliceerd. Van 31 maart
tot en met 3 mei kunnen aanvragen worden ingediend, waarna RVO start met het uitkeren
van de voorschotten. De opvolging van deze processen is korter dan gebruikelijk, maar
komt toe aan de wens om zo snel mogelijk te starten met uitbetalen aan de branche.
De snelle opvolging doet niks af aan het proces. Het streven is om uiterlijk 1 juli
2021 alle voorschotten uit te hebben betaald. Na het uitvoeren van steekproeven en
controles kan worden overgegaan tot definitieve vaststelling en uitbetaling van de
restanten. Ik streef ernaar de regeling dit jaar nog af te ronden en volledig uit
te betalen.
Tijdelijke subsidieregeling restantvoorraden vuurwerk (TSRV)
In de motie van de leden Yeşilgöz-Zegerius en Ziengs (VVD)2 is de regering verzocht in overleg te treden met (kleine) vuurwerkondernemers om
te kijken hoe zij geholpen kunnen worden met het verwerken en opruimen van restantvoorraden
van het vuurwerk dat per 1 december 2020 verboden is, te weten knalvuurwerk, waaronder
knalstrengen, vuurpijlen, single shots en categorie F3 vuurwerk. Dit verzoek staat
los van het tijdelijke verbod op eindejaarsvuurwerk. Voor een dergelijke eenmalige
tegemoetkoming is ten hoogste 3 miljoen euro beschikbaar gesteld. Genoemde motie heeft
geresulteerd in de Tijdelijke Subsidieregeling Restantvoorraden Vuurwerk (TSRV). De
TSRV stimuleerde het opruimen van restantvoorraden vuurwerk bij winkeliers.
Er zijn 715 subsidieaanvragen van detailhandelaren ingediend voor een totaalbedrag
van ca. 1,66 miljoen euro. Daarnaast is door acht vuurwerkbedrijven, die vuurwerk
bij winkeliers ophalen, voor ca. 280.000 euro aangevraagd. De uitvoeringskosten van
de regeling bedroegen 355.000 euro. Alle verleende subsidies zijn reeds uitbetaald
en de winkeliersbranche heeft aangegeven tevreden te zijn met het verloop van de regeling.
Pyro-pass
In 2017 heeft Nederland het initiatief genomen om in de Benelux de illegale handel
in professioneel vuurwerk te belemmeren. De Pyro-pass is hier een uitvloeiing van
en dient als een bewijsstuk voor professionals, zodat deze gemakkelijk te herkennen
zijn bij de verkoop van professioneel vuurwerk.
In het najaar van 2020 is er in de Benelux overeenstemming bereikt over de Beschikking
Pyro-pass en de Aanbeveling opleidingseisen.3 Op 7 december 2020 is dit bekrachtigd door ondertekening namens de Benelux-landen
door de toenmalig voorzitter van de Benelux, Stef Blok. Momenteel wordt in de Benelux
de invoering van de Pyro-pass verder uitgewerkt. De implementatie dient twee jaar
na ondertekening, uiterlijk 7 december 2022, te zijn voltooid.
Met de aanbeveling opleidingseisen gaan België en Luxemburg naar Nederlands voorbeeld
opleidingseisen stellen aan professionals. Er is binnen de Benelux afgesproken om
de Pyro-pass en de aanbevelingsopleidingseisen te implementeren binnen twee jaar na
ondertekening, dus uiterlijk 7 december 2022.
Onderzoeken vuurwerkveiligheid
Recentelijk zijn twee onderzoeken met betrekking tot vuurwerk afgerond die meer inzicht
geven in de relatie tussen vuurwerk en veiligheid. Het betreffen onderzoeken van VeiligheidNL
en Ferro Explore die respectievelijk resulteerden in de rapporten Oorzaken van vuurwerkongevallen met legaal consumentenvuurwerk 2015–2020 en Vuurwerkveiligheid onder jongeren. Genoemde rapporten zijn als bijlage bij deze Kamerbrief gevoegd.4
Jaarlijks wordt een letselonderzoek uitgevoerd door VeiligheidNL. De letselcijfers
van de afgelopen vijf jaar zijn in het vijfjarenonderzoek samengevoegd. Op basis van
deze gegevens is een algemene lijn geschetst over vuurwerkletsel in de periode van
2015 tot 2020. Geconcludeerd kan worden dat onvoorzichtig gedrag (bijv. afsteken vanuit
de hand) en productfalen (bijv. te vroege ontbranding) een groot aandeel van de vuurwerkongevallen
veroorzaken. Ook wordt duidelijk dat bij grote vuurwerkproducten, zoals compounds
en cakeboxen, het product vaker de oorzaak is, terwijl dat bij kleiner vuurwerk, zoals
grondtollen en rotjes, vaker het gedrag is.
Het rapport Vuurwerkveiligheid onder jongeren biedt inzichten in de houding van 12–15 jarigen ten opzichte van vuurwerk. Het toont
onder andere aan dat jongeren een laag veiligheidsrisico ervaren bij het afsteken
van vuurwerk, met name wanneer zij uitsluitend toeschouwer zijn. Het onderzoek biedt
handvatten voor de ontwikkeling van een voorlichtingscampagne die ook deze doelgroep
op effectieve wijze bereikt.
De inzichten met betrekking tot productfalen zullen worden meegenomen in gesprekken
met de vuurwerkbranche over hun verantwoordelijkheid om zorg te dragen voor veilig
vuurwerk dat voldoet aan de wet- en regelgeving. De ILT speelt daarin ook een rol
en is tevens bezig met een onderzoek naar de kwaliteit van categorie F1 vuurwerk.
De inzichten met betrekking tot gedrag uit deze rapporten zullen worden meegenomen
in de communicatie omtrent vuurwerk, waaronder de voorlichtingscampagne tijdens de
jaarwisseling 2021–2022. Dan zijn inzichten over vuurwerkveiligheid en de houding
van jongeren van belang om ook met vuurwerk weer een veilige jaarwisseling mogelijk
te maken5.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.