Brief regering : Verslag van de informele videoconferentie van de leden van de Raad Algemene Zaken van 18 januari 2021
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2261 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 januari 2021
Hierbij bied ik u het verslag aan van de informele videoconferentie van de leden van
de Raad Algemene Zaken van 18 januari 2021.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
VERSLAG INFORMELE VIDEOCONFERENTIE VAN DE LEDEN VAN DE RAAD ALGEMENE ZAKEN D.D. 18 JANUARI
2021
Op maandag 18 januari jl. vergaderden de leden van de Raad Algemene Zaken (RAZ) informeel
per videoconferentie. De Minister van Buitenlandse Zaken nam deel aan de vergadering.
Prioriteiten EU-Voorzitterschap Portugal
Het Portugese Voorzitterschap presenteerde zijn prioriteiten1: 1. Duurzaam economisch herstel aangejaagd door de groene en digitale transities;
2. Het invullen van de sociale pijler van de EU om ervoor te zorgen dat de digitale
en groene transities eerlijk en inclusief verlopen waarbij het inzet op een sociale
Top op 8 en 9 mei; 3. Het versterken van strategische autonomie van een open Europa.
Het voorzitterschapsmotto luidt «Tijd om te handelen: voor eerlijke, groene en digitale
samenwerking».
Specifiek voor de Raad Algemene Zaken presenteerde het voorzitterschap de volgende
prioriteiten: 1. Covid-19-coördinatie, gekoppeld aan inspanningen voor het herstel;
2. MFK en NextGenEU, werken aan goedkeuring van alle instrumenten, inclusief nationaal
herstel en tenuitvoerlegging Eigen Middelen Besluit; 3. Versterking van de Rule of Law, door onder meer de bespreking van het EU Democratie Actieplan (inzet is in februari)
en landenspecifieke discussies middels RoL-dialogen gepland in april; 4. Conferentie
over de Toekomst van Europa, Portugal zet de interinstitutionele onderhandelingen
voort en wil de conferentie van de grond krijgen tijdens het eigen voorzitterschap;
5. Betrekkingen met het VK, werken aan de verdere implementatie van een allesomvattend,
eerlijk en evenwichtig partnerschap, met focus op bescherming van de burger.
Aangaande EU-uitbreiding zal het voorzitterschap verder werken aan de implementatie
van de nieuwe methodologie van het toetredingsproces van de landen in de Westelijke
Balkan. Mogelijk zal het intergouvernementele conferenties organiseren, afhankelijk
van de voortgang in de kandidaat-lidstaten. Ook zal het voorzitterschap verdergaan
op de ingeslagen weg aangaande het gebruik van strategische prognoses in het beleidsproces2, mogelijk staat dit op de agenda van de informele RAZ op 7 mei aanstaande.
Namens de Commissie reageerde vicevoorzitter Maroš Šefčovič positief op het gepresenteerde
voorzittersschapsprogramma en benadrukte het belang van het bestrijden van de Covid-19-pandemie.
Verder gaf hij aan dat de Commissie lidstaten meer te willen betrekken bij discussies
over de strategische prognoses. De plannen hiervoor zal de Commissie op korte termijn
bekendmaken. Een klein aantal lidstaten reageerde kort door de Portugese prioriteiten
te verwelkomen en daarbij eigen accenten aan te brengen, zoals het belang van Rule of Law, economisch herstel en crisisbestendigheid van de EU.
Conferentie over de Toekomst van Europa
Het voorzitterschap lichtte kort de stand van zaken toe met betrekking tot de onderhandelingen
over de gemeenschappelijke verklaring over de Conferentie met het Europees parlement
en de Europese Commissie. Vooralsnog is er geen overeenstemming tussen de instellingen
over de gemeenschappelijke verklaring. Het voorzitterschap benadrukte hierbij op het
hoogste politieke niveau te werken aan de overeenstemming over de ontstane impasse
over het bestuur van de Conferentie en benadrukte het belang van een spoedige start
van de Conferentie. Meerdere lidstaten benadrukten het belang om vaart te maken en
verzochten het voorzitterschap om pragmatisch te zijn.
Het voorzitterschap gaf verder aan dat de Europese Commissie werkt aan een digitaal
platform ten behoeve van de Conferentie. De Commissie gaf aan dat dit platform reeds
klaar is voor gebruik.
Vervolgens volgde een beperkte gedachtewisseling van een klein aantal lidstaten over
de startdatum van de Conferentie, zo snel mogelijk of juist wachten tot de epidemiologische
situatie aanzienlijk verbeterd is, en de gewenste vorm van interactie, digitaal en/of
fysiek, mede in het licht van COVID-19. Het voorzitterschap dankte de lidstaten voor
hun inbreng en steun en gaf aan te streven naar een zo snel mogelijke start van de
Conferentie en benoemde dat flexibiliteit nodig zal zijn als het gaat om de organisatie
van de Conferentie. Indien het kabinet meer informatie ontvangt over de gezamenlijke
verklaring zal uw Kamer daarover geïnformeerd worden.
COVID-19
De Commissie kondigde de mededeling van dinsdag 19 januari aan die is gericht op het
bestrijden van een eventuele derde golf als gevolg van de mutaties van het virus.
De mededeling zal ingaan op vier terreinen: vaccinatie uitrol en levering; testen
en contactonderzoek van besmettingen; functioneren van de interne markt; en tonen
van internationale solidariteit.
Sneller vaccineren is essentieel en de Commissie werkt aan het verkrijgen van extra
vaccins. Er is een groot verschil in vaccinatiesnelheid binnen de EU terwijl een synchroon
proces van belang is voor het functioneren van de interne markt. De Commissie gaf
aan dat zij ook kijkt naar de rol van vaccinatiecertificaten. Meer capaciteit in de
EU is nodig voor testen en sequencing, waarbij vijf a tien procent van de capaciteit van de positieve tests het doel is.
Vaccins moeten zo snel mogelijk worden aangepast en worden getest op nieuwe varianten.
Tenslotte noemde de Commissie het belang van internationale solidariteit, onder meer
direct richting de Westelijke Balkan en andere buurlanden en via het multilaterale
initiatief COVAX ten behoeve van wereldwijde toegang tot vaccins.
In de reacties gaven lidstaten aan dat vaccineren van de landen op de Westelijke Balkan
van belang is en dat een apart traject zou moeten worden overwogen. Ook werd het belang
van COVAX benadrukt om internationale solidariteit vorm te geven. Ten aanzien van
het inperken van het vrij verkeer in de context van een derde golf gaven lidstaten
aan dat volksgezondheid centraal staat maar dat lidstaten proportioneel moeten blijven
handelen. Beperking van vrijetijdsverkeer kan legitiem zijn maar het werkverkeer vereist
een andere benadering. Daarbij werd het belang van coördinatie van testen en quarantaine
beleid door enkele lidstaten benoemd. Ook erkenden lidstaten belang van sequencen en delen van best practices op dit terrein. Een grote groep lidstaten erkende het belang om verder te spreken
over gebruik van vaccinatiecertificaten maar gaf aan dat het te vroeg is om over invoering
van certificaten te spreken: daarvoor zijn nog teveel vragen ten aanzien van ethische,
juridische en medische aspecten. Een kleinere groep lidstaten ziet het belang van
een certificaat in relatie tot het vrij verkeer en wil vertraging in de discussie
voorkomen. De Commissie gaf aan dat vaccincertificaten een gevoelige discussie betreft
die zorgvuldig gevoerd moet worden, druk op deze discussie zal toenemen richting de
zomer met de wens om weer vrij te kunnen reizen binnen de EU. De nadruk zou op dit
moment voor veel lidstaten moeten liggen op vaccineren en in dat kader riepen enkele
lidstaten de Commissie op om de druk verder op te voeren bij bedrijven om vaccins
te leveren en de productie te versnellen. Enkele lidstaten en de Commissie gaven aan
dat parallelle afspraken van lidstaten met producenten onwenselijk zijn: het is van
belang dat de EU eensgezind optreedt.
Nederland noemde dat maatregelen zijn aangescherpt met het oog op de mutaties van
het virus, dat testen nodig zijn om Nederland in te kunnen reizen en dat van reizigers
uit een aantal landen extra sneltesten worden gevraagd. De laatste stand van zaken
rondom inreisbeperkingen is uw Kamer op 19 januari toegegaan middels de kabinetsreactie
op het 96e OMT advies deel 2 (Kamerstuk 25 295, nr. 912). Nederland vindt het belangrijk dat de afspraken ten aanzien van coördinatie van
maatregelen worden herzien in het licht van de mutaties om zo een Europese aanpak
te kunnen blijven volgen. Nederland erkende het belang van een Europese aanpak van
vaccinatiecertificaten maar gaf aan dat nog veel vragen beantwoord moeten worden.
Nederland onderschreef daarnaast het belang dat de Commissie hecht aan internationale
solidariteit op het gebied van vaccins en benadrukte hierbij de steun aan COVAX.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken