Brief regering : Verzamelbrief Wadden
29 684 Waddenzeebeleid
Nr. 209 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT EN VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 oktober 2020
Per brief van 9 juli 20201 hebben wij de ontwerp-«Agenda voor het Waddengebied 2050» (Agenda) aangeboden aan
uw Kamer. Met onderhavige brief willen wij u informeren over de voortgang op de Agenda
en andere Waddendossiers.
Ontwerp-Agenda voor het Waddengebied 2050
Met het uitbrengen van de Nationale Omgevingsvisie2 (NOVI) afgelopen september zijn de hoofddoelstelling voor de Waddenzee, «een duurzame
bescherming en ontwikkeling van de Waddenzee als natuurgebied en het behoud van het
unieke open landschap», en de doelstelling voor het Waddengebied, «veilig, vitaal
en veerkrachtig in 2050», zoals opgenomen in de ontwerp-Agenda, nu ook op Rijksniveau
verankerd.
Het behalen van deze doelstellingen vraagt om een gezamenlijke inzet van alle betrokken
partijen in het gebied. De ontwerp-Agenda is hierbij een belangrijke mijlpaal, zoals
blijkt uit de vele reacties die wij hebben ontvangen tijdens de formele consultatie.
Deze bestaat uit een internetconsultatie en een consultatie van besturen. In totaal
hebben we ruim 60 reacties ontvangen van bedrijven, particulieren, maatschappelijke
organisaties en overheden3. De reacties tonen een grote betrokkenheid bij het Waddengebied. Men is trots op
het gebied. Tegelijkertijd zijn er ook zorgen. Het Waddengebied heeft prachtige natuur
en landschappen en is tegelijk een gebied waar mensen wonen en recreëren, en waar
economische activiteiten plaatsvinden. Dit vraagt om voortzetting van dialogen, verdere
verkenning van integrale oplossingsrichtingen en uiteindelijk weloverwogen keuzes.
Landbouw
Vanuit de landbouwsector zijn er vragen over de wijze waarop het onderwerp landbouw
is opgenomen in de ontwerp-Agenda. Uw Kamer heeft enkele vragen gesteld over de betrokkenheid
van de landbouwsector bij de Agenda4. Zoals toegezegd bij de beantwoording van deze vragen heeft er inmiddels een eerste
verkennend gesprek plaatsgevonden met LTO Noord. Medio november vindt een gesprek
plaats met een bredere vertegenwoordiging van de landbouwsector.
Parkeervoorziening boorplatforms
Volgens de haven van Den Helder is er behoefte aan ruimte voor een parkeerfaciliteit
ten behoeve van de modernisering en ombouw van boorplatforms. Partijen in de regio
zien kansen voor uitbreiding/herinrichting van de haven middels een «building with nature»-project, waardoor voor de natuur meerwaarde wordt gecreëerd en ook ruimte ontstaat
voor een parkeerfaciliteit. Ter overbrugging van de periode om te komen tot een structurele
oplossing, vinden er gesprekken plaats over een tijdelijke parkeervoorziening voor
boorplatforms. Wij hebben er vertrouwen in dat met het gezamenlijk zicht krijgen op
een lange-termijnoplossing, betrokken partijen ook tot een oplossing kunnen komen
voor de tijdelijke voorzieningen.
Definitieve Agenda
Momenteel wordt de Nota van Antwoord (NvA) bij de Agenda opgesteld. De NvA geeft aan
op welke wijze de reacties in de definitieve Agenda of in het bijhorende Uitvoeringsprogramma
worden meegenomen. De definitieve NvA wordt tegelijkertijd met de definitieve Agenda
aangeboden aan uw Kamer.
Het streven is dat, naast de voor de Agenda verantwoordelijke overheden, ook de partijen
die betrokken willen zijn in het Uitvoeringsprogramma de instemmingverklaring gaan
ondertekenen. Hiermee wordt de maatschappelijke basis onder de Agenda verbreed.
Uitvoeringsprogramma Waddengebied 2021–2026
Het proces om te komen tot het Uitvoeringsprogramma Waddengebied 2021–2026 (Uitvoeringsprogramma)
is parallel aan de afronding van de Agenda gestart. De ontwerp-Agenda geeft een doorkijk
naar dit Uitvoeringsprogramma met een lijst van potentiële projecten waar de bij de
Agenda betrokken partijen (in principe alle ondertekenaars van de instemmingsverklaring
bij de Agenda) mee aan de slag willen. Het Uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks bijgesteld
om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen.
Cumulatieve effecten economische activiteiten
Per brief van 7 september 20205 heeft de Minister van EZK uw Kamer geïnformeerd over zijn gesprek met de Waddenvereniging.
De Waddenvereniging heeft aangegeven zich zorgen te maken over de stapeling van effecten
op langere termijn van alle economische activiteiten in en onder de Waddenzee en klimaatverandering.
Het Rijk heeft oog voor de lange-termijnontwikkelingen en blijft met gebiedspartijen
in gesprek over klimaatadaptatie, duurzaam medegebruik en natuurversterkende maatregelen.
Via het Deltaprogramma (Kennisprogramma Zeespiegelstijging), het Programma Naar een
Rijke Waddenzee (PRW) en het Uitvoeringsprogramma worden onderzoeken en monitoring
gedaan naar deze aspecten in relatie tot alle economische activiteiten in het Waddengebied.
Het gaat hierbij onder andere om het verder uitwerken van het in de ontwerp-Agenda
genoemde principe «Ecologie en economie versterken elkaar». Belangrijk hierbij is
dat het gesprek wordt gevoerd op basis van een scherp beeld van de cumulatieve effecten
van gebruiksfuncties en dat er voldoende kennis is van de grenzen van de draag- en
veerkracht van de natuur. Daarnaast wordt geïnvesteerd in het versterken en meer klimaat
robuust maken van de natuur in en om de Waddenzee, onder andere door de maatregelen
in het kader van de Programmatische Aanpak Grote Wateren6. Tevens zal het wetenschappelijke adviescollege «Hand aan de Kraan Waddenzee» een
advies uitbrengen over de effectiviteit van het «hand aan de kraan»-principe in relatie
tot de gas- en zoutwinning onder de Waddenzee mede in het licht van zeespiegelstijging
en bodemdaling (na-ijleffecten)7. De Minister van EZK verwacht uw Kamer in de loop van 2021 hierover te kunnen informeren.
Doorwerking Nationaal Waterprogramma 2022–2027
Momenteel wordt er gewerkt aan het opstellen van het ontwerp-Nationaal Waterprogramma
2022–2027 (NWP). De doorvertaling van de ontwerp-Agenda in het concept NWP is ook
besproken in het Omgevingsberaad Waddengebied. Relevante issues hierbij zijn onder
andere de maatregelen om waterkwaliteit en natuurwaarden te bevorderen en het garanderen
van de bereikbaarheid van de Waddenhavens en -eilanden.
Wat betreft dat laatste is het vertrekpunt dat gebruik wordt gemaakt van de natuurlijke
geulen. Conform de uitgangspunten uit de NOVI en de ontwerp-Agenda wordt de Rijksinzet
omtrent duurzame bereikbaarheid van de Waddeneilanden en de Waddenhavens vastgelegd
in het NWP. Toekomstige opgaves, morfologische ontwikkelingen en ontwikkelingen in
de scheepvaart en mobiliteit kunnen worden verkend als onderdeel van het Uitvoeringsprogramma.
Deze zullen doorwerken in volgende NWP’s. We gaan ervanuit dat we gezamenlijk en op
constructieve wijze tot gedeelde keuzes en oplossingen kunnen komen.
Baggerwerkzaamheden Waddenzee
Eind september heeft het Omgevingsberaad advies uitgebracht over de aanbesteding door
Rijkswaterstaat (RWS) van baggerwerkzaamheden in de Waddenzee. In dit advies geeft
het Omgevingsberaad aan dat de duurzaamheidsdoelstellingen in de ontwerp-Agenda, voor
wat betreft baggeren, onvoldoende terug te zien zijn in de aanbesteding. Naar aanleiding
van dat advies hebben diverse constructieve gesprekken plaatsgevonden tussen RWS,
het Omgevingsberaad en de penvoerder van het Green Shipping8 programma.
De visie van het Rijk op duurzaam baggeren is neergelegd in het «Transitiepad Kustlijnzorg
en vaargeulonderhoud». Het streven daarin is om in 2030 geheel klimaatneutraal te
baggeren.
De aanbesteding, waar het advies van het Omgevingsberaad over gaat, heeft als doelstelling
een CO2-reductie van 30%, ten opzichte van de berekende uitstoot van de afgelopen vijf jaar.
Hiermee wordt een goede stap gezet om de huidige baggerinspanningen waar mogelijk
verder te verduurzamen en zodoende is de aanbesteding in lijn met de strategieën in
de ontwerp-Agenda9. Het Omgevingsberaad kan zich hierin vinden. Er zijn afspraken gemaakt over verdere
samenwerking en (kennis) uitwisseling.
Beheerautoriteit Waddenzee
Per brief van 20 juni 201910 is uw Kamer geïnformeerd over de nieuwe governance in het Waddengebied die met ingang
van 1 januari 2020 van start is gegaan. De Beheerautoriteit Waddenzee maakt deel uit
van die nieuwe governance. De opdrachtgevers van de Beheerautoriteit Waddenzee zijn
de Ministeries LNV, IenW en de drie Waddenprovincies. De Beheerautoriteit Waddenzee
zal een integraal beheerplan met beheerders opstellen dat gericht zal zijn op de volgende
onderwerpen: fysiek beheer, natuurherstel, vergunningverlening, monitoring, toezicht
en handhaving, gastheerschap, praktijkgericht onderzoek en taken voortvloeiend uit
de status van de Waddenzee als UNESCO Werelderfgoed (zoals promotie, educatie en draagvlakvergroting).
Op 1 maart 2020 zijn de twee directeuren van de Beheerautoriteit Waddenzee aan de
slag gegaan. Zij hebben in de afgelopen maanden vele gesprekken gevoerd met beheerders,
stakeholders en opdrachtgevers. Naar verwachting zullen zij samen met de beheerders
en na instemming van de opdrachtgevers begin volgend jaar een eerste proeve van een
Integraal Beheerplan Waddenzee presenteren. Uw Kamer zal hierover worden geïnformeerd.
Ecologisch onderzoek in het kader van de ramp met de MSC Zoe
Per brief van 21 februari 202011 is uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van het onderzoek naar ecologische
effecten van micro-plastics van de ramp met de MSC Zoe. Met deze brief is de (tussen)rapportage
van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek ter Zee en Wageningen University
(Wageningen Marine Research) toegezonden. De (tussen)rapportage beschrijft het tot
1 januari 2020 uitgevoerde onderzoek, de eerste bevindingen en het geplande onderzoek
in de periode januari 2020–september 2020. Verder wordt daarbij gemeld dat het de
verwachting was dat in oktober 2020 de eindrapportage zou verschijnen. Als gevolg
van de coronamaatregelen heeft de eindrapportage vertraging opgelopen (verminderde
inzetbaarheid van onderzoekers en laboratoria). De verwachting is nu dat de eindrapportage
begin 2021 verschijnt, waarna deze aan uw Kamer zal worden aangeboden.
Tot slot
In 2016 is het Nederlands Waddengebied uitgeroepen tot een van de mooiste natuurgebieden
van Nederland. De omstandigheden van dit jaar hebben velen van ons weer bewust gemaakt
van de nabijheid en kwaliteit van dit bijzondere gebied. Op het moment dat de zilte
geur van de Waddenzee wordt opgesnoven, voet wordt gezet op een van de veerboten lijkt
het alsof een andere wereld wordt betreden. Een wereld waarvan het belangrijk is dat
deze wordt behouden, maar
die tegelijkertijd ook meebeweegt met de ontwikkelingen die op ons afkomen. We hebben
er vertrouwen in dat we langs de route die de Agenda aangeeft en met de nieuwe governance
voor het Waddengebied samen verder kunnen werken aan een veilig, vitaal, veerkrachtig
en mooi Waddengebied.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit