Brief regering : Recente ontwikkelingen Wit-Rusland
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2190 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 augustus 2020
Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken te
worden geïnformeerd over de presidentsverkiezingen in Wit-Rusland van zondag 9 augustus
jl. kan ik u het volgende berichten.
Het kabinet maakt zich zorgen over het verloop van de verkiezingen in Wit-Rusland
afgelopen zondag (9 augustus) en de nasleep daarvan, m.n. het harde politieoptreden
tegen vreedzame demonstranten die de straat op gingen om uitdrukking te geven aan
hun onvrede. Voor zover bekend zijn daarbij twee doden en vele gewonden gevallen.
Ook zijn veel mensen aangehouden.
Op moment van schrijven is de voorlopige uitslag 80.08% voor de zittend president
Loekasjenko en 10.09% voor de belangrijkste oppositiekandidaat, Svetlana Tichanovskaja.
Hoewel de OVSE niet in staat is gesteld om met waarnemers het precieze verloop van
de verkiezingen te monitoren, zijn er duidelijke aanwijzingen dat de verkiezingen
niet volgens internationale standaarden zijn verlopen. De verkiezingen worden daarom
door velen in Wit-Rusland en daarbuiten niet als eerlijk en vrij beschouwd en er bestaat
in brede kring grote twijfel over de juistheid van de bovengenoemde voorlopige uitslag.
Het Nederlandse Ambassadekantoor in Minsk nam samen met een aantal andere landen deel
aan een diplomatieke waarnemersmissie en bemerkte verschillende onregelmatigheden.
Kanttekening hierbij is dat het een zeer kleinschalige missie betrof en resultaten,
hoewel een goede indicatie, niet representatief kunnen worden geacht. Mw. Tichanovskaja,
die inmiddels is uitgeweken naar Litouwen, heeft bij de kiescommissie bezwaar tegen
de uitslag ingediend.
Ook het kabinet meent op basis van de beschikbare informatie dat er geen sprake is
geweest van vrije en eerlijke verkiezingen. Het kabinet hecht sterk aan de mogelijkheid
om via democratische weg invloed uit te oefenen op het bestuur. Het is daarom essentieel
dat de stemmen op een eerlijke en accurate manier geteld worden en dat de Wit-Russische
regering op een geloofwaardige en grondige manier verantwoording aflegt aan de bevolking
over de onregelmatigheden en verdenkingen van verkiezingsfraude.
Samen met de regeringen van EU-lidstaten en andere internationale partners volgt het
kabinet de ontwikkelingen in Wit-Rusland op de voet. In de optiek van het kabinet
is daarbij een stapsgewijze benadering op zijn plaats, die ruimte biedt om, indien
nodig, de druk op de Wit-Russische autoriteiten geleidelijk op te voeren.
Op dit moment is het vooral van belang in te zetten op het de-escaleren van de situatie.
Het geweld en de repressie vanuit de Wit-Russische autoriteiten tegen vreedzame demonstranten
is onacceptabel en moet stoppen. Het recht van burgers om vreedzaam te demonstreren
dient gerespecteerd te worden. Het kabinet roept de Wit-Russische autoriteiten op
om iedereen die tijdens de demonstraties is gearresteerd onmiddellijk vrij te laten.
Het kabinet steunt de verklaring van de Hoge Vertegenwoordiger van de EU Borrell en
commissaris Várhelyi. Op het moment van schrijven overleggen de EULS over een aanvullende
EU-27-verklaring. Verder zal het kabinet, in samenspraak met de EU-partners, de relatie
met Wit-Rusland kritisch tegen het licht houden met het oog op de recente gebeurtenissen.
Daarbij zal worden gekeken naar mogelijke maatregelen omdruk uit te oefenen op de
Wit-Russische regering. Het kabinet sluit de (her)invoering van EU-sancties tegen
personen die verantwoordelijk zijn voor het geweld van de afgelopen dagen daarbij
niet uit. Het is belangrijk dat maatregelen die de Wit-Russische bevolking raken daarbij
worden vermeden.
De verkiezingen en de nasleep daarvan laten andermaal het belang zien van het respecteren
van mensenrechten, het versterken van de rechtstaat en vrije en eerlijke verkiezingen
voor een stabiel, democratisch en welvarend Wit-Rusland. Nederland heeft zich daarom
de afgelopen jaren zowel in multilateraal als in bilateraal verband hard gemaakt voor
fundamentele hervormingen in dit land, met name de ontwikkeling van een democratisch
staatsbestel met onafhankelijke instituties en onafhankelijke rechtspraak, waarin
de mensenrechten worden beschermd en bevorderd en voldoende ruimte is voor maatschappelijke
organisaties op nationaal en lokaal niveau, vrije media en mediageletterdheid en gendergelijkheid.
Het steunen van het maatschappelijke middenveld en het bevorderen van «people to people»-contacten
in Wit-Rusland is daarbij essentieel.
Met het oog op effectiviteit geeft het kabinet daarbij de voorkeur aan een gezamenlijke
EU-inzet. Het kabinet steunt daarom de kritische dialoog die de EU met Wit-Rusland
voert in het kader van het Oostelijk Partnerschap (OP). Dit vanuit de overtuiging
dat de inzet op hervormingen op de lange termijn de beste kansen biedt op het bereiken
van vrede, stabiliteit en welvaart in de regio. Het kabinet acht het van belang dat
steun aan Wit-Rusland in het kader van het OP voor de uitvoering van de hervormingsagenda
geschiedt op basis van conditionaliteit. Vanuit dat perspectief ligt het voor de hand
dat de huidige EU-samenwerking met Wit-Rusland in het licht van de recente ontwikkelingen
kritisch wordt getoetst.
Bilateraal heeft Nederland de afgelopen jaren via onder andere het Matra-programma
en het Mensenrechtenfonds bijgedragen aan de ondersteuning van het maatschappelijk
middenveld in Wit-Rusland.
Daarbij ging in het bijzonder aandacht uit naar rechtstaatontwikkeling, het tegengaan
van corruptie, het bevorderen van de mensenrechten en de positie van minderheden.
De huidige ontwikkelingen hebben de overtuiging van het kabinet van de nut en noodzaak
van deze inzet alleen maar gesterkt.
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken