Brief regering : Reactie op het verzoek van het lid Weverling, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 10 december 2019, over mogelijke spionage door Huawei in Nederland en de veiling van 5G-frequenties
24 095 Frequentiebeleid
30 821 Nationale Veiligheid
Nr. 495 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 februari 2020
Tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 10 december 2019 heeft het lid Weverling
verzocht om een debat naar aanleiding van het bericht «Nederland kiest harde lijn
tegen Huawei in 5G-netwerk» (Handelingen II 2019/20, nr. 34, item 31). Uw Kamer heeft voorafgaand aan dit debat gevraagd om een brief over dit onderwerp.
Met deze brief kom ik, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid, aan uw
verzoek tegemoet.
Stand van zaken inzake de veiling van 700, 1400 en 2100 MHz-frequenties
Op 5 december 2019 heb ik uw Kamer een brief gestuurd over de start van de consultatie
van de regelgeving inzake de veiling van 700, 1400 en 2100 MHz-frequenties.1 Deze consultatie is op 15 januari 2020 gesloten. Op dit moment worden de reacties
hiervan verwerkt in de definitieve regelgeving. De planning is gericht op publicatie
daarvan in de eerste week van maart 2020, waarmee de aanvraagprocedure voor de veiling
start. De veiling zelf staat gepland voor medio juni 2020. Voor de stand van zaken
rond de internationale oplossing voor de satellietinterceptie in Burum verwijs ik
u naar de brief van 5 december 2019.2
Stand van zaken algemene maatregel van bestuur voor de veiligheid en integriteit van
telecommunicatie
Op 5 december 2019 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de publicatie van de algemene
maatregel van bestuur «Besluit veiligheid en integriteit telecommunicatie» (hierna:
AMvB) in het Staatsblad3. Deze AMvB bevat de juridische grondslag voor de beveiligingsmaatregelen om de weerbaarheid
van de netwerken van telecomaanbieders te verhogen, zoals die zijn aangekondigd in
de brief van 1 juli 20194.
Allereerst biedt de AMvB een grondslag voor het bij ministeriële regeling stellen
van regels met betrekking tot de door telecomaanbieders te treffen aanvullende technische
en organisatorische beveiligingsmaatregelen. Op dit moment wordt de ministeriële regeling
voorbereid door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, in samenwerking met
TNO, de toezichthouder Agentschap Telecom, het Ministerie van Justitie en Veiligheid
(NCTV, NCSC), de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, en de sector zelf.
Daarnaast regelt de AMvB dat telecomaanbieders bij beschikking de verplichting kan
worden opgelegd om in de zogenaamde kritieke onderdelen van hun netwerken uitsluitend
gebruik te maken van producten of diensten van anderen dan in die beschikking genoemde
partijen.5 Daarbij geldt dat partijen kunnen worden aangewezen indien bekend is of vermoed kan
worden dat zij de intentie hebben om een in Nederland aangeboden telecomnetwerk of
-dienst te misbruiken of uit te laten vallen, dan wel nauwe banden hebben met of onder
invloed staan van een partij met een dergelijke intentie.6De beschikkingen tot het opleggen van een verplichting in bovenbedoelde zin neem ik
in overleg met de Minister van Justitie en Veiligheid. Hierbij wordt onder meer gebruik
gemaakt van informatie van de Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Voornemen
is om deze beschikkingen voor de zomer van dit jaar af te ronden. De AMvB zelf bevat
dus geen beslissing over welke partijen diensten en producten mogen leveren voor de
kritieke onderdelen van het netwerk.
De Nederlandse aanpak voor veiligheid en integriteit van telecommunicatie sluit aan
bij de Europese lijn
Het kabinet steunt conform moties van de leden Weverling c.s.7 en Van den Berg c.s.8 een gezamenlijke Europese aanpak voor de veiligheid van de 5G-telecommunicatiewerken.
Een Europese aanpak kan bijdragen aan de effectiviteit van de beveiligingsmaatregelen.
Om deze reden heeft het kabinet zich ook positief uitgelaten over de EU aanbeveling
van 26 maart 20199.
Zoals aangegeven in de Kamerbrief van 5 december10, zijn op 3 december 2019 in de EU Telecomraad conclusies over de cybersecurity van
5G-netwerken11 aangenomen. Daarnaast heeft de Europese Commissie op 29 januari 2020 het gemeenschappelijk
instrumentarium van mitigerende beveiligingsmaatregelen die lidstaten kunnen nemen
om de veiligheidsrisico’s bij 5G te beheersen («toolbox») gepubliceerd.12 Deze toolbox is als bijlage bij deze brief bijgevoegd13. De mogelijke maatregelen, zoals opgenomen in de toolbox, hebben als basis de in
de EU risicoanalyse geïdentificeerde risico’s, waarover u bij brief van 22 oktober
2019 bent geïnformeerd.14 De maatregelen van het kabinet zijn in lijn met deze Raadsconclusies en met de toolbox.
Het werk op het EU-niveau wordt ook na de publicatie van de toolbox voortgezet. Zo
voorziet de bovenvermelde aanbeveling van maart 2019 in een evaluatie in oktober van
dit jaar. Nederland blijft zich in de relevante EU-gremia inzetten voor verdere versterking
van de Europese aanpak.
Voortgang structurele aanpak voor veiligheid en integriteit van telecommunicatie
Het is belangrijk dat er een structurele aanpak is voor veiligheid en integriteit
van de mobiele telecomnetwerken- en diensten, zoals staat vermeld in de Kamerbrief
van 1 juli 201915. Er zijn namelijk continu ontwikkelingen in het dreigingsbeeld. Ook gaan de technische
ontwikkelingen binnen de telecomsector razendsnel. Hierdoor blijft het belangrijk
om goed zicht te houden op de werking van de telecomnetwerken om te identificeren
waar zo nodig aanvullende maatregelen nodig zijn. In samenwerking met de telecomaanbieders
richt het kabinet hiervoor een structureel proces in. Hierbij worden de ontwikkelingen
in dreiging en techniek in samenhang bezien. Op deze manier kan ook naar de toekomst
toe de veiligheid en integriteit van telecomnetwerken- en diensten worden geborgd.
Uw Kamer wordt voor de zomer geïnformeerd over de voortgang van het inrichten van
dit proces.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat