Brief regering : GHB
24 077 Drugbeleid
Nr. 447
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 oktober 2019
Een GHB-verslaving is zeer hardnekkig en ondanks behandeling is de terugval in het
opnieuw gebruiken van GHB relatief snel en omvangrijk. Hoewel het lijkt dat het aantal
gebruikers en problematisch gebruikers relatief klein is, is het aantal gezondheidsincidenten
dat wordt gesignaleerd door zorg- en hulporganisaties relatief groot. Met deze brief
breng ik u op de hoogte van een onderzoek naar ontwikkelingen in acute gezondheidsincidenten
na GHB-gebruik dat in mijn opdracht door het Trimbos instituut is uitgevoerd. Tevens
informeer ik u over de laatste ontwikkelingen in het tot stand brengen van een effectieve
aanpak van GHB-problematiek.
Incidenten op de spoedeisende hulp
Vorig jaar berichtten meerdere media dat enkele spoedeisende hulpafdelingen van ziekenhuizen
een forse toename van het aantal gezondheidsincidenten signaleerden die direct gerelateerd
waren aan het gebruik van GHB. Tijdens het mondelinge vragenuur dat gehouden is op
6 november 2018, heb ik u toegezegd nader onderzoek te laten uitvoeren om een landelijk
beeld te krijgen over aantallen en zo mogelijk achtergronden van een eventuele toename
(Handelingen II 2018/19, nr. 19, item 5). Dit onderzoek, getiteld «Ontwikkelingen in acute gezondheidsincidenten na GHB-gebruik»,
dat u bijgaand aantreft1, geeft een genuanceerd beeld voor wat betreft de ontwikkeling en de stand van zaken
met betrekking tot gezondheidsincidenten als gevolg van het gebruik van GHB. Aangezien
er geen landelijk dekkende registratie van GHB-incidenten bestaat, is in dit onderzoek
beroep gedaan op de Monitor Drugsincidenten, het Letsel Informatiesysteem en ontwikkelingen
gesignaleerd door spoedeisende hulpafdelingen en andere zorg- en hulpverleners. Uit
dit onderzoek blijkt dat ongeveer 20 a 25% van de druggerelateerde gezondheidsincidenten
toe te schrijven is aan GHB. Daarbij kan het gaan om acute incidenten die het gevolg
kunnen zijn van verkeerde dosering, bewuste overdosering («G-slaapje») of acuut onthoudingssyndroom
vanwege het gebrek aan een nieuwe dosis. Dit percentage is gelijk aan cijfers uit
andere monitors en onderzoeken. Op landelijk niveau is er geen duidelijke toe- of
afname zichtbaar in het aandeel gemelde GHB-incidenten. Zowel tussen regio’s als binnen
regio’s bestaan wel grote verschillen in aantal en aard van de incidenten. In de Randstad
zijn de incidenten vooral het gevolg van incidenteel recreatief gebruik van GHB, buiten
de Randstad worden de incidenten vooral toegeschreven aan chronisch, problematisch
GHB-gebruik. Het aantal GHB-gerelateerde incidenten is in de Randstad ook lager dan
in regio’s buiten de Randstad. Daarmee vormt dit onderzoek in feite een bevestiging
van wat over GHB-gebruik en – incidenten al bekend was.
Op de aanvullende vraag, zoals mij gesteld door de vaste commissie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport op 8 november 2018, namelijk wat in dit onderzoek meer of anders
is onderzocht dan in de Nationale Drug Monitor (NDM), luidt het antwoord dat de NDM
een monitor is waarin reeds bestaande data afkomstig uit diverse bronnen zijn samengevoegd.
Het onderzoek naar aanleiding van de signalering is specifiek gericht op het verzamelen
van data om een landelijk beeld te krijgen van GHB-gerelateerde gezondheidsincidenten
waarmee spoedeisende hulpdiensten te maken krijgen.
Aanpak van GHB-problematiek
Na het algemeen overleg met mijn ambtsvoorganger op 28 januari 2016 (Kamerstuk 24 077, nr. 364) is een traject opgestart, waarbij in eerste instantie met alle mogelijke experts
op het gebied van GHB alle aspecten die een rol spelen bij het komen tot een aanpak
in kaart zijn gebracht. Daaruit is gebleken dat GHB-afhankelijkheid een complexe aandoening
is die de maatschappij en de zorg voor veel uitdagingen stelt. Patiënten hebben doorgaans
op verschillende levensgebieden ernstige problemen en vallen na behandeling relatief
snel terug in gebruik. Zoals ook in de televisiereportage «Tygo in de GHB» duidelijk
in beeld werd gebracht, is het problematisch gebruik van GHB zeer lastig traceerbaar
omdat dit gebruik thuis, achter de voordeur, schuil gaat. Mensen die afhankelijk zijn
geraakt van GHB dienen elke 2 á 3 uur, dag en nacht, een dosis GHB in te nemen. Lukt
dat om wat voor reden niet, dan dienen zich zeer ernstige en heftige onthoudingsverschijnselen
aan. De samenstelling en bereiding van GHB, waarvoor middelen die GBL bevatten zoals
gootsteenontstopper en velgreiniger een grondstof vormen, roept het de vraag op waarom
mensen GHB gebruiken? Uit het onderzoek van het Nijmegen Institute for Scientist-Practitioners
in Addiction (NISPA) naar ziektepercepties en behandelbehoeftes van patiënten blijkt
een mogelijke verklaring hiervoor dat patiënten een leven met GHB-afhankelijkheid
moeilijk vinden, maar een leven zonder GHB ondraaglijk. Patiënten ervoeren vooral
voordelen van GHB-gebruik en vooral nadelen als ze stopten. In interviews met patiënten
werd aangegeven dat GHB tegen alle ongemakken en klachten werkt en dat zij zich door
het gebruik van GHB als een betere versie van zichzelf ervaren.
Eén van de aanbevelingen van de experts was het ontwikkelen van een sluitende aanpak
voor GHB-problematiek. Op basis van de verzamelde informatie is het plan van het uitvoeren
van een pilotproject in één gemeente gerezen met een tweeledig doel: enerzijds het
ontwikkelen van een sluitende aanpak van GHB-problematiek in de betreffende gemeente
en anderzijds het op basis van die aanpak en de ervaringen daarbij opstellen van een
handreiking voor gemeenten die als hulpmiddel kan dienen om daarmee op vergelijkbare
wijze tot een effectieve aanpak van GHB-problematiek te kunnen komen.
Pilot Twenterand
Het Bonger Instituut heeft begin 2016, in opdracht van de politie, het rapport «Politie
en GHB problematiek op het platteland» opgesteld.2 In dit rapport lag de focus op vier regio’s waarin relatief veel GHB-problemen voorkomen.
Hier blijkt een vruchtbare voedingsbodem voor GHB-verslaving te zijn door onder andere
hoge werkloosheid, een laag opleidingsniveau van de bevolking en geringe beschikbaarheid
van verslavingszorg. Eén van deze regio’s was de gemeente Twenterand. Deze gemeente
is bereid gevonden de nodige inspanningen te leveren om voortvarend met dit pilotproject
aan de slag te gaan, daarbij ondersteund door enkele experts en het Trimbos instituut.
In Etten-Leur was reeds een basis gelegd voor een gemeentelijke aanpak voor GHB-problematiek.
Het Etten-Leurse model heeft als voorbeeld gediend voor de pilot die in de gemeente
Twenterand is uitgevoerd, waar de aanpak verder is doorontwikkeld. De eerste fase
van de pilot betrof een inventarisatie en analyse van de aard, ernst en omvang van
het GHB-gebruik in de regio. Hieruit is gebleken dat het om een groep van, naar schatting
van betrokken partijen, tussen de 20 en 40 personen gaat. Op basis van de uitkomsten
is bepaald welke profielen van GHB-gebruikers te onderscheiden zijn. Voor elk profiel
is vervolgens een persoonsgerichte maatwerkaanpak ontwikkeld waarbij een aantal partijen
verschillende rollen aannemen. Er is vastgesteld welke rollen vervuld dienen te worden
en op welke wijze de aanpak sluitend te organiseren is. Gedurende een jaar is de aanpak
uitgevoerd en is er een goed lopend casusoverleg opgezet waarin casuïstiek wordt besproken.
Er is zorg op maat geleverd aan meer dan 20 personen met GHB-afhankelijkheid die,
soms met weinig middelen, resulteerde in minder gebruik of zelfs abstinentie. De leden
van het casusoverleg gaan de komende tijd door om nog meer cliënten met GHB-problematiek
te helpen.
Op basis van de ervaringen in Etten-Leur en in Twenterand is een handreiking voor
gemeenten ontwikkeld voor de aanpak van GHB-problematiek: «Bezieling en bereikbaarheid: Samen werken aan een leven zonder GHB.
3» De aanpak wordt uitgevoerd door een casusoverleg. In het casusoverleg zitten de
belangrijkste betrokken ketenpartners, een professional van de gemeente, de zorgverlener
uit de verslavingszorg en de politie. In het casusoverleg wordt gedetailleerd per
casus besproken wat speelt en wat nodig is. Het doel is individuele zorg op maat leveren
voor de verslaafde groep GHB-gebruikers en daarmee het terugkerende patroon van behandeling
en terugval te doorbreken. Het overleg zorgt voor een intensieve samenwerking tussen
de verschillende ketens ten einde het hele traject van zorg te organiseren. De handreiking
is samengesteld door het Trimbos-instituut in samenwerking met gemeente Twenterand,
Tactus Verslavingszorg, Politie Oost-Nederland, de gemeente Etten-Leur, Novadic-Kentron,
NISPA en het Ministerie van VWS. Het Trimbos-instituut zal de handreiking de komende
jaren waar nodig bijstellen. In dit najaar volgt ook een studiemiddag voor gemeenten
om de aanpak onder de aandacht te brengen.
GHB-terugvalmanagement
Naast een sluitende aanpak voor GHB-problematiek is er ook aandacht voor terugvalmanagement.
Eind 2017 is door NISPA, in samenwerking met Novadic-Kentron, Jellinek, het Trimbos
Instituut en Bonger Instituut, het project gestart voor het ontwikkelen van een handreiking
GHB-behandeling. Deze aanpak heeft geleid tot een concepthandreiking GHB-terugvalmanagement
die nu getest wordt in de dagelijkse praktijk. Hiervoor is een pilotstudie opgezet
bij Novadic-Kentron en Jellinek. In de handreiking wordt allereerst aandacht besteedt
aan screening, diagnostiek en monitoring van de cliënten. Daarnaast bevat het informatie
over de kernelementen van de behandeling en interventies gericht op GHB-verslaving
(o.a. gezamenlijk opgesteld behandelplan met doelen op korte en langere termijn, motiverende
interventies, houding en benadering hulpverlener). Vervolgens wordt aandacht besteed
aan interventies op verschillende probleemgebieden die een rol spelen bij GHB-problematiek
(o.a. angst, stemming, cognitieve problemen, financiën, dagbesteding en slaap). Tot
slot wordt in de handreiking stil gestaan bij de organisatie van de zorg (o.a. netwerkpartners,
betrekken van naasten en inzet ervaringsdeskundigheid) en communicatie. Eind 2018
en begin 2019 hebben startbijeenkomsten voor de pilotstudie plaatsgevonden.
Hoewel inmiddels een aantal veelbelovende projecten in gang zijn gezet blijft, gelet
op de ernst en hardnekkigheid, problematisch GHB-gebruik zeer zorgelijk. Ik zal de
voortgang nauwgezet blijven monitoren.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport