Brief regering : Geannoteerde agenda Energieraad van 25 juni 2019
21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie
Nr. 766
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 juni 2019
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de formele Energieraad die op 25 juni
a.s. in Luxemburg zal plaatsvinden.
De agenda van de Energieraad omvat de raadsconclusies over het toekomstig energiesysteem
van de Europese Unie. Daarnaast wordt waarschijnlijk een agendapunt over de Integrale
Nationale Energie- en Klimaatplannen (INEKs) toegevoegd. Dit laatste punt staat ook
op de agenda van de milieuraad van 26 juni.
Verder zijn er op dit moment geen discussiepunten voorzien. De Energieraad zal waarschijnlijk
worden afgesloten met informatie van de Europese Commissie over externe energierelaties
en een presentatie van het inkomende Finse voorzitterschap, waarin zij haar plannen
op het gebied van energie voor de tweede helft van 2019 presenteert. Over eventuele
aanvullende wijzigingen in de agenda wordt u mondeling geïnformeerd tijdens het AO
Energieraad op 19 juni.
En marge van de Energieraad zal een bijeenkomst van het pentalateraal forum1plaatsvinden over de invulling van de samenwerking met buurlanden in het kader van
de Integrale Energie- en Klimaatplannen (INEKs).
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
BIJLAGE: GEANNOTEERDE AGENDA FORMELE ENERGIERAAD 25 JUNI 2019
Raadsconclusies toekomstig energiesysteem van de Energie Unie
Het Roemeens voorzitterschap is voornemens Raadsconclusies aan te nemen tijdens de
formele energieraad op 25 juni 2019 over de contouren van het toekomstige energiesysteem
binnen de Energie Unie in relatie tot de Europese energie- en klimaatdoelen. Op 12 juni
as. zal het eindresultaat worden besproken op Coreper.
Kern van de Nederlandse inzet tijdens de besprekingen over de concept-raadsconclusies
is de link met de doelen van het akkoord van Parijs en de Lange Termijn Strategie
Klimaat. Het uiteindelijke doel van Nederland is een besluit van de Europese raad
(ER) in dit jaar over een «klimaatneutrale» Unie in 2050. Andere belangrijke punten
van Nederland in het toekomstige energiesysteem zijn de rol van waterstof, het belang
van de markt als middel om de doelen te bereiken, de systeemintegratie, technologieneutraliteit
en ten slotte de betrouwbaarheid van het energiesysteem. De raadsconclusies die nu
voorliggen bevatten voldoende ambitie op het terrein van klimaat(neutraliteit), het
belang van een goed werkende energiemarkt, de rol die waterstof kan gaan spelen en
systeemintegratie. Ook staat in de laatste versie een expliciete verwijzing naar het
belang van CCS. Wat ondanks Nederlandse inzet niet door andere lidstaten voldoende
wordt ondersteund is de oproep voor een CO2-minimumprijs op EU-niveau. Dit blijft wel prioriteit in de bredere kabinetsinzet
komende periode. Nederland kan akkoord gaan met de raadsconclusies als daar voldoende
klimaatambitie uit blijft spreken, de kansen van waterstof worden benoemd, de rol
van de markt gehandhaafd blijft en geen technologieën expliciet worden uitgesloten
richting 2050.
Krachtenveld
De Europese Raad van 22 maart jl. heeft conclusies aangenomen over de Lange Termijn
Strategie Klimaat. Hierbij zijn de regeringsleiders overeen gekomen dat de EU zich
zou moeten richten op het bereiken van klimaatneutraliteit, maar dit doel is nog niet
gekoppeld aan een concreet jaartal. Kopgroeplanden, waaronder Nederland, pleitten
daarvoor, terwijl met name Oost-Europese landen nog niet klaar waren voor besluitvorming
hierover. Meerdere lidstaten streven net als Nederland naar een CO2-neutraal energiesysteem. Andere, met name Oost-Europese, lidstaten hechten waarde
aan technologieneutraliteit en aandacht voor hun situatie met betrekking tot fossiele
energie (de «kolenregio’s»). Ook zouden ze graag expliciet benoemd zien dat zij een
ander «startpunt» hebben in de transitie.
Het belang van waterstof wordt door meer lidstaten gedeeld. Toch is er bij enkele
lidstaten ook de vrees dat dit de rol van aardgas en gasinfrastructuur gaat verlengen
en versterken. Publieke acceptatie van maatregelen in de energietransitie en het onderwerp
energie-armoede is belangrijk voor veel Oost- en Zuid Europese lidstaten. Enkele lidstaten
willen ook een verwijzing naar de belangrijke rol van gas in de transitie.
Integrale nationale energie- en klimaatplannen (INEKs)
De Commissie zal naar verwachting een stand van zaken geven van de INEKs. Alle lidstaten
hebben, conform de Verordening Governance van de Energie-Unie, een concept INEK voor
de periode 2021–2030 ingediend bij de Europese Commissie. In deze INEKs geven de lidstaten
aan wat hun bijdrage is aan de Europese 2030 doelen. De Commissie heeft tot eind juni
om deze plannen te analyseren en te beoordelen of de doelen gehaald worden. Op basis
van deze analyse zal de Commissie met aanbevelingen, zowel over het totaal als per
lidstaat, komen. De lidstaten zijn nu bezig met het opstellen van de definitieve INEKs.
Deze dienen voor 31 december 2019 gereed te zijn.
Inzet Nederland
Nederland acht het van belang om lange termijn zekerheid te bieden in het energie-
en klimaatbeleid. Het INEK is een instrument dat hier richting en invulling aan geeft.
Nederland vindt dat de INEKs een goed middel zijn om integraal voortgang op de EU-doelen
te borgen.
Krachtenveld
Lidstaten zien het INEK als een geschikt instrument om zicht te houden op het behalen
van de Europese 2030 doelstellingen. De concept INEKs laten zien dat de ambitie van
de lidstaten om bij te dragen verschilt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.