Brief regering : Stand van zaken implementatie richtlijnen in het 4de kwartaal 2018
21 109 Uitvoering EG-Richtlijnen
Nr. 237 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 januari 2019
Hierbij bied ik u het periodieke overzicht aan van de stand van zaken bij de implementatie
van EU-richtlijnen in de Nederlandse wet- en regelgeving aan het einde van het vierde
kwartaal van 20181.
In deze brief wordt eerst ingegaan op de implementatieachterstand zoals die op 31 december
2018 gold. Daarna worden de oorzaken van deze achterstand behandeld en worden, indien
van toepassing, tevens dreigende implementatieachterstanden genoemd. Vervolgens volgt
een opsomming van de ingebrekestellingprocedures die de Europese Commissie tegen Nederland
is gestart als gevolg van niet-tijdige implementatie. Mede op verzoek van uw Kamer
zijn ook de lopende infracties wegens (vermeende) onjuiste implementatie in het overzicht
ingebrekestellingen per departement opgenomen2.
Huidige achterstand
De achterstand per 1 januari 2019 bedroeg 9 richtlijnen t.o.v. 8 in het vorige kwartaal.
In het vierde kwartaal van 2018 zijn er 3 achterstallige richtlijnen geïmplementeerd.
Tegelijkertijd zijn er dit kwartaal 3 nieuwe richtlijnen in overschrijding bijgekomen.
De 9 achterstallige richtlijnen zijn aan de volgende ministeries toegedeeld: Fin (3),
I&W (2), J&V (3), VWS (1). Twee van deze richtlijnen (FIN) zijn op 31 december 2018
geïmplementeerd en vlak na 1 januari 2019 genotificeerd. Eén van deze richtlijnen
(JenV) werd op 1 januari 2019 geïmplementeerd en vlak hierna genotificeerd.
De overschrijding van de implementatiedatum varieert sterk, van 6 tot 590 dagen. Een
exacte aanduiding van de overschrijding per richtlijn is te vinden op de laatste pagina
van bijgevoegd kwartaaloverzicht.
Achterstanden en hun oorzaken
Wat betreft de oorzaken voor de implementatieachterstand ultimo vierde kwartaal 2018
speelt een aantal factoren een rol. Deze factoren worden hieronder per ministerie
toegelicht.
FIN
RICHTLIJN (EU) 2015/2366 van het Europees parlement en de Raad van 25 november 2015
betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen
2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende
intrekking van Richtlijn 2007/64/EG. Uiterste implementatiedatum 13 januari 2018
Richtlijn 2015/2366/EU stelt regels over vergunningverlening aan betaalinstellingen
en introduceert onder meer twee nieuwe betaaldiensten, te weten de betaalinitiatiedienst
en de rekeninginformatiedienst. De implementatie van de richtlijn geschiedt deels
door wijziging van onder meer de Wet op het financieel toezicht (Wft) en het Burgerlijk
Wetboek (BW), en deels door wijzigingen in lagere regelgeving. De implementatietermijn
van deze richtlijn is op 13 januari 2018 verstreken. Op 22 maart 2018 is de Nederlandse
regering door de Europese Commissie in gebreke gesteld wegens het overschrijden van
de implementatietermijn. Het implementatiewetsvoorstel (Kamerstuk 34 813) is op 4 december aangenomen door de Eerste Kamer. Toen eindigde ook de voorhangprocedure
voor het implementatiebesluit. Dit besluit is momenteel aanhangig bij de Raad van State voor advies. Het wetsvoorstel is op 27 december
gepubliceerd. Het advies van de Raad van State op het implementatiebesluit zal na
ontvangst zo snel mogelijk worden verwerkt, waarna de regelgeving ter implementatie
van PSD2 in werking zal treden.
RICHTLIJN (EU) 2016/1164 VAN DE RAAD van 12 juli 2016 tot vaststelling van regels
ter bestrijding van belastingontwijkingspraktijken welke rechtstreeks van invloed
zijn op de werking van de interne markt. Uiterste implementatietermijn 31 december
2018
Inmiddels geimplementeerd op 2 januari 2019.
RICHTLIJN (EU) 2017/2455 VAN DE RAAD van 5 december 2017 tot wijziging van Richtlijn
2006/112/EG en Richtlijn 2009/132/EG wat betreft bepaalde btw- verplichtingen voor
diensten en afstandsverkopen van goederen. Uiterste implementatietermijn 31 december
2018
Inmiddels geïmplementeerd op 2 januari 2019.
I&W
RICHTLIJN 2014/45/EU van het Europees parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende
de periodieke technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens en tot intrekking
van Richtlijn 2009/40/EG. Uiterste implementatiedatum 20 mei 2017
Richtlijn 2014/45/EU is bijna volledig geïmplementeerd. Dit geldt nog niet voor de
APK-plicht voor landbouw- en bosbouwtrekkers met een maximumconstructiesnelheid van
meer dan 40 km/u. Door de verwerping van het wetsvoorstel kentekening landbouwvoertuigen
door de Tweede Kamer is de APK-plicht voor tractoren met een constructiesnelheid van
meer dan 40 km/u vertraagd. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat werkt aan
een wetsvoorstel waarin dit alsnog wordt geregeld. Dit voorstel wordt begin 2019 ingediend
bij de Tweede Kamer. Als deze wet in werking is getreden, is richtlijn 2014/45/EU
volledig geïmplementeerd. De Europese Commissie heeft Nederland op 17 juli 2017 in gebreke gesteld wegens niet tijdige
implementatie van richtlijn 2014/45/EU.
RICHTLIJN (EU) 2016/2370 VAN HET EuropEES parlement EN DE RAAD van 14 december 2016
tot wijziging van Richtlijn 2012/34/EU, met betrekking tot de openstelling van de
markt voor het binnenlands passagiersvervoer per spoor en het beheer van de spoorweginfrastructuur.
Uiterste implementatiedatum 25 december 2018
Op 9 oktober 2018 is het wetsvoorstel ter implementatie van onder meer deze richtlijn
(Kamerstuk 34 914) door de Tweede Kamer aangenomen (Handelingen II 2018/19, nr. 10, item 15). Sedertdien ligt het wetsvoorstel ter behandeling bij de Eerste Kamer. Na een eerdere
ronde heeft de Eerste Kamer op 11 december jl. besloten nog een extra schriftelijke
vragenronde te houden. Het verslag zal worden vastgesteld op 21 december 2018. Plenaire
behandeling van het wetsvoorstel is op 22 januari a.s. De verwachting is dat publicatie
van het wetsvoorstel uiterlijk in maart 2019 zal plaatsvinden.
J&V
RICHTLIJN (EU) 2016/680 van het Europees parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende
de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens
door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing
en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende
het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ
van de Raad. Uiterste implementatiedatum 6 mei 2018
Op 1 januari 2019 zijn de Wet tot wijziging van de Wet politiegegevens en de Wet justitiële
en strafvorderlijke gegevens ter implementatie van Europese regelgeving over de verwerking
van persoonsgegevens met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en
vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen van 17 oktober
2018 (Stb. 2018, nr. 401) en het Besluit implementatie richtlijn gegevensbescherming opsporing en vervolging
(Stb. 2018, nr. 496) in werking getreden.
RICHTLIJN (EU) 2016/681 van het Europees parlement en de Raad van 27 april 2016 over
het gebruik van persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens) voor het voorkomen,
opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en ernstige criminaliteit.
Uiterste implementatiedatum 25 mei 2018
Het implementatiewetsvoorstel (wetsvoorstel gebruik van passagiersgegevens voor de
bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven) voorziet in de oprichting van
de passagiersinformatie-eenheid (Pi-NL) (Kamerstuk 34 861). De Pi-NL heeft tot taak passagiersgegevens van luchtvaartmaatschappijen te beoordelen
voor de geplande aankomst van passagiers in of vertrek uit Nederland. De Pi-NL vergelijkt
de door de luchtvaartmaatschappijen aangeleverde PNR-gegevens met gegevens in databanken
van gesignaleerde personen of toetst de PNR-gegevens aan vooraf vastgestelde risico-criteria.
De positieve resultaten van de analyse kunnen worden doorgegeven aan de bevoegde instanties
(zoals politie of OM) of Europol, en aan de PIU’s (Passenger Information Units) van
andere lidstaten, omdat deze personen betrokken zouden kunnen zijn bij een terroristisch
misdrijf of ernstige criminaliteit. De implementatietermijn van deze richtlijn is
op 25 mei 2018 verstreken. Het implementatiewetsvoorstel is op 8 januari 2018 bij
de Tweede Kamer ingediend. Op 22 februari 2018 heeft de Tweede Kamer het verslag vastgesteld
(Kamerstuk 34 861, nr. 5). De nota naar aanleiding van het verslag volgde op 11 april 2018 (Kamerstuk 34 861, nr. 6). Op 17 mei 2018 heeft de Tweede Kamer een nader verslag uitgebracht (Kamerstuk 34 861, nr. 11). De nota naar aanleiding van het nader verslag zal naar verwachting op korte termijn
aan de Tweede Kamer worden aangeboden. De Pi-NL is al geheel volgens de voorschriften
van de PNR-richtlijn ingericht en kan haar werkzaamheden aanvangen onmiddellijk nadat
de implementatiewet in werking is getreden. Thans wordt er in de uitvoering intensief
gewerkt aan processen om de gegevensuitwisseling tussen de Pi-NL en de bevoegde instanties
én tussen de Pi-NL en de PIU’s van andere lidstaten optimaal vorm te geven.
RICHTLIJN (EU) 2017/853 VAN HET EuropEES parlement EN DE RAAD van 17 mei 2017 tot
wijziging van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad inzake de controle op de verwerving
en het voorhanden hebben van wapens. Uiterste implementatiedatum 14 september 2018
Belangrijkste doelstelling van Richtlijn (EU) 2017/853 is de traceerbaarheid van vuurwapens
binnen de EU te verbeteren. De richtlijn verbreedt de plicht tot het markeren van
vuurwapens en de essentiële onderdelen hiervan en stelt scherpere eisen dan tot nu
toe aan de registratie (door de bevoegde autoriteiten) van vuurwapens. De lidstaten
worden verplicht zorg te dragen voor een deugdelijk registratiesysteem van vuurwapens
dat het mogelijk maakt geautomatiseerd gegevens uit te wisselen tussen enerzijds wapenhandelaren
en de bevoegde autoriteiten binnen de lidstaat en anderzijds de autoriteiten in andere
lidstaten.
Het wetsvoorstel ter implementatie van de richtlijn is op 29 juni 2018 ingediend (Kamerstuk
34 984, nr. 2). De Tweede Kamer heeft op 17 september 2018 verslag uitgebracht (Kamerstuk 34 984, nr. 5). De nota naar aanleiding van het verslag zal medio januari 2019 aan de Kamer worden
gezonden (Kamerstuk 34 984, nr. 6). Het ontwerpbesluit ter uitwerking van een aantal grondslagen in het wetsvoorstel
bij algemene maatregel van bestuur is gereed voor consultatie en zal zo spoedig mogelijk
na aanvaarding van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer aan de Afdeling advisering
van de Raad van State worden voorgelegd.
RICHTLIJN (EU) 2017/2103 VAN HET EuropEES parlement EN DE RAAD van 15 november 2017
tot wijziging van Kaderbesluit 2004/757/JBZ van de Raad teneinde nieuwe psychoactieve
stoffen in de definitie van „drug» op te nemen en tot intrekking van Besluit 2005/387/JBZ
van de Raad. Uiterste implementatietermijn 23-11-2018
Dreigende overschrijding
Er zijn geen dreigende overschrijdingen.
Ingebrekestellingen wegens te late implementatie
In het vierde kwartaal van 2018 is er één ingebrekestelling wegens te late implementatie
van richtlijnen van de Europese Commissie ontvangen, te weten:
– Van JenV, zaak 2018/0374 mbt RL 2017/853 (controle op de verwerving en het voorhanden
hebben van wapens)
De Europese Commissie heeft in het vierde kwartaal van 2018 één zaak wegens te late
implementatie geseponeerd:
– Van LNV, zaak 2018/0118 mbt RL 2017/1920 (in het verkeer brengen van zaden Solanum
tuberosum L)
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken