Brief regering : Geannoteerde agenda Raad Buitenlandse Zaken van 19 november 2018
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 1923 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 november 2018
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Defensie, de geannoteerde agenda aan
van de Raad Buitenlandse Zaken van 19 november 2018.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
GEANNOTEERDE AGENDA RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 19 NOVEMBER 2018
Centraal Azië
De Raad zal stilstaan bij de voorbereiding op de EU-Centraal-Azië Ministeriële bijeenkomst
die op 23 november zal plaatsvinden. Tijdens deze jaarlijkse bijeenkomst zal de Hoge
Vertegenwoordiger namens de EU gesprekken voeren met de ministers van Buitenlandse
Zaken van de vijf Centraal-Aziatische landen. Het kabinet verwelkomt deze bijeenkomst
en onderschrijft het belang van gezamenlijk optreden van de EU in relaties met de
landen in deze geostrategisch belangrijke regio.
Bosnië-Herzegovina
De Raad zal stilstaan bij de actuele ontwikkelingen in Bosnië-Herzegovina (BiH). Op
7 oktober jl. vonden in dat land verkiezingen plaats. Het kabinet maakt zich zorgen
over de ontwikkelingen in het land, in het bijzonder over de toename in etno-nationalistische
en revisionistische retoriek door politieke leiders. Daarnaast is het ook noodzakelijk
dat de Kieswet wordt hervormd gelet op het functioneren van het nationale parlement.
Het Kabinet is van mening dat de partijen in Bosnië-Herzegovina zo snel mogelijk tot
een oplossing moeten komen. Een daadkrachtige regering is in het belang van de stabiliteit
in het land en voortzetting van de hervormingen, die de afgelopen maanden grotendeels
stil hebben gelegen. Het Kabinet is van mening dat de EU zich hiervoor eensgezind
moet blijven uitspreken.
Oekraïne
De Raad zal spreken over de situatie in Oekraïne, waaronder over de veiligheidssituatie
in het Zwarte Zeegebied. Sinds de illegale Russische annexatie van de Krim is sprake
van een militarisering van het schiereiland door Rusland. Recent is ook een sterke
toename van Russische militaire aanwezigheid gesignaleerd in de Zee van Azov. Het
kabinet zet zich in voor een duidelijke oproep van de EU tot de-escalatie van militaire
spanningen in het gebied.
Voorts zal de Raad stilstaan bij de voor 11 november aangekondigde verkiezingen in
de zelfverklaarde volksrepublieken van Donetsk en Luhansk. Deze verkiezingen zijn
in strijd met de letter en de geest van de Minsk-akkoorden. Het kabinet zet in op
een sterke veroordeling van deze stap achteruit in het vredesproces. Nederland zal
alle partijen, in het bijzonder Rusland, oproepen om de verantwoordelijkheden ten
aanzien van de implementatie van de Minsk-Akkoorden na te komen. Mede op Nederlands
verzoek sprak de VN-Veiligheidsraad op 30 oktober jl. ook over deze kwestie.
Jemen/Saoedi-Arabië
De ministers zullen de recente oproepen tot een staakt-het-vuren en hervatting van
het politieke proces bespreken. In het bijzonder zal worden bekeken hoe de Raad VN-gezant
Griffiths het beste kan ondersteunen om de partijen weer aan de onderhandelingstafel
te krijgen. Verwachting is dat ook het Europees wapenexportbeleid ten aanzien van
Saoedi-Arabië aan de orde zal komen, vanwege de rol van dat land in het conflict in
Jemen en mede in het licht van de Saoedische betrokkenheid bij de moord op de Saoedische
journalist Jamal Khashoggi op 2 oktober jl.
Het kabinet zal in de Raad handelen conform de Nederlandse inzet, zoals uiteengezet
in de recente Kamerbrief inzake Saoedi-Arabië (Kamerstuk 32 735, nr. 211), waarin ook de inzet ten aanzien van Jemen is meegenomen. Zoals ik ook stelde tijdens
het nota-overleg mensenrechten (5 november) is er onvoldoende draagvlak voor een EU-breed
wapenembargo tegen Saoedi-Arabië. Nederland zal er daarom op blijven aandringen dat overige
EU-lidstaten het Nederlandse beleid overnemen dat voorziet in een zeer restrictief
wapenexportbeleid naar landen die deelnemen aan het optreden van de Arabische Coalitie
in Jemen onder leiding van Saoedi-Arabië. Nederland zal voorts oproepen tot een (humanitair)
staakt-het-vuren en verbetering van de humanitaire toegang en zal zich hier in VN-verband
samen met de EU-leden van de VN-Veiligheidsraad voor inzetten.
Mede op verzoek van Nederland en Denemarken, zal ook separaat worden stilgestaan bij
de moord op Jamal Khashoggi. De Raad bespreekt de laatste ontwikkelingen in het onderzoek
van de Saoedische en Turkse autoriteiten en de grondigheid, geloofwaardigheid en transparantie
daarvan.
Iran
De Raad zal stilstaan bij de Europese inspanningen om het Joint Comprehensive Plan of Action (JCPOA) te bestendigen. Het behoud van het JCPOA is van groot belang voor de Nederlandse
en Europese veiligheid. Om Iraanse steun aan het JCPOA te waarborgen is het noodzakelijk
dat steun aan het JCPOA Iran economisch, zoals afgesproken, voldoende oplevert. De
sancties die de Verenigde Staten op 5 november heeft heringevoerd, zullen de Iraanse
economie flink raken; ze zijn onder meer gericht op de Iraanse olie- en gassector
en de financiële sector.
Het kabinet erkent de extraterritoriale werking van de Amerikaanse sancties niet en
ondersteunt de EU en de E3 (VK, FRA, DUI) in het opzetten van maatregelen om het extraterritoriale
effect van de Amerikaanse sancties binnen de Europese Unie te beperken. Naast de in
augustus ingevoerde maatregelen, zoals de antiboycotverordening, wordt gewerkt aan
het opzetten van een entiteit, een Special Purpose Vehicle, om betalingsverkeer te blijven faciliteren voor handel tussen de EU en Iran (Kamerstukken
33 783 en 23 432, nr. 30). Daarbij blijft de EU Iran aanspreken op punten van zorg, zoals de rol in de regio,
de ontwikkeling van het ballistische raketprogramma en mensenrechten. Nederland denkt
actief mee met de E3 over oplossingsrichtingen. De EU, inclusief Nederland, deelt
deze bredere zorgen, samen met het doel van het voorkomen van een Iraans kernwapen,
met de Verenigde Staten. Het kabinet zal dan ook samenwerking blijven zoeken met de
Verenigde Staten om dit gezamenlijk aan te pakken.
Gezamenlijk gedeelte met de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie
Veiligheid en Defensie
De ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie zullen tijdens een gezamenlijke bijeenkomst
spreken over het Europese veiligheids- en defensiebeleid. De Raad zal naar verwachting
o.a. ingaan op het voorstel van de Hoge Vertegenwoordiger voor een Europese Vredesfaciliteit
(EPF), permanente gestructureerde samenwerking (PESCO), de Militaire Planning and Conduct Capability (MPCC), het Europees Defensiefonds, en het civiele GVDB.
Europese Vredesfaciliteit (European Peace Facility – EPF)
De onderhandelingen over het voorstel van de Hoge Vertegenwoordiger voor een Europese
Vredesfaciliteit (EPF) voor de periode 2021–2027 zullen naar verwachting eind november
starten.
Uw Kamer ontving op 17 augustus jl. een BNC-fiche over het voorstel (Kamerstuk 22 112, nr. 2681), dat de essentie van de Nederlandse positie bevat. Nederland steunt de algehele
doelstelling van de EPF. Eén instrument biedt kansen voor meer coherentie, synergie
en flexibiliteit tussen de verschillende activiteiten van de EU op het gebied van
veiligheid en defensie. Nederland is echter kritisch over de beperkte financiële onderbouwing
van het voorstel. Daarnaast is o.a. de reikwijdte voor Nederland een aandachtspunt.
Nederland zal in de onderhandelingen benadrukken dat zaken die via de EU-begroting
gefinancierd kunnen worden, zoveel mogelijk daaruit gefinancierd moeten worden. Verder
zal Nederland het belang benadrukken van de samenhang tussen de EPF en andere externe
financieringsinstrumenten, zoals het voorgestelde Neighbourhood, Development and International Cooperation Instrument (NDICI). Nederland beschouwt de onderhandelingen over de EPF als integraal onderdeel
van de onderhandelingen over het nieuwe Meerjarig Financieel Kader.
Permanent gestructureerde samenwerking (PESCO)
De Raad zal een tweede set PESCO-projecten goedkeuren. Daarnaast zal nader worden
ingegaan op de betrokkenheid van derde landen bij PESCO-projecten. Gelet op het verloop
van de onderhandelingen zal het Raadsbesluit over betrokkenheid van derde landen bij
PESCO-projecten naar verwachting niet tijdens de RBZ worden genomen. De Nederlandse
inzet blijft erop gericht dat er concrete resultaten worden behaald. De tweede set
PESCO-projecten wordt in dit kader verwelkomd, maar ook zal opnieuw worden onderstreept
dat Nederland nadrukkelijk voorstander is van kwaliteit boven kwantiteit. Nederland
heeft voor deze tweede ronde zelf geen projecten voorgesteld, maar zal wel aan nieuwe
projecten deelnemen. Uw Kamer wordt hierover in het verslag van de RBZ geïnformeerd.
Nederland hecht eraan dat derde landen bij PESCO-projecten kunnen worden betrokken.
Nederland zet daarom in op een zo snel mogelijke aanname van een Raadsbesluit over
betrokkenheid van derde landen bij PESCO-projecten.
Military Planning en Conduct Capability (MPCC)
De Raad zal naar verwachting spreken over een rapport van de Hoge Vertegenwoordiger
over de evaluatie en doorontwikkeling van de Military Planning en Conduct Capability (MPCC). De MPCC is opgericht in juni 2017 en is verantwoordelijk voor de planning
en aansturing van militaire EU-trainingsmissies. De Hoge Vertegenwoordiger stelt voor
de MPCC in twee fases te laten doorgroeien. In fase I gaat het om een groei tot maximum
60 man permanente staf en 94 oproepbare krachten voor het aansturen van een beperkt
aantal non-executieve missies en een kleine executieve missie (max 2500 man). In fase
II zou het gaan om een maximum van 100 man permanente staf en 148 oproepbare krachten
voor het aansturen van non-executieve missies en twee executieve missies.
Nederland is voorstander van de doorontwikkeling van de MPCC, maar wenst geen groot
militair hoofdkwartier. NL wil vooral dat de MPCC daadwerkelijk een effectieve rol
kan gaan spelen in de uitvoering van de geïntegreerde benadering die Nederland voorstaat
in de uitvoering van het Europese veiligheids- en defensiebeleid, inclusief een grotere
coherentie tussen bestaande civiele en militaire structuren. In dat kader heeft Nederland
de voorstellen voor fase I gesteund, maar is Nederland niet akkoord gegaan met de
voorstellen voor fase II. Feitelijk gaat het in fase I om het toevoegen van 20 permanente
FTE en het gereedmaken van 94 oproepbare krachten. Deze versterking is volgens Nederland
nodig om intensieve coördinatie met de Civil Planning and Conduct Capability gestalte te kunnen geven en ook te kunnen zorgdragen voor versterkte samenwerking
met andere EU-stakeholders die van belang zijn in het kader van de geïntegreerde benadering.
Nederland heeft erop ingezet dat de versterking van het MPCC nadrukkelijk hieraan
is gekoppeld.
Europees Defensiefonds
De Raad zal stilstaan bij de onderhandelingen over de verordening voor het Europees
Defensiefonds (EDF) onder het nieuwe Meerjarig Financieel Kader (MFK). Zij spitsen
zich op dit moment toe op de voorwaarden voor deelname, het eigenaarschap van resultaten,
de manier waarop met geclassificeerde en gevoelige informatie wordt omgegaan en de
financieringsmethodes. Naar verwachting zal de Raad voor het einde van dit jaar de
Raadspositie vaststellen waarna de triloog met het Europees parlement en de Europese
Commissie van start kan gaan.
Nederland zet in op behoud van het onderhandelingsresultaat zoals bereikt in het European Defence Industrial Development Programme (EDIDP). Hierbij gaat het om positieve randvoorwaarden voor de deelname van grensoverschrijdend
midden- en kleinbedrijf (MKB), de mogelijkheid van deelname van in de EU gevestigde
ondernemingen met een moederbedrijf gevestigd in een derde land en het stimuleren
van de samenhang tussen het EDF en PESCO door middel van een bonus voor PESCO-projecten.
Compact voor civiel GVDB
De Raad streeft naar een akkoord over een «Compact» voor civiel GVDB. De onderhandelingen
hierover zijn nog in volle gang. Een dergelijk «Compact» dient om alle betrokken actoren
(lidstaten, de EU-instellingen en relevante EU-agentschappen) te committeren aan het
bijdragen en verwezenlijken van het civiele GVDB.
Nederland vindt het belangrijk dat alle betrokken actoren (lidstaten, EU-instellingen
en relevante EU-agentschappen) zich expliciet committeren aan de ambities over de
versterking van het civiele GVDB uit de EU Global Strategy. Nederland vindt het belangrijk dat in het eerste jaar concrete resultaten kunnen
worden geboekt, bijvoorbeeld via pilots met gespecialiseerde teams.
Overig
Pakistan
Verschillende lidstaten, waaronder Nederland, zullen tijdens de Raad aandacht vragen
voor de ontwikkelingen in Pakistan, waaronder de positie van christenen.
Sancties
Conform het verzoek van uw Kamer maakt het Kabinet van de gelegenheid gebruik uw Kamer
te informeren dat naar aanleiding van de aanslag in Salisbury er door het Verenigd
Koninkrijk vooralsnog geen voorstellen voor verdere sancties tegen Rusland zijn gedaan.
Op 15 oktober heeft de Raad een EU-sanctieregime aangenomen om wereldwijd proliferatie
en gebruik van chemische wapens tegen te gaan en naar aanleiding van de uitkomsten
van de Europese Raad van oktober wordt in EU verband gewerkt aan maatregelen om illegale
en kwaadwillige cyberactiviteiten te bestrijden, inclusief restrictieve EU-maatregelen om cyberaanvallen tegen te gaan. Dit is voor Nederland de gewenste opstap
naar een EU thematisch cybersanctieregime. Nederland zal het belang van snelle voortgang
op dit dossier opnieuw benadrukken.
Voorts zal Nederland wederom het initiatief ten aanzien van een EU Global Human Rights
Sanctions Regime (gewijzigde motie van het lid Omtzigt c.s. (Kamerstuk 22 112, nr. 2529)) onder de aandacht brengen, inclusief het hoogambtelijke seminar dat hierover in
Nederland wordt georganiseerd op 20 november.
VNVR – laatste ontwikkelingen
Oktober
Het Koninkrijk organiseerde op 22 oktober een informele VNVR-sessie over de inzet
van sancties ter bestrijding en voorkoming van seksueel geweld in conflict. Door het merendeel van de meer dan vijftig aanwezige landen werd tijdens de bijeenkomst
brede steun uitgesproken voor een veelvuldiger en systematischer gebruik door de VN-Veiligheidsraad van sancties ter bestrijding en voorkoming van seksueel geweld in conflict.
Meerdere landen benoemden daarnaast de behoefte aan meer genderexpertise in de verschillende
panels of experts onder de sanctieregimes, de noodzaak voor nauwere en meer structurele samenwerking
met de Speciaal Vertegenwoordiger en de wenselijkheid om, in navolging van de regimes
voor Zuid-Soedan en de Centraal Afrikaanse Republiek, seksueel geweld als apart criterium
op te nemen in landenregimes. In situaties waar partijen zich schuldig maken aan conflict-gerelateerd
seksueel geweld maar waar nog geen sanctieregime van toepassing is, pleitte het Koninkrijk
voor de instelling van gerichte, landen-specifieke sanctieregimes met seksueel geweld
als enig criterium.
Mede op aandringen van het Koninkrijk vond op 24 oktober een briefing over Jemen plaats door de VN-noodhulpcoördinator. Het Koninkrijk onderstreepte daarbij dat een
staakt-het-vuren de enige reële optie is om tijdig de 14 miljoen Jemenieten te bereiken,
voor wie zeer ernstige ondervoeding een feit is of dreigt.
Conform het verzoek van uw Kamer (motie van het lid Ploumen (Kamerstuk 32 735, nr. 200)) om het rapport van de door de VN-Mensenrechtenraad ingestelde Fact-Finding Mission
voor Myanmar aan de orde te stellen in de VNVR, werd de Veiligheidsraad op 24 oktober gebrieft
door de voorzitter van de Fact-Finding Mission. Het Koninkrijk riep tijdens de briefing
expliciet op tot een ICC-verwijzing door de Veiligheidsraad, een wapenembargo en sancties.
Op 25 oktober vond het jaarlijks open debat over Women, Peace and Security plaats. Namens het Koninkrijk ging de secretaris-generaal van Buitenlandse Zaken
in op politieke en economische empowerment, bescherming van mensenrechtenverdedigers en de rol van de VNVR. Op 26 oktober initieerde
het Koninkrijk een informele VNVR-sessie over Water, Peace and Security, om te verkennen hoe de VN(VR) sneller kan handelen bij dreiging van instabiliteit
als gevolg van water-gerelateerde factoren. Het Koninkrijk kondigde het door Nederland
opgezette Water, Peace and Security Partnership aan, dat innovatieve diensten ontwikkelt voor snellere bewustwording en actie.
Op 26 oktober briefte de Speciaal Gezant voor Syrië, De Mistura, de Veiligheidsraad
over de voortgang van het Constitutioneel Comité in Syrië. Hij verwees naar zijn recente gesprekken in Damascus en benadrukte dat samenwerking
tussen de VN en het Syrische regime met betrekking tot het politiek proces een serieuze
uitdaging blijft. Het Koninkrijk drong erop aan de fragiele opening die het Idlib-akkoord
biedt te benutten met het oog op een spoedige lancering van het Comité.
November
Op 1 november nam China het voorzitterschap van de VNVR over, met als signature events open debatten over het versterken van het multilaterale systeem en de VN en over het versterken van vredesoperaties in Afrika. In het kader van de Europeanisering van onze zetel dit jaar, zal het Koninkrijk in beide debatten specifiek aandacht
geven aan de EU-inzet ter ondersteuning van het multilaterale systeem en de VN, alsook
de belangrijke rol van de EU in partnerschap met de AU in het versterken van VN-vredesoperaties
in Afrika.
Op vrijdag 2 november jl. werd het sanctieregime voor Libië verlengd. Op voorstel van het Koninkrijk en Zweden is daarin seksueel en gender gerelateerd
geweld toegevoegd als sanctiecriterium en wordt het Panel of Experts verzocht om de
noodzakelijke expertise op dit gebied op te nemen in het Panel. De eerdergenoemde
informele VNVR-bijeenkomst is instrumenteel geweest in het bereiken van dit resultaat.
Ook is op voorstel van het Koninkrijk een oproep opgenomen om te rapporteren over
voortgang ten aanzien van de listings van mensenhandelaren.
Op 16 november zal Minister Kaag het Koninkrijk vertegenwoordigen in de VNVR-sessie
over Jemen. Het Koninkrijk werkt nauw samen met het Verenigd Koninkrijk aan een resolutie over
de humanitaire situatie in het land. Verder worden de mandaten verlengd voor het tegengaan van piraterij voor de kust van Somalië en van de missies
in de Centraal Afrikaanse Republiek en Soedan. Overige onderwerpen op de agenda zijn
onder meer het MOVP, Syrië, Irak, Bosnië, Kosovo, G5 Sahel, Burundi en de rol van
politie in vredesmissies.
Indieners
-
Indiener
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.