Stroperij en criminaliteit met wilde dieren

De commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking organiseert op maandag 23 maart een rondetafelgesprek over stroperij en criminaliteit met wilde dieren. Ook voeren de Kamerleden uit deze commissie een gesprek met de Zuid-Afrikaanse ambassadeur in Nederland, de heer Vusi Bruce Koloane.

13.00 tot 14.00 uur

Gesprek met de ambassadeur van Zuid-Afrika, Vusi Bruce Koloane. Stroperij en wildlife crime zijn een groot probleem in Zuid-Afrika. In januari maakte de Zuid-Afrikaanse regering bekend dat in 2014 een recordaantal van 1.215 neushoorns ten prooi is gevallen aan stropers. Zij hebben het gemunt op de hoorns, die op de illegale markt veel geld opleveren. Veel Chinezen geloven in de geneeskrachtige werking van gemalen hoorns.

14.00 tot 16.00 uur

Rondetafelgesprek met verschillende deelnemers over stroperij en wildlife crime.

Deelsessie 1: Natuur- en milieuorganisaties:

  • Rikkert Reijnen, International Fund for Animal Welfare (IFAW)
  • Christiaan van der Hoeven, Wereld Natuur Fonds (WNF)
  • Pauline Verheij, EcoJust
  • Sophie Vossenaar, African Parks Foundation

Deelsessie 2: (Toegepaste) wetenschap:

  • Prof. Dr. Andrew Skidmore, Universiteit Twente
  • Daan van Uhm, Universiteit Utrecht
  • Camiel Verschoor, Dutch UAS Foundation

Live volgen

Beide gespreksronden zijn openbaar. U kunt ze bijwonen in de Thorbeckezaal. Ook is het mogelijk om de gesprekken via de livestream te bekijken, in video of audio.



Na deze gesprekken volgt een technische briefing over stroperij en wildlife crime door ambtenaren van de ministeries van Buitenlandse Zaken, Economische Zaken en FinanciĆ«n. Deze briefing is niet besloten en is dus niet te volgen via de livestream op deze website.

Rondetafelgesprekken

Regelmatig organiseren Kamercommissies rondetafelgesprekken over onderwerpen die op hun terrein liggen. Zo krijgen Kamerleden in een kort tijdsbestek van verschillende kanten informatie en adviezen over de wetsvoorstellen van het kabinet. Bijkomend voordeel is dat de deskundigen niet met alle Kamerleden afzonderlijk een gesprek hoeven te voeren.