Wetsvoorstellen
Hieronder vindt u de tekst van de bij de Tweede Kamer aanhangige wetsvoorstellen. Aanhangige wetsvoorstellen zijn voorstellen voor nieuwe wetten, ingediend door regering of een Tweede Kamerlid, die mogelijk behandeld worden door de Tweede Kamer.
Wilt u meer weten over welke stappen er nodig zijn om een wet te maken en welke rol de Tweede Kamer daarbij speelt? Dan kunt u hier meer lezen.
Dit initiatiefwetsvoorstel van de leden Buitenweg en Segers wijzigt het Wetboek van Strafrecht. Doel van het voorstel is het invoeren van een strafverhoging voor elk geweldsdelict dat met een discriminatoir oogmerk wordt gepleegd. Met een discriminatoir oogmerk bedoelen de initiatiefnemers de delicten waarbij het tot uitdrukking brengen van haat tegen of gevoelens van minderwaardigheid van een groep mensen een motief is geweest om het delict te plegen of dat indringender te plegen.
Het wetsvoorstel strekt ertoe wijzigingen aan te brengen in de begroting van Volksgezondheid, Sport en Welzijn inzake Coronamaatregelen.
Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2020 van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII). Deze wijziging houdt verband met het verlenen van financiële steun aan de enige luchtvaartmaatschappij die verbindingen onderhoudt met alle zes de Caribische delen van het Koninkrijk, en de enige die een reguliere verbinding onderhoudt met Sint Eustatius en Saba. Winair is door de gevolgen van de coronacrisis in financiële problemen geraakt. De steun bestaat uit het afsluiten van een hypothecaire lening van USD 3 mln (met huidige koers max. EUR 2,7 miljoen) op het luchthavengebouw van Winair.
Het wetsvoorstel strekt ertoe wijzigingen aan te brengen in de begroting van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap inzake extra apparaten voor onderwijs op afstand in het primair en voortgezet onderwijs in verband met COVID.
Het wetsvoorstel regelt twee zaken ter implementatie van de uitvoeringsrichtlijn. Ten eerste past het wetsvoorstel de verwijzingen naar Verordening (EG) nr. 1099/2008, die achterhaald zijn vanwege de aanpassingen van die verordening, aan. Deze wijzigingen hebben slechts betrekking op de veranderde vindplaats in de verordening en brengen geen inhoudelijke wijzigingen met zich mee. Ten tweede voorziet het wetsvoorstel in een aanpassing van het aanvangstijdstip het voorraadjaar. Het voorraadjaar vangt op 1 juli in plaats van op 1 april aan. Het wetsvoorstel verruimt de periode tussen de vaststelling en de ingang van de nieuwe voorraadplicht en geeft voorraadplichtige bedrijven daarmee drie maanden om te kunnen voldoen aan de voorraadplicht.
De voorgestelde wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 maakt het mogelijk dat de asielvergunning voor bepaalde tijd voortaan in eerste instantie voor drie jaar wordt verleend en niet langer voor vijf jaar. Nederland gaat met het invoeren van deze maatregel volgens de toelichting meer in de pas lopen met andere landen in Europa, waar een verblijfsvergunning asiel voor vreemdelingen met een zogenoemde subsidiaire beschermingstatus al een kortere duur kent dan vijf jaar. Met het wetsvoorstel moet daarnaast worden voorkomen dat Nederland in vergelijking met andere lidstaten aantrekkelijker wordt voor asielzoekers.
Dit wetsvoorstel regelt de goedkeuring en uitvoering van het op 23 juli 2018 te Brussel tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden inzake politiesamenwerking (Benelux-politieverdrag). Het wetsvoorstel voorziet daartoe onder meer in bepalingen die zien op uitvoering van artikel 49 van het Benelux-politieverdrag.
Met deze wet wordt een procedure in het leven geroepen om staatloosheid vast te laten stellen door een rechter. Een ieder die daarbij onmiddellijk belang heeft en in Nederland zijn gewone verblijfplaats heeft, kan daartoe een verzoek indienen. Het voorstel is toegezegd naar aanleiding van het advies van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken ‘Geen land te bekennen’.
Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2021 van het ministerie van Justitie en Veiligheid. Deze wijzigingen houden verband met de uitgaven inzake coronamaatregelen.
Dit wetsvoorstel geeft uitvoering aan Verordening 2019/1148/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven. De verordening reguleert het aanbieden, binnenbrengen, bezit en gebruik van precursoren voor explosieven. Precursoren voor explosieven zijn chemicaliën die gebruikt kunnen worden voor legitieme toepassingen, maar tevens kunnen worden misbruikt voor de vervaardiging van explosieven. Voorbeelden van dergelijke precursoren zijn ammoniumnitraat, waterstofperoxide, aceton en zwavelzuur. Deze precursoren worden onder meer gebruikt in respectievelijk kunstmest, bleekmiddel, nagellakremover en gootsteenontstopper. De verordening vervangt Verordening (EU) Nr. 98/2013 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven (PbEU 2013, L 39, 2013/98/EU). De verordening beoogt de beschikbaarheid van precursoren voor explosieven voor particulieren te beperken, en bevordert dat verdachte transacties in de gehele toeleveringsketen adequaat worden gemeld.
Met het wetsvoorstel vaststellingsprocedure staatloosheid wordt een procedure in het leven geroepen om staatloosheid vast te laten stellen door een rechter in het Europese deel van het Koninkrijk der Nederlanden. Deze procedure is toegezegd naar aanleiding van het advies “Geen land te bekennen” van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ). Hierin concludeerde de ACVZ dat Nederland geen goede procedure heeft om staatloosheid vast te stellen. Dit wetsvoorstel beoogt in deze leemte te voorzien en een zorgvuldige procedure te creëren die voldoet aan de relevante internationale normen (onder meer twee VN verdragen over staatloosheid). De nieuwe procedure sluit grotendeels aan bij de procedure tot vaststelling van het Nederlanderschap op grond van artikel 17 van de Rijkswet op het Nederlanderschap.
Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport inzake Coronamaatregelen.
Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport inzake Coronamaatregelen.
In verband met specifieke aanpassingen in het economische steun- en herstelpakket wordt de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2021 aangepast. In deze tweede incidentele suppletoire begroting wordt een budgetwijziging voorgesteld die betrekking heeft op de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL).
Het wetsvoorstel strekt ertoe wijzigingen aan te brengen in de begroting van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor het jaar 2021 inzake extra middelen voor coronabanen in het hoger onderwijs in verband met COVID-19.
Wijziging van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) met als doel bescherming van de arbeidsmarkt, het voorkomen en bestrijden van illegale tewerkstelling en bescherming van de positie van de werknemer. Naast een aantal aanpassingen bevat de wijziging twee maatregelen. De werkgever moet het loon maandelijks, giraal betalen zodat er meer zekerheid is dat de vreemdeling vrij over zijn loon kan beschikken en het toezicht op naleving van de juiste beloning effectiever kan plaatsvinden. En als een werkgever geen economische activiteit (meer) heeft kan een tewerkstellingsvergunning (twv) of gecombineerde vergunningen voor verblijf en arbeid (gvva) worden geweigerd. Hiermee wordt voorkomen dat een vreemdeling naar Nederland wordt gehaald door een werkgever terwijl deze niet in staat is om het loon te betalen.
Voorstel van wet van het lid Van Brenk. Het initiatiefwetsvoorstel wijzigt tijdelijk de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling. Dit in verband met aanpassing van de disconteringsvoet (dat is de rekenrente waar pensioenfondsen mee werken) en buitenwerkingstelling van de beleidsdekkingsgraad van pensioenfondsen gedurende de overgangsfase van het huidige naar het nieuwe pensioenstelsel. De initiatiefnemer wil hiermee de risico's van kortingen op de pensioenen tijdens de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel verkleinen en garanderen dat het nieuwe pensioenstelsel niet start op het allerlaagste renteniveau.
Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2021 van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Deze wijzigingen houden verband met de uitgaven inzake coronamaartregelen.
Incidentele wijziging van de begroting van het gemeentefonds met betrekking tot de coronamaatregelen.
Initiatiefvoorstel om weer een basisbeurs mogelijk te maken. De invoering hiervan en enkele belangrijke keuzes ten aanzien van de vormgeving en hoogte van beurzen hangen af van een algemene maatregel van bestuur die het nieuwe kabinet na het bereiken van een regeerakkoord kan vaststellen. Hiermee kan een nieuw systeem zo snel mogelijk wworden doorgevoerd.
In verband met aanpassingen in het economische steun- en herstelpakket als gevolg van de ontwikkeling in de bestrijding van het coronavirus wordt de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) voor het jaar 2021 gewijzigd. De economische en maatschappelijke gevolgen van het coronavirus zijn in Nederland voor iedereen voelbaar. Het steun- en herstelpakket is bedoeld om ondernemers en werkenden financieel te ondersteunen.
Het wetsvoorstel verplicht werkgevers en intermediairs om een werkwijze te hebben die gericht is op het voorkomen van discriminatie bij werving en selectie van werknemers. Werkgevers met 25 of meer werknemers moeten deze werkwijze schriftelijk vastleggen. Bij het extern inhuren van arbeidskrachten moet een werkgever ook nagaan of deze verplichting wordt nageleefd. De Inspectie SZW ziet erop toe dat werkgevers een dergelijke werkwijze hebben. Als die ontbreekt, kan de Inspectie daarvoor een boete opleggen, die vervolgens ook openbaar wordt gemaakt. Het doel is om werkgevers bewuster te maken van arbeidsmarktdiscriminatie. De Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) en de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi) worden voor dit wetsvoorstel aangepast.
Doel van dit initiatiefwetsvoorstel van het lid Alkaya is om werknemers mee te laten delen in de winst en hun stem binnen vennootschappen te vergroten (Wet eerlijk delen). Aan de ondernemingsraad (OR) van vennootschappen waarin ten minste 100 personen werken, wordt de mogelijkheid gegeven de ondernemer te verzoeken een Stichting administratiekantoor (STAK) op te richten. Door de oprichting van de STAK, die een aandelenbelang beheert dat geleidelijk opbouwt tot ten minste 10 procent van het totaal aan uitstaande aandelen, kunnen werknemers, via de STAK, voortaan invloed uitoefenen binnen de algemene vergadering van aandeelhouders. Ook geven de via de STAK uitgegeven certificaten van aandelen werknemers recht op een deel van de winst.