Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van het lid Rooderkerk over de berichten 'Door kabinet beloofd onderzoek naar doorstroomtoetsen blijkt niet te bestaan' en 'Scholen die overstapten op andere doorstroomtoets scoren flink beter'
Vagen van het lid Rooderkerk (D66) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de berichten «Door kabinet beloofd onderzoek naar doorstroomtoetsen blijkt niet te bestaan» en «Scholen die overstapten op andere doorstroomtoets scoren flink beter» (ingezonden 26 juni 2025).
Mededeling van Staatssecretaris Paul (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen
            11 juli 2025)
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met de artikelen «Door kabinet beloofd onderzoek naar doorstroomtoetsen
               blijkt niet te bestaan»1 en «Scholen die overstapten op andere doorstroomtoets scoren flink beter»?2
Vraag 2
            
Klopt het dat er door het College voor Toetsen en Examens (CvTE) geen onderzoek wordt
               gedaan naar specifiek de verschillen tussen de doorstroomtoetsaanbieders zelf, en
               dus niet verschillen tussen vaardighedenniveaus of digitaal/papier, ondanks dat dat
               meermaals aan de Kamer is beloofd?
            
Vraag 3
            
Klopt het dat er tot op heden géén gericht onderzoek is gestart naar specifiek de
               verschillen in toetsscores tussen toetsaanbieders, zoals uit navraag bij het CvTE
               blijkt?
            
Vraag 4
            
Herinnert u zich dat u in de zomer van 2024 heeft toegezegd dat er een grondig onderzoek
               zou komen naar de opvallende verschillen in resultaten tussen de doorstroomtoetsen
               van verschillende aanbieders?
            
Vraag 5
            
Wat is er exact terechtgekomen van uw claim in uw brief van augustus 2024 waarin u
               stelt: «Het CvTE onderzoekt waar de onderlinge verschillen tussen de doorstroomtoetsen
               vandaan komen en hoe die, indien nodig, kunnen worden opgelost.»?3
Vraag 6
            
Klopt het dat er na deze brief vervolgens alleen onderzoek is gestart naar verschillen
               in vaardighedenniveaus en in digitale of papieren toetsen, maar niet naar verschillen
               tussen de toetsen zelf?
            
Vraag 7
            
Wat is er concreet terechtgekomen van de zinsnede «Het CvTE onderzoekt waar deze verschillen
               vandaan komen.» uit uw brief van april 2025?4
Vraag 8
            
Herinnert u uw uitspraken in het Kamerdebat van mei 2025 waarin u aangaf dat het CvTE
               «erbovenop zit» wat betreft de grote verschillen tussen doorstroomtoetsen?
            
Vraag 9
            
Deelt u de opvatting dat de Kamer door uw bovenstaande uitspraken over «erbovenop
               zitten» en meerdere claims over onderzoek, in de veronderstelling is gebracht dat
               er daadwerkelijk onderzoek liep naar deze toetsverschillen, en niet enkel naar verschillen
               in leerlingvaardigheden en digitaal of papier?
            
Vraag 10
            
Kunt u een volledig overzicht verstrekken van alle onderzoeken die sinds zomer 2024
               zijn aangekondigd, gestart of uitgevoerd in relatie tot de doorstroomtoets, inclusief
               onderwerp, onderzoeksvraag, onderzoekende instantie, datum dat het onderzoek gestart
               is en de status van het onderzoek?
            
Vraag 11
            
Kunt u bevestigen dat het CvTE op herhaald verzoek van de Volkskrant heeft geweigerd
               om relevante toetsgegevens openbaar te maken, zelfs na een beroep op de Wet open overheid,
               en bent u bereid deze gegevens alsnog met de Kamer te delen?
            
Vraag 12
            
Hoe beoordeelt u de analyse van de PO-Raad waaruit blijkt dat basisscholen die overstapten
               van toetsaanbieder gemiddeld beduidend hogere resultaten behaalden, met verschillen
               oplopend tot 10 procentpunt in het aantal leerlingen dat het streefniveau haalt?
            
Vraag 13
            
Deelt u de analyse dat dergelijke verschillen, zelfs bij scholen met vergelijkbare
               populaties, het risico in zich dragen dat de doorstroomtoets bijdraagt aan grotere
               kansenongelijkheid, in plaats van gelijke kansen voor elk kind?
            
Vraag 14
            
Hoe beoordeelt u het feit dat overstappende scholen hun positie ten opzichte van de
               inspectienorm direct verbeteren, terwijl de toets geacht wordt een objectieve maatstaf
               te zijn?
            
Vraag 15
            
Kunt u reflecteren op de conclusie van de PO-Raad dat de doorstroomtoets momenteel
               eerder werkt als afrekenmechanisme dan als betrouwbaar instrument voor gelijke kansen?
               Hoe weegt u die kritiek, ook in het licht van de uitspraken van de voorzitter van
               de Onderwijsraad over de noodzaak van latere selectie?
            
Vraag 16
            
Hoe beoordeelt u de oplossingsrichtingen die de sector aandraagt, namelijk later selecteren
               en het beperken van het aantal functies die de doorstroomtoets nu heeft?
            
Vraag 17
            
Acht u het wenselijk dat de toetsresultaten en schooladviezen in gemeenten met veel
               praktisch opgeleide ouders structureel anders worden behandeld dan in gemeenten met
               veel theoretisch opgeleide ouders, zoals blijkt uit de analyse van de PO-Raad?
            
Vraag 18
            
Kunt u deze vragen elk afzonderlijk beantwoorden?
Mededeling
            
Op 26 juni 2025 heeft het lid Rooderkerk (D66) schriftelijke vragen gesteld over de
               berichten «Door kabinet beloofd onderzoek naar doorstroomtoetsen blijkt niet te bestaan»
               en «Scholen die overstapten op andere doorstroomtoets scoren flink beter».
            
Tot mijn spijt is beantwoording binnen de gestelde termijn niet mogelijk, omdat mede
               vanwege het reces de beantwoording en de benodigde afstemming meer tijd vraagt.
            
Ik zal de vragen zo snel mogelijk beantwoorden.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
