Schriftelijke vragen : Het vaccin voor blauwtong
Vragen van de leden Van der Plas (BBB) en Bisschop (SGP) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het vaccin voor blauwtong (ingezonden 4 oktober 2023).
Vraag 1
Hoever is de ontwikkeling onderweg van een vaccin voor blauwtong? Kunt u daarvan een
tijdspad geven?
Vraag 2
Bent u op de hoogte dat Zuid-Afrika een nieuw vaccin voor blauwtong heeft ontwikkeld?
Zo ja, wordt dit vaccin al voldoende effectief en kwalitatief geacht om de Nederlandse
veedieren te beschermen tegen de nieuwe varianten van blauwtong of zijn er experimenten
gaande om een poging te doen dit vaccin in te zetten voor Nederland?1
Vraag 3
Is er een wetenschappelijke link te leggen aan dat de toename van stilstaand water
en hoogwater in Nederland en de daarmee mogelijk gelinkte toename van knutten (kleine
muggen), hebben bijgedragen aan de blauwtong-epidemie? Zo ja, bent u dan van mening
dat er mogelijk wijzigingen nodig zijn in het huidige natuur- en waterbeleid?
Vraag 4
Is de uitbreiding van natuurgebieden met veel stilstaand water en hoogwater een potentieel
risico voor mens- en dierengezond?
Vraag 5
Bent u, gelet op het feit dat circa tien procent, of bij sommige bedrijven zelfs tientallen
procenten, van de besmette dieren overlijdt aan blauwtong en dat veehouders te kampen
hebben met een exportstop van levende dieren, bereid in kaart te brengen in hoeverre
veehouders door deze epidemie financieel in de knel komen? Zo ja, ziet u aanleiding
en mogelijkheden om binnen uw begroting en borgstellingsregelingen de meest getroffen
veehouders te redden van een potentieel faillissement mede gezien de onverzekerbaarheid
voor dergelijke dierziekten?2
Vraag 6
Is er al een farmaceut op het oog die de blauwtong-vaccins gaat produceren? Zo nee,
waarom niet en zo ja, kunt u, indien noodzakelijk door een vertrouwelijke bijlage
ter inzage te leggen voor Kamerleden, delen welke farmaceut u op het oog heeft om
het nieuwe vaccin te produceren?
Vraag 7
Wat wordt, gelet op de verwachting dat de Nederlandse variant van blauwtong ook mogelijk
in andere lidstaten kan overwaaien, de inzet van het kabinet om voldoende vaccins
te produceren voor Nederlandse veehouders en mogelijk ook andere buurlanden die bij
Nederland zullen aankloppen?
Vraag 8
Wordt er in het vaccinonderzoek voldoende gekeken naar niet alleen de effectiviteit
van het vaccin op schapen, maar ook andere dieren die in Nederland gehouden worden,
waaronder niet alleen rundvee, geiten maar ook exotischere dieren als dromedarissen,
buffels en wilde grazers?
Vraag 9
Zijn er recentelijk aanwijzingen binnengekomen, bijvoorbeeld observaties van boswachters
van Staatsbosbeheer of van jagersverenigingen, dat blauwtong ook een significant negatief
effect heeft op de populaties wilde grazers in Nederland? Maakt u zich ook zorgen
om populaties wilde grazers die potentieel last kunnen hebben van blauwtong?
Vraag 10
Is de veronderstelling juist dat blauwtong zich verder heeft verspreid dan de cijfers
laten zien, omdat een deel van de veehouders de dieren niet laat onderzoeken door
de dierenarts om kosten te besparen?
Vraag 11
In hoeverre zijn er mogelijkheden om verspreiding van en besmetting met het blauwtongvirus
door knutten binnen een veestapel en tussen veestapels te beperken middels hygiƫnemaatregelen?
Indieners
-
Gericht aan
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
Caroline van der Plas, Kamerlid -
Medeindiener
R. Bisschop, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.