Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Kent over het bericht 'Internationals massaal uitgebuit in Groninger horeca: 'We geven je al eten, wil je ook nog geld?''
Vragen van het lid Van Kent (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht «Internationals massaal uitgebuit in Groninger horeca: «We geven je al eten, wil je ook nog geld?»» (ingezonden 27 februari 2023).
Antwoord van Minister Van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 18 april
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1842.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht «Internationals massaal uitgebuit in Groninger horeca:
«We geven je al eten, wil je ook nog geld?»»?1
Antwoord 1
De misstanden in de Groningse horeca, zoals geschetst in het nieuwsbericht, zijn schrijnend
en Nederland onwaardig. Werkgevers dienen zich te houden aan wetten en regelgeving
zoals de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, de Wet arbeid vreemdelingen, de
Arbeidsomstandighedenwet en de Arbeidstijdenwet. Het kabinet zet zich in om kwetsbare
personen op de arbeidsmarkt te beschermen. De Nederlandse Arbeidsinspectie houdt toezicht
op de naleving van de verschillende arbeidswetten.
Overigens zijn bij de Arbeidsinspectie vooralsnog geen meldingen binnengekomen die
overeenkomen met de situaties in het artikel van Sikkom en UKrant. Het krantenbericht
beschrijft een serieuze situatie. Op dit moment is er vooral oog voor de traditionele
media, en de Arbeidsinspectie is van plan om in de toekomst sociale media meer in
te zetten om meldingen te genereren. Daarbij blijft gelden dat voor een goede beoordeling
en opvolging van meldingen zijn concrete aangrijpingspunten nodig, zoals de arbeidsplaats
waar de misstand plaatsvindt en de naam van het desbetreffende horecabedrijf. Als
dergelijke informatie ontbreekt, dan is het niet goed mogelijk om te beoordelen of
er daadwerkelijk arbeidswetten worden overtreden. De Arbeidsinspectie roept een ieder
die weet heeft van concrete aangrijpingspunten bij de beschreven arbeidsmisstanden,
deze te melden bij de Arbeidsinspectie.
Vraag 2
Herinnert u uw antwoorden van 6 september 2022 op het bericht «Vreemdelingen worden
uitgebuit in horeca Groningen. «En het treurige is dat ze nog blij zijn met 2 euro
per uur»»?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Welke stappen zijn er sindsdien genomen om medewerkers in Groningse horeca te beschermen
tegen uitbuiting?
Antwoord 3
Het kabinet zet zich in om misstanden op de arbeidsmarkt zoveel mogelijk te voorkomen.
Dit wordt gedaan door het faciliteren van voorlichting, het schetsen van een helder
normenkader in verschillende arbeidswetten, door toezicht op de naleving van deze
arbeidswetten en heldere communicatie vanuit de overheid over wat we verwachten van
ondernemers ten aanzien van eerlijk werk. Uw vraag gaat specifiek over uitbuiting
van vreemdelingen in de Groningse horeca, waarover afgelopen september Kamervragen
zijn gesteld. Door verschillende overheidsorganisaties worden doorlopend acties ondernomen
om misstanden zoveel mogelijk te voorkomen en waar nodig aan te pakken. Hierbij ga
ik in op een aantal acties vanuit de gemeente Groningen, het COA en de Nederlandse
arbeidsinspectie.
De gemeente Groningen heeft in het coalitieakkoord «Het begint in Groningen: voor wat echt van waarde is» de conclusies van het onderzoeksrapport Groningse Praktijken als uitgangspunt genomen. Het krantenbericht over de uitbuiting van vreemdelingen
in de Groningse horeca verscheen naar aanleiding van dit onderzoeksrapport.
Volgens één van de auteurs, criminoloog Edward van der Torre, komt uitbuiting van
buitenlandse kwetsbare personen in heel Nederland voor. In de vijf steden met bed-bad-brood
voorzieningen, waaronder Groningen, komt dit logischerwijs bovengemiddeld voor. Dit
is aanleiding geweest voor de gemeente Groningen voor structurele investeringen gedurende
dit collegeperiode van € 300.000 per jaar in de aanpak van mensenhandel, waaronder
die van arbeidsuitbuiting.
Daarnaast zet het COA doorlopend in op voorlichting om zijn bewoners goed te informeren
over de Nederlandse arbeidsmarkt. Dit doet het COA via de aanwezige informatiebalie
en door voorlichtingsmateriaal beschikbaar te stellen over werken in Nederland. Ook
vinden er gesprekken plaats tussen het COA en bewoners die een arbeidscontract aangeboden
krijgen of waarbij een tewerkstellingsvergunning is aangevraagd. In deze gesprekken
wordt aandacht besteed aan de rechten van werknemers in Nederland. Naast voorlichting
van bewoners, zet het COA doorlopend in op trainingen aan medewerkers om signalen
van mensenhandel te herkennen en te melden. Het COA werkt op locaties met contactpersonen
die het interne en externe aanspreekpunt zijn op het thema mensenhandel.
Verder doet de opsporingsdienst van de Arbeidsinspectie, onder gezag van het Functioneel
Parket van het Openbaar Ministerie, strafrechtelijke onderzoeken naar arbeidsuitbuiting.
Dit doet de inspectie op basis van meldingen. Alle meldingen worden beoordeeld en
waar mogelijk en nodig opgevolgd. Daarnaast treedt de Arbeidsinspectie op tegen werkgevers
die de arbeidswetten overtreden, waaronder de Wet minimumloon en Arbeidstijdenwet.
Ook de gemeente Groningen beschikt over een bestuurlijk palet om misstanden tegen
te gaan, bijvoorbeeld door gezamenlijke controles van gemeentelijke handhavers in
samenwerking met de Arbeidsinspectie. Daarnaast bespreken gemeenten en de Arbeidsinspectie
signalen bij de Regionale Informatie- en Expertise Centrum (RIEC) tegen ondermijnende
criminaliteit.
Vraag 4
Welke stappen zijn er genomen om specifiek internationale studenten te beschermen
tegen onderbetaling en uitbuiting in de Groningse horeca?
Antwoord 4
Om internationale studenten te beschermen tegen misstanden op de werkvloer is sinds
maart 2020 op de website van de Arbeidsinspectie een Engelstalige flyer beschikbaar
over werk tijdens de studietijd in Nederland.3 De Hanzehogeschool Groningen verwijst naar deze flyer en geeft informatie over de
rechten van werkende studenten op hun website. Misstanden op de werkvloer kunnen telefonisch
en online worden gemeld bij de Arbeidsinspectie, ook in het Engels en zes andere talen.
Daarnaast kent Groningen een Discriminatie Meldpunt (DMG). Het DMG voorziet in meertalige
begeleiding, advies en klachtafhandeling. Er wordt op dit moment gewerkt aan een Nederlandstalige
en Engelstalige campagne gericht op nieuwe internationale studenten die eind dit jaar
wordt gelanceerd. De campagne informeert over rechten als werknemer en als burger.
Daarnaast is de campagne gericht op naamsbekendheid van het DMG en het verlagen van
de drempel om discriminatie te melden.
Overigens zijn bij het DMG en zoals bij vraag 1 reeds vermeld bij de Arbeidsinspectie
vooralsnog geen meldingen binnengekomen die overeenkomen met de situaties in het artikel
van Sikkom en UKrant. De Arbeidsinspectie heeft contact gehad met collegadiensten
om deze situatie te verifiëren; het geschetste beeld wordt niet herkend. Het krantenbericht
beschrijft een serieuze situatie. Voor een goede beoordeling en opvolging van meldingen
zijn concrete aangrijpingspunten nodig, zoals de arbeidsplaats waar de misstand plaatsvindt
en de naam van het desbetreffende horecabedrijf. Als dergelijke informatie ontbreekt,
dan is het niet goed mogelijk om te beoordelen of er daadwerkelijk arbeidswetten worden
overtreden. Op basis van alle bekende informatie zijn er daarom onvoldoende mogelijkheden
voor de Arbeidsinspectie voor een effectief vervolg in de praktijk. Wel blijven de
Arbeidsinspectie en collegadiensten deze situatie vanzelfsprekend monitoren.
Vraag 5
Waarom blijven deze uitbuitingssituaties bestaan ondanks eerdere schriftelijke vragen
naar de omstandigheden in de Groningse horeca?
Antwoord 5
Het kabinet zet zich in om uitbuitingssituaties zoveel mogelijk te voorkomen en waar
nodig op te treden tegen misstanden, de bestrijding van arbeidsuitbuiting blijft echter
complex. Misstanden spelen zich vaak af in de schaduw van de samenleving en komen
niet altijd aan het licht. Met voorlichting aan internationale studenten, toezicht
en de gemeentelijke aanpak wordt ingezet op het zoveel mogelijk voorkomen van misstanden
en zo nodig te handhaven bij niet-naleving van wet- en regelgeving. De Arbeidsinspectie
beoordeelt meldingen over mogelijke niet-naleving van de arbeidswetten. Daarbij kan
een melding alleen worden behandeld als deze concrete informatie bevat zoals namen
en/of adressen van bedrijven waarover wordt gemeld (zie ook vraag 4).
Vraag 6
Herkent u een patroon in de Groningse horeca wanneer het gaat om onderbetaling en
uitbuiting?
Antwoord 6
Het patroon dat werkgevers werknemers onderbetalen, te veel uren laten werken, onder
slechte omstandigheden laten werken en intimideren, is helaas een patroon dat op verschillende
plaatsen en sectoren in Nederland voorkomt.4 Ik blijf deze praktijken keer op keer ten zeerste afkeuren. Werknemers hebben te
allen tijde recht op de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden die in de arbeidswetten
zijn geregeld. Hun werkgevers zijn daarvoor verantwoordelijk. Wanneer dergelijke situaties
zich voordoen, is het belangrijk dat werknemers zich melden bij de Arbeidsinspectie,
zodat deze de melding kan beoordelen en zo nodig actie kan ondernemen. Melden kan
telefonisch via telefoonnummer 0800–5151 of digitaal via het meldformulier op de website
van de Arbeidsinspectie.5 Zie www.nlarbeidsinspectie.nl/onderwerpen/melden.
Vraag 7
Welke stappen gaat de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) nemen om ervoor te zorgen
dat bazen die mensen uitbuiten in de Groningse horeca worden aangepakt en niet meer
aan de slag kunnen?
Antwoord 7
De Arbeidsinspectie werkt in heel Nederland aan het bestrijden van misstanden op de
werkvloer. Hierbij wordt ingezet op de aanpak van arbeidsuitbuiting, ernstige benadeling
en slecht werkgeverschap waarbij één of meer arbeidswetten worden overtreden. Wanneer
werkgevers zich schuldig maken aan arbeidsuitbuiting, kunnen ze veroordeeld worden
tot een gevangenisstraf. Bij overtredingen van arbeidswetten, worden boetes of andere
sancties opgelegd. Soms wordt een onderneming tijdelijk stilgelegd.
Binnen het landelijke Inspectieprogramma «Internationaal, Schijnconstructies en cao-naleving»
richt de Arbeidsinspectie zich op de aanpak van schijnconstructies. Een van de projecten
in dit programma richt zich op Nederlandse werkgevers die arbeidskrachten van buiten
de EU/EER, onder wie studenten, met of zonder een tewerkstellingsvergunning inzetten
waarbij arbeidswetgeving wordt overtreden. In het kader van dit project zet de Arbeidsinspectie
ook communicatie in om werkgevers die werken met buitenlandse studenten te informeren
over wetten en regels ten aanzien van deze groep.
De Arbeidsinspectie heeft in haar risicogerichte programmering geen project op het
gebied van horeca in het algemeen of Groningse horeca in het bijzonder. Indien zij
meldingen ontvangt, dan zal zij deze vanzelfsprekend beoordelen en zo nodig actie
ondernemen. Zoals opgemerkt bij vraag 4 is het daarbij van belang dat meldingen concrete
aangrijpingspunten voor eventuele vervolgacties hebben. Bij eventuele vervolgacties
werkt de Arbeidsinspectie, in Groningen en andere gemeenten, vaak samen met die gemeenten
en andere handhavende organisaties.
Vraag 8
Kunt u in het najaar verslag doen van de stappen die de NLA heeft genomen om uitbuiting
en onderbetaling in de Groningse horeca aan te pakken?
Antwoord 8
De Arbeidsinspectie rapporteert via haar reguliere jaarverslagen. Hierin komen relevante
feiten en cijfers naar voren van onder andere arbeidsuitbuiting en van overtredingen
van diverse arbeidswetten. Daarnaast stelt de Arbeidsinspectie regelmatig rapportages
op over haar meerjarige programma’s en projecten, zoals de aan uw Kamer gezonden rapportage
over Aziatische horeca en de Monitor arbeidsuitbuiting en ernstige benadeling 2020–2021.6 Het betreft landelijke programma’s en projecten. Voor de zomer van dit jaar komt
de Arbeidsinspectie met een rapportage 2019–2022 van het programma dat zich ook op
de aanpak van schijnconstructies richt.
Vraag 9
Is er bekend of internationale studenten in andere steden onder dezelfde omstandigheden
moeten werken? Zo ja, hoe zit dat? Zo nee, kan de NLA dit in kaart brengen en in ditzelfde
verslag toevoegen?
Antwoord 9
De Arbeidsinspectie heeft een zoekslag met specifieke trefwoorden gedaan op de door
haar ontvangen meldingen. Hieruit komen tot nu toe geen meldingen naar voren specifiek
over de omstandigheden waaronder internationale studenten in Groningen of andere steden
werken. Wel blijkt uit de handhavingshistorie van de tewerkstelling van internationale
studenten dat er in Nederland werkgevers zijn die studenten van buiten de EU/EER zonder
vergunning tewerkstellen of meer uren laten werken dan de 16 uur per week (of fulltime
in de drie zomermaanden) die wettelijk is toegestaan voor deze groep.
Vraag 10
Wat doet het kabinet eraan om internationale studenten zoveel als mogelijk op hun
rechten in Nederland te wijzen zodat uitbuiting door huisbazen, werkgevers of op welke
andere manier dan ook minder voorkomt?
Antwoord 10
Het kabinet spant zich op verschillende domeinen in om uitbuiting door huisvesters
en werkgevers tegen te gaan. Nuffic heeft voor wat betreft de informatievoorziening
richting internationale studenten over alles wat komt kijken bij studeren in Nederland
een belangrijke rol. Nuffic informeert – via het centrale informatiepunt «Study in
NL» – internationale studenten over hun rechten en plichten bij studeren, stage lopen,
werken naast de studie en wonen in Nederland. Zo worden er online bijeenkomsten georganiseerd
voor studenten die op het punt staan naar Nederland te gaan. Internationale studenten
van buiten de EU mogen enkel in Nederland werken als de werkgever hiervoor een tewerkstellingsvergunning
heeft aangevraagd. Zij mogen slechts 16 uur per week (of fulltime in de drie zomermaanden)
arbeid verrichten in Nederland. UWV toetst bij de aanvraag of er een marktconform
loon wordt betaald.
Daarnaast worden er door het netwerk Mobstacles, gecoördineerd door Nuffic, diverse
sessies georganiseerd over bijvoorbeeld het inschrijfproces van internationale studenten
in de Basisregistratie Personen (BRP). Bij deze sessies komen ook knelpunten naar
voren waar internationale studenten mee te maken hebben omtrent huisvesting. Op dit
Mobstacles netwerk zijn medewerkers van hogescholen en universiteiten aangesloten,
die veel studenten doorverwijzen naar de instanties die iets voor hen kunnen betekenen,
zoals de Housing Hotline van de LSVb, de Huurcommissie en het Juridisch Loket. Ook
wordt er via «Study in NL» van Nuffic via diverse kanalen, onder andere de website
en sociale media informatie gedeeld over het tijdig op zoek gaan naar passende huisvesting
en allerlei informatie over rechten en plichten als huurder in Nederland, zodat internationale
studenten hiermee beter hun weg kunnen vinden op de Nederlandse woningmarkt.
Verder is het Ministerie van BZK samen met het Ministerie van OCW met verschillende
partijen zoals de sociale en commerciële studentenhuisvesters aangesloten bij het
Landelijk actieplan studentenhuisvesting 2022–2030. De Minister voor Volkshuisvesting
en Ruimtelijke Ordening heeft dit actieplan mede namens de Minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap op 7 september 2022 met uw Kamer gedeeld. Het doel van dit actieplan
is dat 60.000 extra betaalbare studentenwoningen worden gerealiseerd. Binnen het actieplan
is specifiek aandacht voor internationale studenten en de uitdagingen waarmee zij
te maken krijgen. Het informeren van internationale studenten over hun rechts- en
informatiepositie is één van de afspraken waar verschillende partijen, waaronder Nuffic
via de «Study in NL»-informatievoorziening, zich aan hebben gecommitteerd.
Vraag 11
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Antwoord 11
Ja
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.