Schriftelijke vragen : Het bericht 'NVWA-retributies, een hoge kostenpost die maar doorstijgt'
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het bericht «NVWA-retributies, een hoge kostenpost die maar doorstijgt» (ingezonden 9 november 2022).
Vraag 1
Bent u bekend met de nieuwsberichten «NVWA-retributies, een hoge kostenpost die maar
doorstijgt» en «Ministerie LNV op ramkoers over NVWA tarieven» op de websites van
NePluVi, Vee&Logistiek Nederland en de Centrale Organisatie voor de Vleessector?1, 2, 3
Vraag 2
Klopt het dat u en uw ambtsvoorgangers niet hebben gereageerd op dringende oproepen
van de brancheorganisaties om per 1 januari 2023 geen nieuwe Nederlandse Voedsel en
Warenautoriteit (NVWA)-tarieven in te voeren? Zo niet, hoe en wanneer hebben u of
uw ambtsvoorgangers dan wel gereageerd?
Vraag 3
Klopt het dat alle vertegenwoordigers van het bedrijfsleven hebben geweigerd deel
te nemen aan de consultatiebijeenkomst die u op 21 oktober jongstleden organiseerde,
uit onvrede over het verloop van het proces tot nu toe, en het uitblijven van een
reactie van uw zijde? Zo niet, welke vertegenwoordigers van het bedrijfsleven hebben
volgens u dan wel deelgenomen en in hoeverre is er met hen inhoudelijk over de nieuwe
tariefvoorstellen gesproken? Wat is de verdere uitkomst van de consultatie?
Vraag 4
Kunt u aangeven hoe het proces van de totstandkoming van een nieuw kostprijsmodel
en de concept-tarieven 2023 heeft plaatsgevonden? Kunt u specifiek ingaan op de afspraak
in het coalitieakkoord waarin de ambitie is opgenomen om het tariefgebouw te hervormen
én te komen tot arrangementen en abonnementen die differentiëren naar bedrijfsgrootte
en die goed gedrag en naleving belonen?
Vraag 5
Klopt het dat in het huidige proces nog geen conceptvoorstellen liggen om te komen
tot arrangementen of abonnementen die goed gedrag en naleving belonen? Klopt het dat
er nog niet is voldaan aan de dringende wens uit de Tweede Kamer om te komen tot efficiencyprikkels
en doelmatigheidsbeloningen? Zo ja, kunt u toelichten waarom deze maatregelen, het
«zoet» voor het bedrijfsleven, niet zijn opgepakt en er vooral aan kostendekkende
tarieven wordt gewerkt, die tot een forse meerprijs (stijging van 35 procent) voor
het bedrijfsleven zullen leiden?
Vraag 6
Klopt het dat brancheorganisaties herhaaldelijk bij u en uw ambtsvoorgangers bezwaar
tegen het feit dat u afwijkt van het afgesproken proces om tot nieuwe NVWA-tarieven
te komen hebben gemaakt, en u desondanks heeft doorgezet? Klopt het dat bedrijven
medio november 2022 nog niet weten wat de nieuwe NVWA-tarieven per 1 januari 2023
zullen zijn? Vindt u dit passen binnen de kaders van behoorlijk bestuur? Zo niet,
bent u dan bereid de invoering van nieuwe NVWA-tarieven uit te stellen?
Vraag 7
Klopt het dat het Programma Herziening Kostprijs en Tarieven NVWA om onder andere
het bedrijfsleven te betrekken bij een nieuw kostprijsmodel, nieuwe tarieven, nieuwe
tariefvormen en efficiency-afspraken beoogt, zodat er meer transparantie en acceptatie
van de NVWA-tarieven ontstaat? Deelt u de mening dat de huidige werkwijze, die afwijkt
van het afgesproken programma, het tegenovergestelde lijkt te bereiken? Bent u bereid
om de invoering van nieuwe NVWA-tarieven uit te stellen en het programma op te pakken
zoals afgesproken, om die transparantie én acceptatie alsnog te bereiken? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 8
Klopt het dat volgens de Europese controleverordening (OCR) de toezichthoudende entiteit
activiteiten, waarvoor de kosten aan bedrijven worden doorberekend, zo efficiënt mogelijk
moet uitvoeren? Kunt u aangeven welke doelmatigheidsprikkels u voor de NVWA heeft
ingericht? Zijn deze doelmatigheidsprikkels met het bedrijfsleven besproken?
Vraag 9
Kunt u aangeven of het lukt om het «zuur» (de nieuwe tarieven) tegelijk met het «zoet»
(afspraken over efficiencyprikkels voor de overheid en doelmatigheidsbeloningen voor
het bedrijfsleven) op te dienen? Zo niet, kunt u dan toezeggen dat u de invoering
van nieuwe NVWA-tarieven zal uitstellen totdat er met het bedrijfsleven goede afspraken
over de efficiencyprikkels en doelmatigheidsbeloningen zijn gemaakt?
Vraag 10
Kunt u garanderen dat bij het overgaan van de Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS)
naar de NVWA voor de voormalige KDS-medewerkers niet de inefficiënte «reistijd = werktijd»-regeling
gaat gelden, die zo’n 20 tot 30 procent arbeidstijd op de werkvloer gaat kosten? Zo
nee, dempt u dan de kosten voor deze inefficiënte regeling, zodat er bij de overheid
voldoende prikkel blijft liggen om deze inefficiënte regeling af te schaffen? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 11
Kunt u in verband met de hoge inflatie en de druk op voedselzekerheid toezeggen dat
u de invoering van nieuwe, hogere NVWA-tarieven uitstelt tot de economische situatie
zich tegen die tijd aanzienlijk heeft verbeterd?
Indieners
-
Gericht aan
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
Caroline van der Plas, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.