Schriftelijke vragen : Berekeningen over stikstof van het ministerie van Financiën, die een totaal ander beeld op de stikstofproblematiek werpen en over de bemiddelingspoging van dhr. Remkes
Vragen van de leden Omtzigt (Omtzigt) en Van der Plas (BBB) aan de Minister-President en de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, voor Natuur en Stikstof en van Financiën over berekeningen over stikstof van het Ministerie van Financiën, die een totaal ander beeld op de stikstofproblematiek werpen en over de bemiddelingspoging van dhr. Remkes (ingezonden 11 juli 2022).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «Ministerie van Financiën: «Minder stikstofreductie
nodig bij halen klimaatdoelen»», waarin gesteld wordt dat er berekeningen zijn gemaakt
op het Ministerie van Financiën waaruit blijkt dat het halen van de klimaatdoelstellingen
leidt tot fors minder stikstofuitstoot en dus tot een lagere opgave voor bijvoorbeeld
de landbouwsector om de kabinetsdoelstellingen van het stikstofbeleid te halen?1
Vraag 2
Kunt u alle berekeningen die het afgelopen jaar op het Ministerie van Financiën gemaakt
zijn over scenario’s voor stikstofreductie en de financiële gevolgen binnen 24 uur
aan de Kamer doen toekomen? Kunt u ervoor zorgen dat daar werkelijk alle doorgerekende
scenario’s tussen zitten, inclusief de scenario’s die in het bovenstaande artikel
genoemd worden en in een eerder artikel in de NRC?2
Vraag 3
Welke van deze berekeningen, die aan de Kamer opgestuurd worden, zijn ook gedeeld
met het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en/of het kabinet? Kunt
u dat per berekening meedelen, inclusief de datum van delen en met wie ze gedeeld
zijn?
Vraag 4
Kunt u aangeven of er ook overleg geweest is over deze berekeningen tussen departementen,
in onderraden of elders tussen bewindspersonen? Zo ja, kunt u dan een overzicht geven
van deze overleggen, inclusief de conclusies?
Vraag 5
Zijn er ook Kamerleden geïnformeerd over het bestaan van deze berekeningen of hebben
zij deze berekeningen kunnen zien? Zo ja, wie en wanneer?
Vraag 6
Waarom is de Kamer niet op de hoogte gebracht van deze berekeningen, aangezien zij
toch van groot belang waren voor het debat over het Nationaal Programma Landelijk
Gebied (het rapport met de stikstofkaart), dat zeer expliciet als doelstellingen heeft
natuur (stikstof), water en klimaat?3
Vraag 7
Bent u ervan op de hoogte dat artikel 68 van de Grondwet een actieve informatieplicht
kent, omdat bij de behandeling door de regering betoogd is dat bewindspersonen het
parlement uit eigen beweging moeten informeren wanneer «dat in het belang van een
goede en democratische bestuursvoering wenselijk is»?4
Vraag 8
Bent u ervan op de hoogte dat die actieve informatieplicht keer op keer bevestigd
is aan het parlement, bijvoorbeeld in 2002 en in 2016?
Vraag 9
Deelt u de mening dat deze berekeningen en conclusies zeer relevant zijn voor de democratische
bestuursvoering de afgelopen maand?
Vraag 10
Bent u van mening dat het kabinet zich aan artikel 68 van de Grondwet gehouden heeft,
terwijl het geen van de berekeningen aan de Kamer gestuurd heeft? Kunt u uw antwoord
uitgebreid toelichten?
Vraag 11
Hoe beoordeelt u het feit dat er in de startnotitie hoge doelen voor stikstofreductie
in de landbouw zijn vastgesteld zijn – en binnen drie weken door de Kamer zijn gejaagd
– die geen rekening gehouden hebben met de daling van de stikstofuitstoot die plaatsvindt
als nevenproduct van de daling van de uitstoot van broeikasgassen, de derde doelstelling
van hetzelfde programma, die bovendien wettelijk is vastgelegd?
Vraag 12
Hoe en op welk moment is de Minister van Financiën voor het eerst geïnformeerd over
het bestaan van de berekeningen waaruit blijkt dat er door de klimaatdoelen minder
extra stikstofdaling nodig is om de doelen uit het regeerakkoord te halen en er dus
ook miljarden minder uitgegeven hoeven te worden dan voorzien in het regeerakkoord?5
Vraag 13
Staan de doelstellingen (inclusief de reductiedoelstelling voor ammoniak) – waarvan
u in antwoord op eerdere Kamevragen stelde dat «[d]e nationale doelstelling zoals
opgenomen in het NPLG en het coalitieakkoord daarbij voor het kabinet vast [staan]»
– nog steeds vast nu gebleken is dat er voor die reductiedoelstelling geen wettelijke
basis bestaat en dat zelfs als die wettelijke basis zou bestaan, er minder reductie
nodig zou zijn om de door u gewenste doelen te behalen?6
Vraag 14
Kunt u de precieze vraag/verzoek/opdracht die u aan de heer Remkes gesteld heeft aan
de Kamer doen toekomen?
Vraag 15
Bent u nog steeds van mening dat de heer Remkes (auteur van het rapport over stikstof
en de betreffende zin het coalitieakkoord) onbevooroordeeld is als bemiddelaar/gespreksleider
in het stikstofdossier?
Vraag 16
Wie is de beoogde gesprekspartner of onderhandelingspartij namens de boeren? Welk
contact is er de afgelopen weken geweest met die gesprekspartner?
Vraag 17
Wat is de wettelijke basis van de Startnotitie Nationaal Programma Landelijk Gebied,
nu daarin stikstofreductiedoelstellingen staan die niet overeenkomen met de reductiedoelstellingen
in artikel 1.12a van de Wet natuurbescherming?
Vraag 18
Vindt u dat de Startnotitie Programma Landelijk Gebied op een zorgvuldige wijze en
met voldoende inspraakmogelijkheden tot stand gekomen is?
Vraag 19
Hoe beoordeelt u het feit dat u meerdere voorstellen uit de oppositie heeft afgewezen
om een deel van de middelen beschikbaar voor stikstof (ongeveer 24 miljard euro) in
te zetten voor de koopkracht van de 1,2 miljoen huishoudens die hun voedsel en energierekeningen
niet langer kunnen betalen?
Vraag 20
Kunt u aangeven hoe het basispad berekend is van de stikstofuitstoot? Welke ontwikkelingen
zijn meegenomen in het basispad en welke ontwikkelingen zijn niet meegenomen in het
basispad en in welke mate? Kunt u dat per ontwikkeling (zoals autonome vergroening,
technische vooruitgang, CO2-programma et cetera) aangeven?
Vraag 21
Bent u voornemens om de reductiedoelstellingen in de Startnotitie Nationaal Programma
Landelijk Gebied naar beneden aan te passen? Kunt u uitleggen waarom wel of niet en,
indien wel, tot welk niveau?
Vraag 22
Wilt u deze vragen een voor een en binnen tien dagen beantwoorden en, indien er een
Kamerdebat over stikstof gehouden wordt in het reces, beantwoorden voor dat Kamerdebat?
Indieners
-
Gericht aan
H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Gericht aan
M. Rutte, minister-president -
Gericht aan
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Gericht aan
S.A.M. Kaag, minister van Financiën -
Indiener
Pieter Omtzigt, Kamerlid -
Medeindiener
Caroline van der Plas, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.