Verslag van een rapporteur : Eindverslag van de rapporteurs over het kennisthema rechtsstatelijke ontwikkelingen in de EU
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 3251 VERSLAG VAN RAPPORTEURS
Inleiding
Tijdens de procedurevergadering van 13 februari 2025 heeft de commissie Europese Zaken
besloten dat wij ons rapporteurschap «Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de EU» konden
voortzetten met een geactualiseerde inhoudelijke invalshoek. Het eindverslag met de resultaten uit het vorige mandaat is op 14 maart 2025 openbaar gemaakt.1 Ons nieuwe mandaat werd vastgesteld op 24 april 2025.
Gezien de val van het kabinet op 3 juni jl., hebben we slechts twee activiteiten uitgevoerd.
Het gaat om de werkbezoeken van een delegatie van de Commissie Europese Zaken naar
Hongarije (27–28 maart) en Polen (5–7 juni).2 Een werkbezoek aan Slowakije in het kader van de rechtstatelijke ontwikkelingen heeft
nog niet plaatsgevonden. De commissie Europese Zaken in nieuwe samenstelling kan hier
een besluit over nemen. Het geplande rapporteursgesprek met Michael McGrath, Eurocommissaris
Democratie, Justitie en Rechtsstaat op 3 september 2025, is op zijn verzoek uitgesteld.
In dit eindverslag geven wij onze hoofdbevinding en aanbevelingen aan de commissie
Europese Zaken in nieuwe samenstelling, en een korte terugkoppeling van de werkbezoeken.
Het rapporteurschap Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de EU wordt hiermee afgesloten.
Aanbevelingen
Wij adviseren de nieuwe vaste Kamercommissie Europese Zaken te overwegen:
– opnieuw een rapporteurschap op het kennisthema Rechtsstatelijke ontwikkelingen in
de EU in te stellen en daarbij aandacht te geven aan de rechtsstaatconditionaliteiten
in de voorstellen van de Europese Commissie voor het nieuwe Meerjarig Financieel Kader;
– een werkbezoek te brengen aan Slowakije om de parlementaire dialoog op rechtsstaatgebied
met EU-lidstaten voort te zetten;
– een gesprek met de Eurocommissaris voor Democratie, Justitie en Rechtsstaat, Michael
McGrath, te plannen over het EU-Rechtsstaatrapport 2025.
Doel rapporteurschap Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de Europese Unie
In het vorige mandaat hebben de rapporteurs zich gericht op de werking van de rechtsstaatsinstrumenten
in de praktijk. De hoofdbevinding luidde dat er ruimte is en plannen van de Commissie
zijn voor de verbetering van het bestaande rechtsstaatinstrumentarium; dat bij voorkeur in een vroeg stadium moet worden ingegrepen; en dat het instrumentarium het beste werkt als alle actoren die hierbij een rol spelen – inclusief nationale parlementen – elk hun eigen verantwoordelijkheid nemen. Daarbij is het van belang dat de Europese Commissie als hoedster van de Verdragen
zo transparant mogelijk en onpartijdig optreedt.
De rapporteurs wilden zich in de nieuwe mandaat periode richten op de Europese voorstellen
die worden gedaan voor de versterking van het rechtsstaatinstrumentarium. Het gaat
hierbij om de plannen van de Europese Commissie om de jaarlijkse rechtsstaatrapportage
uit te breiden met een interne markt dimensie (verbreding) en een nauwer verband te
leggen tussen het verslag van de rechtsstaat, de bijbehorende aanbevelingen en de
inzet van de financiële instrumenten (verdieping). Ook heeft de Europese Commissie
voorgesteld dat in het toekomstige Meerjarig Financieel Kader (MFK) geen EU-gelden
worden verstrekt als er problemen zijn met de rechtsstaat. Het doel van het rapporteurschap was de kennis- en informatiepositie van de commissie op dit
terrein te versterken en tevens zorg te dragen voor een optimale behandeling van het
EU-Rechtsstaatrapport 2025 en overige rechtsstatelijke ontwikkelingen door de commissie
Europese Zaken. Gezien de korte periode van het nieuwe mandaat is de hoofbevinding
beperkt gebleven tot de inzet van parlementaire diplomatie.
Hoofdbevinding van de rapporteurs
Uit de ervaringen die zijn opgedaan gedurende het gehele rapporteurschap (eerste en
tweede mandaat) en tijdens de werkbezoeken is gebleken dat parlementaire diplomatie
en dialoog een waardevol aanvullend instrument is ter versterking van het bestaande
rechtsstaatinstrumentarium van de EU. Regeringspartijen worden aangesproken op de
rechtsstatelijke situatie, terwijl oppositiepartijen, maatschappelijke groeperingen
en journalisten zich gesteund voelen in hun nationale strijd voor een goed functionerende
rechtsstaat. Bovendien voert de parlementaire diplomatie ook de druk op het Nederlandse
kabinet op om zich hard te blijven maken voor de rechtsstaatsprincipes en Handvest
van de Grondrechten in de Europese Unie.
Terugkoppeling van de werkbezoeken Hongarije en Polen
In navolging van de hoofdbevinding in het eindverslag3 van dit rapporteurschap in het vorige mandaat, waarin onder andere geconcludeerd
werd dat ook nationale parlementen een verantwoordelijkheid hebben bij te dragen aan
de versterking van het EU-rechtsstaatinstrumentarium, zijn er werkbezoeken gebracht
aan Hongarije en Polen. Dit bood de Nederlandse delegatie de gelegenheid tot een rechtstreekse
open dialoog en gedachtewisseling over de rechtsstaat, democratie en andere onderwerpen
zoals Europese veiligheid, oorlog in Oekraïne, EU-uitbreiding, het Meerjarig Financieel
Kader, met parlementariërs van regeringspartijen en van de oppositie, Ministers, rechters,
vertegenwoordigers uit maatschappelijke organisaties, journalisten en wetenschappers
in beide landen.
Hoewel beide landen kampen met problemen rond de rechtsstaat waaronder de onafhankelijkheid
van de rechterlijke macht, vrije media, corruptie, en grote druk op het maatschappelijke
middenveld en de burgerrechten, is de situatie zeer verschillend. Tegen Hongarije
heeft de EU maatregelen genomen, zo loopt de artikel 7-procedure en heeft de Europese
Commissie EU-fondsen opgeschort. Hongarije onder premier Orbán laat een beeld zien
van actieve afbraak van de rechtsstaat, oppressie van mensenrechten en de ontwikkeling
naar een illiberale democratie. Voor Polen geldt dat na het aantreden van de regering
Tusk en het opstellen van een actieplan om de rechtsstaat te herstellen de Europese
Commissie maatregelen tegen Polen in 2024 heeft opgeheven. Sindsdien is er in Polen
sprake van veel beloofde maar grotendeels vastgelopen rechtsstaathervormingen, in
een gepolariseerde politieke context waarbij de president van Polen van de conservatieve
PiS partij het kabinet Tusk tegenwerkt. Daarnaast is het zo dat politiek gezien in
Polen op dit moment veiligheid en geopolitiek zwaarder wegen.
De parlementaire diplomatieke dialoog werd derhalve verschillend ingezet. In Hongarije
vooral als middel om druk uit te oefenen op de regering en steun te geven aan de oppositie
en maatschappelijke organisaties in een vijandige politieke omgeving. In Polen meer
als manier om de hervormingsgezinde regering en ngo’s te ondersteunen, maar ook om
kritisch te blijven ten opzichte van de achterblijvende resultaten.
De rapporteurs, Van Campen
Kahraman
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I. Kahraman, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Thom van Campen, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
I. Kahraman, Tweede Kamerlid