Overig : Verslag van de tweede plenaire zitting 2025 van de Benelux Interparlementaire Assemblee
36 287 Parlementaire Vergadering van de Benelux Interparlementaire Assemblee
I/ Nr. 10
VERSLAG VAN DE TWEEDE PLENAIRE ZITTING 2025
Vastgesteld 9 september 2025
1. Inleiding
Elf Nederlandse Kamerleden namen deel aan de tweede plenaire zitting in 2025 van het
Benelux Parlement onder Luxemburgs voorzitterschap in het parlementsgebouw van Luxemburg
op 13 en 14 juni 2025. Dit waren de Eerste Kamerleden Ramsodit (GroenLinks-PvdA), Van Gurp (GroenLinks-PvdA), Van Wijk (BBB), Van Ballekom (VVD), Belhirch (D66), Van Hattem (PVV), Van Kesteren (PVV), Janssen (SP), Talsma (delegatieleider, ChristenUnie), Eddy Hartog (Volt) en Van der Goot (OPNL). Ruim 30 parlementsleden uit de Benelux-landen waren aanwezig inclusief leden
van de Baltische Assemblee, de Noordse Raad en het parlement van Noordrijn-Westfalen.
De plenaire zitting stond in het teken van 40 jaar Verdrag van Schengen met bijdragen
van bewindspersonen en experts uit Nederland, België en Luxemburg. Op zaterdagochtend
bezochten de leden van het Benelux Parlement het Luxemburgse grensdorp Schengen voor
een bijzondere ceremonie vanwege de veertigste verjaardag van Schengen, in aanwezigheid
van Groothertog Henri van Luxemburg en zijn vrouw. De Luxemburgse Minister van Buitenlandse
Zaken en voormalig lid van het Benelux Parlement, Xavier Bettel, de burgemeester van
de gemeente Schengen, Michel Gloden en vertegenwoordigers van de Europese Commissie,
het Europees Parlement en uit diverse EU en niet-EU landen spraken de aanwezigen toe.
2. Nederlandse interventies in plenaire debatten
De plenaire zitting op vrijdag 13 juni was vooral gewijd aan de 40ste verjaardag van de Schengenakkoorden. Na het welkomstwoord van Francine Closener,
voorzitter van het Beneluxparlement, gaf rapporteur Talsma een introductie op het
thema. De akkoorden waren bedoeld om volkeren tot elkaar te brengen sprak hij. «Schengen
is een gebied waar mensen vrij kunnen rondreizen en het vormt de ruggengraat van de
interne markt. Het is een symbool geworden van Europese integratie en burgers delen
dit positieve gevoel over Schengen,» aldus Talsma. Hij erkende dat het Schengengebied
niet zonder uitdagingen is gezien de terugkeer van de interne grenscontroles en het
sluiten van binnengrenzen. «Om de geest van Schengen hoog te houden, is het belangrijk
om in te zetten op controle van de buitengrenzen,» zei hij. Bijzondere gast was Robert
Goebbels, voormalig Luxemburgs Staatssecretaris en aanwezig bij de ondertekening van
het verdrag in 1985. Hij sprak over de wijze waarop de akkoorden tot stand waren gekomen
met bijzondere aandacht voor de rol van de Benelux. Goebbels benadrukte het belang
van het beschermen van het Schengen-acquis voor de vrijheid van de Europese burgers,
«De Schengenakkoorden waren een versneller voor veiligheid, vrijheid en rechtvaardigheid
voor miljoenen Europeanen», sprak hij. Ook keek hij optimistisch naar de toekomst
van het vrij verkeer van de Europese burgers en zei dat «een gelukkig Europa sterker
zal zijn dan een angstig Europa». Hierna sprak de Luxemburgs Minister van Economie,
KMO’s, Energie en Toerisme, Lex Delles. De Minister onderstreepte hoe belangrijk Schengen
is voor de interne markt, wat vooral tijdens de COVID-pandemie is gebleken toen de
grenzen werden gesloten. «Zowel de interne markt, als de families en de burgers kwamen
er zwakker uit,» zei hij. De vertegenwoordiger van het Belgische Ministerie voor Binnenlandse
Zaken pleitte voor versterking en bescherming van het Schengen-acquis en een efficiëntere
samenwerking op administratief vlak binnen de Schengenzone. De andere sprekers schetsten
een beeld van Schengen als een essentieel instrument binnen de EU. Echter merkten
ze ook allen op dat Schengen in gevaar is en beschermd moet worden. De opnieuw ingevoerde
grenscontroles door diverse landen gaat volledig in tegen de regels en de geest van
de Schengenakkoorden. Zij wezen er ook op dat het Benelux Parlement een rol kan spelen
in de versterking van Schengen. De bevordering van de interne markt en controle aan
de buitengrenzen moeten daarin centraal staan. Het politieverdrag is een belangrijk
instrument voor Schengen want verdere digitalisering en grensoverschrijdende politie-
en gerechtelijke samenwerking kunnen het Schengenproces ten goede komen.
Hierna was gelegenheid tot het stellen van vragen. Van Kesteren merkte op dat er steeds
meer kritiek komt op het functioneren van de buitengrenzen van Schengen en vroeg aan
Goebbels of hij prioriteiten kon aangeven om de beveiliging van de buitengrenzen te
versterken. Volgens Goebbels is de Europese Commissie op de goede weg door in te zetten
op versterking van Frontex en is het belangrijk in te zetten op onderhandelingen en
overeenkomsten met landen om illegale immigratie ook bij de bron te stoppen. Talsma
verwees naar een opmerking van de heer Kolocinskis waarin hij aangaf dat meer dan
60% van het Schengenacquis en wilde weten wat d mogelijke oorzaken zijn waarom nog
niet de volledige wetgeving is geïmplementeerd. Volgens Kolocinskis, adjunct-hoofd
Schengenbeleid bij de Europese Commissie, komt het deels door de beperkte bereidheid
van sommige lidstaten en een tekort aan zowel financiële als personele middelen. Ook
vergt de uitvoering van sommige maatregelen de nodige tijd. Ramsodit informeerde naar
proportionaliteitstoets en de effecten van het wetgevingsbeleid in de regio en de
mogelijke gevolgen daarvan. Kolocinskis gaf aan dat de Europese Commissie momenteel
bezig is met deze beoordeling, waarbij zowel de korte als de lange termijn in ogenschouw
worden genomen. Van der Goot deed navraag naar de effecten van het Benelux-politieverdrag.
Kolocinskis antwoordde dat hij het verdrag beschouwt als een goed voorbeeld van de
voortrekkersrol van de Benelux binnen de EU om andere manier van politiesamenwerking
uit te vinden, door innovatieve samenwerking en het gebruik van nieuwe instrumenten.
Na het themadebat vervolgde de vergadering met de behandeling van het voorstel van
een aanvullende aanbeveling inzake defensiesamenwerking in de Benelux. Hierin vraagt
het Benelux Parlement aan drie regeringen in de Benelux om een nieuwe evaluatie van
de eerdere aanbeveling over Defensiesamenwerking in het licht van recente ontwikkelingen,
zoals het Witboek van de Europese Commissie en de gezamenlijke verklaring van de regeringsleiders
van de drie landen over versterkte samenwerking op defensiegebied. Het doel is om
van de Benelux een speerpunt van de Europese defensie te blijven maken en om de Europese
strategische autonomie en de Europese Defensie Technologische en Industriële Basis
(EDTIB) te versterken. De Ministers van Defensie van de drie landen worden verzocht
een gezamenlijk actieplan op te stellen en te onderzoeken in hoeverre de voorstellen
van aanbeveling daarin kunnen worden verwerkt. Van Ballekom sprak zijn steun uit voor
de aanvullende aanbeveling. Hij wilde er wel bij aantekenen dat Nederland geen beroep
zal doen op uitzonderingen van de Europese Commissie om niet aan de voorwaarden van
het Stabiliteits- en Groeipact te voldoen. Hij benadrukte dat alle lidstaten zich
wel moeten houden aan de voorwaarden die gesteld zijn mochten zij gebruik willen maken
van de uitzonderingsmogelijkheid die de Europese Commissie biedt, om schuldhoudbaarheid
te waarborgen en problemen te voorkomen. Het voorstel voor een aanvullende aanbeveling
inzake defensiesamenwerking in de Benelux werd unaniem aangenomen.
3. Overige
Janssen gaf een korte toelichting op de brief aan de drie regeringen over voorafgaande
afstemming en harmonisatie van de implementatie van richtlijn 2024/1260 betreffende
de ontneming en confiscatie van vermogensbestanddelen om het criminele circuit van
witwassen een halt toe te roepen. Frans Weekers, secretaris-generaal van de Benelux
Unie feliciteerde de collega’s met de Schengen-overeenkomst, die in 1960 door de Benelux
werd geïnitieerd en in 1985 ondertekend. Ook bood hij de antwoorden aan van het Comité
van Ministers op aanbevelingen over desinformatie en deelname van personen met een
handicap aan het maatschappelijke leven en het jaarverslag over 2024.
De voorzitter van de delegatie, Talsma
De griffier van de delegatie, Bakker-de Jong
Indieners
-
Indiener
F. Bakker-de Jong, griffier