Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over o.a. de geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad juni 2025 en jaarvergaderingen EIB en ESM (Kamerstuk 21501-07-2118)
2025D27582 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft op 12 juni 2025 vragen en opmerkingen aan
de Minister van Financiën voorgelegd over de brief van 6 juni 2025 met de geannoteerde
agenda voor de vergaderingen van de Eurogroep en Ecofinraad op 19 en 20 juni 2025
en de jaarvergaderingen van de Europese Investeringsbank (EIB) en het Europees Stabiliteitsmechanisme
(ESM) (Kamerstuk 21 501-07, nr. 2118), alsmede over de brief van 26 mei 2025, waarmee het verslag van de vergaderingen
van de Eurogroep en Ecofinraad van 12 en 13 mei 2025 is aangeboden (Kamerstuk 21 501-07, nr. 2117).
Daarnaast zijn vragen en opmerkingen voorgelegd over de halfjaarlijkse rapportage
over de voortgang van het Herstel- en Veerkrachtplan (Kamerstuk 21 501-07, nr. 2107) en over het fiche inzake de Mededeling spaar- en investeringsunie (Kamerstuk 22 112-4043).
De voorzitter van de commissie,
Nijhof-Leeuw
De griffier van de commissie,
Weeber
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda en hebben
naar aanleiding daarvan een aantal vragen en opmerkingen.
De leden van de PVV-fractie lezen in de geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad
van 19 en 20 juni 2025 dat het IMF de bevindingen van de Artikel IV-consultaties naar
het beleid van de eurozone presenteert. Deze leden verzoeken de Minister om dit rapport,
zodra beschikbaar, met de Kamer te delen en zijn reactie op de bevindingen te geven.
Daarnaast merken de leden van de PVV-fractie op dat in het verslag van de vorige Eurogroep
en Ecofinraad, tijdens de gedachtewisseling over de digitale euro, werd gesteld dat
de offline functionaliteiten van de digitale euro van toegevoegde waarde kunnen zijn
voor de maatschappelijke weerbaarheid. Hier wordt op voortgebouwd met het argument
dat deze munt bruikbaar zou zijn bij stroomuitval of andere verstoringen. Dit is een
argument dat de Minister eerder heeft gebruikt en dat ook in de geannoteerde agenda
voor de Eurogroep en Ecofinraad van 19 en 20 juni 2025 wordt genoemd. In crisissituaties,
wanneer digitale infrastructuur faalt, hebben we al een betrouwbaar betaalmiddel:
contant geld. De leden van de PVV-fractie vragen de Minister daarom uit te leggen
hoe hij het gebruik van contant geld bevordert, zodat betalingen in zulke situaties
mogelijk blijven. Ook vragen zij waarom de bestaande betaalinfrastructuur, die offline
kan functioneren, niet volstaat.
De leden van de PVV-fractie merken voorts op dat, hoewel zij het positief vinden dat
de Europese betaalinfrastructuur verder wordt ontwikkeld, zij zich afvragen of dit
niet beter aan de particuliere of concurrerende markt kan worden overgelaten, in plaats
van een publieke digitale munt te introduceren. Ook maken zij zich zorgen over de
kosten die gepaard gaan met het ontwikkelen, introduceren en operationeel houden van
de digitale euro. Kan de Minister hierop een reactie geven met daarbij zoveel mogelijk
duidelijkheid over de kosten die onderzoek, implementatie en onderhoud van de digitale
euro met zich meebrengen?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de
Eurogroep en Ecofinraad en de overige stukken. De leden hebben hierover nog een aantal
vragen en opmerkingen.
Vanaf juli zal Denemarken de voorzitter zijn van de Raad van de Europese Unie. De
leden van de VVD-fractie vernemen graag welke prioriteiten de nieuwe voorzitter met
betrekking tot financieel-economisch beleid stelt.
De leden van de VVD-fractie willen weten welke landen hebben aangegeven gebruik te
willen maken van de nationale ontsnappingsclausule voor extra defensie-uitgaven. Hoe
wordt de schuldhoudbaarheid geborgd van deze landen? Hoe wordt ervoor gezorgd dat
ze op een geloofwaardig pad naar houdbare overheidsfinanciën en staatsschuld blijven?
Wat kunnen de gevolgen van 3,5% nieuwe NAVO-norm of 5% zijn voor de verschillende
landen?
De leden van de VVD-fractie merken op dat de Raad van State heeft geconstateerd dat
Nederland niet voldoet aan de preventieve arm van het stabiliteits- en groeipact.
De overheidsuitgaven mogen gemiddeld 3,2% stijgen, in werkelijkheid stijgen ze jaarlijks
4,9%. Wat doet het kabinet met deze constatering?
De leden van de VVD-fractie vragen zich af wat de gevolgen van de kabinetsval voor
het Herstel- en Veerkrachtplan (HVP) zijn.
Welke afgesproken mijlpalen voor hervormingswetten dreigen daardoor niet gehaald te
worden? En wat zijn de gevolgen voor het Nederlandse deel (5,4 miljard euro, waarvan
nog 2,9 miljard euro niet is uitgekeerd) van de bijdragen uit het coronaherstelfonds?
Hoe realistisch is het dat de mijlpalen en doelstellingen die nu naar achteren zijn
geschoven tijdens het vijfde betaalverzoek wel zijn gerealiseerd? En welke mitigerende
maatregelen kan het kabinet nemen om het risico te beperken?
De leden van de VVD-fractie willen weten welke aanbevelingen van het rapport van de
Europese Rekenkamer over het HVP niet worden overgenomen en waarom deze aanbevelingen
niet worden overgenomen.
Daarnaast vernemen deze leden graag of de Minister kan bevestigen of ontkennen dat
de inzet van de Europese Commissie nog steeds is om het HVP als leidraad te gebruiken
voor het opstellen van de aanstaande EU-meerjarenbegroting?
De leden van de VVD-fractie merken over de digitale euro op dat zij zeker willen weten
dat deze ook toegevoegde waarde heeft. Dit is nu nog onduidelijk. Kan het kabinet
nadere informatie geven over de lopende onderhandelingen en over de wetsvoorstellen
die een juridische basis moeten vormen voor de digitale euro? Wat zijn de harde voorwaarden
van het kabinet voor de eventuele invoering van de digitale euro?
De leden van de VVD-fractie merken op dat zij het belangrijk vinden dat er nu nog
geen onomkeerbare stappen worden gezet.
Over het hervormingspakket douane-unie merken de leden van de VVD-fractie het volgende
op. Zij lezen dat vrijwel alle lidstaten in grote lijnen de wijzigingen die worden
voorgesteld ten opzichte van de voorstellen van de Commissie steunen. In het BNC-fiche
heeft het kabinet aangegeven dat internationale handel niet alleen goed mogelijk moet
blijven voor grote multinationals, maar ook voor het MKB. De leden van de VVD-fractie
zijn van mening dat nieuwe regels die belangrijk zijn voor de veiligheid van de Unie
geen onoverkomelijke barrière mogen vormen voor het bedrijfsleven, waaronder het MKB.
Biedt de Poolse compromistekst voldoende waarborgen dat ook het Nederlandse MKB eenvoudig
zijn douane-formaliteiten kan laten afhandelen door een specialistisch douane-vertegenwoordiger?
Blijft het mogelijk om als importeur te kunnen profiteren van de facilitatie verleend
aan de douane-vertegenwoordiger met een zogenoemde AEO-status?
De leden van de VVD-fractie merken het volgende op over de energieprijzen in Europe.
Deze leden zijn van mening dat voor het vergroten van het concurrentievermogen van
Europa voor bedrijven lagere energieprijzen van groot belang zijn, zoals de heer Draghi
ook heeft geadviseerd, opdat er een meer gelijk speelveld is voor Europese bedrijven.
Wat zijn op dit moment belemmeringen om daar echt effectieve maatregelen op te kunnen
nemen vanuit de Europese Unie (bijvoorbeeld in het kader van staatssteun of in het
kader van maatregelen op het gebied van amortisatie)? Welke inzet heeft het kabinet
richting de Europese Commissie?
Naar aanleiding van de agenda van de vergadering van de Europese Investeringsbank
(EIB) vragen de leden van de VVD-fractie of ook gesproken gaat worden over een grotere
rol van de EIB in de financiering van bedrijven en ten aanzien van de kapitaalmarkten.
Zo nee, waarom niet?
De leden van de fractie van de VVD lezen dat het instrumentarium van het Europees
Stabiliteitsmechanisme (ESM) mogelijk wordt aangepast door groepsaanvragen mogelijk
te maken. Wat houdt dit precies in?
De leden van de VVD-fractie ontvangen daarnaast graag een toelichting op het voorstel
van het ESM om een «nieuw permanent preventief instrument» in het leven te roepen,
namelijk een dat «financiële steun kan verlenen aan lidstaten voor specifieke doeleinden
in reactie op een externe economische schok die de financiële stabiliteit bedreigt».
Ten slotte vragen deze leden zich af hoe het ESM de hervorming van het Indirect Recapitalisation Instrument voor zich ziet.
De leden van de VVD-fractie merken voorts op dat zij de lijn van het kabinet steunen
dat eerst alle lidstaten het herziene ESM-verdrag moeten ratificeren, en dat een aanpassing
van het ESM-verdrag in principe niet nodig is.
De leden van de VVD-fractie vinden de informatie in de geannoteerde agenda over de
conclusies van de Gedragscodegroep wel erg summier. Kan hier iets meer informatie
over gegeven worden?
De leden van de VVD-fractie lezen in de nazending van de geannoteerde agenda dat er
verder wordt gesproken over de uitbreiding van de eurozone met Bulgarije. Zij lezen
dat Nederland voornemens is in te stemmen met de eurotoetreding, mits aan alle voorwaarden
is voldaan.
Deze leden lezen onder andere dat Bulgarije op het nippertje voldoet aan het inflatie-criterium
voor toetreding, omdat de inflatie uitkomt op 2,7% en daardoor niet hoger is dan 1,5%-punt
van de drie eurozonelanden met de laagste inflatie (tezamen hebben Ierland, Finland
en Italië – de drie landen met de laagste inflatie – een gemiddelde inflatie van 1,3%
over de afgelopen 12 maanden). Desondanks is 2,7% inflatie ruimschoots boven de doelstelling
van de Europese Centrale Bank van 2% inflatie op de middellange termijn. Hoe weegt
het kabinet dit mee in haar beoordeling over de toetreding van Bulgarije tot de eurozone?
Daarnaast constateren de leden van de VVD-fractie dat corruptie geen formeel criterium
is voor toetreding. Dit kan echter wel van invloed zijn op de financiële stabiliteit
van een land, bijvoorbeeld de stabiliteit in de bancaire sector. Bulgarije kampt met
problemen omtrent corruptie. Hoe weegt het kabinet dit mee in zijn standpuntbepaling?
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het verslag van de bijeenkomst
van «Finance Europe» over een beleggingslabel voor investeringen in Europa. Zij lezen
dat Frankrijk, Duitsland, Spanje, Luxemburg, Estland, Portugal en Polen de intentieverklaring
mede hebben ondertekend. Dit is mooi, aangezien het om grote en belangrijke landen
gaat. Staan andere landen ook positief tegenover het initiatief? Zo nee, waarom niet?
Zo ja, waarom hebben zij niet meegetekend?
Deze leden lezen daarnaast dat in het plan bedrijven aan voorwaarden moeten voldoen
om in aanmerking te komen voor het beleggingslabel, onder andere: (i) voor minstens
70% in de EER beleggen en (ii) het moet een belegging betreffen die ontworpen is voor
consumenten om aan te houden voor de lange termijn. Hoe worden deze twee criteria
in de plannen getoetst? En hoe wordt in den breedte voorkomen dat bedrijven door allerlei
hoepels moeten springen om in aanmerking te komen voor het EU-beleggingslabel?
De leden van de VVD-fractie constateren tot slot dat in het verslag van de Eurogroep
en Ecofinraad van 12 en 13 mei 2025 is vermeld dat Nederland heeft gepleit voor het
vereenvoudigen van Financial Data Access Framework (FIDA), iets waarvoor deze leden
zelf ook hebben gepleit. Hoe is op dit pleidooi van Nederland gereageerd?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda. Zij hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.
In hoeverre zal de verkiezing van de nieuwe president van Polen, Karol Nawrocki, invloed
hebben op de rechtsstaathervormingen in Polen?
Kan de Minister schetsen welk bevoegdheden de Poolse president heeft? Klopt het dat
de president aan vetorecht heeft dat met 60% van de stemmen in het parlement overruled
kan worden? Welk aandeel in het parlement heeft de fractie van PiS en welk aandeel
heeft de andere oppositiepartij Konfederacja? Is de Europese Commissie nog van plan
om in overleg te treden met de nieuwe president over de democratische rechtsstaat?
De leden van de NSC-fractie vernemen graag wat de stand van zaken is met betrekking
tot het derde betaalverzoek.
Welke wijzigingsverzoeken verwacht de Minister daarna nog verder in te dienen? Heeft
de val van het kabinet hier nog invloed op?
Wat is de reactie van de Minister op de tweet van de verantwoordelijke Poolse Minister
dat zij bij de Commissie drie maanden uitstel voor het laatste betaalverzoek van het
HVP heeft bedongen?
Hoe taxeert de Minister de risico’s dat het laatste betaalverzoek ten belope van 1,57
miljard euro niet (geheel) wordt gehonoreerd? Wat is de reparatiemogelijkheid indien
de Commissie bij het laatste betaalverzoek constateert dat afspraken niet zijn behaald?
Welke risico’s brengt de val van kabinet mee voor het tijdig behalen van de HVP-afspraken?
De leden van de NSC-fractie verzoeken de Minister nader in te gaan op clawback-mogelijkheden
indien lidstaten behaalde (super)mijlpalen terugdraaien. Is het kabinet voornemens
om behaalde HVF-afspraken vast te nagelen door zich voor terugvorderingsmogelijkheden
in te zetten bij de onderhandelingen voor het volgende MFK?
De leden van de NSC-fractie merken op dat de landspecifieke aanbevelingen (LSA’s)
niet bindend zijn, maar wel invloed kunnen hebben op de uitbetaling van de HVF-gelden.
In zekere zin zijn de LSA’s dan toch wel verplicht? Is dit niet een eerste stap in
de richting van een Europese superstaat? Dit zal dan toch in versterkte mate het geval
zijn als het voldoen aan de LSA’s ook een voorwaarde zal zijn voor het toekennen van
reguliere MFK-gelden? Kan het kabinet dit voorstel van de Commissie tegen houden?
De leden van de NSC-fractie vragen waarom de Commissie zich steeds bemoeit met de
Nederlandse hypotheekrenteaftrek. Het belastingbeleid is toch nog steeds een nationale
bevoegdheid? Waarom bemoeit de Commissie zich met de ouderenzorg en de private huurmarkt?
De leden van de NSC-fractie vragen of het voor Nederland denkbaar is om aan de nieuwe
NAVO-norm te voldoen zonder gebruik te maken van de nationale ontsnappingsclausule
van 1,5% van het BBP. Op welke manier zou Nederland aan het geld hiervoor kunnen komen?
De leden van de NSC-fractie vragen voorts wat de stand van zaken is met betrekking
tot de confiscatie van de Russische banktegoeden. Waarom gaat dit zo traag?
Voorts vragen de leden van de NSC-fractie of Nederland wel zou voldoen aan het netto-uitgavenpad
indien het de nationale ontsnappingsclausule zou inroepen. Kan de Minister een aparte
appreciatie versturen van (de methodologie van) de commissiebeoordelingen van de activatieverzoeken
onder de ontsnappingsclausule?
Kan Roemenië ook boetes krijgen als het geen effectieve opvolging blijft geven aan
het buitensporig tekort?
Kan de Minister een overzicht geven van de inmiddels 18 sanctiepakketten? En een evaluatie
van wat deze sancties inmiddels op hebben geleverd? Wordt de Russische economie daadwerkelijk
getroffen door de sancties?
Wat is de visie van het kabinet ten aanzien van secundaire sancties of handelstarieven
jegens Rusland?
Als individuele EU-lidstaten energie kopen van Rusland, zou dat dan onder het voorstel
Graham-Blumenthal leiden tot punitieve Amerikaanse handelstarieven voor de gehele
EU?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.M. Nijhof-Leeuw, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën -
Mede ondertekenaar
A.H.M. Weeber, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.