Nota van wijziging : Nota van wijziging
35 990 Wijziging van enige bepalingen in Boek 1 en Boek 10 van het Burgerlijk Wetboek en van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek van Bonaire, Sint Eustatius en Saba met betrekking tot de keuze van de geslachtsnaam (introductie gecombineerde geslachtsnaam)
Nr. 7
NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 1 juli 2022
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
Na artikel III worden de volgende drie artikelen ingevoegd:
ARTIKEL IIIA
Indien een kind, dat als ongeboren kind voor de inwerkingtreding van deze wet is erkend,
na de inwerkingtreding van deze wet wordt geboren, stelt, in afwijking van artikel
5, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van Boek 1 van het Burgerlijk
Wetboek van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, de ambtenaar van de burgerlijke stand
de ouders desgevraagd opnieuw in staat naamskeuze te doen ter gelegenheid van de aangifte
van de geboorte. Artikel 5 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek respectievelijk van
Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek van Bonaire, Sint Eustatius en Saba is voor het
overige van toepassing.
ARTIKEL IIIB
1. Tot en met een jaar na de datum van inwerkingtreding van deze wet kunnen kinderen
van dezelfde ouders de geslachtsnaam van beide ouders in een door hen te bepalen volgorde
verkrijgen, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
a. de ouders verklaren gezamenlijk dat de kinderen een geslachtsnaam behoren te krijgen
die bestaat uit een combinatie van de geslachtsnamen van beide ouders in een door
hen eensluidend gekozen volgorde;
b. het oudste kind dat in familierechtelijke betrekking tot beide ouders staat, is
geboren op of na 29 januari 2019 en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze
wet;
c. de verklaring betreft alle kinderen van dezelfde ouders.
2. Tot en met een jaar na de datum van inwerkingtreding van deze wet kunnen kinderen
die op of na 29 januari 2019 en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet
zijn geboren en van wie de rechter voor de datum van inwerkingtreding van deze wet
de adoptie heeft uitgesproken, de oorspronkelijke geslachtsnaam, de geslachtsnaam
van beide adoptanten of van één van hen in combinatie met de oorspronkelijke geslachtsnaam
van het kind in een vrij te bepalen volgorde verkrijgen indien beide adoptanten hiertoe
een gezamenlijke verklaring afleggen. De eerste zin is van overeenkomstige toepassing
in geval van adoptie door de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levensgezel
van een ouder, met dien verstande dat de gezamenlijke verklaring de keuze voor de
geslachtsnaam van die ouder en de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levensgezel
of van één van hen in combinatie met de oorspronkelijke geslachtsnaam van het kind
in een vrij te bepalen volgorde kan betreffen.
3. Een gemeenschappelijke verklaring als bedoeld in het eerste lid onder a, kan worden
afgelegd ten overstaan van iedere ambtenaar van de burgerlijke stand. Van deze verklaring
maakt de ambtenaar van de burgerlijke stand een akte van naamskeuze op.
4. De vorige leden zijn van overeenkomstige toepassing indien een ouder en zijn echtgenoot
of geregistreerde partner die niet de ouder is, van rechtswege het gezag als bedoeld
in artikel 253sa van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek over het kind uitoefenen.
ARTIKEL IIIC
1. In afwijking van artikel 1 van de Wet rechten burgerlijke stand is voor de naamskeuze
op grond van artikel IIIA en IIIB een door Onze Minister voor Rechtsbescherming voor
het Europese deel van Nederland te bepalen recht verschuldigd. Artikel 3 van de Wet
rechten burgerlijke stand is voor het Europese deel van Nederland van overeenkomstige
toepassing.
2. Voor de naamskeuze op grond van artikel IIIA en IIIB op de openbare lichamen Bonaire,
Sint Eustatius en Saba is een bij eilandsverordening te bepalen recht verschuldigd.
Toelichting
Met deze nota van wijziging wordt in het wetsvoorstel een overgangsregeling opgenomen
die voorziet in een tijdelijke mogelijkheid voor ouders van nog vrij jonge kinderen
die zijn geboren voor de datum van inwerkingtreding van deze wet om een hernieuwde
naamskeuze te doen, zodat deze kinderen alsnog een gecombineerde geslachtsnaam kunnen
verkrijgen.
Omvang groep [Artikel IIIB, lid 1, onder b]
Voor de bepaling van de omvang van de groep kinderen die in aanmerking komt voor het
alsnog verkrijgen van een gecombineerde geslachtsnaam, is aangesloten bij de datum
van aanvaarding door de Tweede Kamer van de motie Groothuizen/Bergkamp1, waarin de regering werd verzocht een wetsvoorstel in te dienen waarmee het mogelijk
zou worden om te kiezen voor een dubbele geslachtsnaam. Omdat ouders vanaf die datum
verwachtingen konden hebben over het kunnen doorgeven van hun beider geslachtsnamen
aan hun kind(eren), acht ik het gerechtvaardigd om de keuzemogelijkheid voor een gecombineerde
geslachtsnaam tijdelijk ook aan die groep ouders te bieden. Het gaat dan om een groep
kinderen die op dit moment maximaal ongeveer drieënhalf jaar oud is.2 Op het moment dat het wetsvoorstel de status van wet bereikt en in werking treedt
zal het dan naar verwachting nog steeds gaan om vrij jonge kinderen die zich nog slechts
in beperkte mate bewust zullen zijn van hun geslachtsnaam. In de overgangsregeling
bij de wet waarin de naamskeuzemogelijkheid met ingang van 1 januari 1998 werd ingevoerd
(Stb. 1997, 161), was voorzien in een ruimere groep kinderen voor wie alsnog naamskeuze voor de naam
van de moeder kon worden gedaan. Bepaald was dat dat mogelijk was tot het moment dat
het oudste kind de leeftijd van twaalf jaar bereikte. Het beleid om terughoudend om
te gaan met de wijziging van de naam van kinderen is echter sedertdien aangescherpt
en ook in de rechtspraak wordt deze terughoudendheid betracht.3 De naam van een kind vormt immers onderdeel van zijn identiteit en wordt als zodanig
ook beschermd door artikel 8 van het Internationale Verdrag voor de Rechten van het
Kind (IVRK). Elke grens die wordt aangebracht om de groep voor wie de overgangsregeling
geldt te beperken, zal arbitrair zijn, maar het is noodzakelijk om daarin een keuze
te maken. Voor jonge kinderen die zich nog niet zo zeer bewust zijn van de geslachtsnaam
die zij dragen, geldt minder sterk dat hun identiteit wordt aangetast als hun naam
wijzigt. Dat geldt temeer omdat de hierbij voorgestelde mogelijkheid tot aanpassing
van de geslachtsnaam geen verlies van de oorspronkelijke geslachtsnaam van het kind
oplevert, maar bestaat in een toevoeging van de naam van de andere ouder. Oudere kinderen
zullen, onder meer doordat zij intussen hebben leren lezen en schrijven, zich in toenemende
mate bewust zijn van de geslachtsnaam die zij dragen. Voor hen is, gelet op het streven
naar zoveel mogelijk behoud van hun identiteit, van belang om de terughoudendheid
bij het wijzigen van hun geslachtsnaam te handhaven. Bovenstaande overwegingen hebben
ook geleid tot de keuze om de overgangsregeling voor de duur van één jaar open te
stellen.
Gezamenlijke verklaring [Artikel IIIB, lid 1, onder a en Artikel IIIA]
Uitgangspunt van de huidige en toekomstige regeling om naamskeuze te doen is dat ouders
het daar samen over eens zijn. Het doen van naamskeuze voor het eerste kind van de
ouders is noch in de huidige, noch in de voorgestelde regeling verplicht. Als ouders
geen gezamenlijke verklaring van hun keuze afleggen ten overstaan van de ambtenaar
van de burgerlijke stand, dan neemt de ambtenaar van de burgerlijke stand de geslachtsnaam
van het kind op zoals deze door de wet wordt bepaald. Kort gezegd komt de wettelijke
vangnetnorm erop neer dat als het eerste kind buiten huwelijk of geregistreerd partnerschap
wordt geboren het de geslachtsnaam van de moeder verkrijgt en als het binnen huwelijk
of geregistreerd partnerschap wordt geboren het de geslachtsnaam van de vader verkrijgt.
Alle volgende kinderen van dezelfde ouders krijgen dezelfde geslachtsnaam als het
eerste kind. Ditzelfde uitgangspunt dat de ouders het eens moeten zijn over de te
kiezen geslachtsnaam, is eveneens van toepassing in deze overgangsregeling. Ook die
is alleen toegankelijk voor ouders die er allebei gebruik van wensen te maken. Komen
de ouders niet tot een eensluidende gezamenlijke verklaring, dan houden de kinderen
de geslachtsnaam die zij hebben.
Naamskeuze bij de ambtenaar van de burgerlijke stand [Artikel IIIB, lid 3]
Op eenzelfde wijze als de naamskeuze bij geboorte of erkenning bij de ambtenaar van
de burgerlijke stand, biedt deze overgangsregeling de mogelijkheid van (een nieuwe)
naamskeuze voor de gecombineerde geslachtsnaam aan de balie van de gemeente. Als de
ouders de hernieuwde naamskeuze in hun woonplaats doen, kan de gecombineerde geslachtsnaam
van het kind aan de hand van de akte van naamskeuze direct worden verwerkt in de Basisregistratie
personen, zodat de ouders desgewenst ook meteen een nieuw reisdocument voor het kind
kunnen aanvragen.
Teneinde het voor ouders van wie de kinderen in verschillende plaatsen zijn geboren
of die intussen zijn verhuisd zo gemakkelijk mogelijk te maken om gebruik te maken
van de overgangsregeling wordt voorgesteld om de gezamenlijke verklaring te kunnen
afleggen ten overstaan van iedere ambtenaar van de burgerlijke stand. De ambtenaar
van de burgerlijke stand ten overstaan van wie de gezamenlijke verklaring wordt afgelegd,
maakt daarvan een akte van naamskeuze op en zendt die, indien van toepassing, aan
de ambtenaar van de burgerlijke stand onder wie de akte van geboorte van het kind
berust. Die ambtenaar zal dan de akte van naamskeuze als latere vermelding aan de
geboorteakte toevoegen.
Eenheid van naam in het gezin [Artikel IIIB, lid 1, onder c]
Als door ouders gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid die deze overgangsregeling
biedt om alsnog te kiezen voor een gecombineerde geslachtsnaam, blijft het uitgangspunt
van eenheid van naam in het gezin gelden. Dat betekent dat als de ouders meer dan
een kind hebben, de keuze voor de gecombineerde geslachtsnaam voor al hun kinderen
geldt. Eventuele volgende kinderen van dezelfde ouders krijgen eveneens dezelfde gecombineerde
geslachtsnaam. Voor het levenloos geboren kind blijft gelden dat een door de ouders
gedane naamskeuze alleen geldt ten aanzien van dit kind.
Adoptiekinderen [Artikel IIIB, lid 2]
Gelet op de voorgestelde uitbreiding van de keuzemogelijkheden voor adoptiekinderen,
wordt voor deze kinderen in de overgangsregeling eveneens voorzien in het aanpassen
van de eerder door de adoptiefouders gedane keuze. Ook hier geldt dat het kind geboren
moet zijn op of na 29 januari 2019 en de adoptie moet ook voordat de wet in werking
treedt zijn uitgesproken. Het tijdstip waarop de adoptieuitspraak kracht van gewijsde
heeft verkregen kan na de datum van inwerkingtreding van de wet liggen (meestal drie
maanden na de adoptieuitspraak). In deze gevallen kunnen beide adoptanten met een
gezamenlijke verklaring kiezen voor de oorspronkelijke geslachtsnaam van het kind
of aan de geslachtsnaam van het kind de geslachtsnaam van de andere adoptiefouder
of zijn oorspronkelijke geslachtsnaam toevoegen. In geval van adoptie door de echtgenoot,
geregistreerde partner of andere levensgezel van een ouder van het kind kan de hernieuwde
keuze gemaakt worden voor een combinatie van de geslachtsnaam van die ouder en de
adoptant. De mogelijkheid om het kind de oorspronkelijke geslachtsnaam te laten behouden
of te combineren met de geslachtsnaam van één van de adoptanten, betekent voor deze
overgangsregeling, evenals in het nieuw voorgestelde derde lid van artikel 5, dat
de eenheid van naam in het gezin voor deze groep is beperkt tot de gezamenlijke geslachtsnaam
van één van de adoptiefouders als deze onderdeel uitmaakt van de geslachtsnamen van
de kinderen van het gezin. Indien ervoor wordt gekozen om de oorspronkelijke naam
van het kind onderdeel te laten uitmaken van de gecombineerde geslachtsnaam of gekozen
wordt het kind de oorspronkelijke geslachtsnaam te laten herkrijgen, werkt deze keuze
niet door voor volgende kinderen van die adoptanten.
Kosten [Artikel IIIC]
De mogelijkheid om met deze overgangsregeling een hernieuwde naamskeuze te doen en
deze te verwerken in de registers van de burgerlijke stand en de Basisregistratie
personen zal voor gemeenten extra werkzaamheden betekenen. De hieraan verbonden extra
kosten kunnen blijkens een impactanalyse uitgevoerd door VNG Realisatie worden begroot
op circa € 6,1 miljoen. Voor deze kosten bestaat geen ruimte binnen de begroting van
het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Om ouders niet de mogelijkheid van een
hernieuwde naamskeuze te ontzeggen, ligt het in de rede om de kosten voor de naamswijziging
ten laste te laten komen van de ouders die hier daadwerkelijk gebruik van wensen te
maken en daarmee profijt hebben van de regeling. Naar verwachting zullen in het Europese
deel van Nederland de kosten van het verwerken van de nieuw gekozen gecombineerde
geslachtsnaam uitkomen op circa € 50,00 per kind, waarbij de kosten voor tweede en
volgende kinderen van eenzelfde ouderpaar rond de € 37,50 zullen liggen.
Met de toepasselijkheidsverklaring van artikel 3 Wet rechten burgerlijke stand voor
het Europese deel van Nederland, zullen de extra kosten voor de gemeenten terecht
komen in de gemeentekas van de gemeente waarin de akte van naamskeuze wordt opgemaakt.
De kosten die in de openbare lichamen in rekening zullen worden gebracht in verband
met het tijdelijk door ouders kunnen laten doen van een hernieuwde naamskeuze, worden
nog onderzocht. De hoogte van deze bedragen worden bij eilandsverordening vastgesteld.
Voor deze overgangsregeling dienen tevens burgerzakenapplicaties te worden aangepast.
De kosten daarvan bedragen blijkens de door de VNG opgestelde impactanalyse € 300.000.
Deze kosten worden gedekt binnen de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid.
Overgangsbepaling erkenning ongeboren kind [Artikel IIIA]
In het wetsvoorstel zoals ingediend bij de Tweede Kamer was niet voorzien in specifiek
overgangsrecht. Daarmee werd uitgegaan van de directe werking van het voorstel. Daarbij
werd geen rekenschap gegeven van de naamskeuze bij de erkenning. Indien een ongeboren
kind wordt erkend vóór de inwerkingtreding van dit wetsvoorstel, terwijl de geboorte
plaatsvindt na inwerkingtreding van dit voorstel, zou daardoor geen mogelijkheid bestaan
om alsnog te kiezen voor een gecombineerde geslachtsnaam. Om te voorkomen dat betrokkenen
een erkenning uitstellen om alsnog de keuze voor een gecombineerde geslachtsnaam te
kunnen hebben, wordt voorzien in een aanvullende mogelijkheid tot naamskeuze bij de
geboorteaangifte.
De Minister voor Rechtsbescherming,
F.M. Weerwind
Indieners
-
Indiener
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.