Brief regering : Wijziging Comptabiliteitswet 2016 voor wegstemmen begroting
31 865 Verbetering verantwoording en begroting
Nr. 283
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juli 2025
Bij de parlementaire behandeling van de ontwerpbegrotingen 2025 is de vraag ontstaan
wat de gevolgen zijn van het wegstemmen van een begroting en welke handelingsopties
het kabinet daarbij heeft. Uw Kamer heeft hierover advies gevraagd aan de Algemene
Rekenkamer.1 De Eerste Kamer heeft voorlichting van de Raad van State verzocht.2
De inzichten van de Algemene Rekenkamer en Raad van State zijn waardevol en zorgen
voor meer duidelijkheid. Zowel de Algemene Rekenkamer als de Raad van State benadrukken
dat het van belang is dat zowel het kabinet als Staten-Generaal zoveel mogelijk doen
om een begrotingswetsvoorstel aanvaard te krijgen, omdat de verwerping van een begroting
een onwenselijke situatie oplevert. Ik sluit mij hier volledig bij aan.
Solide overheidsfinanciën in combinatie met een stabiel en voorspelbaar begrotingsproces
creëren zekerheid en duidelijkheid voor burgers en bedrijven. Wanneer begrotingen
niet voor de start van het jaar vaststaan, levert dat maatschappelijke onzekerheid
op, waarbij organisaties en bedrijven (investerings)beslissingen kunnen uitstellen
en burgers niet goed weten waar ze vanuit de overheid op kunnen rekenen. Niet voor
niets is het begrotingsproces zo ingericht dat in het voorjaar al de meerjarige doorkijk
op de plannen wordt gegeven en in september de uitwerking wordt gepresenteerd, maanden
voordat het jaar van start gaat. De hoofdregel in de Nederlandse wet dat er vóór aanvang
van het jaar een vastgestelde begroting moet zijn, is daarnaast mede gebaseerd op
een Europese verordening.3
Een ordentelijk begrotingsproces heeft een belangrijke democratische functie en is
een gezamenlijke verantwoordelijk van het parlement en het kabinet. Op die manier
wordt de vereiste voorafgaande machtiging geborgd voor het doen van uitgaven en het
aangaan van verplichtingen. Een voorspelbare indiening van begrotingswetten en een
gedegen parlementaire behandeling en autorisatie zijn hierbinnen essentieel. Ik zal
mij hiervoor blijven inzetten en vraag ook aan uw Kamer om zorg te dragen voor de
tijdige behandeling van de begrotingsstukken.
Tijdens de parlementaire behandeling van een begrotingswetsvoorstel kan deze in de
huidige situatie reeds op verschillende manieren door het kabinet en parlement gewijzigd
worden. Het kabinet kan een nota van wijziging op het begrotingswetsvoorstel indienen
als de begroting ter behandeling is aangeboden. De Tweede Kamer kan het wetsvoorstel
middels amendementen wijzigen. Wanneer de Tweede Kamer al heeft ingestemd met een
begrotingswetvoorstel en deze voor behandeling is doorgeleid naar de Eerste Kamer
kan het kabinet nog een novelle indienen. Een novelle is een wetsvoorstel dat dient
ter verbetering of aanvulling van een wetsvoorstel dat reeds bij de Eerste Kamer aanhangig
is of al is aangenomen, maar nog niet van kracht is geworden. Een novelle moet eerst
door de Tweede Kamer worden aangenomen, voordat deze wordt behandeld in de Eerste
Kamer.
In de situatie dat een begroting toch wordt verworpen heeft recent de Raad van State
in een voorlichting aangegeven dat het kabinet na Prinsjesdag onverwijld een (nieuwe)
begroting dient in te dienen. Daarbij adviseert de Raad van State om de plicht tot
het onverwijld indienen van een nieuwe begroting in de Comptabiliteitswet 2016 (verder:
CW) te regelen. Indachtig dit advies wil ik de CW op dit punt aanvullen en ik zal
hierover een wetsvoorstel voorbereiden. Daarmee geef ik ook uitvoering aan de onlangs
aangenomen motie Grinwis c.s.4
Ondertussen werk ik ook aan de analyse van het gehele begrotings- en verantwoordingsproces,
zoals toegezegd voor medio 2025. Deze integrale analyse is belangrijk, omdat de verschillende
onderdelen van het begrotings- en verantwoordingsproces met elkaar samenhangen. De
analyse heeft wat meer tijd nodig dan eerder voorzien en zal daarom wat langer op
zich laten wachten.
Bij Miljoenennota 2026 wordt uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van de
informatievoorziening over (kas)realisaties en de opbouw van de inkomstenraming, zoals
toegezegd in de kabinetsreactie op de Expertgroep realistisch ramen.
De Minister van Financiën,
E. Heinen
Indieners
-
Indiener
E. Heinen, minister van Financiën