Brief regering : Hitte aanpak 2025
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
32 813
Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 829
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN DE MINISTERS
VAN VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING EN VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juni 2025
Hierbij bieden wij, de Staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport (SJPS), de Minister
van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) en de Minister van Infrastructuur
en Waterstaat (IenW), uw Kamer de Hitte aanpak aan. Deze aanpak heeft het kabinet
toegezegd in het regeerprogramma.1
Aanleiding
Nederland krijgt in toenemende mate te maken met warmere zomerdagen. Deze dagen worden
door veel mensen als aangenaam ervaren: de zon schijnt, de terrassen stromen vol en
mensen bewegen meer. Kortom, warme dagen dragen bij aan het welzijn van mensen.
Onze samenleving is minder gewend om stil te staan bij de risico’s die het warme weer
met zich meebrengt. Als de zonnige dagen omslaan in aanhoudende hitte kan dit ook
invloed hebben op de gezondheid van mensen. Mensen die minder weerbaar zijn, ondervinden
doorgaans de meeste hinder van hitte. Denk hierbij aan chronisch zieken, ouderen.
Daarnaast heeft hitte ook gevolgen voor bijvoorbeeld de arbeidsproductiviteit en leidt
daarmee ook tot economische schade.
In de toekomst zal de frequentie en intensiteit van hitte naar verwachting verder
toenemen. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) noemt hitte als urgent klimaatrisico
met grote impact.2 Het is van belang om aandacht te hebben voor de risico’s van aanhoudende hitte en
tegelijkertijd handelingsperspectief te bieden.
De aanpak
Met deze aanpak maken we inzichtelijk wat onze drie departementen en maatschappelijke
partners al doen in reactie op de gevolgen van toenemende hitte. De aanpak is daarmee
vooral praktisch. We richten ons op concrete acties op de korte termijn die bijdragen
aan een gezonde leefomgeving voor mensen in de gebouwde omgeving. Andere onderwerpen,
zoals dierenwelzijn en infrastructuur vallen buiten de scope van deze aanpak. Het
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft zijn rol bij de gevolgen van
hitte voor arbeidsomstandigheden toegelicht in een Kamerbrief over gezond en veilig
werken.3 Een aanpak voor de langere termijn wordt uitgewerkt in de nieuwe Nationale Klimaatadaptatiestrategie
(NAS’26) die het kabinet in 2026 zal uitbrengen. Daarnaast is het belangrijk te benadrukken
dat de hitteproblematiek in Caribisch Nederland significant verschilt van die in Europees
Nederland. Het is van belang om de aanpak van hitte in Caribisch Nederland gezamenlijk
met de openbare lichamen van de regio vorm te geven. Dit maakt geen onderdeel uit
van de Hitte Aanpak, maar wordt meegenomen in de NAS’26.
Gezondheidsdoelstelling
De ambitie is dat de leefomgeving in steden en dorpen bij hitte gezond en leefbaar
blijft. Specifiek voor gezondheid is het streven het aantal mensen dat door hitte
vroegtijdig overlijdt met de helft te verminderen. Daarvoor is het noodzakelijk dat
gemeenten weten wat er nodig is om tot een integrale aanpak van hitte te komen. Via
de Landelijke Nota Volksgezondheid sturen we erop dat in 2027 alle gemeenten in hun
lokale gezondheidsnota’s aandacht besteden aan hitte en het aantal gemeenten met lokaal
hitteplan is verdubbeld van de huidige 90 naar 180.
Handelingsperspectief door samenhangend overzicht
Het samenhangende overzicht van acties in deze aanpak biedt handvatten aan partijen
om van elkaar te leren. Hiervoor is een onderverdeling gemaakt in vier themalijnen,
namelijk gebied, gebouw, gezondheid en calamiteiten. Voor de themalijn «Gebied» ligt de focus met name op het realiseren van een groenblauwe inrichting om schaduw
en verkoeling te bieden. De themalijn «Gebouw» richt zich op het beperken van hitte in gebouwen. Daarom is het bij verduurzaming
belangrijk te isoleren, ventileren en zonweren. In de themalijn «Gezondheid» ligt de nadruk op bewustwording en preventie. De themalijn «Calamiteiten» richt zich voornamelijk op waarschuwingssystemen en het opstellen van protocollen.
Daarnaast heeft het RIVM drie deelrapporten opgeleverd voor de evaluatie van het Nationaal
Hitteplan.4 Dit hoort bij de eerdere toezegging van de toenmalige Minister voor Langdurige Zorg
en Sport in 2023 naar aanleiding van mondelinge vragen.5 Resultaten uit de evaluatie zijn in deze aanpak verwerkt.
Uitnodiging om aan de slag te gaan
Daarnaast moedigen we partijen aan om ook zelf aan de slag te gaan. In het proces
om te komen tot deze Hitte aanpak hebben verschillende partijen, waaronder een aantal
gemeenten, provincies, GGD’en en kennisinstellingen en het RIVM, KNMI, koepel van
woningcorporaties, Staatsbosbeheer en kennisinstellingen, input kunnen leveren tijdens
rondetafelgesprekken. De Hitte aanpak is echter geen statische aanpak. Wij nodigen
zowel deze als nieuwe partijen uit om samen met ons de aanpak de komende jaren verder
te brengen en vervolgstappen te zetten. Daarbij richten we ons op het verbinden en
versterken van het hittenetwerk, monitoren en meten om kennis te blijven ontwikkelen
en doelgerichte communicatie waaraan elke partij vanuit de eigen verantwoordelijkheid
bijdraagt. Hiervoor zullen wij in ieder geval eens per jaar het netwerk bij elkaar
brengen.
Openstaande motie
Met de invulling van de themalijn gebied en de verdere uitwerking van de aanpak samen
met betrokken partijen, geeft de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
invulling aan de motie van het lid Kostic, die de regering verzoekt om in overleg
met verschillende partijen een voorstel te doen om de inzet van groen maximaal te
benutten voor een effectieve aanpak van hittestress6.
Tot slot
Het is verstandig om op een nuchtere manier te kijken naar de risico’s van aanhoudende
hitte. Deze aanpak biedt hiervoor een eerste stap. De komende jaren zullen we ons
inzetten om diverse partijen handelingsperspectief te bieden om met de risico’s van
hitte om te kunnen gaan. Over de uitkomsten van de lopende trajecten en hoe de Hitte
aanpak verder wordt ingevuld houden we de Kamer elke twee jaar op de hoogte.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
V.P.G. Karremans
De Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, M.C.G. Keijzer
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.P.G. Karremans, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening -
Mede ondertekenaar
B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat