Brief regering : Stand van zaken voorbereiding Tweede Kamerverkiezing
35 165 Verkiezingen
Nr. 30 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 januari 2021
Uw Kamer heb ik toegezegd om voor het begin van het verkiezingsreces een stand van
zaken te geven over de voorbereiding van de Tweede Kamerverkiezing. Daarnaast heeft
de heer Van Otterloo (50PLUS) in de regeling van werkzaamheden van 20 januari jl.
(Handelingen II 2020/21, nr. 46, Regeling van Werkzaamheden) verzocht om hierover
een brief te ontvangen.
Tweede Kamerverkiezing op 17 maart a.s.
Alles is erop gericht dat de verkiezingen op 17 maart zo goed en veilig mogelijk kunnen
verlopen. Het kabinet vindt het van groot maatschappelijk en democratisch belang dat
de verkiezingen plaatsvinden. Het belang dat kiezers zich kunnen uitspreken over het
te voeren beleid, is juist ook in tijden van crisis, zeer zwaarwegend. Het kabinet
ziet daarom geen reden om de Tweede Kamerverkiezing uit te stellen. Ook de gemeenten
bereiden zich volop voor op de verkiezing met inachtneming van de covid-19 maatregelen.
Met de genomen maatregelen kan de verkiezing plaatsvinden. Het is uiteraard zaak om
de ontwikkelingen rond het coronavirus nauwgezet in de gaten te houden om te kunnen
bepalen of nieuwe ontwikkelingen gevolgen hebben voor de organisatie van de komende
verkiezingen. Eind februari zal ik uw Kamer een nieuwe stand van zaken doen toekomen.
Hieronder ga ik in op de voorbereiding van de Tweede Kamerverkiezing.
Stand van zaken van de voorbereiding van de Tweede Kamerverkiezing
Maatregelen die worden getroffen in verband met covid-19
De Eerste Kamer heeft gisteren ingestemd met de wijziging van de Tijdelijke wet verkiezingen
covid-19 (Handelingen I 2020/21, nr. 21, item 9) (Kamerstuk 35 654) die een aantal aanvullende maatregelen introduceert voor de Tweede Kamerverkiezing.
Voor de dag van kandidaatstelling van 1 februari zal deze wetswijziging in werking
treden.
Met de Tijdelijke wet verkiezingen covid-19 worden maatregelen genomen om de verkiezing met inachtneming van het coronavirus op
een goede manier te kunnen laten verlopen.
In het stemlokaal wordt op grond van de regelgeving in alle gemeenten een aantal maatregelen
getroffen om de gezondheid van kiezers en stembureauleden te beschermen. Deze maatregelen
worden genomen conform de adviezen die het RIVM heeft uitgebracht in relatie tot de
organisatie van de verkiezing.
Stemlokalen
• Inrichting die waarborgt dat kiezers in het stemlokaal altijd 1,5 meter afstand van
elkaar en van de stembureauleden kunnen houden, onder meer door looproutes.
• Een stembureaulid bij de ingang van het stemlokaal houdt in de gaten of in het stemlokaal
voldoende ruimte is voor een nieuwe kiezer. Drukte in het stemlokaal wordt zo voorkomen.
• Hygiënemaatregelen: desinfectie van de handen, schoonmaak van potloden, stemhokjes
en andere oppervlakten.
• De kiezer draagt, tenzij de kiezer dat om medische redenen niet kan, ook in het stemlokaal
een mondkapje.
Stembureauleden
• Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen: mondneusmaskers, kuchschermen en wegwerphandschoenen.
• Gezondheidscheck door gemeenten voordat stembureauleden (en tellers) aan het werk
gaan.
Met het Ministerie van VWS wordt gekeken of de (snel)testmogelijkheden die er zijn,
extra onder de aandacht kunnen worden gebracht van stembureauleden.
Kiezers
• Ruimere en nieuwe mogelijkheden om de stem uit te brengen.
○ Er zijn twee extra dagen, 15 en 16 maart, waarop vervroegd kan worden gestemd in een
stemlokaal. Die dagen zijn vooral bedoeld voor kiezers die behoren tot de risicogroepen
en daardoor extra kwetsbaar zijn voor het coronavirus.
○ Kiezers van 70 jaar en ouder krijgen de mogelijkheid om hun stem per brief uit te
brengen.
• Het aantal volmachtstemmen dat kan worden uitgebracht is verhoogd van maximaal 2 naar
maximaal 3. Dat biedt onder andere de mogelijkheid voor mensen met klachten of in
quarantaine op de verkiezingsdag om hun stem uit te brengen.
• De kiezers worden voordat ze de gang naar het stemlokaal maken geïnformeerd over de
getroffen maatregelen. Dat gebeurt in de landelijke publiekscampagne die op 1 februari
a.s. zal starten (zie verderop in deze brief).
• De kiezers krijgen bij de stempas (die uiterlijk op 3 maart a.s. in het bezit moet
zijn van de kiezers) ook de vragen van de gezondheidscheck toegestuurd, met vragen
die verband houden met het coronavirus.
Onderzoek onder kiezers en communicatie aan kiezers
Het Ministerie van BZK heeft aan I&O Research de opdracht gegeven te onderzoeken op
welke wijze kiezers bij de komende Tweede Kamerverkiezingen denken hun stem uit te
gaan brengen. Gemeenten hebben hier ook om verzocht. Het is voor met name gemeenten
van belang om hier enig inzicht in te krijgen, bijvoorbeeld om te kunnen bepalen hoeveel
stembiljetten er op 15 en 16 maart nodig zullen zijn in de stemlokalen die op die
dagen open zijn. De uitkomsten van dit onderzoek, die uiteraard een momentopname zijn,
zijn als bijlage toegevoegd1. Dit onderzoek zal medio februari worden herhaald.
Een aantal conclusies uit het onderzoek van I&O Research:
– 81% van de Nederlanders van 18 jaar en ouder is zeker van plan te gaan stemmen. 14%
geeft aan waarschijnlijk wel te gaan stemmen. 5% geeft aan (waarschijnlijk) niet te
gaan stemmen of het nog niet te weten (57 respondenten), waarbij 22% daarvan (13 respondenten)
het coronavirus als reden noemt.
– Van hen die van plan zijn te gaan stemmen, heeft 93% er redelijk tot zeer veel vertrouwen
in dat in het stemlokaal op een veilige manier kan worden gestemd. Daarbij wil 40%
weten welke maatregelen zijn genomen in het stemlokaal.
– 90% van de Nederlanders van 18 jaar en ouder is van plan om zelf hun stem uit te brengen
in een stemlokaal.
– Van de 70-plussers wil 59% in het stemlokaal stemmen, en geeft 28% aan per brief te
willen stemmen, voor het merendeel (78% van die groep) is dat vanwege het coronavirus.
12% van de 70-plussers weet nog niet hoe zij gaan stemmen.
– 54% van de Nederlanders die zelf in een stemlokaal gaan stemmen, is van plan om dit
op woensdag 17 maart te doen, 5% op maandag 15 maart en 5% op dinsdag 16 maart. 36%
weet nog niet op welke dag zij gaan stemmen.
De uitkomsten van dit onderzoek zullen worden benut in de communicatie(campagnes)
van het Ministerie van BZK en zijn uiteraard belangrijk voor de gemeentelijke communicatie
richting kiezers (o.a. met het oog op verwachte piekmomenten). Zoals bijvoorbeeld
uit het onderzoek van I&O Research blijkt, is goede communicatie over maatregelen
in het stemlokaal belangrijk. Door het Ministerie van BZK worden hiervoor communicatiemiddelen
ontwikkeld, die ook in de toolkit voor gemeenten worden opgenomen. De resultaten van
het eerste onderzoek laten verder zien dat een deel van de kiezers die hun stem in
een stemlokaal willen uitbrengen, nog geen keuze heeft gemaakt voor een bepaalde stemdag.
In de landelijke publiekscampagne is een van de centrale boodschappen dat de Tweede
Kamerverkiezing op 17 maart is, en dat de mogelijkheden voor vervroegd stemmen op
15 en 16 maart vooral bedoeld zijn voor kiezers die behoren tot de risicogroepen als
gevolg van het coronavirus.
In de week van 1 februari zal de landelijke publiekscampagne van start gaan. Deze
loopt tot woensdag 17 maart. De publiekscampagne heeft tot doel om alle kiezers van
18 jaar en ouder te informeren over de maatregelen die worden genomen om de Tweede
Kamerverkiezing goed te laten verlopen en welke mogelijkheden er zijn om je stem uit
te brengen. Daarnaast vindt maatwerkcommunicatie plaats naar diverse doelgroepen.
Voor een effectief bereik van de doelgroepen vindt nauwe samenwerking plaats met intermediaire
organisaties, zoals ouderenbonden, vereniging Ieder(in), stichting Lezen en Schrijven,
ProDemos en jongerenorganisaties.
Om kiesgerechtigden van 70 jaar en ouder te informeren, wordt in de landelijke publiekscampagne
en via intermediaire organisaties (zoals ouderenbonden) voorzien in gerichte communicatie
over de stemmogelijkheden bij deze Tweede Kamerverkiezing. Voor kiezers van 70 jaar
en ouder komt er een uitleg over (brief)stemmen die bij de stembescheiden wordt meegestuurd,
een instructiefilmpje dat helder uitlegt welke stappen moeten worden gezet om gebruik
te maken van de mogelijkheid om per brief te stemmen, en vanaf 26 februari a.s. een
telefoonnummer waar zij met vragen terecht kunnen over het stemmen per brief.
Voor kiezers die extra toegankelijke informatie nodig hebben (waaronder laaggeletterden,
blinden/slechtzienden, doven, licht verstandelijke beperkten), worden aanvullende
communicatiemiddelen ontwikkeld, bijvoorbeeld een begrijpelijke en toegankelijk overzicht
van de manieren waarop kan worden gestemd. Met de communicatiecampagnes en stembureauinstructie
geef ik ook invulling aan de motie van het lid Özütok2 die de regering oproept ervoor te zorgen dat mensen met een beperking ook tijdens
corona hun kiesrecht op de door hen gekozen wijze moeten kunnen uitoefenen en voor
alle leden van de stembureaus een duidelijke instructie te maken zodat iedereen op
een passende wijze het kiesrecht kan uitoefenen.
Stand van zaken voorbereiding gemeenten
De gemeenten zijn zeer voortvarend aan het werk met de organisatie van de Tweede Kamerverkiezing.
Zij hebben te maken met organisatorische uitdagingen en moeten nieuwe procedures implementeren,
bijvoorbeeld voor het vervroegd stemmen en voor het stemmen per brief. De gemeenten
worden zoveel mogelijk ondersteund door het Ministerie van BZK door middel van het
ondersteuningsteam stemlokalen, in de werving van stembureauleden middels een landelijke
campagne, en met inloopspreekuren, webinars en factsheets/nieuwsbrieven3.
Stemlokalen
De motie van het lid Van Raak4 verzocht de regering om er samen met de gemeenten voor te zorgen dat bij de verkiezingen
van 17 maart niet minder maar meer stembureaus zullen worden ingericht. Recent heb
ik een tweede peiling uitgevoerd naar de stand van zaken rond het aantal stemlokalen
en stembureauleden in gemeenten (inclusief openbaar lichamen). Deze peiling is door
315 gemeenten ingevuld en bevat de stand van zaken op dit moment. De uitkomsten van
de peiling treft u als bijlage bij deze brief aan5. Door 40 gemeenten is de peiling niet ingevuld, maar is er wel contact geweest met
het ondersteuningsteam stemlokalen.
Mijn beeld op basis van deze peiling en van het aanvullend contact van het ondersteuningsteam
stemlokalen met de gemeenten die de peiling niet invulden, is dat het aantal stemlokalen
op dit moment zeker op peil blijft ten opzichte van de vorige Tweede Kamerverkiezing
(in 2017 waren dat er circa 9.300). Het beeld is dat in totaal op 15, 16 en 17 maart
ruim 11.000 stemlokalen beschikbaar zullen zijn. Op woensdag 17 maart worden nu circa
9.250 stemlocaties verwacht (waarvan sommige meerdere stembureaus kennen). De meeste
gemeenten komen met de stemlokalen op maandag en dinsdag erbij in totaal over drie
dagen hoger uit dan het aantal lokalen in 2017. Een relatief klein aantal gemeenten
verwacht nu minder stemlokalen beschikbaar te hebben dan bij de verkiezing in 2017,
waarvan 3% een verschil heeft van meer dan 5 locaties.
Er zijn incidentele signalen van enkele gemeenten binnengekomen dat voorziene stemlocaties
moeten afvallen c.q. worden teruggetrokken, bijvoorbeeld omdat de locatie nodig is
als vaccinatielocatie. Het ondersteuningsteam biedt in zo’n geval suggesties aan voor
vervangende locaties. Over het geheel genomen is het beeld over de beschikbaarheid
van de stemlokalen positief.
In de motie van het lid Van Esch6 is de regering gevraagd om ook te kijken of reguliere stembureaus in de buitenlucht
of in goeddeels open ruimtes mogelijk zijn. Gemeenten kijken hier inderdaad naar.
In de peiling geven 62 van de 315 gemeenten die de peiling hebben ingevuld aan dat
zij gebruik gaan maken van tenten en/of portocabins. 41 gemeenten die de peiling hebben
ingevuld zullen daarnaast een drive-through stembureau inrichten.
Stembureauleden
Vanaf begin december loopt de landelijke wervingscampagne Elkestemtelt om gemeenten
te helpen met het werven van stembureauleden. De campagne loopt goed en leidt tot
veel aanmeldingen. Die aanmeldingen komen zowel op elkestemtelt.nl binnen, als rechtstreeks
bij gemeenten. Bij elkestemtelt.nl is de tussenstand (maandag 25 januari) nu circa
70.000 aanmeldingen. Dat is een heel mooi resultaat. Uiteraard is daarmee niet gezegd
dat nu ook alle gemeenten zijn voorzien, omdat de aanmeldingen als vervolgstap passend
gemaakt moeten worden met de behoefte van de betreffende gemeente. En er ook signalen
van gemeenten zijn dat stembureauleden toch niet beschikbaar zijn of zich weer afmelden.
Uit de peiling blijkt dat 238 gemeenten aangeven voldoende stembureauleden te hebben.
74 gemeenten hebben aangegeven nog onvoldoende stembureauleden te hebben, waarvan
12 gemeenten een tekort van 100 of meer stembureauleden hebben. Normaal gesproken
werven gemeenten ook volop in januari. Over het geheel genomen is het beeld rond stembureauleden
en tellers op dit moment dus positief.
De wervingscampagne loopt nog door tot eind februari. Aan de hand van de resultaten
van deze peiling, kijk ik in overleg met de gemeenten die het betreft waar extra gerichte
ondersteuning mogelijk is, bijvoorbeeld door verbinding te leggen met het initiatief
van de MBO-raad of extra communicatie. Een ruim voldoende aantal reserve stembureauleden
blijft van belang. Gemeenten heb ik gevraagd daartoe minimaal 10% aan te houden. Daarnaast
ben ik voornemens vanuit landelijk initiatief een beschikbare reservepool van stembureauleden
per regio in te richten waar gemeenten gebruik van kunnen maken bij acute uitval van
stembureauleden. Dit is een extra vangnet als uitval in de gemeente niet kan worden opgevangen
door het eigen reservebestand.
Overige aandachtspunten
Exitpolls in relatie tot vervroegd stemmen
In uw Kamer is de gewijzigde motie van het lid Öztürk7 aangenomen die de regering verzoekt om tussentijdse exitpolls zo veel mogelijk tegen
te gaan, en hiertoe afspraken te maken met de opiniepeilers. Op 13 januari heb ik
overlegd met de bureaus die doorgaans peilingen en exitpolls houden bij verkiezingen.
Ten aanzien van het houden van peilingen naar de stemvoorkeur van kiezers, hebben
peilbureaus het voornemen om voorafgaand aan de verkiezing de gangbare peilingen te
houden en te publiceren. Het is mogelijk dat bij die peiling ook kiezers worden bevraagd
die reeds vervroegd hebben gestemd. Dit zal naar het oordeel van de peilers geen representatieve
uitkomst kunnen geven van de uitslag. Ook worden op 15, 16 en 17 maart exitpolls gehouden.
Aan kiezers die (in een stemlokaal) hebben gestemd wordt dan gevraagd wat hij/zij
gestemd heeft. Alle bureaus die aanwezig waren bij het overleg onderschreven dat de
uitkomsten van de exitpolls niet voor woensdag 17 maart 21.00 uur openbaar gemaakt
moeten worden.
Kiezers buitenland
In de wijziging van de Tijdelijke wet verkiezingen covid-19 is geregeld dat de stemmen
die in het buitenland worden uitgebracht tot en met maandag 22 maart, 12.00 uur kunnen
worden ontvangen door het briefstembureau van de gemeente Den Haag. Deze maatregel
is getroffen omdat door het coronavirus de briefstemmen mogelijk langer onderweg kunnen
zijn. De Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Defensie hebben mij laten
weten dat zij bij de komende Tweede Kamerverkiezing geen briefstembureaus bij ambassades
en op militaire missies instellen. Bij de Vertegenwoordigingen van Nederland in Aruba,
Curaçao en Sint Maarten worden wel briefstembureaus ingericht.
De Minister van Buitenlandse Zaken heeft mij verder laten weten dat het Ministerie
van Buitenlandse Zaken tijdens de aankomende Tweede Kamerverkiezing het proces van
stemmen in het buitenland op de best mogelijke manier zal faciliteren; kiezers in
het buitenland kunnen hun briefstem rechtstreeks naar de gemeente Den Haag sturen,
of de briefstem afgeven bij of sturen naar een Nederlandse ambassade, waarna die laatste
briefstemmen per omgaande via de diplomatieke koerier naar het briefstembureau in
Den Haag worden gestuurd. Tussen het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de gemeente
Den Haag zijn daarover afspraken gemaakt. Ook worden de communicatiekanalen van het
Ministerie van Buitenlandse Zaken (incl. het 24/7 callcenter) ingezet om kiezers te
informeren en kiesregistratie te bevorderen. De teksten worden inhoudelijk afgestemd
met de gemeente Den Haag. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft eerder de Tweede
Kamer bericht (Kamerstuk 32 734, nr. 33) dat de briefstembureaus bij de ambassades werden afgebouwd. Daarnaast is in de brief
over de opkomst bij de briefstembureaus op ambassades tijdens de Europese Parlementsverkiezingen (Kamerstuk 35 300 V, nr. 67) gemeld dat de inrichting van briefstembureaus geen wezenlijke meerwaarde oplevert, afgezet tegen de zeer beperkte mate waarin
hiervan is gebruikgemaakt en de logistieke belasting en mogelijke veiligheids- en
gezondheidsrisico’s die hiermee gepaard kunnen gaan.
Gebruik ondersteunende software verkiezingen en de controle op de juiste werking daarvan
In mijn brief aan de Tweede Kamer van 19 november 2020 in reactie op het rapport van
de Stichting tegen Hackbare Verkiezingen8 heb ik aangekondigd dat de Kiesraad en de VNG een voorstel gingen uitwerken om bij
de berekening van de uitslag te controleren dat de zogenoemde ondersteunende software
verkiezingen (OSV) correct heeft gewerkt. OSV wordt gebruikt door gemeenten, hoofdstembureaus
en centraal stembureau om de uitkomsten van de handmatige tellingen (van de stembiljetten)
in de stemlokalen op te tellen zodat er uitkomsten worden berekend op het niveau van
de gemeenten en kieskringen. Het centraal stembureau, de Kiesraad, gebruikt OSV om
de totaaluitslag en de zetelverdeling te berekenen.
Het voorstel van de Kiesraad en de VNG voor de controle van de juiste werking van
OSV treft u als bijlage bij deze brief aan9. De kern van het voorstel is dat elke gemeente voor drie van de lijsten die mee doen
aan de verkiezing het totaal op de lijst uitgebrachte stemmen optelt zonder gebruik
te maken van OSV. De lijsten die moeten worden gecontroleerd zijn verschillend per
gemeente. Welke lijsten het betreft wordt twee dagen voordat de controle moet plaatsvinden
aan de gemeenten gemeld. De hoofdstembureaus en het centraal stembureau voeren een
controle uit op alle lijsten die meedoen aan de verkiezing. De Kiesraad zal in de
zitting waarin de uitslag bekend wordt gemaakt de uitkomsten van de controles openbaar
maken.
De afgelopen maanden is door de VNG in samenwerking met de Kiesraad gewerkt aan een
voorziening om digitale overdracht mogelijk te maken van de optellingen die met OSV
worden gemaakt. Digitale overdracht verlicht de werkzaamheden voor de hoofdstembureaus
(er wordt dan volstaan met één maal een handmatige invoer) en maakt consistente controles
mogelijk voor de hoofdstembureaus en het centraal stembureau. Tot 2017 werden voor de digitale overdracht van gemeenten naar hoofstembureaus
en van hoofdstembureaus naar het centraal stembureau usb-sticks gebruikt. Vóór de
verkiezing van 2017 is deze praktijk gestopt, omdat het gebruik van usb-sticks niet
veilig genoeg werd geacht. Sindsdien kijken de gemeenten en de Kiesraad uit naar een
mogelijkheid om digitale overdracht weer mogelijk te maken. Ook verschillende fracties
in de Tweede Kamer hebben hierom gevraagd. De technische voorziening die de VNG heeft
ontwikkeld maakt gebruik van autorisaties waarmee de optelbestanden door gemeenten
kunnen worden geüpload en door hoofdstembureaus kunnen worden gedownload. De optelbestanden
per kieskring kunnen vervolgens door de hoofdstembureaus worden geüpload zodat het
centraal stembureau van de bestanden gebruik kan maken. De optelbestanden zijn digitaal
ondertekend. De nieuwe versie van OSV die voor de Tweede Kamerverkiezing wordt uitgerold
maakt dat mogelijk.
Op dit moment wordt de technische voorziening door de gemeenten en de Kiesraad getest.
Als die test goed verloopt zal de technische voorziening worden gebruikt bij de komende Tweede Kamerverkiezing. Deze digitale overdracht
vervangt uiteraard niet de formele overdracht van de papieren processen-verbaal. Dat
blijft in stand. Met de Kiesraad en de VNG zullen de controles op de juiste werking
van OSV en de technische voorziening voor digitale overdracht na de verkiezing worden
geëvalueerd.
Tot slot
Indien het verloop van het coronavirus in het uiterst ongewenst geval toch zal nopen
tot uitstel van de verkiezing, zal het kabinet uw Kamer zo spoedig mogelijk informeren
om daarover het oordeel van het parlement te vernemen. Zoals ik eerder aan uw Kamer
heb geschreven in mei 2020 en in de wetsbehandeling over de Tijdelijke wet is uitstel
een gezamenlijke beslissing van kabinet en parlement. In het onverhoopte geval dat
zo’n zwaarwegend besluit overwogen zou moeten worden, zou het kabinet gebruikmaken
van adviezen van de Raad van State, de Kiesraad en het Outbreak Management Team. Uitstel
van de verkiezing zou, indien aan de orde, bij wet worden geregeld en is daarom een
gezamenlijk besluit van de regering en het parlement. In het uiterste geval zal de
regering een uitstelwet voorleggen aan het parlement. Een uitstelwet, waarin de nieuwe
verkiezingsdatum gelet op het bepaalde in artikel 64 Grondwet zou worden vastgelegd,
zal dan uiterlijk in de week van 8 maart door zowel de Tweede Kamer als de Eerste
Kamer met spoed moeten worden behandeld. Uitstel zal naar verwachting niet kunnen
leiden tot een verkiezingsdatum eerder dan eind juni van dit jaar. Behalve dat in
dat geval rekening zal moeten worden gehouden met officiële feestdagen, zijn enkele
van de belangrijkste bepalende factoren daarvoor: de tijd die de gemeenten nodig hebben
om opnieuw de stemlokalen en de stembureauleden beschikbaar te krijgen, de tijd die
nodig is voor het bestellen van het benodigde papier voor ruim 13 miljoen stempassen
en ruim 13 miljoen stembiljetten en voor het drukken en het verzenden daarvan naar
kiezers en gemeenten. De doorlooptijden worden uit voorzorg de komende weken verder
gevalideerd. Zoals gezegd is alles er echter op gericht dat de verkiezingen doorgang
kunnen vinden.
Verkiezingen zijn van wezenlijk belang in onze democratische rechtsstaat. Met de genomen
maatregelen en de inzet van alle betrokken gemeenten, het ministerie en de Kiesraad
is alles er op gericht om medio maart betrouwbare en zo veilig mogelijke verkiezingen
te kunnen organiseren. Eind februari zal ik u daarover een nieuwe brief met een stand
van zaken doen toekomen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
Indieners
-
Indiener
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.