Brief regering : Najaarsnota 2018
35 095 Najaarsnota 2018
Nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 november 2018
1. Inleiding
De Najaarsnota presenteert de ontwikkeling van de inkomsten en uitgaven voor het lopende
begrotingsjaar 2018. Hierbij worden de wijzigingen ten opzichte van de stand in de
Miljoenennota 2019 (Kamerstuk 35 000, nrs. 1 en 2) gepresenteerd. De met de Najaarsnota samenhangende tweede suppletoire begrotingswetten
worden tegelijk met deze nota aan de Tweede Kamer aangeboden. De tweede suppletoire
begrotingswetten zijn de laatste reguliere mogelijkheid voor het kabinet om voor het
lopende begrotingsjaar nog beleidsmatige mutaties aan uw Kamer voor te leggen.
Leeswijzer
Paragraaf 2 licht het uitgavenbeeld van de begroting 2018 toe met de mutaties sinds
de Miljoenennota 2019 (Kamerstuk 35 000, nrs. 1 en 2) en de plafondtoetsing. Paragraaf 3 bespreekt het inkomstenbeeld van de begroting.
Paragraaf 4 bespreekt het totale budgettaire beeld wat resulteert in de raming en
opbouw van het overheidssaldo (0,9 procent bbp) en de overheidsschuld (52,7 procent
bbp).
Bijlage 1 geeft een overzicht van de budgettaire kerngegevens en de ontwikkeling van
de overheidsschuld. Bijlage 2 bevat de belasting- en premieontvangsten op kasbasis
en bijlage 3 de Verticale Toelichting. Bijlage 4 geeft een overzicht van de middelen
op de Aanvullende Post.
2. Het uitgavenbeeld
Het kabinet voert een trendmatig begrotingsbeleid, waarbij het stuurt op vaste uitgavenplafonds
die aan het begin van de kabinetsperiode worden vastgesteld. Het uitgavenplafond geeft
de maximale ruimte weer voor uitgaven binnen de kabinetsperiode en hoeft niet maximaal
benut te worden. Voor het overgrote deel van de rijksuitgaven geldt een uitgavenplafond.
Het totale uitgavenplafond is onderverdeeld in drie deelplafonds: Rijksbegroting,
Sociale Zekerheid en Zorg. Het kabinet toetst tijdens de kabinetsperiode het verwachte
uitgavenniveau aan het vooraf afgesproken uitgavenplafond. Dit is de zogenoemde plafondtoets.
Het uitgavenplafond wordt bijgesteld voor loon- en prijsontwikkeling, statistische
correcties en mutaties in de WW en bijstand die niet het gevolg zijn van beleidsmatige
keuzes. De bij Najaarsnota geraamde uitgaven voor 2018 zijn lager dan het voor 2018
vastgestelde plafond. De onderschrijdingen bij de drie deelplafonds tellen op tot
een onderschrijding van het totaalplafond met 3,7 miljard euro. Dit is weergegeven
in tabel 2.1.
Deze onderuitputting wordt deels verklaard door de ambitieuze investeringsagenda voor
het eerste kabinetsjaar in combinatie met de positieve economische situatie. Hierdoor
kwamen bepaalde middelen niet tot besteding in het daarvoor bestemde jaar. Het grootste
deel van deze middelen blijft beschikbaar voor latere jaren, middels de eindejaarsmarge
en kasschuiven.
Departementen mogen een deel van de niet bestede middelen meenemen naar het volgende
jaar, de zogenoemde eindejaarsmarge. De eindejaarsmarge bedraagt maximaal 1 procent
van de begroting. Voor een aantal grote investeringsuitgaven op de begroting (infrastructuurfonds,
deltafonds, investeringsartikel defensie) geldt echter een uitzondering, onderuitputting
op deze middelen mag volledig worden meegenomen naar het volgende jaar. Het zijn vooral
deze investeringsuitgaven waarop onderuitputting optreedt bij Najaarsnota. 2,2 miljard
euro van de onderuitputting in 2018 wordt hierdoor meegenomen naar latere jaren. Daarnaast
zijn er niet bestede RA-middelen meegenomen naar 2019 middels kasschuiven.
Daarnaast is een groot deel van de overige 1,5 miljard onderuitputting incidenteel,
zoals de schikking met ING die leidde tot een verdere onderschrijding van 624 miljoen.
Het is dan ook onverstandig de overgebleven onderuitputting aan te wenden voor nieuwe
beleidswensen. De begroting kent de nodige neerwaartse risico’s zoals de huidige onzekerheden
rondom brexit, een dreigende handelsoorlog en een tegenvallende economische conjunctuur.
Door de onderuitputting te gebruiken voor aflossing van de staatsschuld nemen de buffers
toe die nodig zijn wanneer dergelijke risico’s zich materialiseren.
Tabel 2.1 Plafondtoets totaalplafond
(in miljarden euro, «–» is onderschrijding)
2018
1.
Uitgavenplafond Totaal bij Miljoenennota 2019
278,1
2.
Aanpassing uitgavenplafond vanwege loon- en prijsontwikkeling
0,0
3.
Statistische correcties
0,0
4.
Aanpassing vanwege conjunctureel effect WW en bijstand
0,1
5.
Uitgavenplafond Totaal bij Najaarsnota 2018 (=1 t/m 4)
278,2
6.
Actuele raming uitgaven
274,5
7.
Over/onderschrijding (=6–5)1
– 3,7
w.v. deelplafond Rijksbegroting
– 1,8
w.v. deelplafond Sociale Zekerheid
– 0,4
w.v. deelplafond Zorg
– 1,5
X Noot
1
Van deze plafondonderschrijding is 2,9 miljard euro al bij Miljoenennota 2019 gepresenteerd.
Tevens is bij Najaarsnota besloten tot oprichting van de begrotingsreserve Maatregelen
voor CO2-reductie.
De plafondtoetsing en uitgavenmutaties voor de drie deelplafonds Rijksbegroting, Sociale
Zekerheid en Zorg, worden hieronder verder toegelicht.
Deelplafond Rijksbegroting
Tabel 2.2 Ontwikkeling uitgaven deelplafond Rijksbegroting
(in miljoenen euro; «–» is onderschrijding)
2018
1
Uitgavenplafond bij Miljoenennota 2019
126.580
2
Statistische correcties
1
3
Overboekingen met Sociale zekerheid en Zorg
1
4
Uitgavenplafond bij Najaarsnota 2018 (=1 t/m 4)
126.582
5
Uitgaven bij Miljoenennota 2019
124.807
6
Statistische correcties
1
7
Overboekingen met Sociale zekerheid en Zorg
1
8
HGIS
– 39
9
EU-afdrachten
– 41
10
Rente
– 3
11
Dividend staatsdeelnemingen
– 40
12
Tegenvaller afpakken, boeten en transacties JenV
97
13
Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie
500
14
Onderuitputting
– 479
15
Kasschuiven
– 20
16
Overig
17
17
Uitgaven bij Najaarsnota 2018 (=5 t/m 16)
124.802
18
Over/onderschrijding uitgavenplafond bij Miljoenennota 2019 (=5–1)
– 1.772
19
Ontwikkeling Plafondtoets sinds Miljoenennota (=20–18)
– 8
20
Over/onderschrijding uitgavenplafond bij Najaarsnota 2018 (=17–5)
– 1.780
Bij Najaarsnota 2018 is er een verwachte onderschrijding van het uitgavenplafond Rijksbegroting
van 1,8 miljard euro in 2018.
Plafondaanpassingen
Het uitgavenplafond Rijksbegroting wordt bij Najaarsnota naar boven bijgesteld als
gevolg van een statistische correctie en het saldo van overboekingen met de uitgavenplafonds
Sociale Zekerheid en Zorg.
HGIS
De daling van de HGIS wordt voornamelijk veroorzaakt door een overboeking van BHOS
naar JenV voor de kosten van eerstejaars asielopvang.
EU-afdrachten
De Europese Commissie heeft de raming voor de invoerrechten en de bijbehorende perceptiekostenvergoeding
voor 2018 geactualiseerd op basis van recente realisatiecijfers. Dit leidt tot een
per saldo verlaging van de Nederlandse afdracht aan de EU met 41 miljoen euro.
Rente
De raming van de rentelaten wijzigt als gevolg van bijstellingen van de rentetarieven
en de financieringsbehoefte.
Dividend staatsdeelnemingen
De dividendontvangsten staatsdeelnemingen worden met 40 miljoen euro naar boven bijgesteld.
Tegenvaller afpakken, boeten en transacties JenV
Bij de opbrengsten afpakken is sprake van een tegenvaller op de zogenaamde «kleine
afpakopbrengsten» (zaken waarbij minder dan 10 miljoen euro wordt afgepakt), wat leidt
tot een tegenvaller van ca. 50 miljoen euro. Er zijn daarnaast minder ontvangsten
uit boeten en transacties, voornamelijk door acties in aanloop naar het sluiten van
de nieuwe CAO politie.
Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie
Het kabinet zal mogelijk additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen
nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke
begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020, wordt gekoppeld
aan artikel 4 (Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering)
van de EZK-begroting en staat onder voorafgaand toezicht van het Ministerie van Financiën.
De reserve wordt eenmalig gevuld met 500 miljoen euro. Als de uitgaven hoger uitvallen
dan de beschikbare middelen uit de begrotingsreserve, dan gelden de reguliere begrotingsregels.
Als de uitgaven lager uitvallen dan vloeit het restant terug naar de schatkist. Onttrekking
van middelen uit de reserve moet vooraf door het Ministerie van Financiën goedgekeurd
worden. Daarbij wordt getoetst op het zo kostenefficiënt mogelijk verminderen van
CO2. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat coördineert de set aan maatregelen
om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen
op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.
Onderuitputting
Op diverse begrotingen is er sprake van onderuitputting in 2018. Tabel 2.3 geeft inzicht
in de verdeling hiervan over de verschillende departementale begrotingen onder het
deelplafond Rijksbegroting. De meeste onderuitputting doet zich voor op het Infrastructuurfonds.
De onderuitputting op het Infrastructuurfonds is hoofdzakelijk het gevolg van autonome
vertragingen bij infrastructurele projecten waardoor de middelen niet in 2018 maar
in latere jaren tot besteding zullen komen. Zoals eerder aangegeven mogen middelen
op het Infrastructuurfonds onbeperkt worden meegenomen naar volgende jaren, waardoor
zij beschikbaar blijven voor investeringen. De Verticale Toelichting in bijlage 3
geeft per begrotingshoofdstuk meer gedetailleerde informatie over de mutaties die
hebben plaatsgevonden.
Tabel 2.3 Onderuitputting per begrotingshoofdstuk
(in miljoenen euro; «–» is onderuitputting)
2018
Algemene Zaken
– 1,1
Koninkrijksrelaties
– 0,9
Infrastructuur en Waterstaat
– 3,2
Economische Zaken en Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
– 25,4
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
– 55,1
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
– 69,4
Infrastructuurfonds
– 272,4
HGIS
– 51,5
Totaal
– 479,0
Onderuitputting heeft tevens een effect op het accres; de groei van het Gemeente-
en Provinciefonds. De uitgaven van het Rijk worden hierdoor immers lager. Door de
trap-op-trap-af-systematiek leiden deze lagere rijksuitgaven tot een neerwaartse bijstelling
van het accres. Dit aspect van de systematiek is in het laatste Bestuurlijk Overleg
Financiële verhoudingen (BOFv) aan de orde geweest. Daarin was overeenstemming dat
de neerwaartse accresbijstelling het gevolg is van de systematiek en dat er geen aanleiding
is voor een wijziging of een aangepaste toepassing van de systematiek. De neerwaartse
accresbijstelling als gevolg van de onderuitputting bij Najaarsnota wordt – in tegenstelling
tot de neerwaartse aanpassing bij Miljoenennota – bij Voorjaarsnota verwerkt.
Kasschuiven
Voor het realiseren van het regeerakkoord worden kasschuiven voorgesteld op de begrotingen
van VWS (33 miljoen euro op diverse beleidsartikelen) en LNV (10 miljoen euro klimaatmiddelen).
Deze middelen worden meegenomen naar 2019 en blijven daardoor beschikbaar. Daarnaast
is een kleine kasschuif (0,75 miljoen euro) voor de Algemene Rekenkamer naar 2019
opgenomen. Hiertegenover staan tegengestelde kasschuiven naar 2018 op de begrotingen
van OCW (15 miljoen euro algemene mediareserve) en op de Aanvullende Post (8,4 miljoen
euro regionale knelpunten).
Overig
De post «Overig» bevat het saldo van een aantal overige mutaties, zoals extra uitgaven
voor de OV-chipkaart, hoger dan geraamde opbrengsten van een recente veiling van een
aantal locaties van benzinestations langs Rijkswegen en de tegenboeking van de HGIS-post
in de plafondtoets.
Deelplafond Sociale Zekerheid
Tabel 2.4 Ontwikkeling uitgaven deelplafond Sociale Zekerheid
(in miljoenen euro; «–» is onderschrijding)
2018
1
Uitgavenplafond bij Miljoenennota 2019
78.967
2
Aanpassingen vanwege conjunctureel effect WW en bijstand
67
3
Statistische correcties
1
4
Overboekingen met Rijksbegroting
12
5
Uitgavenplafond bij Najaarsnota 2018 (=1 t/m 5)
79.046
6
Uitgaven bij Miljoennota 2019
78.616
7
Conjunctureel effect WW en bijstand
67
8
Statistische correcties
1
9
Overboekingen met Rijksbegroting en Zorg
12
10
Overig
– 22
11
Uitgaven bij Najaarsnota 2018 (=6 t/m 10)
78.673
12
Over/onderschrijding Uitgavenplafond bij Miljoenennota 2019 (=6–1)
– 351
13
Ontwikkeling Plafondtoets sinds Miljoenennota (=14–12)
– 22
14
Over/onderschrijding Uitgavenplafond bij Najaarsnota 2018 (=11–5)
– 373
Bij Najaarsnota 2018 is er een verwachte onderschrijding van het uitgavenplafond Sociale
Zekerheid van 0,4 miljard euro in 2018.
Plafondaanpassingen
In de begrotingsregels van dit kabinet is afgesproken uitgavenplafond Sociale Zekerheid
aan te passen voor het conjuncturele effect van de WW en bijstand. De uitkeringslasten
als gevolg van het conjuncturele effect in de WW en bijstand zijn voor 2018 naar boven
bijgesteld. Dit komt grotendeels door een tegenvaller op de WW-uitgaven ten opzichte
van eerdere ramingen. Het aantal uitkeringen komt hoger uit dan eerder geraamd. Tevens
wordt het uitgavenplafond gecorrigeerd voor enkele kleine statistische correcties
en overboekingen met het uitgavenplafond Rijksbegroting.
Uitgavenbijstellingen
Bij Najaarsnota 2018 hebben zich geen grote veranderingen voorgedaan op uitgavenplafond
Sociale Zekerheid ten opzichte van Miljoenennota 2019. Wel zijn er enkele kleinere
mee- en tegenvallers met een saldo van – 22 miljoen euro. Deze vallen onder de post
overig. Zo zijn er meevallers op de AOW, de Toeslagenwet en het kindgebonden budget.
Er zijn ook enkele tegenvallers op onder andere de kinderopvangtoeslag, de Toeslagenwet
en de aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO).
Deelplafond Zorg
Tabel 2.5 Ontwikkeling uitgaven deelplafond Zorg
(In miljoenen euro; «–» is onderschrijding)
2018
1
Uitgavenplafond bij Miljoenennota 2019
72.555
2
Overboekingen met Rijksbegroting
– 13
3
Uitgavenplafond bij Najaarsnota 2018 (=1 t/m 2)
72.542
4
Uitgaven bij Miljoennota 2019
71.731
5
Overboekingen met Rijksbegroting
– 13
6
Actualisatie zorguitgaven
– 720
7
Overig
12
8
Uitgaven bij Najaarsnota 2018 (=4 t/m 7)
71.010
9
Over/onderschrijding Uitgavenplafond bij Miljoenennota 2019 (=4–1)
– 824
10
Ontwikkeling Plafondtoets sinds Miljoenennota (=11–9)
– 708
11
Over/onderschrijding Uitgavenplafond bij Najaarsnota 2018 (=8–3)
– 1.532
Bij Najaarsnota 2018 is er een verwachte onderschrijding van het uitgavenplafond Zorg
van 1,5 miljard euro in 2018.
Plafondaanpassingen
Het uitgavenplafond Zorg wordt met 13 miljoen euro naar beneden bijgesteld door overboekingen
met het uitgavenplafond Rijkbegroting. Hoofdzakelijk werd dit veroorzaakt door een
overboeking van 7,2 miljoen euro naar plafond Rijksbegroting voor het Pensioenfonds
Caribisch Nederland vanwege een te lage dekkingsgraad.
Uitgavenbijstellingen
Op basis van voorlopige gegevens van het Zorginstituut Nederland en de Nederlandse
Zorgautoriteit over het eerste half jaar van 2018 zijn de ramingen van de zorguitgaven
2018 geactualiseerd. Deze cijfers hebben hierdoor een voorlopig karakter. Het beeld
dat hieruit naar voren komt, leidt tot een neerwaartse bijstelling van uitgaven onder
de Zorgverzekeringswet (Zvw) van 600 miljoen euro en een neerwaartse bijstelling van
de uitgaven onder de Wet langdurige zorg (Wlz) van 120 miljoen euro. De belangrijkste
sectoren in de Zvw waarin naar verwachting sprake is van een onderschrijding zijn
de wijkverpleging, de eerstelijnszorg, de geestelijke gezondheidszorg en de genees-
en hulpmiddelen. Deze geraamde onderschrijding kan nog wijzigen op grond van de realisatiecijfers
over geheel 2018. Daarover wordt in het jaarverslag 2018 nader gerapporteerd.
Verder waren bij Najaarsnota enkele kleinere overige mutaties, waaronder een budgetverhoging
voor het ziekenhuis op Bonaire (5 miljoen euro) en vrijval van prijsbijstelling (2
miljoen euro).
3. Het inkomstenbeeld
De raming van de totale belasting- en premieontvangsten 2018 is met 0,4 miljard euro
opwaarts bijgesteld ten opzichte van de Miljoenennota 2019.
Tabel 3.1 Ontwikkeling belasting- en premieontvangsten 2018 (op EMU-basis)
(In miljarden euro)
Stand MN 2019
Stand NJN 2018
Mutatie
Totaal belastingen en premies
284,8
285,2
0,4
Wv. belastingen en premies volksverzekeringen
220,9
221,3
0,4
Wv. premies werknemersverzekeringen
63,9
63,9
0,0
De Najaarsnotaraming is gebaseerd op de gerealiseerde ontvangsten over 2018 tot en
met de maand oktober. In tabel 3.2 is een uitsplitsing naar de verschillende belastingsoorten
opgenomen. Bij de kostprijsverhogende belastingen zijn de btw-ontvangsten met 205
miljoen euro neerwaarts bijgesteld. Dat is gedaan op basis van de kasrealisaties van
het derde kwartaal van 2018; het merendeel van de btw-aangiftes is op kwartaalbasis.
Per saldo bedraagt de neerwaartse bijstelling 41 miljoen euro bij de kostprijsverhogende
belastingen, door verschillende kleinere opwaartse en neerwaartse ramingsbijstellingen.
Bij de belastingen en premies volksverzekeringen op inkomen, winst en vermogen springt
vooral de opwaartse bijstelling van 350 miljoen euro bij de dividendbelasting in het
oog. Er wordt meer dividendbelasting ontvangen in de kas door meer en/of hogere dividenduitkeringen
en inkoop van eigen aandelen. Uit de aangiftegegevens blijkt dat deze hogere ontvangsten
zowel volgen uit dividenduitkeringen van (grote) beursgenoteerde bedrijven als uit
hogere dividenden van het MKB. Voor de raming van de erf- en schenkbelasting is dezelfde
ramingsmethode gebruikt als bij de Miljoenennota 20191. Die ramingsmethode is opgebouwd als de optelsom van al gerealiseerde kasopbrengsten
plus een inschatting van de waarde van reeds opgelegde en nog op te leggen aanslagen.
Daarbij geven met name de kasrealisaties over de maanden augustus, september en oktober
aanleiding om de geraamde ontvangsten uit de erf- en schenkbelasting voor 2018 met
237 miljoen euro omlaag bij te stellen ten opzichte van Miljoenennota 2019 (Kamerstuk
35 000, nrs. 1 en 2). Voor nadere informatie over de stand van zaken bij de erf- en schenkbelasting verwijs
ik u naar de brief die door de Staatssecretaris van Financiën is verzonden.
De loon- en inkomensheffing en de vennootschapsbelasting (vpb) zijn bijgesteld met
respectievelijk 182 en 117 miljoen euro op basis van de kasontvangsten. Ten opzichte
van de omvang van deze belastingsoorten zijn dit beperkte bijstellingen. Per saldo
bedraagt de opwaartse bijstelling 412 miljoen euro bij de belastingen en premies volksverzekeringen
op inkomen, winst en vermogen.
Tabel 3.2 Belasting- en premieontvangsten 2018 (op EMU-basis)
(In miljoenen euro; «–» is saldoverslechterend)
MN2019
NJN2018
Verschil
Kostprijsverhogende belastingen
87.983
87.942
– 41
Omzetbelasting
53.145
52.940
– 205
Accijnzen
12.118
12.126
8
MRB
4.142
4.144
2
Belastingen op milieugrondslag
5.133
5.095
– 37
Invoerrechten
3.099
3.145
46
Overdrachtsbelasting
2.842
2.924
82
Assurantiebelasting
2.640
2.673
33
Verhuurderheffing
1.714
1.739
24
BPM
2.222
2.259
36
Bankbelasting
478
447
– 31
Overige
450
450
0
Belastingen en premies volksverzekeringen op inkomen, winst en vermogen
132.940
133.351
412
Loon- en inkomensheffing
102.658
102.840
182
Vennootschapsbelasting
23.696
23.813
117
Dividendbelasting
3.917
4.267
350
Schenk- en erfbelasting
1.938
1.701
– 237
Overige
731
731
0
Totaal belastingen en premies volksverzekeringen
220.923
221.293
370
Premies werknemersverzekeringen
63.866
63.866
0
Totaal belastingen en premies
284.789
285.159
370
4. Overheidssaldo en overheidsschuld
Het overheidssaldo wordt voor 2018 geraamd op 0,9 procent van het bbp. Het overschot
valt 0,1 procentpunt hoger uit dan werd geraamd bij de Miljoenennota 2019 (Kamerstuk
35 000, nrs. 1 en 2). De ontwikkeling van het geraamde overheidssaldo is weergegeven in tabel 4.1.
Tabel 4.1 Ontwikkeling feitelijk overheidssaldo sinds Miljoenennota 2019
(in procenten bbp; «+» is overschot)
2018
EMU-saldo Miljoenennota 2019
0,8%
Inkomsten
0,0%
Uitgaven onder het uitgavenplafond
0,1%
w.v. Rijksbegroting
0,0%
w.v. Sociale zekerheid
0,0%
w.v. Zorg
0,1%
Overig
0,0%
EMU-saldo Najaarsnota 2018
0,9%
De positieve ontwikkeling van het saldo wordt vooral verklaard door lagere uitgaven
onder het deelplafond Zorg. De mutaties bij de inkomsten zijn beperkt. De post overig
bestaat onder meer uit overige uitgaven en ontvangsten die niet relevant zijn voor
enig plafond, zoals dividend financiële instellingen en zorgbemiddelingskosten.
De overheidsschuld wordt voor eind 2018 geraamd op 52,7 procent van het bbp. Ten tijde
van de Miljoenennota werd de schuld nog geraamd op 53,1 procent van het bbp. Ten opzichte
van de Miljoenennota 2019 is de overheidsschuld dus met 0,4 procentpunt verbeterd.
De belangrijkste verklaring hiervoor is de positieve ontwikkeling van het overheidssaldo.
Daarnaast heeft het CBS de schuld ultimo 2017 licht neerwaarts bijgesteld, wat een
verlagend effect heeft op de schuld. De post overig bevat onder andere het vroegtijdig
beëindigen van renteswaps wat eveneens een schuldverlagend effect heeft.
Tabel 4.2 Ontwikkeling overheidsschuld sinds Miljoenennota 2019
(in procenten bbp; «+» is toename schuld)
2018
EMU-schuld Miljoenennota 2019
53,1%
EMU-saldo
– 0,1%
Mutatie stand schuld ultimo 2017
– 0,1%
Overig
– 0,2%
EMU-schuld Najaarsnota 2018
52,7%
Met een overheidssaldo van 0,9 procent bbp en een overheidsschuld van 52,7 procent
bbp voldoet Nederland aan de Europese grenswaarden van respectievelijk – 3 en 60 procent.
Nederland presteert hiermee tevens beter dan het Europees gemiddelde van – 0,6 en
86,9 procent bbp. Daartegenover staat dat er landen in de Eurozone zijn met een lagere
overheidsschuld (waaronder de Baltische staten en Luxemburg) en een positiever overheidssaldo
(waaronder Duitsland) en dat de overheidsschuld nog altijd hoger is dan voor de crisis
(43,1 procent bbp).
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra
BIJLAGE 1: BUDGETTAIRE KERNGEGEVENS
Tabel 1 Budgettaire kerngegevens
(in miljarden euro, tenzij anders aangegeven)
2018
Inkomsten (belastingen en sociale premies)
285,1
Netto-uitgaven onder het uitgavenplafond
274,5
Rijksbegroting
124,8
Sociale zekerheid
78,7
Zorg
71,0
Overige netto-uitgaven buiten het uitgavenplafond
2,7
Gasbaten
– 1,9
Zorgtoeslag
4,6
Overig
0,1
Totale netto-uitgaven
277,2
EMU-saldo centrale overheid
7,9
EMU-saldo decentrale overheden
– 1,2
Feitelijk EMU-saldo
6,7
Feitelijk EMU-saldo (in procenten bbp)
0,9%
Bruto binnenlands product (bbp)
773
Tabel 2 Opbouw overheidsschuld
(in miljarden euro; + is schuldverhogend)
2018
1
EMU-schuld begin jaar
419,8
2
EMU-saldo centrale overheid
– 7,9
3
EMU-saldo sociale fondsen
– 7,7
4
EMU-saldo Rijk (2–3)
– 0,2
5
Kas-transverschillen en financiële transacties
– 13,5
6
Mutatie begrotingsreserves
– 0,3
7
Mutatie derdenrekeningen
0,9
8
Financieringstekort Rijk (4+5+6+7)
– 13,1
9
Overige exogene mutaties schuld
– 0,9
10
EMU-saldo decentrale overheden
1,2
11
EMU-schuld einde jaar (1+8+9+10)
407,0
12
EMU-schuldquote (in procenten bbp)
52,7%
BIJLAGE 2: BELASTING- EN PREMIEONTVANGSTEN OP KASBASIS
Tabel 2.1 laat de raming van de belasting- en premieontvangsten van de Miljoenennota
2019 en de Najaarsnota 2018 zien op kasbasis, met op de laatste regels de aansluiting
naar de totaalraming op EMU-basis.
Tabel 2.1 Belasting- en premieontvangsten 2018 (op kasbasis)
(In miljoenen euro; «–» is saldoverslechterend)
MN2019
NJN2018
Verschil
Kostprijsverhogende belastingen
87.060
87.068
7
Omzetbelasting
52.421
52.250
– 172
Accijnzen
11.986
12.001
15
MRB
4.131
4.131
0
Belastingen op milieugrondslag
5.113
5.073
– 40
Invoerrechten
3.093
3.133
40
Overdrachtsbelasting
2.838
2.928
90
Assurantiebelasting
2.620
2.660
40
Verhuurderheffing
1.714
1.739
25
BPM
2.219
2.259
40
Bankbelasting
478
447
– 31
Overige
447
447
0
Belastingen op inkomen, winst en vermogen
88.632
89.183
551
Inkomstenbelasting kas
– 2.574
– 2.092
483
Loonbelasting kas
60.934
60.773
– 161
Vennootschapsbelasting
23.696
23.813
117
Dividendbelasting
3.917
4.267
350
Schenk- en erfbelasting
1.938
1.701
– 237
Overige
721
721
0
Totaal belastingen op kasbasis
175.692
176.250
558
Aansluiting kas-EMU-basis
763
699
– 64
Totaal belastingen op EMU-basis
176.455
176.949
494
Premies VVZ kas
44.301
44.189
– 112
Aansluiting kas-EMU-basis
167
155
– 12
Premies VVZ EMU
44.467
44.344
– 124
Premies werknemersverzekeringen op EMU-basis
63.866
63.866
0
Totaal belastingen en premies op EMU-basis
284.789
285.159
370
BIJLAGE 3: VERTICALE TOELICHTING NAJAARSNOTA 2018
De Verticale Toelichting geeft voor alle begrotingshoofdstukken een overzicht van
budgettaire veranderingen die zich hebben voorgedaan in de uitgaven en niet-belastingontvangsten
sinds Miljoenennota 2019. Voor een meer gedetailleerde toelichting van de mutaties
die bij Najaarsnota 2018 zijn verwerkt, wordt verwezen naar de afzonderlijke tweede
suppletoire begrotingswetten.
Leeswijzer
De Verticale Toelichting onderscheidt drie categorieën mutaties:
1) Mee- en tegenvallers;
2) Beleidsmatige mutaties;
3) Technische mutaties.
De laatste categorie omvat alle overboekingen tussen begrotingen, desalderingen (waarbij
een ontvangst direct aan een uitgave is gekoppeld), statistische correcties en mutaties
tussen verschillende uitgavenplafonds of met het lastenkader.
Mutaties worden zichtbaar in de VT indien ze een bepaalde ondergrens overschrijden.
Deze ondergrens is afhankelijk van de omvang van de begroting. De post diversen bevat
alle mutaties die onder de ondergrens vallen. Ingeval samenhangende mutaties in meerdere
categorieën voorkomen, worden deze eenmaal toegelicht.
De totalen per begroting worden in eerste instantie gepresenteerd exclusief de bedragen
die onder de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) vallen. In een aparte
regel in de tabel wordt het deel van de begroting dat onder de HGIS valt zichtbaar
gemaakt. De laatste regel geeft per begroting de totaalstand inclusief HGIS aan. De
mutaties die optreden binnen het HGIS-deel van de begroting worden gepresenteerd en
toegelicht in de Verticale Toelichting van alle HGIS uitgaven.
De bedragen in de tabellen zijn in miljoenen euro’s. Door afrondingen kan het totaal
afwijken van de som der onderdelen.
Samenvattend overzicht van mutaties bij Najaarsnota 2018
Bedragen in miljoenen euro’s
Mutaties uitgaven
Mutaties niet-belastingontvangsten
Departementale begrotingen
I
De Koning
0,0
0,0
IIA
Staten Generaal
3,1
0,0
IIB
Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs
– 0,8
0,0
III
Algemene Zaken
– 1,6
– 0,5
IV
Koninkrijksrelaties
168,1
0,9
V
Buitenlandse Zaken
– 51,0
– 10,2
VI
Justitie en Veiligheid
137,5
– 59,6
VII
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
431,5
618,7
VIII
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
– 55,9
39,7
IXA
Nationale Schuld
3,9
1.634,0
IXB
Financiën
161,2
167,4
X
Defensie
– 35,4
78,1
XII
Infrastructuur en Waterstaat
– 88,7
– 0,5
XIII
Economische Zaken en Klimaat
452,9
5,0
XV
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
– 121,2
– 17,6
XVI
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
– 67,7
33,8
XVII
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
0,0
0,0
Overig
Sociale Zekerheid
– 1,1
– 58,8
Zorg
– 720,8
0,0
Gemeentefonds
213,4
0,0
Provinciefonds
140,5
0,0
Infrastructuurfonds
– 339,4
– 67,0
Diergezondheidsfonds
1,0
– 2,8
Accres Gemeentefonds
0,0
0,0
Accres Provinciefonds
0,0
0,0
BES fonds
0,1
0,0
Deltafonds
3,8
3,8
Prijsbijstelling
0,0
0,0
Arbeidsvoorwaarden
0,0
0,0
Koppeling Uitkeringen
0,0
0,0
Aanvullende Post Algemeen
– 282,7
0,0
Homogene Groep Internationale Samenwerking
– 76,8
13,4
De Koning
I DE KONING: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
43,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
43,1
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
43,1
I DE KONING: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Staten-Generaal
IIA STATEN-GENERAAL: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
148,6
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
2,0
2,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
1,1
1,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
3,1
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
151,7
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
151,7
IIA STATEN-GENERAAL: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
4,2
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
4,2
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
4,2
Diversen – beleidsmatige mutaties
Deze post betreft een overheveling van 2 mln. naar de begroting van de Staten-Generaal
voor de informatiebeveiliging van de Tweede Kamer. Dit bedrag is bestemd voor het
uitvoeren van de maatregelen uit de baseline informatiebeveiliging, het verder beveiligen
van de emailomgeving van de Tweede Kamer en het verder aanscherpen van de beveiliging
van de financiële informatiesystemen.
Diversen – technische mutaties
Deze post bestaat uit een overboeking van begrotingshoofdstuk 7 Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties voor de niet-huisvestigingskosten van de Eerste Kamer en de
Tweede Kamer die samenhangen met de renovatie van het Binnenhof. Binnen de budgetverkrijging
voor het binnenhofproject is hiermee rekening gehouden (Kamerstuk 2015–2016, 34 293, nr. 3, factsheet 4 – kostenopbouw).
Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten en de Kiesraad
IIB OVERIGE HOGE COLLEGES VAN STAAT, KABINETTEN EN DE KIESRAAD: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
127,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 0,8
– 0,8
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 0,8
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
127,2
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
127,2
IIB OVERIGE HOGE COLLEGES VAN STAAT, KABINETTEN EN DE KIESRAAD: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
5,9
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
5,9
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
5,9
Algemene Zaken
III ALGEMENE ZAKEN: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
68,0
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 1,6
– 1,6
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
0,0
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 1,6
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
66,4
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
66,4
III ALGEMENE ZAKEN: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
7,0
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 0,5
– 0,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 0,5
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
6,5
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
6,5
Diversen, uitgaven
Dit betreft een som van meerdere mutaties. Zo wordt de begroting neerwaarts bijgesteld
met 1,2 mln. als gevolg van onder andere vacatureruimte en vertraging in ICT-projecten.
Ook zijn er 0,3 mln. lagere uitgaven van de Commissie voor Toezicht op de Inlichtingen-
en Veiligheidsdiensten in verband met latere inwerkingtreding van de Wet op de Inlichtingen-
en Veiligheidsdiensten dan voorzien bij het opstellen van de begroting.
Diversen, niet-belastingontvangsten
Dit betreft een neerwaartse bijstelling van de ontvangsten van 0,5 mln.
Koninkrijksrelaties
IV KONINKRIJKSRELATIES: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
488,7
Technische mutaties
Rijksbegroting
Directe steun activiteiten
– 10,4
Isb 2e tranche wereldbank
150,0
Pensioenfonds caribisch nederland
19,1
Diversen
9,4
168,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
168,1
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
656,8
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
656,8
IV KONINKRIJKSRELATIES: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
48,1
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
0,9
0,9
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,9
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
49,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
49,0
Directe steun activiteiten
BZK levert een bijdrage aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid voor Directe
Steun activiteiten aan Sint-Maarten. De Directe Steun activiteiten zijn onderdeel
van de wederopbouw bedoeld voor de instelling, de versterking en het herstel van de
Integriteitskamer, Politie, Detentie, Technische assistentie en Kustwacht.
2e tranche Wereldbank
Na de verwoestingen die orkaan Irma heeft veroorzaakt zijn er middelen vrijgemaakt
voor de wederopbouw van Sint Maarten. Het grootste deel van deze middelen komt in
een fonds dat wordt beheerd door de Wereldbank. De tweede storting in dat fonds is
via een incidentele suppletoire begroting verwerkt.
Pensioenfonds Caribisch Nederland
In de ministerraad van 13 april 2017 is voor het Pensioenfonds Caribisch Nederland
een incidentele herstelpremie afgesproken met een verdeelsleutel over departementen.
Ook brengen de gezamenlijke werkgevers vanaf 2018 voor een periode van zes jaar een
herstelpremie op.
Diversen – technische mutaties, uitgaven
Om de onvolkomenheid op de informatiebeveiliging bij Rijksdienst Caribisch Nederland
(RCN) op te lossen is een plan van aanpak opgesteld. Bij de uitvoering is gebleken
dat voor het vervangen van oude hardware 2,1 mln nodig is in 2018. Daarnaast is Nederland
2,3 mln. verschuldigd aan Curaçao en Sint-Maarten vanwege vorderingen uit het solidariteitsfonds.
Zoals afgesproken in het vereffeningsakkoord wordt deze schuld nu vereffend. Verder
worden SVB-middelen uit de boedelscheiding na 10 oktober 2010 overgeboekt van de SZW-begroting
voor sociaaleconomische initiatieven in Caribisch Nederland.
Diversen – beleidsmatige mutaties, niet-belastingontvangsten
Dit betreft de ontvangsten van de EU-middelen die beschikbaar zijn gesteld voor de
noodhulp aan Sint-Maarten in 2017.
Buitenlandse Zaken
V BUITENLANDSE ZAKEN: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
7.807,3
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Dab 6: herziening invoerrechten
– 51,0
– 51,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 51,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
7.756,3
Totaal Internationale samenwerking
1.482,7
Stand Najaarsnota 2018
9.239,0
V BUITENLANDSE ZAKEN: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
1.083,3
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 10,2
– 10,2
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 10,2
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
1.073,1
Totaal Internationale samenwerking
104,3
Stand Najaarsnota 2018
1.177,5
DAB 6: herziening invoerrechten – uitgaven
De Europese Commissie heeft de raming voor de invoerrechten voor 2018 geactualiseerd
op basis van recente realisatiecijfers. Dit leidt tot een verlaging van de Nederlandse
afdracht van invoerrechten aan de EU met 51 mln.
Diversen – niet-belastingontvangsten
De perceptiekostenvergoeding voor het heffen van de invoerrechten bedraagt een vast
percentage (20%) van de invoerrechtenheffing. De herziening van de invoerrechtenraming
leidt daarom ook tot neerwaartse aanpassing van de raming van de perceptiekostenvergoeding
met 10 mln.
Justitie en Veiligheid
VI JUSTITIE EN VEILIGHEID: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
12.678,5
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Dji forensische zorg
18,2
Diversen
– 10,0
8,2
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Asiel: oda-toerekening
42,0
Cybersecurity: verdeling
– 18,7
Diversen
18,6
41,9
Technische mutaties
Rijksbegroting
Ra-middelen 2018 voor politie (b5)
52,0
Diversen
35,4
87,4
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
137,5
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
12.816,0
Totaal Internationale samenwerking
30,3
Stand Najaarsnota 2018
12.846,3
VI JUSTITIE EN VEILIGHEID: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
2.275,7
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Minder griffierechten
– 15,0
Diversen
23,2
8,2
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Tegenvaller afpakken
– 50,0
Tegenvaller boeten en transacties
– 47,2
– 97,2
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
29,4
29,4
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 59,6
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
2.216,1
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
2.216,1
DJI forensische zorg
Bij de forensische zorg van de Dienst Justitiële Instellingen (DJI) is er een hogere
instroom en een langere verblijfsduur in de instellingen dan geraamd.
Diversen – uitgaven, mee- en tegenvallers
Deze post bestaat uit een aantal mee- en tegenvallers. Zo is er een tegenvaller bij
het Openbaar Ministerie op het gebied van ICT (10 mln.) en een meevaller door een
lager aantal toevoegingen bij de Rechtsbijstand (12 mln.).
Asiel: ODA-toerekening
Kosten voor de eerstejaarsopvang van asielzoekers worden volgens afspraken binnen
OESO-DAC toegerekend aan official development assistance (ODA). Op basis van de reguliere
herijking van de raming is de instroomraming voor COA voor 2018 bijgesteld van 30.000
naar 37.000 personen. De ODA-toerekening wordt daarom naar boven bijgesteld, JenV
ontvangt 42 mln. van de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Cybersecurity: verdeling
Dit betreft een interne verdeling van een deel van de bij Miljoenennota 2019 aangekondigde
intensivering in cybersecurity. Het gaat o.a. om middelen voor de detectie van criminele
geldstromen (2 mln.) en een project dat zich focust op wapenhandel via darkweb (1,4
mln.).
Diversen – uitgaven, beleidsmatige mutaties
Hieronder valt een aantal kleine mee- en tegenvallers, o.a. extra uitgaven in het
kader van de meerjarenagenda forensische zorg (2,5 mln.) en vreemdelingenbewaring
op Bonaire (2,4 mln.).
Ra-middelen 2018 voor politie (b5)
De resterende Regeerakkoordmiddelen voor de politie (reeks B5) voor 2018 zijn overgeheveld
naar de begrotingen van JenV. De middelen worden onder andere ingezet voor een eenmalige
impuls in lokale capaciteit (33 mln.) en voor de implementatie van een toekomstbestendige
toegangsbeveiliging van de politie (19 mln.).
Diversen – uitgaven, technische mutaties
Deze post betreft verschillende overboekingen met andere departementen, zoals een
overboeking van BZK in het kader van Directe Steun activiteiten t.b.v. Sint Maarten
(ca. 10 mln.). Daarnaast betreft een deel van de overboekingen de doorverdeling van
de bij Miljoenennota aangekondigde intensivering in cybersecurity, waaronder naar
IenW voor versterking van de detectie- en responscapaciteit in de watersector (3,5
mln.) en naar Defensie voor cyberonderzoek bij TNO (1 mln.).
Minder griffierechten
Door een lagere instroom aan zaken bij de rechtspraak dan geraamd vallen de ontvangsten
uit griffierechten lager uit.
Diversen – niet-belastingontvangsten, mee- en tegenvallers
Deze post bestaat uit kleinere mee- en tegenvallers, waaronder een meevaller door
een positief financieringsresultaat bij screeningsautoriteit Justis (8 mln.).
Tegenvaller afpakken
Bij de opbrengsten uit afpakken is sprake van een tegenvaller op de zogenaamde «kleine
afpakopbrengsten». Dit betreft zaken waarbij minder dan 10 mln. wordt afgepakt. Omdat
de meevaller uit de schikking met ING reeds verwerkt is bij Miljoenennota 2019, leidt
dit tot een tegenvaller van ca. 50 mln.
Tegenvaller boeten en transacties
Er zijn minder ontvangsten uit boeten en transacties, voornamelijk door acties in
aanloop naar het sluiten van de nieuwe CAO politie.
Diversen – niet-belastingontvangsten, technische mutaties
Dit betreft o.a. teruggeboekte bijzondere bijdragen politie (3 mln.).
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
VII BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
5.702,7
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
0,2
0,2
Technische mutaties
Rijksbegroting
Aardgasvrije wijken (proeftuinen)
– 91,6
Saneringsbijdrage wsg
385,7
Saneringsheffing corporaties 2018
159,4
Diversen
– 22,4
431,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
431,5
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
6.134,2
Totaal Internationale samenwerking
0,4
Stand Najaarsnota 2018
6.134,6
VII BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
840,8
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Veiling locaties benzinestations 2018
44,0
Diversen
6,2
50,2
Technische mutaties
Rijksbegroting
Saneringsbijdrage wsg
385,7
Saneringsheffing corporaties 2018
159,4
Diversen
23,4
568,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
618,7
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
1.459,5
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
1.459,5
Aardgasvrije wijken (proeftuinen)
BZK maakt via het gemeentefonds een bedrag over aan gemeenten voor de eerste proeftuinen
voor het aardgasvrij maken van wijken. Hiervoor is binnen de klimaatenvelop 2018 85
mln. beschikbaar gesteld. Het resterende bedrag heeft BZK binnen de eigen begroting
vrijgemaakt.
Saneringsbijdrage WSG – technische mutaties, uitgaven en niet-belastingontvangsten
Op 29 juni heeft de Minister besloten om voor de financiële problemen bij woningcorporatie
Woonstichting Geertruidenberg (WSG) een saneringssubsidie toe te kennen. Deze bijdrage
wordt betaald uit het saneringsfonds, dat aangezuiverd wordt met een heffing bij woningcorporaties
(toegelaten instellingen).
Saneringsheffing woningcorporaties 2018 – technische mutaties, uitgaven en niet-belastingontvangsten
Er wordt een heffing opgelegd aan de woningcorporaties (toegelaten instellingen) voor
de aanzuivering van het saneringsfonds om de kosten, zoals de bovengenoemde saneringssubsidie,
te kunnen bekostigen. Deze heffing wordt opgebracht door de corporatiesector zelf
en loopt via de begroting van BZK.
Diversen – technische mutaties, uitgaven en niet-belastingontvangsten
BZK maakt o.a. eenmalig een bedrag over aan het Gemeentefonds voor de verhoging van
de vergoeding van raadsleden in kleine gemeenten. Daarnaast draagt BZK bij aan regionale
woningmarktpilots om de Nationale Woonagenda uit te voeren en aan initiatieven voor
het versterken van de integriteit en veiligheid van politieke ambtsdragers. Om doorstroming
en de flexibiliteit van statushouders naar huisvesting te stimuleren maakt BZK middelen
over naar J&V voor pilots voor flexwonen, die gemeenten onder regie van het COA uitvoeren.
Ook maakt BZK eenmalig een eigenaarsbijdrage over aan SSC-ICT voor de afwikkeling
van ongedekte oude problematiek. BZK heeft concrete afspraken gemaakt ter verbetering
en aanpak van de onderliggende problematiek. De onderuitputting op de budgetten voor
digitale overheidsdienstverlening (GDI) in 2017 en 2018 worden eenmalig teruggeboekt
naar de oorspronkelijke inleggers. Tot slot ontvangt BZK van Defensie een bijdrage
voor de Joint Sigint Cyber Unit.
Veiling locaties benzinestations 2018
De veiling van locaties van benzinestations langs Rijkswegen heeft meer opgebracht
dan geraamd.
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
VIII ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
42.500,5
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Omzettingen, 2e sup, artikel 11
66,0
Diversen
– 38,9
27,1
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
36,6
36,6
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
4,5
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Mutatie inkomensoverdrachten nr artikel 11
97,0
Mutatie leningen nr artikel 11
– 180,0
Omzettingen, 2e sup, artikel 11
– 66,0
Diversen
1,0
– 143,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 55,9
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
42.444,6
Totaal Internationale samenwerking
60,3
Stand Najaarsnota 2018
42.504,9
VIII ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
1.317,3
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
29,1
29,1
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
10,6
10,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
39,7
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
1.357,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
1.357,0
Omzettingen, 2e sup, artikel 11 – mee- en tegenvallers
Op een aantal posten is een wijziging van de boekingsgang van de diploma-omzetting
verwerkt. Dit werd bijna altijd per 1 januari gedaan volgend op het afstuderen, maar
in het nieuwe studiefinancieringssysteem is dit voor een aantal groepen studenten
aangepast, zodat de boekingsgang meteen na afstuderen gebeurt en de student weet welk
deel van de studiefinanciering in een gift wordt omgezet. Dit vergroot de begrijpelijkheid
van het stelsel en voorkomt mogelijke vragen. Het betreft hier studenten die al aan
het terugbetalen zijn, studenten die bijna moeten beginnen met terugbetalen en studenten
waarvan de diplomatermijn binnen een jaar verstrijkt of al verstreken is. Deze wijziging
resulteert in een verschuiving van 66,0 mln. van niet-relevante uitgaven naar relevante
uitgaven in 2018.
Diversen – mee- en tegenvallers
Een grote meevaller (18,5 mln.) komt door de gewichtenregeling bij artikel 1 Primair
onderwijs. Scholen ontvangen door deze regeling een hogere bekostiging als zij meer
leerlingen hebben met laagopgeleide ouders. Dit jaar vielen de uitgaven aan deze regeling
lager uit dan verwacht doordat er minder kinderen waren met laagopgeleide ouders dan
geraamd. Bij de regeling team- en schoolleidersbeurs is er een meevaller van 5 mln.
door minder aanvragen als gevolg van het lerarentekort.
Daarnaast is er per saldo een meevaller van 6,5 mln. op artikel 11 Studiefinanciering.
Dit wordt veroorzaakt door de volgende vier mutaties. (1) Het budget voor de basisbeurs
gift wordt met 5 mln. euro verhoogd. Uit realisatiegegevens van DUO tot en met juli
2018 blijkt dat de uitgaven hoger zijn dan geraamd. Het betreft hier voornamelijk
toekenningen in het mbo. (2) De post reisvoorziening prestatiebeurs gift is met 5
mln. euro verhoogd. Er wordt minder reisvoorziening aan bol-studenten opgeboekt dan
was geraamd. Door het tegenboekeffect (het betreft hier een negatieve post) zorgt
dit voor een opwaartse bijstelling. (3) De overige relevante uitgaven zijn met 15
mln. euro naar beneden bijgesteld. Dit komt doordat in mei het nieuwe ICT-systeem
in werking trad. Hierdoor is er een stuk minder achterstallig lager recht (ALR) en
daardoor minder kortlopende vorderingen die als relevante uitgaven worden geboekt.
(4) De post Caribisch Nederland wordt met 1,5 mln. euro naar beneden bijgesteld. Dit
is het gevolg van lager dan verwachte realisaties.
Verder bestaat deze post uit diverse mee- en tegenvallers die per stuk kleiner zijn
dan 1 mln.
Ook maakt OCW een bijdrage over aan DUO ter dekking van problematiek in de uitvoering.
Er zijn concrete afspraken gemaakt ter verbetering en aanpak van de onderliggende
problematiek.
Diversen – beleidsmatige mutaties
Deze post bestaat o.a. uit overboekingen, overlopende verplichtingen en een tweetal
mutaties m.b.t. kasschuiven. Een overlopende verplichting van 4,8 mln. vindt plaats
vanwege vertraging bij huisvesting in Caribisch Nederland. Op een aantal huisvestingsprojecten
is door bestuurlijke omstandigheden vertraging in de uitvoering ontstaan. Voor deze
projecten zijn al wel juridische verplichtingen aangegaan. Ook heeft een aantal herstelwerkzaamheden
na de orkaan Irma vertraging opgelopen. Daarnaast blijft er 3,4 mln. over op de doorstroomregeling
mbo-hbo.
Ook bevat deze post de dekking van het amendement Van den Hul om de korting op de
subsidieregeling praktijkleren in 2019 terug te draaien. Hiervoor wordt het budget
voor OV-bedrijven met 19,5 mln. verlaagd in 2019. Om te voorkomen dat dit ertoe leidt
dat OV-bedrijven worden gekort, wordt de OCW-begroting in 2018 met 19,5 mln. verhoogd
op artikel 11 (Studiefinanciering, zodat er een vooruitbetaling kan worden gedaan
aan de OV-bedrijven.
De tegenvallende STER-inkomsten worden gecompenseerd uit de Algemene Mediareserve
(AMr). Aangezien de AMr hiervoor niet toereikend is, wordt deze aangevuld door een
kasschuif. Hierbij wordt vanuit het generale beeld 15 mln. aan de AMr toegevoegd in
2018. Dit wordt in 2019 in mindering gebracht op de middelen die dan in de AMr zouden
vloeien.
Diversen – technische mutaties
Deze post bestaat grotendeels uit enkele grote overboekingen en drie desalderingen.
Een grote overboeking (9,3 mln.) heeft te maken met het Dienst Justitiële Inrichtingen
(DJI). Door een dalend aantal plaatsen in justitiële jeugdinrichtingen dalen ook de
kosten voor onderwijs. De teveel ontvangen bijdrage wordt terugbetaald aan het DJI.
Daarnaast is er een overboeking van 5,1 mln. voor de bijdrage van OCW aan BZK voor
het akkoord met Pensioenfonds Caribisch Nederland.
De eerste desaldering van 26 mln. vindt plaats op artikel 1. Dit betreft de storting
aan het Participatiefonds van de terugvorderingen bij scholen als gevolg van onterechte
declaraties van wachtgeldkosten. De tweede desaldering heeft te maken met schatkistbankieren.
Het budget voor de begrotingsreserve schatkistbankieren wordt per saldo met 1,2 mln.
verhoogd. OCW staat garant voor onderwijsinstellingen die bij de Staat lenen (schatkistbankieren).
Voor het risico dat OCW hierdoor loopt, ontvangt OCW een vergoeding (risicopremie).
Deze premie wordt via een desaldering toegevoegd aan de begrotingsreserve schatkistbankieren.
De derde desaldering heeft te maken met de tegenvallende reclameopbrengsten. Op artikel
15 Media wordt 16,6 mln. onttrokken aan de AMr om te compenseren voor de tegenvallende
reclameopbrengsten.
Verder bestaat deze post uit diverse overboekingen die per stuk kleiner zijn dan 1
mln.
Mutatie inkomensoverdrachten nr artikel 11 – niet relevant voor het uitgavenplafond
De niet-relevante uitgaven basisbeurs zijn naar beneden bijgesteld met 10 mln. als
gevolg van de reeds bekende realisatie. Dit heeft te maken met de tot nu toe gerealiseerde
bedragen op de toekenningen. De niet-relevante uitgaven aanvullende beurs zijn naar
beneden bijgesteld met 13 mln. als gevolg van de reeds bekende realisatie. Dit heeft
te maken met de tot nu toe gerealiseerde bedragen op de toekenningen. De niet-relevante
post reisvoorziening wordt met 5 mln. naar beneden bijgesteld. Dit is de tegenboeking
van de 5 mln. op de post reisvoorziening prestatiebeurs. De niet-relevante overige
uitgaven zijn naar boven bijgesteld met 125 mln. Dit is het gevolg van de invoering
van het nieuwe PVS-systeem. De omzetting van prestatiebeurzen naar een lening vindt
nu plaats na het verstrijken van de diplomatermijn in plaats van direct. Dit heeft
een grote bijstelling omhoog tot gevolg.
Mutatie leningen nr artikel 11 – niet relevant voor het uitgavenplafond
De niet-relevante rentedragende lening is naar beneden bijgesteld met 175 mln. Dit
is deels de tegenhanger van wat er gebeurt op de niet-relevante overige uitgaven.
Prestatiebeurzen worden als gevolg van het nieuwe studiefinancieringssysteem pas omgezet
naar lening als de diplomatermijn verstrijkt, waarbij dit in de oude situatie al eerder
gebeurde. Ook minder omzettingen naar langlopende vorderingen zijn het gevolg van
deze bijstelling. De niet-relevante uitgaven op het collegegeldkrediet zijn naar beneden
bijgesteld met 5 mln. als gevolg van de reeds bekende realisatie.
Omzettingen, 2e sup, artikel 11 – niet relevant voor het uitgavenplafond
Deze mutatie is ook al toegelicht bij de relevante uitgaven. De mutatie op artikel
11 Studiefinanciering resulteert namelijk in een verschuiving van 66 mln. van niet-relevante
uitgaven naar relevante uitgaven in 2018.
Diversen – niet relevant voor het uitgavenplafond
De niet-relevante uitgaven op studiefinanciering worden met 1 mln. euro omhoog bijgesteld
als gevolg van de reeds bekende realisatie.
Diversen – mee- en tegenvallers, niet-belastingontvangsten
Dit betreft diverse mee- en tegenvallers. Een grote meevaller van 10,4 mln. ontstaat
door terugvordering van onterecht ontvangen fusiegelden. Uit de controle bleek dat
het fusies betreft waarbij geen enkele leerling van de opgeheven school naar de fusieschool
is gegaan. Daarnaast is er een meevaller van 23,8 mln. door terugvordering van gewichtenmiddelen
op basis van controle op rechtmatigheid. En er is een meevaller op de ontvangsten
van het lesgeld met 10 mln.
Ook worden de kortlopende vorderingen naar beneden bijgesteld met 20 mln. Door het
nieuwe PVS-systeem ontstaat er minder achterstallig lager recht (ALR) en daardoor
minder kortlopende vorderingen. Dat betekent ook minder relevante ontvangsten op kortlopende
vorderingen.
Diversen – technische mutaties, niet-belastingontvangsten
Deze post bestaat uit een drietal desalderingen die reeds zijn toegelicht onder Diversen
– technische mutaties.
Nationale Schuld (Transactiebasis)
IXA NATIONALE SCHULD (TRANSACTIEBASIS): UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
8.047,7
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 12,0
– 12,0
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 0,3
– 0,3
Technische mutaties
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
16,2
16,2
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
3,9
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
8.051,6
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
8.051,6
IXA NATIONALE SCHULD (TRANSACTIEBASIS): NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
14.837,2
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 9,0
– 9,0
Technische mutaties
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Mutatie in rekening-courant en deposito
985,0
Rente derivaten
– 50,0
Voortijdige beëindiging derivaten
694,0
Diversen
13,9
1.642,9
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
1.634,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
16.471,2
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
16.471,2
Diversen – uitgaven
Dit betreft de som van meerdere mutaties. Zo vallen de uitgaven 16,2 mln. hoger uit
door een hoger dan verwachte vraag naar leningen van deelnemers aan het schatkistbankieren.
Ook leiden de realisatiecijfers tot 12 mln. lagere verwachte rente-uitgaven aan de
vaste schuld in 2018.
Diversen – niet-belastingontvangsten
Dit betreft de som van meerdere mutaties. Zo vallen de ontvangsten 12,2 mln. hoger
uit dan verwacht door versnelde aflossingen van leningen. Ook leiden de realisatiecijfers
en het verwachte kassaldo tot lagere verwachte rente-ontvangsten op Dutch Treasury
Certificates (vlottende schuld) van 10 mln. in 2018.
Mutatie in rekening-courant en deposito
Nieuwe realisaties op de mutaties rekening-courant en deposito van RWT’s en derden
en een meevallend saldo van uitgaven en ontvangsten van sociale fondsen (toename rekening-courant
saldo), leiden tot extra ontvangsten van 985 mln.
Rente derivaten, voortijdige beëindiging derivaten
Er zijn rentederivaten voortijdig beëindigd. Bij het beëindigen van een rentederivaat
wordt de actuele marktwaarde van het derivaat verrekend tussen beide partijen. Doordat
de derivaten voortijdig worden beëindigd, wordt de meerjarig geraamde renteontvangst
in een keer ontvangen. Dit heeft in de afgelopen maanden geleid tot 694 mln. aan extra
ontvangsten. Als gevolg hiervan dalen de reguliere renteontvangsten op de derivatenportefeuille
met 50 mln.
Financiën
IXB FINANCIËN: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
7.105,9
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Belasting- en invorderingsrente
37,0
Overig materieel
29,2
Schade-uitkering ekv
– 50,5
Diversen
– 15,4
0,3
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Mutatie begrotingsreserve ekv
49,9
Diversen
– 10,8
39,1
Technische mutaties
Rijksbegroting
Afdrachten staatsloterij
103,7
Diversen
18,6
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
– 0,4
121,9
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
161,2
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
7.267,1
Totaal Internationale samenwerking
253,5
Stand Najaarsnota 2018
7.520,6
IXB FINANCIËN: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
3.162,8
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Dividenden staatsdeelnemingen
40,0
Doorbelasten kosten vervolging
35,0
Schaderestituties ekv
– 39,2
Diversen
3,1
38,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Premies ekv
38,8
Diversen
2,1
40,9
Technische mutaties
Rijksbegroting
Afdrachten staatsloterij
103,7
Diversen
– 1,0
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
– 15,0
87,7
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
167,4
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
3.330,3
Totaal Internationale samenwerking
3,7
Stand Najaarsnota 2018
3.334,0
Belasting- en invorderingsrente
Bij de belasting- en invorderingsrente wordt een tegenvaller verwacht. Deze wordt
onder andere veroorzaakt door hogere dan geraamde rentevergoedingen voor bijstellingen
van aanslagen uit eerdere belastingjaren, waarvoor nog de heffingsrenteregeling van
toepassing is. Daarnaast worden er naar verwachting (voor begroting IXB relatief ongunstige)
definitieve verdeelsleutels vastgesteld voor de rente uit de gecombineerde heffing
van inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen.
Overig materieel
Deze mutatie komt onder meer doordat een aantal ICT-projecten vertraagd is, waardoor
andere projecten eerder zijn gestart. Ook leiden een aantal ICT-projecten tot grotere
uitgaven dan voorzien. Dit heeft geleid tot een ramingsbijstelling en per saldo hogere
uitgaven.
Schade-uitkering ekv
De uitgaven vallen lager uit dan verwacht omdat in 2018 geen grote schades zijn uitgekeerd.
Diversen – uitgaven
Dit betreft de som van meerdere mutaties. Zo zal voor de Regeling Vervroegde Uittreding
(RVU) 6 mln. minder worden uitgegeven, omdat na uitspraak van de inspecteur de RVU-betaling
per september 2018 is stopgezet. Verder is er sprake van vertraging in de realisatie
van de Investeringsagenda en blijft de inhuur van externen naar verwachting 6,6 mln.
achter. Voor het afnemen van de Rijksbrede dienstverlening van Logius moet de Belastingdienst
een extra bijdrage van 5,7 mln. leveren. De uitgaven aan eigen personeel bij het kerndepartement
vallen 8,9 mln. lager uit dan verwacht vanwege vertraging in de werving van personeel.
Mutatie begrotingsreserve ekv
Het saldo van premies, schades en recuperaties wordt in de risicovoorziening gestort
om toekomstige schades op te kunnen vangen. De storting betreft het positieve saldo
dat overblijft wanneer de onderuitputting op de uitgaven (50,3 mln.) wordt verrekend
met het negatieve saldo (– 0,4 mln.) op de ontvangsten.
Afdrachten staatsloterij – uitgaven en niet-belastingontvangsten
Op basis van de Wet op de Kansspelen heeft de Staat recht op de opbrengsten van de
Staatsloterij. Op basis van de fusieovereenkomst met de Lotto worden deze verrekend
met de afdrachten van de Lotto, waarna 63 procent van het totaal toekomt aan de Staat.
Deze verrekening is opgenomen bij de uitgaven en ontvangsten.
Dividenden staatsdeelnemingen
Doordat de staatsdeelnemingen in totaal meer dividend hebben afgedragen dan geraamd,
is de raming in 2018 met 40 mln. verhoogd.
Doorbelasten kosten vervolging
De aan burgers en bedrijven doorbelaste kosten van vervolging, die voortkomen uit
het niet betalen van belasting, vallen hoger uit. Dit wordt veroorzaakt door een stijging
van het aantal invorderingsmaatregelen (zoals aanmaningen) bij de Belastingdienst.
Schaderestituties ekv
Bij het verhalen van uitgekeerde schade op andere landen zijn minder schaderestituties
gerealiseerd dan geraamd. De recuperatieramingen zijn volatiel en lastig te ramen.
Het lijkt erop dat de raming voor de restituties niet gerealiseerd zal worden.
Diversen – niet-belastingontvangsten
Dit betreft de som van meerdere mutaties. Zo wordt op de belasting- en invorderingsrente
een meevaller van 9 mln. verwacht op basis van realisaties bij de renteontvangsten.
Daarnaast blijven de ontvangen bestuurlijke boetes 6 mln. achter bij de raming. De
apparaatsontvangsten nemen met 3,8 mln. toe, onder meer doordat de Belastingdienst
verwacht meer diensten in rekening te brengen voor facilitaire zaken aan andere overheidspartijen.
Daarnaast is het interim-dividend van ABN AMRO 14,9 mln. lager uitgevallen dan verwacht.
Premies ekv
De premie-inkomsten zijn hoger dan eerder verwacht, omdat er naar verwachting nog
een omvangrijke transactie in verzekering zal worden genomen.
Defensie
X DEFENSIE: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
9.237,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 0,1
– 0,1
Technische mutaties
Rijksbegroting
Doorwerking ontvangsten
– 33,9
Diversen
– 0,1
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
– 1,4
– 35,4
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 35,4
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
9.202,5
Totaal Internationale samenwerking
297,8
Stand Najaarsnota 2018
9.500,3
X DEFENSIE: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
500,3
Technische mutaties
Rijksbegroting
Lagere ontvangsten inruilwaarde dienstpersonenauto’s
– 59,2
Diversen
26,8
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Ontvangsten vervroegde aflossing lening abp
110,5
78,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
78,1
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
578,5
Totaal Internationale samenwerking
32,0
Stand Najaarsnota 2018
610,5
Diversen – beleidsmatige mutaties
Diverse Defensieonderdelen geven niet al het geld uit dat dit jaar is begroot. De
voornaamste onderrealisatie doet zich voor bij het Commando Landstrijdkrachten (CLAS;
ruim 40 mln. op programma-uitgaven en personele uitgaven) en bij de Defensie Materieel
Organisatie (DMO; ruim 40 mln. op de programma-uitgaven). Bij CLAS blijkt de toewijzing
in juni 2018 van extra budget uit de Defensienota voor verbetering van de materiële
gereedheid en formatie te laat om nog dit jaar tot besteding te komen. Bij DMO zijn
de lagere uitgaven vooral het gevolg van een lager verbruik van brandstof in combinatie
met lager dan verwachte brandstofprijzen. Verder zijn er minder uitgaven voor personele
uitrusting en munitie.
Een bedrag van 100 mln. aan onderuitputting bij de defensieonderdelen is ingezet om
een groot deel van de financieringsconstructie met het ABP voor militaire pensioenen
versneld af te lossen. Het betreft een aflossing op een eerdere lening van in totaal
ongeveer 158 mln. voor de overgang van het omslagstelsel naar het kapitaaldekkingsstelsel.
Voorts wordt 10 mln. ingezet ter vervanging van verouderde end user devices, zoals
telefoons en beelschermen, en 14,5 mln. voor informatievoorziening (DMO).
Doorwerking ontvangsten
De programma-ontvangsten dalen per saldo met 35,9 mln. Dit wordt veroorzaakt doordat
de ontvangstenraming voor inruil van dienstvoertuigen neerwaarts is bijgesteld met
59,2 mln. en de verkoopopbrengsten voor groot materieel dalen met 2 mln. De daling
op de ontvangstenraming voor dienstvoertuigen is het gevolg van de recent goedgekeurde
herijking van de businesscase van Leaseplan voor civiele dienstauto’s. In de nieuwe,
realistischere business case komt naar voren dat de verkoopopbrengsten voorheen te
hoog waren ingeschat door o.a. bepaalde belastingen niet mee te tellen. Uit doelmatigheidsoverwegingen
is besloten om de dienstpersonenauto’s van Defensie elke twee jaar in plaats van elke
vier jaar te vervangen. Hierdoor worden oplopende exploitatie-uitgaven vanwege de
ouderdom van de voertuigen vermeden. Daarnaast bestaat deze post uit meeropbrengsten
van 21,2 mln. als gevolg van de aantrekkende vastgoedmarkt, wat resulteert in hogere
verkoopopbrengsten voor diverse locaties waaronder het complex Binckhorsthof (Den
Haag), en extra NAVO-ontvangsten van 4,1 mln.
Diversen – technische mutaties
Dit betreft meerdere interdepartementale overboekingen van en naar het Ministerie
van Defensie, vanwege:
– Artikel 1 Inzet: minder gebruik dan verwacht van de Vessel Protection Detachments
(VPD’s) die kwetsbare scheepvaart voor de Afrikaanse noordoostkust helpt beschermen
tegen piraterij (– 3,3 mln.).
– Artikel 4 Commando Luchtstrijdkrachten (CLSK): de doorwerking van een incidentele
ontvangst vanuit de militaire samenwerking met de VS waarbij een contract voor vliegeropleidingen
goedkoper is uitgevallen (7,5 mln.).
– Artikel 5 Koninklijke Marechaussee (KMar): als gevolg van compensatie vanuit De Nederlandsche
Bank voor beveiligingstaken (7,9 mln.).
– Artikel 7 DMO: lagere reguliere ontvangsten (11,5 mln.).
Diversen – niet relevant voor het uitgavenplafond, technische mutaties
Dit betreft het afbetalen van de financieringsconstructie pensioenen van het ABP.
Lagere ontvangsten inruilwaarde dienstpersonenauto’s
Uit doelmatigheidsoverwegingen is besloten om de dienstpersonenauto’s van Defensie
elke twee jaar in plaats van elke vier jaar te vervangen. Hierdoor worden oplopende
exploitatie-uitgaven vanwege de ouderdom van de voertuigen vermeden. De businesscase
daarvoor is recent herijkt, waardoor het ontvangstenbudget inruil dienstvoertuigen
neerwaarts is bijgesteld met 59,2 mln. Uit de business case komt naar voren dat de
opbrengsten voorheen te hoog waren ingeschat door o.a. bepaalde belastingen.
Diversen – technische mutaties, niet-belastingontvangsten
Deze post bestaat naast enkele kleinere mutaties voornamelijk uit:
– Artikel 1 Inzet: meerontvangsten van de VN van 10,6 mln.
– Artikel 4 CLSK: het ontvangstenbudget is met 7,5 mln. naar boven bijgesteld, vooral
als gevolg van een incidentele en onverwachte meerontvangst vanuit de militaire samenwerking
met de VS waarbij een contract voor vliegeropleidingen goedkoper is uitgevallen dan
eerder voorzien (Defensie heeft geld teruggekregen).
– Artikel 5 KMAR: de ontvangsten zijn naar boven bijgesteld met 10,0 mln., vooral als
gevolg van compensatie vanuit De Nederlandsche Bank voor beveiligingstaken, extra
ontvangsten voor het tijdelijk tewerkstellen van KMar-personeel bij de AIVD en een
vergoeding van JenV voor het geven van politietrainingen.
– Artikel 7: per saldo daalt het ontvangstenbudget met 10,7 mln., zodat de raming beter
aansluit bij het huidige beeld.
Ontvangsten vervroegde aflossing lening abp – niet relevant voor het uitgavenplafond
Door de verwerking van het financieringsarrangement ABP stijgen de ontvangsten met
110,5 mln. Deze mutatie betreft de betaling van het ABP aan de Staat, die via de begroting
van Defensie wordt verwerkt.
Infrastructuur en Waterstaat
XII INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
8.275,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 5,1
– 5,1
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 83,5
– 83,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 88,7
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
8.187,2
Totaal Internationale samenwerking
28,6
Stand Najaarsnota 2018
8.215,8
XII INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
30,6
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 2,0
– 2,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
1,5
1,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 0,5
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
30,1
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
30,1
Diversen – beleidsmatige mutaties, uitgaven
Deze post bevat per saldo lagere uitgaven dan verwacht. Dit zijn onder andere lagere
uitgaven op de uitgaven Caribisch Nederland (– 1,5 mln.) en dekking vanuit een reservering
voor lagere ontvangsten voor de Stichting Buisleidingenstraat (– 2,0 mln.). Er zijn
ook hogere uitgaven, waaronder een eenmalig goedgekeurde eigenaarsbijdrage aan de
ILT (1,1 mln.) in het kader van reorganisatiekosten bij de ILT die volgen uit het
«vernieuwingsprogramma Koers».
Diversen – technische mutaties, uitgaven
Deze post omvat verschillende onderdelen;
– Diverse desalderingen (1,5 mln.) binnen de IenW-begroting waaronder hogere ontvangsten
van de Sociale Verzekeringsbank door het terugstorten (1,0 mln.) van een bijdrage
vanwege minder uitkeringen dan geraamd voor de Regeling tegemoetkoming niet-loondienst
gerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS regeling).
– Diverse overboekingen waarmee per saldo 55,9 mln. uit het Infrastructuurfonds via
de IenW-begroting wordt overgeheveld:
1) ontvangen van andere departementale begrotingen (6,0 mln.)
2) bijdragen aan het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds (– 61,9 mln.).
– Diverse overboekingen waarmee in totaal 3,8 mln. aan het Deltafonds via de IenW-begroting
wordt toegevoegd door overhevelingen met andere departementale begrotingen en het
Provinciefonds.
– Diverse overboekingen waarmee in totaal 33,1 mln. vanuit de IenW-begroting wordt overgeheveld.
Dit omvat bijdragen aan het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds
(– 29,7 mln.) en bijdragen aan andere departementale begrotingen (– 3,5 mln.).
Diversen – beleidsmatige mutaties, niet-belastingontvangsten
Dit betreft een lagere ontvangst dan verwacht voor de Stichting Buisleidingenstraat,
onderdeel van Rijkswaterstaat voor het leidingtracé, die wordt gedekt vanuit een reservering.
Diversen – technische mutaties, niet-belastingontvangsten
De hogere ontvangsten betreffen met name een terugstorting (1,0 mln.) van de Sociale
Verzekeringsbank vanwege minder uitkeringen dan geraamd voor de regeling tegemoetkoming
niet-loondienst gerelateerde slachtoffers van mesothelioom (TNS regeling).
Economische Zaken en Klimaat
XIII ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
5.057,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Begrotingsreserve Maatregelen CO2-reductie
500,0
Diversen
– 51,7
448,3
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
5,7
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
– 1,1
4,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
452,9
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
5.510,8
Totaal Internationale samenwerking
54,9
Stand Najaarsnota 2018
5.565,6
XIII ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
4.061,5
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Minder ontvangsten high trust
– 24,7
Diversen
5,5
– 19,2
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
27,2
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
– 3,0
24,2
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
5,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
4.066,5
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
4.066,5
Begrotingsreserve Maatregelen CO2-reductie
Het kabinet zal mogelijk additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen
nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke
begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020, wordt gekoppeld
aan artikel 4 (Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering)
van de EZK-begroting en staat onder voorafgaand toezicht van het Ministerie van Financiën.
De reserve wordt eenmalig gevuld met 500 mln. Het Ministerie van Economische Zaken
en Klimaat coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen
op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.
Diversen – beleidsmatige mutaties uitgaven
Voor de EZK-begrotingsstaat betreft deze post middelen uit de klimaatenvelop 2018
van ongeveer 23 mln. die niet meer in 2018 tot uitbetaling komen: verduurzaming industrie
(18,2 mln.) en implementatie minimum CO2-prijs NEa (1,85 mln.). Deze middelen moeten meerjarig beschikbaar blijven voor de
klimaatdoelen en worden in 2019 weer aan de begroting toegevoegd. Inzake Groningen
wordt de raming van de subsidieregeling verduurzaming bij versterken met 6,4 mln.
naar beneden bijgesteld. Deze regeling blijft achter bij de oorspronkelijke ramingen,
omdat er minder huizen in Groningen zijn versterkt dan verwacht. De verwachting is
dat de versterking pas in 2019 goed op gang komt. Verder wordt bij wijze van eenmalige
uitzondering het eigen vermogen van Agentschap Telecom aangevuld met 1,6 mln, onder
de voorwaarde dat er in 2019 een doorlichting wordt uitgevoerd en dat Agentschap Telecom
gaat werken met kostendekkende tarieven.
Voor de LNV-begrotingsstaat betreft deze post ook middelen uit de klimaatenvelop 2018
van 10 mln. die dit jaar niet meer tot uitbetaling komen. Deze middelen worden in
2019 weer aan de begroting toegevoegd. Daarnaast bevat deze post de bijdrage aan RVO
voor het Fosfaatrechtenstelsel (10,6 mln.).
Diversen – technische mutaties, uitgaven
Deze post betreft diverse overboekingen van en naar andere departementen en desalderingen.
Op de EZK-begrotingsstaat wordt er 16,1 mln. overgeboekt naar het Provinciefonds voor
de decentrale uitvoering van de MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT). Ook ontvangt
EZK 9,8 mln. van VWS als bijdrage voor de eHealth tender Seed Capital. Ook bevat deze
post een desaldering van EFRO van 4,2 mln.
Daarnaast betreft dit ook een overboeking van de Aanvullende Post naar de EZK-begroting
van 50 mln. voor het Nationaal programma Groningen (NPG). Dit bedrag is vervolgens
overgemaakt naar het Provinciefonds ten behoeve van de provincie Groningen. Op 5 oktober
jl. hebben Rijk, provincie en gemeenten een akkoord gesloten in de vorm van een NPG.
Voor het NPG is meerjarig totaal 1,15 mld. beschikbaar. Vooruitlopend op de nadere
uitwerking van het Nationaal Programma in de komende maanden wordt gewerkt om binnen
iedere programmalijn nog dit jaar een aantal projecten te starten. Op grond van de
afspraken in het regeerakkoord is hiervoor in 2018 50 mln. beschikbaar op de Rijksbegroting.
Voor de LNV-begrotingsstaat betreft dit een overboeking aan het gemeentefonds voor
Floriade 2022 van 2,5 mln. en een overboeking voor Rotterdam uit de Regio-envelop
van 24 mln.
Diversen – niet relevant voor het uitgavenplafond, uitgaven
Deze post betreft de EZK-begrotingsstaat. Onder deze post valt onder andere de overboeking
van de Aanvullende Post van 6 mln. voor de gemeenten in het aardbevingsgebied. Dit
budget is afkomstig van de reservering die afgelopen Voorjaarsnota is getroffen. Het
budget is bedoeld om gemeenten te compenseren voor hun extra inspanningen op het terrein
van psychosociale ondersteuning van bewoners en de openbare ruimten. Onder deze post
valt ook een overboeking van kosten apparaat Nationaal Coördinator Groningen (6 mln.
voor personeel en 0,7 mln. voor materieel) naar het apparaatsartikel van EZK.
Minder ontvangsten high trust
High Trust bestaat uit het saldo van de door ACM ontvangen en terugbetaalde boetes
in het boekjaar. Door onzekerheid over gerechtelijke uitspraken en het moment waarop
dit in de tijd plaatsvindt, fluctueert het saldo aan High trust ontvangsten door de
jaren heen en laat zich niet plannen. De ACM verwacht dit jaar per saldo 4,6 mln.
aan boetes te ontvangen.
Diversen – beleidsmatige mutaties, niet-belastingontvangsten
Deze post bevat de EZK-begrotingsstaat. Onder deze post vallen onder andere de bijstelling
van ontvangsten JSF met – 1,6 mln. en 3,2 mln. hogere ontvangsten uit subsidieoverschotten
die door RVO worden verstrekt. De ontvangsten JSF vallen lager uit door vertraging
in de productie van de JSF waardoor ook de Nederlandse productie vertraagd is en de
afdrachten lager uitvallen dan geraamd.
Diversen – technische mutaties, niet-belastingontvangsten
Voor de EZK-begrotingsstaat bevat deze post een desaldering van EFRO van 4,2 mln.
Deze terugontvangsten over de EFRO-periode 2007–2013 worden in gezet voor verplichtingen
aan de Dutch Techzone, trilaterale samenwerking chemie met Vlaanderen en Noordrijn
Westfalen.
Voor de LNV-begrotingsstaat bevat deze post de EU-ontvangsten vanuit het EFMZV. Dit
betreft een declaratie die bij de EU ingediend wordt voor kosten die deels in eerdere
jaren gemaakt zijn. Dit leidt tot een meevaller van 5,2 mln.
Diversen – niet relevant voor het uitgavenplafond, niet-belastingontvangsten
Dit betreft het bijstellen van de ontvangsten van de noordelijke provincies in het
kader van de verkoop van NOM aandelen op de EZK-begrotingsstaat. De afwikkeling van
de aandelenverkoop zal niet meer in 2018 plaatsvinden, maar waarschijnlijk in 2019.
De 3 mln. zal daarom niet dit jaar worden ontvangen, maar in 2019.
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
XV SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
34.598,3
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 29,8
Sociale zekerheid
Kindgebonden budget
– 21,6
Toeslagenwet
– 27,4
Diversen
– 2,5
– 81,3
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 0,1
Sociale zekerheid
Diversen
– 7,9
– 8,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 37,0
Sociale zekerheid
Diversen
2,5
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
2,5
– 32,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 121,2
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
34.477,1
Totaal Internationale samenwerking
0,5
Stand Najaarsnota 2018
34.477,5
XV SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
1.878,9
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Waarborgfonds kinderopvang
25,2
Sociale zekerheid
Kinderopvangtoeslag
– 20,2
Diversen
– 21,7
– 16,7
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 1,0
– 1,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 17,6
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
1.861,3
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
1.861,3
Uitgaven
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
Dit betreft voornamelijk onderuitputting op de budgetten van verschillende begrotingsartikelen.
Sociale Zekerheid
Kindgebonden budget
Er is een meevaller op de uitgaven aan het kindgebonden budget (WKB). Dit komt vooral
door een lager niveau aan nabetalingen over toeslagjaren 2016 en 2017 dan verwacht.
Toeslagenwet
De uitgaven aan de toeslagenwet (TW) zijn naar beneden bijgesteld. De neerwaartse
bijstelling komt grotendeels door een lager aantal extra TW-aanvragen bij Wajong-uitkeringsgerechtigden
dan oorspronkelijk verwacht.
Diversen
Er zijn onder andere meevallers op de leningen voor inburgering en de bijdrage voor
het COA. Tevens is er onderuitputting op verschillende budgetten. Ook zijn er tegenvallers
op de kinderbijslag, kinderopvangtoeslag en de aanvullende inkomensvoorziening ouderen
(AIO).
Beleidsmatige mutaties
Diversen – Rijksbegroting en Sociale Zekerheid
Dit betreft onderuitputting op verschillende budgetten, waaronder op het apparaatsartikel.
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
Hieronder valt de uitwerking van motie Segers c.s. voor de ondersteuning van kwetsbare
mensen (25 mln.). Deze middelen worden overgeboekt naar het Gemeentefonds. Tevens
zijn er enkele andere overboekingen met andere begrotingshoofdstukken.
Sociale Zekerheid
Diversen
Hieronder vallen verschillende overboekingen tussen uitgavenplafond Sociale Zekerheid
en uitgavenplafond Rijksbegroting.
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
Dit betreft de aanpassing van de rijksbijdragen voor de tegemoetkoming arbeidsongeschikten
als gevolg van de verwerking van de uitvoeringsinformatie van het UWV.
Ontvangsten
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Waarborgfonds kinderopvang
In 2004 zijn tijdelijk middelen beschikbaar gesteld aan de Stichting Waarborgfonds
Kinderopvang. Dit om kinderopvangorganisaties middels een garantstelling te kunnen
ondersteunen bij de overgang naar het huidige stelsel van kinderopvangtoeslag. Deze
middelen worden nu terugbetaald.
Sociale Zekerheid
Kinderopvangtoeslag
Er is een tegenvaller op de ontvangsten op de kinderopvangtoeslag (KOT). Voor de toeslagjaren
2016 tot en met 2018 worden de verwachte terugontvangsten naar beneden bijgesteld.
Diversen
De ontvangsten van onder andere kindgebonden budget (WKB) komen 14 mln. lager uit
dan verwacht, met name voor toeslagjaar 2017.
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
Dit betreft een desaldering (een budgettair neutrale schuif van middelen tussen begrotingsuitgaven
en begrotingsontvangsten). Het tegengestelde bedrag is onderdeel van de technische
mutaties bij de uitgaven.
Volksgezondheid, Welzijn en Sport
XVI VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
14.775,1
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Taakstellende onderuitputting
41,3
Diversen
– 110,4
Zorg
Diversen
12,1
– 57,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 6,2
Zorg
Diversen
– 12,9
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
8,5
– 10,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 67,7
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
14.707,4
Totaal Internationale samenwerking
20,6
Stand Najaarsnota 2018
14.728,0
XVI VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
126,5
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Meerontvangsten artikel 1
18,4
Diversen
13,8
32,2
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
1,6
1,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
33,8
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
160,2
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
160,2
Taakstellende onderuitputting
Dit betreft het invullen van de taakstellende onderuitputting. Deze wordt ingevuld
met onderuitputting op diverse begrotingsartikelen bij de 2e suppletoire begrotingswet
(onderdeel van de post «diversen»).
Diversen – beleidsmatige mutaties, rijksbegroting
Deze post is het saldo van een groot aantal kleinere mutaties. Het gaat onder meer
om een onderschrijding van in totaal 32,6 mln. op Regeerakkoordmiddelen, hoofdzakelijk
voor de enveloppe waardig ouder worden. Dit geld wordt d.m.v. een kasschuif doorgeschoven
zodat ze beschikbaar blijven voor de uitvoering van het Regeerakkoord. Daarnaast is
er onder meer vrijval van niet bestede loon- en prijscompensatie van in totaal 11,6
mln. Verder wordt als eenmalige uitzondering het vermogen van het CIBG aangevuld met
3,8 mln., onder de voorwaarde dat er in het voorjaar een doorlichting wordt uitgevoerd.
Diversen – beleidsmatige mutaties, zorg
Dit betreft voornamelijk een bijdrage van 7,2 mln. aan het Pensioenfonds Caribisch
Nederland vanwege een te lage dekkingsgraad. Daarnaast zijn er contractafspraken gemaakt
met het ziekenhuis op Bonaire om het budget op te hogen met jaarlijks 2,5 mln. De
kosten voor 2017 en 2018 vallen nu allebei in 2018 en betreffen dus 5 mln.
Diversen – technische mutaties, rijksbegroting
Dit betreft onder meer een overheveling van 9,8 mln. naar de begroting van EZK voor
de uitvoering van de e-health tender Seed Capital.
Diversen – technische mutaties, zorg
Dit betreft onder meer de overheveling van de (bovengenoemde) bijdrage aan het Pensioenfonds
Caribisch Nederland naar het verantwoordelijke departement BZK.
Diversen – technische mutaties, niet relevant voor het uitgavenplafond
Dit betreft hogere uitgaven aan de Tegemoetkoming Specifieke Zorgkosten (TSZ) als
gevolg van een versnelling van de verwerking van de aanvragen.
Meerontvangsten artikel 1
De hogere ontvangsten worden veroorzaakt door ontvangsten in verband met de afrekening
van in 2017 betaalde voorschotten aan het RIVM voor het Nationaal Programma Grieppreventie,
het Rijksvaccinatieprogramma en de invoering van de HPV-vaccinatie en de Nationale
Hielprik Screening (6,7 mln.) en door ontvangsten vanuit de Subsidieregeling Publieke
Gezondheid (8,7 mln.). Verder is er een ontvangst i.v.m. de liquidatie van de Stichting
Garantiefonds voor Hemofiliepatiënten (2,9 mln.).
Diversen – beleidsmatige mutaties
Dit betreft voornamelijk een terugontvangst van het CIZ (8 mln.), hoofdzakelijk als
gevolg van lagere gerealiseerde operationele kosten in 2016 en 2017.
Diversen – technische mutaties
Dit betreft drie kleine desalderingen.
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
XVII BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
3.031,8
Stand Najaarsnota 2018
3.031,8
XVII BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
15,7
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
15,7
Totaal Internationale samenwerking
69,1
Stand Najaarsnota 2018
84,8
Sociale zekerheid
SOCIALE ZEKERHEID: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019
79.565,0
Mee- en tegenvallers
Sociale zekerheid
Aow
– 35,0
Toeslagenwet
– 27,4
Diversen
– 1,4
– 63,8
Beleidsmatige mutaties
Sociale zekerheid
Diversen
0,1
0,1
Technische mutaties
Sociale zekerheid
Diversen
62,5
62,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 1,1
Stand Najaarsnota 2018
79.563,9
SOCIALE ZEKERHEID: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019
949,4
Mee- en tegenvallers
Sociale zekerheid
Diversen
– 41,8
– 41,8
Technische mutaties
Sociale zekerheid
Diversen
– 17,0
– 17,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 58,8
Stand Najaarsnota 2018
890,6
Uitgaven
Mee- en tegenvallers
AOW
De uitkeringslasten van de AOW vallen lager uit dan bij de vorige raming. Dit komt
voornamelijk doordat het aantal AOW’ers naar verwachting lager uitkomt dan eerder
geraamd. Dit is onder andere het gevolg van een relatief hogere sterfte aan het begin
van het jaar.
Toeslagenwet
De uitgaven aan de toeslagenwet (TW) zijn naar beneden bijgesteld. De neerwaartse
bijstelling komt grotendeels door een lager aantal extra TW-aanvragen bij Wajong-uitkeringsgerechtigden
dan oorspronkelijk verwacht.
Diversen
Dit betreft het saldo van verschillende mee- en tegenvallers. Er zijn onder andere
meevallers op de Wajong, het kindgebonden budget (WKB) en de leningen voor inburgering.
Er zijn onder andere tegenvallers op de kinderbijslag, kinderopvangtoeslag en de aanvullende
inkomensvoorziening ouderen (AIO).
Technische mutaties
Diversen
De tegenvaller is voornamelijk het gevolg van een tegenvaller op de WW-uitgaven ten
opzichte van eerdere ramingen. Het aantal uitkeringen komt hoger uit dan eerder geraamd.
Ook bevat deze post verschillende overboekingen tussen uitgavenplafond Sociale Zekerheid
en uitgavenplafond Rijksbegroting.
Ontvangsten
Mee- en tegenvallers
Diversen
Dit betreft onder andere een tegenvaller op de ontvangsten van de kinderopvangtoeslag
(KOT). Voor de toeslagjaren 2016 en 2017 zijn de verwachte terugontvangsten naar beneden
bijgesteld. Ook is er een tegenvaller op de ontvangsten van het kindgebonden budget
(WKB).
Technische mutaties
Diversen
Op basis van realisatiegegevens van het UWV valt het verhalen van WW-lasten op overheidswerkgevers
via de UFO-premie lager uit dan verwacht. Dit leidt tot een tegenvaller.
Zorg
ZORG: UITGAVEN1
2018
Stand Miljoenennota 2019
76.776,8
Mee- en tegenvallers
Zorg
Actualisatie zorguitgaven
– 720,0
– 720,0
Beleidsmatige mutaties
Zorg
Diversen
12,1
12,1
Technische mutaties
Zorg
Diversen
– 12,9
– 12,9
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 720,8
Stand Najaarsnota 2018
76.056,0
ZORG: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019
5.045,8
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018
5.045,8
Actualisering zorguitgaven
Op basis van voorlopige gegevens van het Zorginstituut Nederland en de Nederlandse
Zorgautoriteit over het eerste half jaar van 2018 zijn de ramingen van de zorguitgaven
2018 geactualiseerd. Deze cijfers hebben hierdoor een voorlopig karakter. Het beeld
dat hieruit naar voren komt, leidt tot een neerwaartse bijstelling van uitgaven onder
de Zorgverzekeringswet van 600 mln. en een neerwaartse bijstelling van de uitgaven
onder de Wet langdurige zorg van 120 mln. De belangrijkste sectoren in de Zvw waarin
naar verwachting sprake is van een onderschrijding zijn de wijkverpleging, de eerstelijnszorg,
ggz en genees- en hulpmiddelen. Deze geraamde onderschrijding kan nog wijzigen op
grond van de realisatiecijfers over geheel 2018. Daarover wordt in het jaarverslag
2018 nader gerapporteerd.
Diversen – beleidsmatige mutaties, zorg
Dit betreft voornamelijk een bijdrage van 7,2 mln. aan het Pensioenfonds Caribisch
Nederland vanwege een te lage dekkingsgraad. Daarnaast zijn er zijn contractafspraken
gemaakt met het ziekenhuis op Bonaire om het budget op te hogen met jaarlijks 2,5
mln. De kosten voor 2017 en 2018 vallen nu allebei in 2018 en betreffen dus 5 mln.
Diversen – technische mutaties, zorg
Dit betreft onder meer de overheveling van de (bovengenoemde) bijdrage aan het Pensioenfonds
Caribisch Nederland naar het verantwoordelijke departement BZK.
Gemeentefonds
B GEMEENTEFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
29.169,1
Technische mutaties
Rijksbegroting
Aardgasvrije wijken
91,6
Diversen
109,7
Sociale zekerheid
Diversen
12,2
213,5
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
213,4
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
29.382,5
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
29.382,5
B GEMEENTEFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,2
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,2
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,2
Aardgasvrije wijken
Voor 27 proeftuinen in het programma Aardgasvrije wijken boekt BZK in 2018 85 mln
over naar het gemeentefonds vanuit de klimaatenvelop. Het resterende bedrag heeft
BZK binnen de eigen begroting vrijgemaakt.
Diversen – rijksbegroting
Er vinden diverse overboekingen plaats. De belangrijke mutaties worden hieronder toegelicht.
Zo maakt LNV 24 mln. over voor de regio-envelop Rotterdam-Zuid 2018. Ook draagt SZW
17 mln. bij voor het programma Baankansen. Voor een aanvullende bijdrage voor de aanpak
van bodemsanering in vier gemeenten draagt IenW 13,6 mln. bij. Om de vergoeding van
raadsleden in kleine gemeenten te verhogen, draagt BZK eenmalig 10 mln. bij. Ook omvat
deze post de vrijval op de Bonus beschut werk (– 12,2 mln.), die tussen de plafonds
wordt verschoven (zie toelichting hieronder bij Diversen, sociale zekerheid). Door
middel van een kasschuif wordt in 2018 door SZW 8 mln. meer bijgedragen aan de voorkoming
van schulden en bestrijding van armoede in gemeenten. In de Voorjaarsnota 2019 zal
eenzelfde bedrag teruggeboekt worden naar SZW, om daarmee middelen beschikbaar te
maken voor de uitvoering van de motie-Segers (Kamerstukken II, 35 000, nr. 25) voor ondersteuning van kwetsbare mensen. Verder betreft deze post diverse overboekingen
voor decentralisatie-uitkeringen. Een overzicht van alle decentralisatie-uitkeringen
zal worden opgenomen in de tweede suppletoire begroting van het gemeentefonds en in
de decembercirculaire van het gemeentefonds.
Diversen – sociale zekerheid
Dit betreft de vrijval op de Bonus beschut werk. De Staatssecretaris van SZW heeft
toegezegd dat de middelen die in enig jaar niet nodig zijn in het kader van de decentralisatie-uitkering
Bonus beschut werk, beschikbaar blijven voor gemeenten. De vrijval wordt toegevoegd
aan de integratie-uitkering sociaal domein, onderdeel participatie. Dit betreft een
mutatie tussen plafonds, van plafond Rijksbegroting naar plafond Sociale zekerheid.
Provinciefonds
C PROVINCIEFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
2.314,2
Technische mutaties
Rijksbegroting
Aansluiting a6 lelystad
14,1
Extra sneltrein groningen – leeuwarden
30,4
Mkb innovatiestimulering topsectoren
16,1
Nationaal programma groningen
50,0
Diversen
30,0
140,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
140,5
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
2.454,7
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
2.454,7
C PROVINCIEFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Aansluiting A6 Lelystad
Voor de aansluiting en ruimtelijke inpassing van de A6 Lelystad-Airport wordt 14,1
mln. beschikbaar gesteld aan de provincie Flevoland, inclusief de resterende 0,1 mln.
voor de ruimtelijke inpassing.
Extra sneltrein Groningen – Leeuwarden
Het project Extra Sneltrein Groningen – Leeuwarden gaat over naar de realisatiefase.
De betrokken provincies zijn opdrachtgever. Daarvoor ontvangt, na afronding, Groningen
13,7 mln. en Fryslân 16,6 mln.
Nationaal programma Groningen
Het kabinet heeft, gelijktijdig met het besluit om de gaswinning te beëindigen, de
toezegging gedaan om een substantiële meerjarige bijdrage te leveren aan een toekomstbestendig
Groningen. De middelen voor het Nationaal programma Groningen tranche 2018 worden
via de EZK-begroting en middels een decentralisatie-uitkering overgemaakt aan de provincie
Groningen.
Mkb-innovatiestimulering Topsectoren
Ten behoeve van de decentrale uitvoering van de Mkb-innovatiestimulering Topsectoren
(MIT) voor regiogrens overschrijdende innovatiesubsidies worden er middelen overgeboekt
naar het provinciefonds.
Diversen
Het betreft diverse kleinere overboekingen. Zo boekt EZK, in het kader van de regeling
Regionale Investeringssteun Groningen (RIG), 5 mln. over voor investeringssteun aan
ondernemingen in de Eemsdelta en de Zernike-campus. Voor het programma Beter benutten
vindt er een budgetoverboeking van 4,1 mln. plaats ten behoeve van de provincies Flevoland
en Noord-Holland. LNV boekt 3,2 mln. over voor een bijdrage aan de provincies Zuid-Holland
en Utrecht voor de pilot klimaatslimme landbouw in de veenweiden. Verder betreft het
diverse overboekingen voor decentralisatie-uitkeringen. Een compleet overzicht van
alle decentralisatie-uitkeringen zal worden opgenomen in de decembercirculaire van
het provinciefonds.
Infrastructuurfonds
A INFRASTRUCTUURFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
6.201,0
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Saldo 2018 hoofdvaarwegennet
– 44,4
Saldo 2018 hoofdwegennet
– 167,1
Saldo 2018 megaprojecten verkeer en vervoer
– 103,0
Saldo 2018 regionaal, lokale infrastructuur
– 57,1
Saldo 2018 spoorwegen
53,4
Saldo 2018 verkenningen, reserveringen en investeringsruimte
33,0
Diversen
– 12,7
– 297,9
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 41,4
– 41,4
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 339,4
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
5.861,6
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
5.861,6
A INFRASTRUCTUURFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
6.201,0
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Saldo 2018 spoorwegen
– 22,2
Diversen
– 3,3
– 25,5
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 41,4
– 41,4
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 67,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
6.134,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
6.134,0
Saldo 2018 Hoofdvaarwegennet
Er is per saldo minder uitgegeven dan verwacht op het artikel Hoofdvaarwegennet. Dit
bedrag bestaat met name uit:
– Lagere uitgaven aan beheer en onderhoud (– 34,2 mln.) door vertraging in vervanging-
en renovatieprojecten Renovatie Waalbrug, Damwanden Eemskanaal, Bediening op Afstand
Friesland en Modernisering Objecten Bediening Zeeland.
– Lagere uitgaven aan aanleg (– 10,9 mln.) door vertraging bij onder andere het project
Nieuwe Sluis Terneuzen als gevolg van onverwachte verontreiniging en het project Verbreding
Julianakanaal als gevolg van contractproblematiek.
– Daarnaast is er sprake van een lichte overschrijding op DBFM-contracten (0,7 mln.).
Saldo 2018 Hoofdwegennet
Er is per saldo minder uitgegeven dan verwacht op het artikel Hoofdwegennet. Dit bedrag
bestaat uit drie componenten:
– Op beheer en onderhoud (+ 0,3 mln.) is meer uitgegeven dan verwacht op het programma
Groot Variabel Onderhoud.
– Er is minder uitgegeven aan aanleg (– 101,8 mln.) dan verwacht.
• Dit omvat lagere uitgaven aan planuitwerking en verkenning (– 77,4 mln.) met name
door overschotten bij het programma Beter Benutten (– 33 mln.) en vertraging op het
project Eindhoven Airport (– 25 mln.).
• Tevens zijn er per saldo lagere uitgaven aan realisatie (– 24,4 mln.) dit zit in veel
verschillende vertragingen onder andere bij Schiphol–Amsterdam–Almere waar minder
risico’s optraden, het Programma Aansluiting waar vertraging ontstaat door afstemming
en A7 Zuidelijke Ringweg Groningen in verband met een capaciteitsprobleem bij de aannemer.
– Er wordt minder uitgegeven (– 65,6 mln.) aan geintegreerde contractvormen doordat
het afsluiten van een contract vertraagd is.
Saldo 2018 Megaprojecten verkeer en vervoer
Er is minder uitgegeven dan verwacht op het artikel Megaprojecten verkeer en vervoer.
Dit betreft met name het verschuiven van de programmabeslissing naar 2019 voor het
project ERTMS (– 43,9 mln.), het project ZuidasDok (– 33,7 mln.) in verband met een
herijkingsfase van het project en verschillende vertragende oorzaken zoals veranderingen
in de constructie en verwerving van gronden en panden bij projecten in het Programma
Hoogfrequent Spoorvervoer (– 21,6 mln.).
Saldo 2018 Regionaal, lokale infrastructuur
Er is minder uitgegeven dan verwacht op het artikel Regionaal, lokale infrastructuur.
Dit bedrag ontstaat hoofdzakelijk door vertraging in de betalingstermijnen door een
gewijzigde planning bij project Uithoflijn (– 30 mln.) en een andere uitvoeringsstrategie
bij de Amstelveenlijn (– 25 mln.).
Saldo 2018 Spoorwegen
Op dit artikel is per saldo sprake van overschrijding. Deze bestaat uit verschillende
onderdelen:
– Hogere uitgaven (98 mln.) aan beheer en onderhoud doordat de planning hiervoor versneld
is uitgevoerd. De vervangingsinvesteringen zijn naar voren gehaald (zie TK 29 984, nr. 723 van 19 december 2017).
– Er is sprake van per saldo lagere uitgaven op aanleg (– 29,3 mln.).
• Er zijn lagere uitgaven voor het Programma Overwegen (– 19 mln.) omdat de gemeente
Venlo meer tijd nodig heeft voor de voorbereidende planuitwerking voor de aanleg van
de tunnel bij de overweg Vierpaadjes. Daarnaast zijn er lagere uitgaven voor Grensoverschrijdend
Spoorvervoer (– 9 mln.) en Fietsparkeren bij stations (– 6 mln.)
• Er zijn hogere uitgaven op het Traject Oost (13 mln.) en de optimalisering goederencorridor
Rotterdam–Genua (7 mln.).
– Er is sprake van lagere uitgaven aan het project HSL-Zuid (– 15,9 mln.). Een lagere
rentestand heeft geleid tot lagere beschikbaarheidsvergoedingen (zie TK 22 026, nr. 498).
Saldo 2018 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte
Op dit artikel is per saldo sprake van overschrijding en deze bestaat voornamelijk
uit de volgende onderdelen:
– Hogere uitgaven die met name worden veroorzaakt door aanvullende dekking vanuit de
investeringsruimte van Hoofdwegennet en Hoofdvaarwegennet voor de service level agreement
(SLA) met Rijkswaterstaat (48 mln.). Een voorbeeld is de tegenvaller op schadevaren
(11,1 mln). Schadegevallen op de vaarwegen worden door RWS hersteld en daarvoor worden
kosten gemaakt die niet altijd op de veroorzaker verhaald kunnen worden.
– Lagere uitgaven op de Korte termijn aanpak files (– 8 mln.), beheer en onderhoud op
Caribisch Nederland (– 3 mln.) en het project A2 Deil–Den Bosch (– 2 mln.).
Diversen – beleidsmatige mutaties
De onderuitputting op deze post bestaat voornamelijk uit het eigen vermogen van Rijkswaterstaat
dat bij Voorjaarsnota is toegevoegd aan het Infrastructuurfonds maar niet is uitgegeven
in 2018 (– 12,4 mln.).
Saldo 2018 Spoorwegen – niet-belastingontvangsten
De per saldo lagere ontvangsten worden met name veroorzaakt doordat een deel van de
concessievergoeding voor de HSL-Zuid (– 22,3 mln.) later plaatsvindt.
Diversen – technische mutaties, uitgaven en niet-belastingontvangsten
Deze post bestaat uit verschillende elementen;
– Diverse overboekingen waarmee in totaal 61,9 mln. uit het Infrastructuurfonds via
de IenW-begroting (HXII) wordt overgeheveld naar het Provinciefonds, Gemeentefonds
en het BTW-compensatiefonds.
– Bijdragen van 6,4 mln. vanuit andere departementale begrotingen aan het Infrastructuurfonds
voor projecten van IenW via de IenW-begroting (HXII).
– Diverse overhevelingen tussen het Infrastructuurfonds en de IenW-begroting (HXII)
waardoor per saldo 5,6 mln. wordt onttrokken aan het Infrastructuurfonds.
– Diverse desalderingen binnen het Infrastructuurfonds van totaal 19,6 mln. Dit betreft
voornamelijk niet verwachte ontvangsten (11,1 mln.) van derden op hoofdwegen en hoofdvaarwegennet
en een vertraging op diverse kleine projecten in het programma Topsector Logistiek.
Diergezondheidsfonds
F DIERGEZONDHEIDSFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
53,9
Technische mutaties
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
1,0
1,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
1,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
54,9
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
54,9
F DIERGEZONDHEIDSFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
53,9
Technische mutaties
Niet relevant voor het uitgavenplafond
Diversen
– 2,8
– 2,8
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 2,8
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
51,1
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
51,1
Diversen – uitgaven
De hogere uitgaven van 1 mln. hangen samen met extra kosten voor Brucella bewaking
ad 0,2 mln., voor uitbraken vogelgriep ad 1 mln. en voor pluimveeheffing ad 0,35 mln.
Daarnaast is er een verlaging van de uitgaven mycoplasma ad 0,4 mln. en een verlaging
voor een aantal kleinere posten ad 0,1 mln.
Diversen – niet-belastingontvangsten
De lagere ontvangst van per saldo 2,8 mln is de verwerking van de laatste prognose
van RVO. RVO verwacht voor het DGF lagere ontvangsten van de sectoren pluimvee, schaap
en geit. Deze prognose wordt bij Najaarsnota verwerkt.
BES-fonds
H BES-FONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
42,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
0,1
0,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,1
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
42,1
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
42,1
H BES-FONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Diversen – technische mutaties, uitgaven
Met een overboeking vanaf begrotingshoofdstuk 4 Koninkrijksrelaties wordt een driejaarlijkse
reeks die vanaf OCW is overgemaakt in 2014 naar de vrije uitkering alsnog uitgekeerd
aan de Openbare Lichamen.
Deltafonds
J DELTAFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
1.102,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Saldo 2018 investeren in waterkwaliteit
– 15,3
Saldo 2018 investeren in waterveiligheid
16,6
Diversen
– 2,2
– 0,9
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
4,8
4,8
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
3,8
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
1.106,7
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
1.106,7
J DELTAFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
1.102,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
– 1,0
– 1,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
4,8
4,8
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
3,8
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
1.106,7
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
1.106,7
Saldo 2018 Investeren in waterkwaliteit
De per saldo lagere uitgaven op artikel 7 Investeren in waterkwaliteit worden met
name veroorzaakt door vertraging bij een aantal planstudies, aanbestedingen en realisaties
van projecten in de Kaderrichtlijn Water 2e en 3e tranche. De vertraging komt voort uit een te optimistische planning voor start aanbesteding
en realisatie. De planning is bijgesteld zonder effect op de eindmijlpaal.
Saldo 2018 Investeren in waterveiligheid
De per saldo hogere uitgaven op artikel 1 Investeren in waterveiligheid worden veroorzaakt
door hogere uitgaven die voortkomen uit overprogrammering (62,9 mln.) op aanlegprojecten
waterveiligheid en door lagere uitgaven (– 41,4 mln.) door vertragingen op diverse
projecten van het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP-2). De lagere uitgaven komen
voort uit onder andere de projecten Lekdijk Lekkerland, door een tegenvallende grondslag
en verplaatsingen bij een pand aan de dijk, door loslatende stenen bij de Waddenzeedijk
Friese Kust en verontreiniging bij het gebruik van alternatief ophoogmateriaal bij
het project Eemdijken.
Diversen – Beleidsmatige mutaties uitgaven
Deze post bestaat met name uit het saldo 2018 op verschillende artikelen:
– Op artikel 2 Investeren in zoetwatervoorziening lagere uitgaven dan verwacht (– 11,0
mln.) door met name vertraging in de planuitwerking in het project Kleinschalige Water
Aanvoervoorzieningen (– 4,0 mln.) en vertraging in het project Robuust natuurlijke
oevers voor de aanscherping van het projectplan (– 2,3 mln.).
– Hogere uitgaven op artikel 3 Beheer, onderhoud en vervanging (4,8 mln.) hebben met
name betrekking op het project GVO Stuwen in de Lek als gevolg van een nieuwe (termijn)planning
met als uitgangspunt dat alle activiteiten toch in 2018 zouden kunnen worden uitgevoerd.
– Per saldo lagere uitgaven op artikel 4 Experimenteren cf. art. III Deltawet (– 5,2
mln.) doordat voor DBFM-project Afsluitdijk de gunning lager uitviel dan de raming.
– Op artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven zijn de uitgaven hoger dan
verwacht (8,2 mln.) door met name onverwachte bijdrages (+ 17,7 mln.) aan onder andere
het Security Operations Centre en de schade aan de stuw Grave. Voor een deel is geen
beroep gedaan op de investeringsruimte (– 10,0 mln.) deze middelen schuiven door naar
2019.
Diversen – Technische mutaties uitgaven en niet-belastingontvangsten
Deze post omvat twee elementen:
– Diverse overboekingen waarmee per saldo 3,8 mln. aan het Deltafonds via de IenW-begroting
(HXII) wordt toegevoegd. Dit betreft overboekingen met de IenW-begroting, andere departementale
begrotingen en het Provinciefonds. De grootste overboekingen zijn een bijdrage vanuit
het Deltafonds voor het project Ooijen Wanssum (– 0,5 mln.) en een bijdrage vanuit
JenV voor Cybersecurity (3,5 mln.).
– Diverse desalderingen (1,0 mln.).
Accres Gemeentefonds
ACCRES GEMEENTEFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
ACCRES GEMEENTEFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Accres Provinciefonds
ACCRES PROVINCIEFONDS: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
ACCRES PROVINCIEFONDS: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Prijsbijstelling
PRIJSBIJSTELLING: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
PRIJSBIJSTELLING: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Arbeidsvoorwaarden
ARBEIDSVOORWAARDEN: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
ARBEIDSVOORWAARDEN: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Algemeen
ALGEMEEN: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
620,1
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
8,4
8,4
Technische mutaties
Rijksbegroting
B5 politie
– 54,0
L108 gasfonds groningen
– 50,0
Wederopbouw sint maarten
– 150,0
Diversen
– 37,1
– 291,1
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 282,7
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
337,4
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
337,4
ALGEMEEN: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019 (excl. IS)
0,0
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
0,0
Stand Najaarsnota 2018 (subtotaal)
0,0
Totaal Internationale samenwerking
0,0
Stand Najaarsnota 2018
0,0
Diversen – beleidsmatig
Dit betreft een kasschuif van middelen uit 2019 naar 2018. Hiervan is 8 mln. ten behoeve
van een begrotingsbijstelling voor de Regio-Deal Rotterdam-Zuid. Rotterdam-Zuid heeft
meer middelen aangevraagd dan in eerste instantie verwacht door LNV. De resterende
0,4 mln. is ten behoeve van de Regio-Deal Landbouw Saba. Beiden Regio-Deals worden
in hun middelen voorzien vanuit de Regio-Envelop.
B5 Politie
De resterende Regeerakkoordmiddelen voor de politie (reeks B5) voor 2018 zijn overgeheveld
naar de begrotingen van JenV. De middelen worden onder andere ingezet voor een eenmalige
impuls in lokale capaciteit (33 mln.) en voor de implementatie van een toekomstbestendige
toegangsbeveiliging van de politie (19 mln.).
L108 Gasfonds Groningen
Dit betreft een overboeking van de Aanvullende Post naar de EZK-begroting van 50 mln.
voor het Nationaal programma Groningen (NPG). Dit bedrag is vervolgens vanuit de EZK-begroting
overgemaakt naar het Provinciefonds ten behoeve van de provincie Groningen. Op 5 oktober
jl. hebben Rijk, provincie en gemeenten een akkoord gesloten in de vorm van een NPG.
Voor het NPG is meerjarig totaal 1,15 mld. beschikbaar. Vooruitlopend op de nadere
uitwerking van het Nationaal Programma in de komende maanden wordt gewerkt om binnen
iedere programmalijn nog dit jaar een aantal projecten te starten.
Wederopbouw Sint Maarten
Na de verwoestingen die orkaan Irma heeft veroorzaakt zijn er middelen vrijgemaakt
voor de wederopbouw van Sint Maarten. Het grootste deel van deze middelen komt in
een fonds dat wordt beheerd door de Wereldbank. Dit betreft de tweede storting in
het fonds via de begroting van Koninkrijksrelaties.
Diversen – technisch
Dit betreffen overhevelingen van middelen op de Aanvullende Post naar diverse begrotingen.
Het gaat hier onder andere om het uitkeren van middelen van de Regio-envelop.
Homogene Groep Internationale Samenwerking
HOMOGENE GROEP INTERNATIONALE SAMENWERKING: UITGAVEN
2018
Stand Miljoenennota 2019
5.338,1
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 2,9
– 2,9
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Asiel: oda-toerekening
– 42,0
Daling budget veiligheid, stabiliteit en rechtsorde
– 21,6
Dggf
– 22,7
Europees ontwikkelingsfonds
– 15,2
Extra inzet overig armoedebeleid
– 54,8
Onderwijs
20,5
Private sector en investeringsklimaat
30,0
Versterkte multilaterale betrokkenheid
34,4
Vertraging aflossing egalisatieschuld
– 16,0
Diversen
– 0,1
– 87,5
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
13,6
13,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
– 76,8
Stand Najaarsnota 2018
5.261,3
HOMOGENE GROEP INTERNATIONALE SAMENWERKING: NIET-BELASTINGONTVANGSTEN
2018
Stand Miljoenennota 2019
195,8
Mee- en tegenvallers
Rijksbegroting
Diversen
– 0,3
– 0,3
Beleidsmatige mutaties
Rijksbegroting
Diversen
0,0
0,0
Technische mutaties
Rijksbegroting
Diversen
13,6
13,6
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2019
13,4
Stand Najaarsnota 2018
209,2
Asiel: ODA-toerekening
Kosten voor de eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen worden volgens afspraken
binnen OESO-DAC toegerekend aan ODA (official development assistance). Op basis van
de reguliere herijking van de instroomraming is deze voor 2018 bijgesteld van 30.000
naar 37.000 personen. De ODA-toerekening wordt daarom naar boven bijgesteld. BHOS
boekt om deze reden 42 mln. naar de begroting van JenV.
Daling budget veiligheid, stabiliteit en rechtsorde
Het budget voor veiligheid, stabiliteit en rechtsorde daalt met 13 mln. door lager
uitvallende bijdragen aan het UNDP Law and Order Trustfund for Afghanistan (LOFTA)
en de OVSE. Het budget is verder met 8 mln. naar beneden bijgesteld ten behoeve van
overhevelingen naar andere artikelen om intensiveringen in het kader van het lidmaatschap
van de VNVR, mensenrechten en de bestrijding van chemische wapens in vorm van steun
aan de OPCW mogelijk te maken.
DGGF
Het Dutch Good Growth Fund (DGGF) heeft als doel het bevorderen van handel en investeringen
van het MKB in ontwikkelingslanden en Nederlandse bedrijven die in ontwikkelingslanden
willen investeren. Vanaf 2014 is meerjarig 700 mln. beschikbaar om het fonds te voeden,
waarna het DGGF moet revolveren. De beschikbare middelen voor 2018 zijn niet volledig
uitgeput.
Europees ontwikkelingsfonds
De afdrachten aan het 11e Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) zijn voor 2018 naar beneden
bijgesteld. Voor Nederland betekent dit een verlaging van 15 mln. in het lopende jaar.
De neerwaartse bijstelling is het gevolg van minder aangegane verplichtingen dan door
de Commissie begroot.
Extra inzet overig armoedebeleid
Artikel 5.4., het artikelonderdeel waarop mutaties worden verwerkt als gevolg van
BNI-ontwikkelingen en wijzigingen in toerekeningen, wordt per saldo verlaagd met 54,8
miljoen. Deze mutatie bestaat uit een verlaging van het artikel met 84 mln. en een
verhoging door o.a. de lagere afdrachten aan het EOF (15 mln.) en de daling van het
budget voor veiligheid, stabiliteit en rechtsorde (13 mln.). De middelen worden ingezet
voor uitgaven op verschillende artikelen binnen de begroting van BHOS, bijvoorbeeld
onderwijs, private sector en investeringsklimaat en extra inzet overig armoedebeleid.
Gedurende het jaar wordt de minstand ingevuld door onderuitputting op de BHOS-begroting.
De ervaring leert dat op de BHOS-begroting altijd minder uitgegeven wordt dan geraamd
door onvoorspelbare factoren in ontwikkelingslanden (bijvoorbeeld politieke instabiliteit).
Onderwijs
De verhoging is het saldo van een drietal mutaties. Een extra bijdrage aan het Global
Partnership for Education (25 mln.), een overheveling naar artikel 4.1. voor het programma
Education Cannot Wait (3 mln.), en een lager dan verwachte liquiditeitsbehoefte van
het beurzenprogramma van NUFFIC (1 mln.).
Private sector en investeringsklimaat
Deze mutatie betreft een verhoging van de uitgaven aan financiële sectorontwikkeling
en infrastructuurontwikkeling. Het bedrag bestaat uit nieuwe verplichtingen ten behoeve
van Massif (Micro and Small Enterprise Fund), het One Acre Fund en de Private Infrastructure
Development Group die hoger uitvalt dan geraamd.
Versterkte multilaterale betrokkenheid
Het budget voor versterkte multilaterale betrokkenheid is met 10 mln. verhoogd voor
algemene vrijwillige bijdragen aan o.a. UNICEF, UNDP en UNFPA. Daarnaast draagt Nederland
bij aan een aantal VN-activiteiten, zoals o.a. het Resident Coördinator Fund (5 mln.),
het Joint Fund for the Agenda 2030 (10 mln.), het VN-Funding Compact (3 mln.) en een
versnelde invoer van het assistent-deskundigen programma (1,8 mln.).
Vertraging aflossing egalisatieschuld
De aflossing door het Ministerie van JenV van de egalisatieschuld, de schuld bij het
Rijksvastgoedbedrijf, komt niet tot betaling in 2018, maar in 2019.
Diversen – mee- en tegenvallers en beleidsmatige mutaties, uitgaven
Deze post betreft een som van mutaties, waarvan de grootste zich voordoen op de begroting
van BZ en BHOS. Het budget voor bijdragen aan humanitaire noden is verhoogd met 11
mln. ten behoeve van o.a. UNHCR, UNWRA, ICRC, WFP en humanitaire hulp aan Jemen en
Zuid-Soedan. Verder is het budget voor water verhoogd met 10 mln. om activiteiten
in Benin, de Centraal Afrikaanse Republiek, Ghana en Mauritanië op dit gebied nog
een jaar te kunnen voortzetten. Het budget voor voedselzekerheid daalt met 13 mln.
vanwege lager dan verwachte uitgaven. Daarnaast daalt de bijdrage aan migratie en
ontwikkeling met 10 mln. omdat dit gedekt wordt vanuit het EU Trust Fund Budget. Deze
middelen worden ingezet voor opvang in de regio.
Diversen – mee- en tegenvallers en beleidsmatige mutaties, niet-belastingontvangsten
Deze post betreft een som van mutaties van o.a. lager dan geraamde ontvangsten van
internationale financiële instellingen bij het Ministerie van Financiën en lagere
uitgaven bij het Ministerie van VWS voor de komst van EMA naar Nederland. Deze uitgaven
worden over een langere periode gedaan dan oorspronkelijk begroot (2018–2021 in plaats
van 2017–2019). De totale uitgaven wijzigen daarmee niet.
Diversen – technische mutaties, uitgaven en niet-belastingontvansten
De technische mutaties betreffen enkele desalderingen op de begrotingen van BZ, Defensie
en BHOS.
BIJLAGE 4: REGEERAKKOORDMIDDELEN OP DE AANVULLENDE POST
In deze bijlage zijn de mutaties van de regeerakkoordmiddelen op de aanvullende post
tot en met Najaarsnota en de nieuwe stand bij Najaarsnota opgenomen. Aanpassingen
als gevolg van Nota’s van Wijziging zijn niet opgenomen, deze zullen worden opgenomen
in het overzicht bij de Voorjaarsnota. De toelichtingen bij de mutaties op de aanvullende
post staan in de Verticale Toelichting aanvullende post (bijlage 3 bij de Najaarsnota).
In tabel 1 zijn alle mutaties weergegeven. De mutaties betreffen overhevelingen naar
begrotingen en kasschuiven. Daar waar witregels staan, hebben geen mutaties plaatsgevonden.
Daar waar een 0 in de reeksen staat, is de mutatie kleiner dan 0,5 mln.
De stand van de reserveringen Regeerakkoord op de aanvullende post bij Najaarsnota
zijn zichtbaar in tabel 2. Daar waar witregels staan, zijn de middelen Regeerakkoord
reeds uitgekeerd. Daar waar een 0 in de reeksen staat is de stand kleiner dan 0,5
mln.
Tabel 1: mutaties Regeerakkoordmiddelen aanvullende post (in mln. euro)
2018
2019
2020
2021
2022
2023
Nr.
Mutaties t.o.v. Miljoenennota
– 123
– 8
Begroting
Openbaar bestuur
Veiligheid
B5
Politie (o.a. agenten in de wijk, innovatie, recherche en werkgeverschap)
– 54
JenV
Defensie
Bereikbaarheid
Milieu
Landbouw
Onderwijs, onderzoek en innovatie
Zorg
Sociale Zekerheid
Internationale samenwerking
Overige uitgaven
L105
Kasschuif reservering regionale knelpunten
8
– 8
L105
Reservering regionale knelpunten
– 26
EZK
L108
Gasfonds Groningen
– 50
EZK
L110
Brandweer- en politievrijwilligers
– 1
Jenv
Tabel 2: Resterende RA-reserveringen op de aanvullende post bij Najaarsnota (in mln.
euro)
2018
2019
2020
2021
2022
2023
Nr.
Reserveringen Regeerakkoord
44
1.896
2.503
2.627
2.431
2.256
Openbaar bestuur
A3
Belastingdienst
202
31
25
A4
Reservering transitie werkgevers zorg en overheid a.g.v. afschaffing doorsneesystematiek
pensioenen
200
200
200
200
Veiligheid
B5
Politie (o.a. agenten in de wijk, innovatie, recherche en werkgeverschap)
50
82
105
129
129
B6
Digitalisering werkprocessen strafrechtketen
70
70
70
70
B7
Extra capaciteit strafrechtketen
10
15
20
20
20
B8
Cybersecurity
B9
Contraterrorisme
B10
Ondermijnende criminaliteit
7
7
7
7
7
B12
Ondermijningsbestrijdingsfonds
100
B13
Terugdringen recidive
B14
Experimenten regulering wietteelt
1
1
1
1
1
B15
Voorkomen vechtscheidingen
B16
Vrijwilligerswerk gedetineerden
B17
Regionaal Uitstapprogramma Prostituees
Defensie
C18
Ondersteuning krijgsmacht
C19
Investeringen modernisering krijgsmacht
C20
Uitbreiding slagkracht, cyber en werkgeverschap
110
110
110
110
110
C21
Kustwacht Caribisch Gebied
Bereikbaarheid
D22
Verhoging Infrastructuurfonds
Milieu
E23
Envelop klimaat
300
300
300
300
300
E24
SDE+: nieuwe verplichtingen vanaf 2020
103
368
290
288
E25
Natuur en waterkwaliteit
40
E26
Invoeren alternatief voor salderingsregeling
213
240
240
240
Landbouw
F28
Capaciteit NVWA
5
15
16
15
15
F29
Cofinanciering Fonds warme sanering varkenshouderij (prioritair voor Noord-Brabant)
66
84
40
10
F30
Fonds bedrijfsopvolging agrarische sector
50
25
F31
Cofinanciering innovatie visserij
5
5
5
Onderwijs, onderzoek en innovatie
G32
Voor- en vroegschoolse educatie
G33
Aanpak werkdruk primair onderwijs (incl. 20 miljoen kleine scholen)
81
193
193
G35
Kwaliteit technisch onderwijs vmbo
G36
Fundamenteel onderzoek
G37
Toegepast onderzoek innovatie
G38
Onderzoeksinfrastructuur
G39
Maatschappelijke diensttijd
50
75
100
100
100
G40
Cultuur (en historisch democratisch bewustzijn)
2
28
28
29
29
G41
Nederlandse scholen in het buitenland
G42
Media/onderzoeksjournalistiek
5
5
5
5
5
G43
Intensivering erfgoed en monumenten (met name nationaal restauratiefonds)
39
G44
Aanpak laaggeletterdheid
G45
Onderwijsachterstandenbeleid en aandacht voor talentrijke kinderen
G48
Terugdraaien taakstelling groen onderwijs
Kennisinstellingen
14
14
14
14
14
14
Zorg
H57
Bevorderen digitaal ondersteunende zorg
4
10
10
5
H59
Preventiemaatregelen
41
41
15
10
9
H60
Transformatiegelden jeugd
H61
Waardig ouder worden
H62
Onafhankelijke cliëntondersteuning
10
10
H63
Veilig opgroeien (meldcode, actieplan pleegzorg, FMEK (structureel))
H64
Brede aanpak LVB, daklozen en zwerfjongeren
2
2
2
1
H65
Belonen van uitkomsten
3
6
H68
Sport
H69
Q-koorts
H70
Experimenten regulering wietteelt
1
1
1
1
1
BTW-sportvoorziening
Sociale Zekerheid
I80
Meer face-to-face UWV voor Werkloosheid
I81
Meer face-to-face UWV voor Arbeidsongeschiktheid
I82
Pilot scholing WGA (voor mensen waarvoor onvoldoende functies te duiden zijn)
10
10
10
I86
Collectiviseren transitievergoeding MKB
100
100
100
100
I89
Extra budget voor Inspectie SZW: intensivering handhaving en fraudebestrijding
I92
Bestrijden van schulden en armoede bij gezinnen met kinderen
I93
Taalles bij integratie
Overdrachten bedrijven
J101
Eigen vermogen Invest NL (niet EMU-saldorelevant)
30
500
500
500
500
470
Internationale samenwerking
K103
Intensivering OS/ODA
K104
Buitenlands diplomatiek netwerk (posten)
Overige uitgaven
L105
Reservering regionale knelpunten (waaronder BES, Rotterdam-Zuid, nucleair, Eindhoven,
ESTEC, Zeeland)
200
342
170
1
L107
Stimulering ombouw laagcalorisch naar hoogcalorisch
15
30
30
L108
Gasfonds Groningen
50
50
50
50
10
L109
Gratis VOG voor mensen die werken in een afhankelijkheidssituatie
L110
Brandweer- en politievrijwilligers
1
1
1
Indieners
-
Indiener
W.B. Hoekstra, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.