Plenair verslag Tweede Kamer, 2e vergadering
Woensdag 17 september 2025

  • Begin
    10:15 uur
  • Sluiting
    0:00 uur
  • Status
    Ongecorrigeerd

Opening

Voorzitter: Martin Bosma

Aanwezig zijn leden der Kamer, te weten:

De voorzitter:
Ik heropen de vergadering.

Algemene Politieke Beschouwingen

Algemene Politieke Beschouwingen

Aan de orde zijn de Algemene Politieke Beschouwingen.


Termijn inbreng

De voorzitter:
Aan de orde zijn de Algemene Politieke Beschouwingen. Een hartelijk woord van welkom aan al die mensen in vak K vandaag, die hier bil aan bil twee dagen gaan zitten. We wensen u veel sterkte. Veel bekende gezichten, ook wat nieuwere gezichten. We hebben allemaal een schema met de namen die erbij horen. Fijn u allemaal te zien vandaag. Het wordt een lange zit. Daar wil ik, om te beginnen, iets over zeggen. De Algemene Beschouwingen zijn het grootste debat van het jaar, dus daar moeten we de tijd voor nemen. Vorig jaar eindigde de eerste dag echter om 1.30 uur 's nachts en de tweede dag om 2.30 uur 's nachts. We hebben te maken met een ambitieuze Kamer, die dat record ongetwijfeld wil verbeteren, maar ik heb een bescheiden voorstel om daar enige verandering in te brengen. Dat staat, moet ik eerlijk zeggen, haaks op de traditie. Normaal is het aantal interrupties namelijk onbeperkt. Dat betekent wel dat we pas om 2.00 uur het pand verlaten. Mijn voorstel is dus om het aantal interrupties te beperken. Het is een beleidsarme begroting. De troonrede duurde gisteren twaalf minuten. Ik zie het enthousiasme uit de zaal toenemen. Dat waardeer ik enorm. Mijn voorstel zou zijn om het aantal interrupties te beperken tot twaalf per fractie in deze termijn en de interrupties beperkt te houden tot 45 seconden. Laat het enthousiasme maar klinken uit de zaal. Ik dacht dat de heer Jetten als eerste was.

De heer Jetten (D66):
Voorzitter. Ik hou natuurlijk enorm van tradities, dus ik stel voor dat we die nu niet breken. Ik zou geen maximum op het aantal interrupties zetten. Dit is toch altijd wel een uniek moment in het jaar. Ik ben er wel heel erg voor dat u gewoon ingrijpt als het te lang wordt, er te veel herhaald wordt et cetera, maar ik wil geen maximum op het aantal.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Ik ben ook een groot voorstander van tradities, voorzitter, net als uzelf. Dus nee, ik ben het niet eens met uw voorstel. De APB zijn het enige moment in het jaar waar we geen limiet zetten op het aantal interrupties. Dat moet zo blijven.

De heer Bontenbal (CDA):
Ik ben ook een groot voorstander van tradities, maar ik vind ook dat je een beetje toekomstgericht moet zijn.

De voorzitter:
En ook fatsoenlijk misschien?

De heer Bontenbal (CDA):
En ook fatsoenlijk.

(Hilariteit)

De voorzitter:
Je moet een beetje sturen, hè.

De heer Bontenbal (CDA):
Tegen de mensen achter me zeg ik: knip meteen even het filmpje.

De voorzitter:
Dan kunt u naar huis.

De heer Bontenbal (CDA):
Maar ik ben het wel eens met de voorzitter: de interrupties worden scherper en het debat beter als we er een maximum op zetten. Als we dan gelijk het motiequotum regelen, ben ik helemaal tevreden.

De voorzitter:
Dat doen we na afloop.

De heer Stoffer (SGP):
Tradities, voorzitter, daar ben ik ook wel van. Zonder gekheid, met twaalf interrupties kunnen wij leven, want je merkt toch vaak dat niet iedereen zich weet te beheersen. Ik wil het niet allemaal bij u leggen, maar ik wil voorstellen om rond het diner te evalueren of het niet nodig is om de ruimte te zoeken om er een paar bij te doen.

De voorzitter:
Een commissie-Van der Staaij eigenlijk.

De heer Stoffer (SGP):
Ik wil hem best vragen of hij hier even komt rond het diner.

De voorzitter:
Ik denk dat hij daar altijd toe bereid is.

De heer Dassen (Volt):
Voorzitter, geen steun. Het lijkt me goed als we dit debat uitgebreid voeren. Ik zou het wel steunen als u de interrupties kort zou houden, zodat we er meer kunnen doen.

De voorzitter:
De toon is gezet.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Ik denk dat het fantastisch om een traditie te hebben van stevige, goede inhoudelijke APB. Daar passen die interrupties bij. Het is wat mij betreft prima als u rond de dinerpauze feedback geeft. Dan kunt u zeggen: jij hebt nu al 50 keer geïnterrumpeerd; ik ben het zat. Dat snappen we dan allemaal. Maar ik hoop van harte dat het niet nodig is om de interrupties te beperken. Mocht dat wel zo zijn, dan kunnen we dat bij de dinerpauze afspreken.

De heer Van Baarle (DENK):
Voorzitter. We hebben bij de Algemene Politieke Beschouwingen de traditie met elkaar dat we uitgebreid debatteren over de toekomst van het land, over de plannen voor het komende jaar. Dat moeten we absoluut niet aan banden leggen. We moeten de Kamer niet gaan muilkorven. Geen steun.

De voorzitter:
Helder.

De heer Van Hijum (NSC):
Voorzitter. Ook ik zou willen voorstellen om het aantal interrupties niet zozeer te beperken, maar om, wat een aantal collega's heeft voorgesteld, even te kijken of de lengte van die interrupties een beetje aan banden gelegd kan worden, zodat we wel een effectieve, goede discussie kunnen hebben.

Mevrouw Yeşilgöz-Zegerius (VVD):
Voorzitter. Ik vind het een manmoedige poging van u en steun u helemaal.

Mevrouw Van der Plas (BBB):
Nederland is in ontwikkeling en er ontstaan in Nederland ook nieuwe tradities. Ik steun het voorstel van de voorzitter.

De heer Dijk (SP):
Voorzitter. Ik had in deze tijd al tien interrupties kunnen doen. Ik vind het een goede traditie om gewoon lekker de interrupties te laten lopen en af en toe even te kijken of we niet duizend dingen blijven herhalen.

De voorzitter:
Mevrouw Ouwehand, ik ben erg benieuwd wat u gaat zeggen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ja, dat dacht ik wel! Ik wil afsluiten met de opmerking dat het misschien voor u als voorzitter een mooie kans is om de laatste APB die u voorzit goed te leiden. Dan hoeven we het aantal interrupties niet te beperken.

(Hilariteit)

De voorzitter:
De toon is weer gezet, de toon is weer gezet!

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Toch? Vrolijk beginnen!

De voorzitter:
Ik stel vast dat ik geen meerderheid heb voor mijn geweldige voorstel. Maar dan geldt: aan de voorzitter heeft het niet gelegen! Ik wens u een prettige avond. Ik hoop dat u een slaapzak mee hebt. Ik ga wel letten op die 45 seconden. En rondom de dinerpauze ga ik inderdaad even de tussenstand opnemen.

Normaal is er bij de APB slechts één premier aanwezig, maar vandaag zijn er in dit pand en in deze zaal twee premiers aanwezig. De premier van Aruba, de heer Eman, is namelijk aanwezig.

(Geroffel op de bankjes)

De voorzitter:
En dat beschouwen wij als een grote eer. Eerder dit jaar was ik op Aruba. De huidige minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, die toen de voorzitter van de Eerste Kamer was, is mijn getuige. De heer Eman kent mijn voorliefde voor poëzie en heeft toen een gedicht voor mij geschreven. Wanneer gebeurt het nou dat een premier een gedicht voor je schrijft, meneer Schoof?

(Hilariteit)

De voorzitter:
Maar u heeft nog even de tijd, zou ik zeggen, dus aarzel niet.

Het gedicht wil ik graag ten gehore brengen, ter ere van het prachtige Curaçao.

(Hilariteit)

De voorzitter:
Ik was in mijn hoofd één eiland verder. Neem me niet kwalijk.

Over Zeeën Eén

Tussen ons strekken oceanen hun adem,
brede wateren die landen scheiden als dromen,
eilanden, kusten, heuvels en steden,
onder luchten van kou, van hitte, van stormen gekomen.

De zon brandt anders, de wind draagt een ander lied,
soms lijkt de verte te groot om te overbruggen,
maar diep onder golven, onder getij en verdriet,
blijft iets ons – stil en zeker – omarmen, omhullen.

Niet alleen door wetten, noch grenzen van macht,
maar door wat ouder is dan kaart of kompas,
het weten dat in de kern van elke zachte of harde kracht,
wij delen wat geen zee ooit van ons scheiden was.

Broeders zijn wij – onder sterren in de hemel,
dragers van een oude, levende verbintenis:
in het Koninkrijk dat niet breekt op de dijken,
maar groeit in de ruimte die tussen ons is.

Verre, nabij, anders, toch één -
in woord, in hoop, in erfgoed bewaard,
een vlechtwerk van eilanden en land, rivieren en steen,
door de oceaan niet gebroken, maar verklaard.

Was getekend: minister-president Mike Eman.

Dank u wel.

(Geroffel op de bankjes)

De voorzitter:
Het woord is aan de eerste spreker, de heer Wilders, PVV.

Twaalf interrupties had ik gezegd, hè? Meneer Van Baarle.

De heer Van Baarle (DENK):
Voorzitter. Voordat het debat begint: er is een rapport uitgekomen van de UN Independent International Commission of Inquiry. Die constateert dat Israël zich schuldig maakt aan het plegen van genocide in Gaza. Ik zou het kabinet willen verzoeken om met een reactie op dit rapport te komen en aan te geven welke maatregelen het kabinet gaat nemen om de verplichting uit het Genocideverdrag na te komen, om de genocide in Gaza te stoppen. Ik verzoek dat te doen voordat de termijn van de minister-president met de beantwoording van alle vragen morgen begint.

De voorzitter:
Prima. Ik zal het doorgeleiden aan het kabinet. Het woord is aan de heer Wilders.

De heer Wilders (PVV):
Voorzitter, dank u zeer. Ik heb, net als alle andere collega's, een tekst voorbereid. Er kwam vanmorgen om half tien echter een mail binnen van een hardwerkende jonge moeder van twee kinderen, die in een grote stad op een vuilniswagen werkt. Ik zal haar naam niet noemen, maar zij vraagt mij aan het einde van de mail of ik haar verhaal bespreekbaar wil maken. Ik zal dat geanonimiseerd doen, maar ik wil het wel vertellen.

Dit is een mevrouw van 28 jaar die, ik zei het al, op een vuilniswagen rijdt. Gisteren is zij tijdens haar werk zwaar mishandeld. Ze reed een straat in, tegen het verkeer in, maar schrijft dat zij als mensen op een vuilniswagen daar een ontheffing voor hebben. Er kwam een heel dikke Audi de straat inrijden, die meteen veel bombarie maakte. Er stapte iemand uit, een mevrouw met een hoofddoek, die haar meteen de huid vol schold met de woorden "vies manwijf". De deur werd opengetrokken en een grote meneer kwam de wagen in die mevrouw bedreigde met de woorden: "Als je nu die" — excuses dat ik het woord moet gebruiken, voorzitter — "kankerwagen niet weghaalt, sla ik al je tanden uit je bek." Voordat ze het wist, kreeg ze een enorme vuistslag in haar gezicht en het bloed spoot uit haar mond. In no time stonden er twintig Marokkanen bij die zich ermee bemoeiden. Ze schrijft: "Ik ben de moeder van twee kleine kinderen. Ik durf nu de stad niet meer in. Wat is de volgende stap? Ik ben bij de huisarts geweest. Mijn kaak is zwaar gekneusd. Mijn lip is doorboord door mijn tand." Ze heeft me foto's meegestuurd, die ik u zal besparen.

Voorzitter. Dit is het Nederland waar ik het in mijn termijn over wil hebben. Het moet heel snel anders. Ik kan hier ontzettend boos om worden, en volgens mij miljoenen mensen met mij.

Voorzitter. Over precies 42 dagen gaat Nederland naar de stembus voor de belangrijkste verkiezingen in onze geschiedenis. Want het is erop of eronder. Het is niet vijf voor twaalf, het is half een. Het voortbestaan van ons land, het Nederland dat is opgebouwd door onze ouders en voorouders, staat op het spel. Een combinatie van jarenlange open grenzen en het niet integreren van massa's niet-westerse allochtonen maakt ons land met de dag on-Nederlandser, onveiliger en onleefbaarder.

De waarheid is onaangenaam en hard, maar Nederland wordt langzaam maar zeker gesloopt, onze normen vertrapt, onze wijken en steden geïslamiseerd en onze mensen bedreigd, mishandeld en soms zelfs verkracht. De vraag is dus: laten we onze grenzen wagenwijd openstaan voor nog meer gelukszoekers? Accepteren we de criminaliteit van grote groepen allochtonen die hier al zijn en hier vaak ook geboren zijn? Of zeggen we: stop, genoeg is genoeg. Geven we ons land definitief weg aan Afrikanen, Arabieren en criminele allochtonen, of worden we weer de baas in ons eigen land? Kiezen we ervoor om verder het moeras in te zinken met het links-liberale multiculturalisme, of vechten we eindelijk terug? Voeren we als de wiedeweerga een totale asielstop in? Zetten we criminelen als het kan het land uit? Of gaan we door met deze nationale zelfmoord?

Voorzitter. Mensen voelen zich steeds vaker vreemden en onveilig in hun eigen straat, wijk, dorp en stad. Steeds meer wijken en steden verworden tot een soort islamitische enclave. Mensen zien hun wijk vollopen met Somaliërs, Syriërs en Marokkanen. We raken ons land kwijt. Miljoenen Nederlanders zijn het inmiddels spuug- en spuugzat. Ze hebben groot gelijk, want Nederland is Nederland niet meer.

De heer Van Baarle (DENK):
Nederlanders zijn het inderdaad spuugzat, die kanonnade van haat die de heer Wilders al jarenlang over Nederlandse moslims uitstort, over Nederlanders met een migratieachtergrond uitstort, over vluchtelingen uitstort. Die woorden hebben effect in de samenleving. Ik heb een brief bij me die naar de Ayasofya Moskee in Rotterdam is gestuurd, met daarop bebloede woorden. Daarin wordt een bedreiging geuit en wordt gezegd: "De islam is geen haar beter dan het nazisme." Dat staat op die kaart. Dat zijn woorden van de heer Wilders. Het zijn woorden van de heer Wilders die ertoe leiden dat moskeeën in Nederland dit soort brieven krijgen, dit soort drek in hun brievenbus krijgen. Ik zou tegen de heer Wilders willen zeggen: stop daarmee. Beseft de heer Wilders dat hij er met zijn woorden letterlijk voor zorgt dat moskeeën, Nederlandse moslims, vluchtelingen en vrouwen met een hoofddoek in dit land worden lastiggevallen en onveilig zijn?

De voorzitter:
Even tussendoor. Deze interruptie duurde 1 minuut 15 seconden. Ik ga echt letten op die 45 seconden. Dus nu puntiger en korter. De heer Wilders.

De heer Wilders (PVV):
Ik stop helemaal nergens mee. Sterker nog, ik ben nog maar net begonnen met mijn tekst en er zal nog een hoop volgen. Laat ik één ding zeggen: het intimideren, bedreigen of wat dan ook, naar wie dan ook, ook richting moskeeën, is iets wat niet kan in dit land. Dat doe je niet naar kerken, dat doe je niet naar moskeeën, dat doe je nergens naar. Maar ik blijf hier de waarheid benoemen. Ik blijf hier de waarheid benoemen over het slecht integreren van heel veel mensen, waaronder ook heel veel moslims — niet allemaal, maar heel veel moslims in Nederland. Ik heb net een brief voorgelezen en ik zal dadelijk nog veel meer voorbeelden noemen. Zolang wij die niet noemen, verandert er niets in dit land, dus ik zal dat blijven doen.

De heer Van Baarle (DENK):
De heer Wilders ontloopt zijn eigen verantwoordelijkheid. Ik kan nog meer voorbeelden noemen. Een moskee in Dordrecht, bezet door rechts-extremisten, die een spandoek met de woorden "minder, minder" ophingen. Weet de heer Wilders nog wie de uitspraak "minder, minder" heeft gedaan? Het zijn de woorden van de heer Wilders die op die moskee worden gekalkt.

Op een islamitische school in Amsterdam, bezet door rechts-extremisten, werd een spandoek met de uitspraak "wie islam zaait, zal sharia oogsten" opgehangen. Voorzitter, de heer Wilders heeft die uitspraak gedaan. Weet de heer Wilders nog wie die uitspraak heeft gedaan? Hij was het. Het zijn de letterlijke woorden van de heer Wilders die ertoe leiden dat er spandoeken geplakt worden op moskeeën die bezet worden door rechts-extremisten, en die ertoe leiden dat moskeeën dreigbrieven krijgen.

Nogmaals de vraag aan de heer Wilders: beseft hij dat hij er met zijn woorden letterlijk voor zorgt dat mensen zich onveilig voelen, lastig worden gevallen en bedreigd worden?

De heer Wilders (PVV):
Nee, ik ben daar allemaal niet verantwoordelijk voor. Ik zeg wat ik zeg. Sommige uitspraken heb ik gedaan, andere niet. Wat andere mensen daarmee doen, moeten zij weten. Maar de islam is een groot probleem in Nederland. Daar moeten we het over durven hebben. Dat er dan idioten zijn die een moskee gaan bezetten of er iets op kladderen, daar neem ik natuurlijk afstand van. Maar de waarheid moet gezegd worden. Die is voor u onaangenaam, dat begrijp ik, maar dan zult u toch uw oren dicht moeten houden het komende uur, want ik ga nog veel meer voorbeelden noemen.

De heer Van Baarle (DENK):
Ik ben er echt helemaal klaar mee.

De heer Wilders (PVV):
Goed zo.

De heer Van Baarle (DENK):
Zo veel Nederlanders zijn er klaar mee dat door de woorden van de heer Wilders vrouwen met een hoofddoek niet meer over straat kunnen omdat ze zijn teksten naar hun hoofd geslingerd krijgen. Ik ben daar klaar mee, en al die Nederlanders zijn er klaar mee, dat moskeeën tijdens het vrijdaggebed de deur dicht moeten doen, omdat ze bang zijn dat er een onverlaat binnenkomt en dat ze weer dit soort verschrikkelijke teksten te horen krijgen, mede door de woorden van de heer Wilders. Ik zeg tegen de heer Wilders: stop met het verdelen van Nederland; stop met het zaaien van haat in de richting van Nederlandse moslims; stop met het zaaien van haat in de richting van vluchtelingen; stop met uw giftige agenda die Nederland kapotmaakt. Stop daarmee.

De heer Wilders (PVV):
Ik zei het al: ik zal nog veel meer voorbeelden noemen. Ik zal dan uitleggen waar Nederlanders genoeg van hebben. Nederlanders hebben genoeg van criminaliteit, ook gepleegd door jonge Marokkanen. Nederlanders hebben genoeg van homohaat, vaak geuit door moslims. Nederlanders hebben er genoeg van dat vrouwen in elkaar worden gemept of aangerand, vaak door moslims. Daar moet u eens aan denken voordat u de volgende gekke uitspraak doet.

Voorzitter. Ik vervolg mijn betoog. Nederland is Nederland niet meer. We hebben hele volksstammen aan vreemdelingen binnengelaten die hier niet thuishoren, terwijl we ook nog eens tekorten hebben aan zo ongeveer alles, van zorgmedewerkers tot leraren en van woningen tot politieagenten. Iedereen met gezond verstand vindt dat we de instroom van vreemdelingen, en zeker het geweld, moeten stoppen, en dat het criminele tuig dat geweld gebruikt ons land uit moet. Al die mensen die dat zeggen, zijn geen racist, maar willen normaal en veilig met hun gezin in hun eigen land kunnen wonen. Nederlanders willen hun land terug.

Voorzitter. De misdaadcijfers spreken boekdelen als het gaat om allochtonen en niet-westerse migranten. We hebben geen mannenprobleem in Nederland, we hebben een allochtonenprobleem en een islamprobleem in Nederland. En iedereen zwijgt daarover. De links-liberale wegkijkers, ook in deze Kamer, willen dat het allemaal onder het tapijt wordt geschoven. Maar heel Nederland weet het, omdat alle Nederlanders het zien en horen van hun familie, hun kennissen, hun buren of hun kinderen. Ik ga nu met cijfers komen, want we hebben het laten onderzoeken.

Kijk ook naar seksuele misdrijven, een belangrijk thema, ook actueel de laatste tijd in Nederland, helaas. Kijk naar seksuele misdrijven als verkrachting, aanranding en seksueel misbruik. 2022 is het jaar waarover ik het ga hebben, omdat dat het laatste jaar is waarin de data werden uitgesplitst naar afkomst. Inmiddels is dat niet meer openbaar, maar tot en met 2022 was dat wel openbaar. Als je die cijfers analyseert, dan zie je een schokkend beeld. Er werden in 2022 in Nederland maar liefst 3.040 mensen verdacht van seksuele misdrijven. De helft daarvan was allochtoon. U hoort het goed: de helft van alle 3.000 verdachten van seksuele misdrijven in Nederland in 2022 was allochtoon. Laten we ook kijken naar mishandeling. In datzelfde jaar, in 2022, werden er 21.920 mensen verdacht van mishandeling. Daarvan was zelfs meer dan de helft allochtoon. U hoort het goed: meer dan de helft van alle verdachten van mishandeling in Nederland in 2022 was allochtoon. Ten slotte bedreiging en stalking. In 2022 werden mensen daar 10.520 keer van verdacht. Opnieuw was meer dan de helft van de verdachten allochtoon. Meer dan de helft van de verdachten van bedreiging en stalking was allochtoon.

We zien dus dat bij seksuele misdrijven, verkrachting, aanranding, seksueel misbruik, mishandeling van mensen, bedreiging en stalking de meerderheid iedere keer allochtoon is. Daarbinnen is ongeveer 70% niet-westers allochtoon. Dan heb ik het nog niet eens over de oververtegenwoordiging van sommige specifieke groepen in Nederland, zoals Syriërs, Afghanen, Iraki's, Eritreeërs en Somaliërs, die 10 tot 35 keer vaker verdacht worden van een seksueel misdrijf dan autochtonen.

Voorzitter. Wat ik hier noem, zijn de feiten. Dit is geen mening, maar dit zijn de feiten. Heel Nederland weet het, heel Nederland ziet het en in de Tweede Kamer wordt het verzwegen. Ik herhaal: we hebben geen mannenprobleem, maar we hebben een gigantisch allochtonenprobleem in dit land. Altijd en overal is er dezelfde ellende en overlast. De grenzen staan wagenwijd open. Als mijn partij voorstelt het tuig het land uit te zetten of de grenzen meteen te sluiten voor nog meer asielzoekers door een asielstop in te voeren, dan worden we weggehoond.

Daarom is het kabinet gevallen. Dat is omdat we Nederland iedere dag opnieuw verder zagen aftakelen en onze asielplannen werden gedwarsboomd en tegengewerkt. De noodwet mocht er niet komen van NSC. Ik mocht geen premier worden van NSC en VVD. De verschrikkelijke dwangwet mocht niet snel worden ingetrokken. Terwijl we hadden afgesproken dat Nederland wat betreft asiel tot de strengste landen van de Europese Unie zou gaan behoren, werden we links en rechts ingehaald door Europese landen die een veel strenger asielbeleid gingen invoeren. Ten slotte werd ons bekende tienpuntenplan niet meteen uitgevoerd.

De vragen die Nederlanders op 29 oktober in het stemhokje moeten beantwoorden, zijn de volgende. Gaan we door met pappen en nathouden? Laten we de grenzen wagenwijd open? Staan we toe dat Nederland verder wordt afgebroken, weggeven en kapotgemaakt? Blijven we toestaan dat allochtonen hier de boel verder verzieken met hun criminele gedrag, of vechten we eindelijk terug en bouwen we ons land, ons eigen land, weer op?

De heer Van Hijum (NSC):
Ik heb het even aangehoord, maar dit is een tirade die we kennen van de heer Wilders. Hij heeft die vorig jaar gehouden, maar ook vijf en tien jaar geleden. De vraag is als volgt. In 2023 veranderde er iets, want toen had hij de grootste partij en was hij in staat om samen met andere partijen een aantal maatregelen te treffen, onder andere het strengste asielbeleid ooit. Daar stond de handtekening van mijn fractie ook onder. Welke ruimte heeft de heer Wilders, maar ook zijn minister, nou eigenlijk gepakt om die problemen het afgelopen jaar daadwerkelijk aan te pakken?

De heer Wilders (PVV):
Met name uw partij heeft het op alle manieren verprutst. U heeft het op alle manier verprutst en tegengewerkt. Het is sneu dat nou net de fractievoorzitter van NSC hier komt om deze interruptie te doen, want u heeft er werkelijk op alle mogelijke manieren een puinhoop van gemaakt. Om te beginnen heeft de heer Omtzigt, van uw partij, gezegd: je mag geen premier worden. Dat was nog nooit voorgenomen in de Nederlandse geschiedenis. Mits die partij in een kabinet, in een coalitie, komt, wordt de leider van de grootste partij altijd de premier. Dat mocht niet van NSC. Vervolgens ... Ik kan honderden voorbeelden noemen, maar laat ik de noodwet noemen, de parel van de PVV uit het hoofdlijnenakkoord. Uiteindelijk mocht dat ook niet van NSC. Dat wilden ze niet. We hadden het afgesproken. De inkt was nog niet droog toen tijdens het debat hier, volgens mij de Algemene Beschouwingen, uw voorganger vroeg om alle stukken van het kabinet, met een beroep op artikel 68 van de Grondwet. Grote consternatie, niet afgesproken; dat ding lag dus al bij wijze van spreken in de prullenbak. En zo ging u maar door. U heeft alleen maar lopen zieken, lopen traineren, lopen zorgen dat de minister haar werk niet kon doen. En dan nu aankomen om mij die vraag te stellen: u moet zich doodschamen.

De heer Van Hijum (NSC):
Wat een onzin. Wat een onzin. De heer Wilders had de kans om met de coalitie van vier partijen "het strengste asielbeleid ooit" om te zetten in wetten en maatregelen. Wat heeft zijn minister gedaan? Zich druk maken over lintjes van COA-medewerkers, zich druk maken over excursies naar De Efteling, zich druk maken over allerlei zaken, ophef op X veroorzaken, maar geen wetten en maatregelen invoeren, die het probleem daadwerkelijk oplossen.

Over de noodwet heeft de heer Wilders zelf getwitterd dat die noodwet er toch niet zou komen, dat die zou sneuvelen in de senaat. Dat was een doodlopend spoor en dat wist de heer Wilders vanaf het begin. Waarom niet vanaf het begin met elkaar de schouders zetten onder een spoedwet? Die had allang in de Eerste Kamer kunnen liggen. Die had allang door de Eerste Kamer aanvaard kunnen worden, als u niet die gifpil erin had geduwd, die illegaliteit strafbaar stelt en die vervolgens ook de hulp aan illegalen strafbaar stelt, waardoor het weer in de Eerste Kamer dreigt te sneuvelen.

De PVV zelf en minister Faber zelf zijn de oorzaak van de vertraging.

De heer Wilders (PVV):
Het voordeel is dat niemand in Nederland de NSC-fractie nog gelooft, want het is natuurlijk complete onzin. U bent de enige, met een paar klapmensen achter u die nog geloven in dit verhaal. Iedereen weet dat u alles heeft gefrustreerd. Uw eigen handtekening stond onder dat hoofdlijnenakkoord, hè? Uw handtekening. De handtekening van de NSC-fractie om te komen tot de noodwet. Als de noodwet was ingegaan, had die nu al effect gehad. U heeft die noodwet vanaf dag één in de Kamer … door allemaal stukken op te vragen, wat niet de bedoeling was, door te zeggen dat u de wet niet wilde, waar u nét zelf voor had getekend. Als er nou iets een bewijs is van onbetrouwbaarheid is het dat je een handtekening zet en voordat de inkt droog is, het weer onderuit gaat halen. Dat heeft u gedaan als NSC en daar straft de kiezer u keihard voor af.

De heer Van Hijum (NSC):
Ik herinner er toch maar even aan, de heer Wilders: "Ach ja, de spoedwet. Misschien was het toch wel een beter idee, want de noodwet zou toch sneuvelen in de senaat". Dat is een citaat van de heer Wilders zelf. Onze handtekening stond onder de maatregelen en daarom hebben we ook voor de wetten gestemd. Maar je hebt ook andere partijen nodig. Je hebt andere partijen nodig in de Kamer, in de Eerste Kamer. Je hebt andere partijen nodig in Europa. De minister die er zat, heeft alles gedaan behalve werk maken van de dingen die echt helpen: wetten maken die het verschil maken in de praktijk en de asielinstroom daadwerkelijk inperken.

De heer Wilders (PVV):
Nu is het applaus wat mager, maar toch. Ik kan het herhalen, ik doe het niet. NSC heeft zichzelf totaal irrelevant verklaard.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
De heer Wilders heeft bij de vorige verkiezingen een enorm mandaat gekregen van zijn kiezers: 37 zetels. Daar kan de rest van ons alleen maar van dromen, 37 zetels.

De heer Wilders (PVV):
Blijf dat vooral doen.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Ja, zeker, ik droom ervan. Ik droom ervan omdat ik graag 37 zetels zou inzetten om meerderheden te halen om dit land weer vooruit te helpen, in plaats van alleen maar te lopen schelden op iedereen, in plaats van alleen maar te doen wat de heer Wilders altijd doet: de hemel beloven — lagere huren, goedkopere boodschappen, het eigen risico zou weggaan — niets leveren, helemaal niets, zelfs niet op zijn belangrijkste beleidsterrein. Niets leveren, de minister die de grootste prutser is die ooit in vak K heeft gezeten, dat wel. Niets leveren en vervolgens de anderen allemaal de schuld geven.

Dat zie ik hem nu ook weer doen, het is allemaal de schuld van NSC, het is allemaal de schuld van een ander. Maar de ervaring die wij met u hebben — en de heer Wilders weet dat hij en ik allebei in 1998 in de Kamer zijn gekomen, het jaar van de beroemde goal van Bergkamp op het WK, zo lang geleden — is altijd hetzelfde. Altijd hetzelfde patroon, altijd weglopen voor zijn verantwoordelijkheid. Dat deed hij toen hij aan de macht kwam dankzij CDA en VVD. Dat deed hij nu weer, toen hij aan de macht kwam met name dankzij de VVD. Meneer Wilders, u bent een wegloper. U bent een wegloper en u bent te laf om uw eigen verantwoordelijkheid te nemen voor het beleid dat u had kunnen maken. U heeft niets gepresteerd. Het land staat al jaren stil, kachelt achteruit. Het vertrouwen van de mensen in de politiek is gekelderd. Dat is de verantwoordelijkheid van de heer Wilders en de PVV, want hij vormde de grootste fractie in dit huis; hij was de grootste coalitiefractie. Hij is weer weggelopen voor zijn verantwoordelijkheid en weer laat hij de mensen in de steek die hem hun stem hebben gegeven.

(Geroffel op de bankjes)

De voorzitter:
Deze interruptie duurde 2 minuten en 10 seconden. Dat is echt te lang.

De heer Wilders (PVV):
Wat uit deze interruptie bij mij blijft hangen, was toch het doelpunt van de heer Bergkamp, maar ik zal toch proberen om ook nog op de rest te reageren. Wij hebben twee jaar geleden de verkiezingen gewonnen met 2,5 miljoen stemmen. Met 2,5 miljoen stemmen moet je wat doen; daar heeft collega Timmermans groot gelijk in. Maar dan moet je er ook wel wat mee kunnen doen.

De mensen hebben gekozen voor een totale omwenteling van het beleid. Ze wilden niet een beetje ander beleid; ze wilden een totale omwenteling van het beleid. En mijn kiezers wilden vooral een omwenteling als het gaat om asiel en migratie. Als je ziet dat dat niet lukt, als je ziet dat je wordt tegengewerkt, kan je twee dingen doen. Je kan blijven zitten en zeggen: "Het lukt niet, maar ja, we hebben allemaal een mooi baantje, we hebben ministers en staatssecretarissen in een kabinet en we hebben macht. We krijgen het niet voor elkaar, maar de kiezer trapt daar wel in." Of je kan het lef hebben om je rug recht te houden en tegen je coalitiepartners te zeggen: "Dit werkt zo niet. Ik accepteer dat niet. Ik kom nog een keer met een plan, ons tienpuntenplan, om te kijken of we alsnog iets in beweging kunnen zitten." En als dat dan niet lukt, zeg je eerlijk: dan ga ik terug naar de kiezer, want, kiezer, het lukt niet.

Misschien is het mooi om even terug te gaan in de tijd, naar het kabinet-Rutte II. In het kabinet-Rutte II zat de VVD samen met de Partij van de Arbeid. Toen zeiden ze ook voor de verkiezingen: we gaan niet met elkaar; dat moeten we niet doen. Maar na de verkiezingen en een spelletje kwartetten zaten de heren Rutte en Samsom bij elkaar en in een kabinet. De heer Timmermans was minister van Buitenlandse Zaken in dat kabinet. Wat heeft de Partij van de Arbeid daar gedaan? Ik heb nota bene misschien wel voor de eerste keer in mijn leven iets geleerd van de Partij van de Arbeid, namelijk hoe je het niet moet doen. De Partij van de Arbeid had in Rutte II 38 zetels. U heeft het tegen mij over 37, maar u had 38 zetels na de verkiezingen. U heeft alles weggegeven. U heeft niets binnengehaald. U heeft uw kiezer beledigd en bedrogen. En na vier jaar zakte uw partij van die 38 zetels tot — wat was het? — 9 zetels terug, omdat de kiezer zag dat de Partij van de Arbeid ze voor de gek hield. Die partij deed wat u mij nu vraagt te doen: blijven zitten terwijl je je zin niet krijgt, alles weggeven aan alle partijen. Dat heeft u gedaan; dat zal ik nooit doen.

U was zelf al helemaal de grootste wegloper, want terwijl de rest van de bewindslieden van de Partij van de Arbeid nog bleef zitten tot het eind om hun vernedering compleet te maken, fietste u, meneer Timmermans, na twee jaar weg naar Brussel om daar €25.000 per maand te gaan verdienen en in privévliegtuigjes lekker Europa rond te reizen, dus u bent de grootste wegloper van de hele Partij van de Arbeid!

(Geroffel op de bankjes)

De voorzitter:
Even tussendoor: het staat u allen vrij om te roffelen, maar heel vaak krijg ik na dit soort debatten heel veel mailtjes van mensen thuis die zich daaraan ergeren. Ik geef het in overweging.

De heer Wilders (PVV):
Deze keer zal dat niet gebeuren, voorzitter.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Ik stel vast dat de heer Wilders de mooie woorden van de Koning zeer ter harte heeft genomen, het niet persoonlijk heeft gemaakt en echt heel zakelijk blijft; dat is mooi om te zien. Maar laat ik duidelijk zijn: als je het landsbelang laat gaan boven het partijbelang, loop je het grote risico dat de kiezer je daar niet voor beloont — soms wel op de lange termijn. Rutte II was een heel moeizaam kabinet omdat het land in een diepe crisis zat. De Partij voor de Arbeid heeft daar inderdaad — dat zegt de heer Wilders terecht — een grote prijs voor betaald. Maar de Partij voor de Arbeid liep niet weg toen het moeilijk werd. Dat zegt de heer Wilders zelf ook. Wij bleven zitten omdat we het landsbelang voor het partijbelang lieten gaan. Wat de heer Wilders in de afgelopen meer dan twintig jaar consistent heeft laten zien, is dat zijn persoonlijke belang en zijn persoonlijke obsessies voor hem veel belangrijker zijn dan welk landsbelang dan ook. De heer Wilders heeft Nederland in de afgelopen jaren in de steek gelaten. Hij laat Nederland in de steek en geeft anderen daarvan de schuld. Het grote mandaat dat hij heeft gekregen, heeft hij verkwanseld. De mevrouw bij het SBS-debat waarvan hij zei dat ze niet kon wachten? Zij kan nog tien jaar wachten als het aan de heer Wilders ligt. Het kan hem niets schelen. U bent een wegloper en met weglopers kan je geen land besturen. Meerderheden zullen moeten worden gevonden. Daar moet iedereen voor inschikken. U weigert in te schikken. Daarmee bewijst u het land een slechte dienst.

De heer Wilders (PVV):
Laat ik beginnen met de opmerking — want ik moet daar iets van zeggen — dat ik mijn persoonlijk belang vooropstel. U kunt dat niet menen. Als mijn persoonlijk belang het belangrijkst was, was ik al heel lang geleden uit de politiek gegaan. Mijn gezin en ik ervaren op persoonlijk vlak alleen maar ellende van de dingen die ik nu zeg. Ik ben al 25 jaar mijn vrijheid kwijt. Ik heb al 25 jaar mijn thuis niet gezien. Dat zeg ik niet om zielig te zijn. Maar het is dus niet in mijn persoonlijke belang om dit hier allemaal te zeggen; laat dat vooropstaan.

Dan uw tweede punt, uw belangrijkste punt, over dat wij weglopers zouden zijn. U bent degene die van uw kiezer is weggelopen. Als je een rechte rug hebt, kan je niet volhouden dat toen u in Rutte II ging regeren met de VVD en u alles wat u de kiezer heeft beloofd in uw verkiezingsprogramma en campagne de prullenbak in heeft gemieterd, waardoor uw partij bijna ophield te bestaan ... U ging van 38 naar 9 zetels. Je kunt niet volhouden dat dat in welk belang dan ook was. Dat was ook niet in het landsbelang. Dat was alleen in het belang van de VVD. Zij hebben ervan geprofiteerd, zij wonnen de verkiezingen erna opnieuw. U bent degene die is blijven zitten en u bent persoonlijk degene die is weggefietst toen het moeilijk werd. Toen de Partij van de Arbeid van 38 iedere week opnieuw naar 9 zetels ging, toen u dat zag gebeuren als minister, bent u snel voor het lekkere, dure, dik-, vet betaalde baantje naar de Europese Commissie gegaan. Dat is toch zo? En toen u daar geen president kon worden, bent u snel weer terug naar de Kamer gekomen. Wie gaat er nou over zijn eigenbelang?

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter, omdat hij het nu al voor de tweede keer doet, een persoonlijk feit. Ik was liever minister gebleven. Ik heb op verzoek van premier Rutte, op verzoek van premier Rutte de stap naar Brussel gemaakt. Ik heb ...

De heer Wilders (PVV):
Ooh ...

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Ik heb bij herhaling gezegd dat het mooiste wat ik in mijn politieke loopbaan ooit heb mogen doen, het zijn van minister van Buitenlandse Zaken is. Ik wens ook de heer Van Weel daarmee heel veel succes. Het is een fantastische baan.

Maar dit is allemaal op de man gespeeld en niet op de inhoud. Ik houd staande dat in een tijd dat ons land dringend nood heeft aan het oplossen van een aantal grote, grote vraagstukken, maar onder leiding van de heer Wilders het land al jaren stilstaat, achteruit kachelt en de angst van mensen alleen maar wordt opgeklopt — daar is de heer Wilders vandaag ook weer mee begonnen — we geen enkel probleem in dit land oplossen. Ik hoop oprecht dat we na 29 oktober een coalitie kunnen vormen waarbij partijen zeggen: en nu laten we landsbelang voor partijbelang gaan en nu gaan we een aantal grote problemen in dit land oplossen. U geeft daarbij niet thuis. U wilt gelijk krijgen en als u het niet krijgt in uw eentje, geeft u een ander de schuld. Dat is laffe politiek, daarmee help je Nederland niet vooruit. Dat is de reden dat we nu al twee jaar achteruit kachelen. Dat is de verantwoordelijkheid van de heer Wilders en van niemand anders.

De heer Wilders (PVV):
De grootste nachtmerrie van Nederland is dat de heer Timmermans premier wordt, de grootste nachtmerrie. Het land zal op alle mogelijke terreinen het ravijn in fietsen. U bent degene die nu ... Ik heb helemaal niemand uitgescholden, ik heb feiten genoemd. Ik heb u schokkende feiten genoemd. Als u nou zou opstaan, naar de interruptiemicrofoon zou lopen en zou zeggen "Meneer Wilders, dit is in het landsbelang, in het belang van al die Nederlanders. Wat u nu voor het eerst hardop zegt en waar de Kamer nooit over heeft gesproken, namelijk dat 50% en soms meer dan 50% van de seksuele misdaden, verkrachtingen, aanrandingen en mishandelingen, stalking en bedreiging, door allochtonen plaatsvindt en daarvan in meerderheid door niet-westerse allochtonen ... Meneer Wilders, daar gaan we wat aan doen! We gaan zorgen dat er een asielstop komt, we gaan zorgen dat we de mensen die hier al wonen, harder gaan straffen of hun Nederlanderschap afpakken als ze een dubbele nationaliteit hebben, en het land uitzetten", dan was u in het landsbelang bezig geweest. Ik heb niet meer dan feiten benoemd in mijn verhaal. U loopt voor die feiten weg. Als u, meneer Timmermans, zeg ik via u, meneer de voorzitter, zegt dat het alleen maar beter wordt met een kabinet waar u in zit, zeg ik u dat zolang u dit soort zaken negeert — inderdaad heb ik het daar al 20 à 25 jaar over omdat niemand er wat aan durft te doen, omdat mensen als u iedere Nederlander die er een punt van maakt, voor halve racist wegzetten — ik boos word. Ja, dan word ik boos, want die mensen zijn geen racist, die willen gewoon dat hun dochter naar school kan gaan. Die willen gewoon in een veilige wijk wonen, die willen dat hun vrouw niet drie keer wordt lastiggevallen. Laatst zei een mevrouw tegen mij: "Als mijn dochter in een kroeg naar de wc gaat, lopen er drie Marokkanen met haar mee. Ik durf mijn dochter niet meer naar de kroeg te laten gaan in een grote stad." Waarom heeft u het daar niet over? Dan praat u in het landsbelang en dan komt u op voor de problemen die Nederlanders hebben.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Maar de heer Wilders heeft jaren aan de knoppen gezeten! Waarom heeft u er dan niks aan gedaan, behalve hier te lopen schreeuwen, elke keer weer? U had de kans er iets aan te doen. U heeft er niets aan gedaan, helemaal niets aan gedaan. Het enige waar u dan mee komt zijn plannen waarvan u ook weet dat ze of ongrondwettelijk zijn of onhaalbaar zijn, zodat u anderen dwingt ergens voor te kiezen waarvan u weet dat het nooit zal gebeuren. Dat verwijt ik de heer Wilders zeer. Hij heeft het landsbelang absoluut aan zijn laars gelapt de afgelopen jaren. Hij wil alleen maar onrust zaaien en mensen angst aanjagen om zo te proberen daarvan te profiteren. U heeft de kans gehad. U heeft het verprutst.

De heer Wilders (PVV):
Alles wat ik heb gezegd, kan. Alles wat ik heb gezegd, kan. En wat u zegt, meneer Timmermans … Weet u wat ongrondwettelijk is, met uw praatjes van "het mag en het kan allemaal niet" … We gaan het gewoon doen. Weet u wat ongrondwettelijk is? Dat vrouwen worden verkracht. Dát is ongrondwettelijk. Dat homo's in Amsterdam door Marokkanen … Weet u nog, dat rapport dat die GroenLinkswethouder had weggemoffeld waaruit bleek dat het vooral Marokkanen waren waar homo's last van hebben? Dát is ongrondwettelijk. Waarom neemt u het niet voor de slachtoffers op en zegt u niet tegen de slachtoffers "ik ga jullie helpen en ik zorg dat het mogelijk is" in plaats van dat u mij nu gaat aanvallen met stomme regeltjes waarom het niet kan? Zórg dan dat het kan. Dát is wat we moeten doen.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Wat heeft u concreet voor de slachtoffers gedaan de afgelopen jaren, toen u aan de macht was? Noem gewoon concreet, heel concreet wat u voor slachtoffers heeft gedaan. Níks, níks, núl, náda.

De heer Wilders (PVV):
In die elf maanden die wij hebben geregeerd, hebben wij ervoor gepleit — dat staat ook in het hoofdlijnenakkoord — om te kijken of we mensen kunnen denaturaliseren. Er zou een onderzoek naar komen om te kijken of dat gebeurt. Wij hebben als PVV gezegd dat we ervoor moeten zorgen — ik kom daar later op terug — dat we het Europees Verdrag over nationaliteit kunnen opzeggen. Maar in elf maanden, meneer Timmermans, in elf maanden krijg je dat allemaal niet voor mekaar. U heeft tientallen jaren, uw partij heeft tientallen jaren geregeerd en u heeft voor deze ellende gezorgd. Dus om mij nou te verwijten dat we in elf maanden niet de problemen van 30 jaar Partij van de Arbeid hebben opgelost, is een gotspe.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Iedereen die zo'n groot mandaat van de kiezer krijgt en er dan níéts van bakt, die zou zich diep, díép moeten schamen.

De heer Wilders (PVV):
Luister. In twintig jaar tijd hebben we in Nederland kabinetten gehad met in wisselende samenstelling vooral VVD, CDA, D66, Partij van de Arbeid. En wat heeft het ons opgeleverd? We hebben een asielcrisis, we hebben een geweldscrisis, we hadden een toeslagencrisis, een zorgcrisis, een energiecrisis. U heeft het land naar de filistijnen gebracht. En dan mij nu verwijten dat we dat in elf maanden niet hebben opgelost? U bent daar verantwoordelijk voor. En dan nu een grote mond? Zo werkt het niet.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ik heb een punt van orde.

De voorzitter:
Gaat uw gang.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Het is mij opgevallen dat u bijhoudt hoelang de vragen duren. Dat vind ik goed; ik ga mijn best doen om binnen de 45 seconden te blijven. Maar ik heb even gemist hoelang de antwoorden duren. Misschien kunt u dat ook goed sturen.

De voorzitter:
De heer Jetten.

De heer Jetten (D66):
Ik sta nog even bij te komen van alle negativiteit van de afgelopen twintig minuten. In zijn inbreng zei de heer Wilders net: Nederland staat op de rand van nationale zelfmoord. Dat zijn nogal teksten, van dezelfde man die een jaar geleden nog zei: de zon gaat weer schijnen in Nederland, want er is een rechtse coalitie aangetreden. In dat jaar dat de zon zou gaan schijnen, is het blijkbaar allemaal helemaal verkeerd gegaan. Waarom? De heer Wilders zat aan de knoppen. Hij vraagt hier aan mensen: maak mij weer groot, maak mij misschien wel de grootste partij van het land. Maar waarom zouden mensen in het stemhokje de heer Wilders überhaupt nog vertrouwen? Want hij doet niks met het mandaat dat hij van die kiezers krijgt. Meneer Wilders, waarom zouden mensen in hemelsnaam hun stem aan u geven op 29 oktober?

De heer Wilders (PVV):
Ik ben ervan overtuigd dat ze dat gaan doen, dat er ook veel meer Nederlanders zijn die dat doen dan dat ze op uw partij gaan stemmen. Maar we zullen op 29 oktober zien wie van ons tweeën daarin gelijk heeft. Ze doen dat omdat ze weten dat wij de goede ideeën hebben, dat wij het lef hebben om erover te praten en problemen proberen op te lossen. Ook weten ze dat wij niet zomaar uit een kabinet zijn gestapt, dat we een hele redelijke partij zijn geweest, dat we, zoals ik al eerder zei, het premierschap hebben opgegeven. Dat is nog nooit in Nederland gebeurd. Als uw partij ooit — God verhoede — de grootste partij van Nederland zou worden, zou u dat nooit opgeven als politiek leider van uw partij. Daar ben ik van overtuigd. En gelijk heeft u. Toch heb ik dat gedaan, omdat er anders geen coalitie mogelijk was. Ik heb belangrijke wetten, zoals de noodwet, ingeleverd. Ik heb op heel veel punten water bij de wijn gedaan en niettemin werden we tegengewerkt, tegengewerkt en tegengewerkt, vooral door de club van NSC die daar zit. Ik heb nog vele voorbeelden die ik niet eens heb genoemd. Mensen zien dat. Mensen zijn niet gek. Ik had kunnen doen wat de heer Timmermans zijn partij deed bij Rutte II. Ik had kunnen blijven zitten en kunnen zeggen: ach, dat pluche zit zo lekker; ik blijf, want dat is een mooi baantje voor onze mensen. Dat hebben we niet gedaan. We hebben het risico gelopen om te zeggen: we stoppen ermee en we gaan terug naar de kiezer en we vragen aan die kiezer of hij echt nog in onze agenda gelooft. Denk daarbij aan die mevrouw die werkt op die vuilniswagen, die, terwijl ze niets heeft gedaan en gewoon haar werk doet, als moeder van twee jonge kinderen, door een allochtoon in elkaar wordt geramd, en zegt: wánneer verandert er wat in Nederland? Ik weet zeker dat de mensen die in die agenda geloven, gaan zorgen dat de PVV nog groter wordt dan ooit. Ik heb het lef gehad om de conclusie te trekken dat als het niet in een kabinet kan, we opnieuw naar de kiezer gaan.

De heer Jetten (D66):
Volgens mij gaat het bij één lettertje mis in de tekst van de heer Wilders, want hij zegt "lef", maar hij bedoelt volgens mij "laf". Zijn partij was de afgelopen jaren de grootste partij van deze Kamer. Hij zit hier al 25 jaar. In plaats van, zoals de koning ons gisteren vroeg, hier weer de verbinding te zoeken en met concrete oplossingen te komen, is de heer Wilders weer helemaal terug waar hij was, namelijk bij een agenda van haat en verdeeldheid. Hij is eigenlijk de grootste calimero van deze Kamer, want in de afgelopen 45 minuten heeft hij hier weer iedereen de schuld ervan staan geven dat dingen niet zijn gelukt en gedaan alsof hij hier het zielige jongetje van de klas is, terwijl hij de macht had. Hij had de zetels. Hij heeft er helemaal niets mee gedaan. Hij heeft geen ziekenhuizen opengehouden. Hij heeft het eigen risico niet afgeschaft. Hij heeft het gevangeniswezen niet beter gemaakt. Hij heeft geen controle op de instroom van migranten gekregen. Nu loopt hij weer te bedelen om een stem op 29 oktober. Meneer Wilders, de meeste mensen gaan daar echt niet meer in trappen. Die vertrouwen het niet meer, want die weten één ding heel zeker na een jaar Wilders aan de macht: u zet niet de Nederlanders op één, maar uiteindelijk maar één iemand, en dat is de heer Wilders zelf.

De heer Wilders (PVV):
Nee, want nogmaals, als ik had gedaan wat de heer Timmermans en zijn partij hebben gedaan tijdens Rutte II, dan was ik gewoon lekker comfortabel als regeringspartij in het pluche blijven zitten met de meeste ministers en staatssecretarissen. Ik heb juist het risico genomen om die verkiezingen uit te schrijven, omdat ik ervan overtuigd ben dat als de kiezers je zo'n groot mandaat geven als ze ons hebben gegeven, je ook moet kunnen leveren. Ik was er na het sluiten van het hoofdlijnenakkoord inderdaad van overtuigd dat dat zou gaan gebeuren. Maar vanaf de eerste dag dat we er zaten, vanaf het debat — was het de regeringsverklaring of waren het de Algemene Beschouwingen? — waarin de NSC-fractie om al die stukken vroeg tot alles wat daarna gebeurde, zijn we alleen maar tegengewerkt. Er was iedere week wel wat. Dan heeft blijven zitten geen zin, want dan had u er nu gestaan en gezegd: nou, meneer Wilders, u zit nu anderhalf jaar in het kabinet en u heeft niets voor elkaar gekregen. Dat had u dan gezegd. Dat had u dan gezegd, terwijl we in het kabinet zaten. Het was duizend keer erger geweest om naar de kiezer terug te gaan en te zeggen: het lukt allemaal niet, maar, weet je, we blijven zitten, want het is zo'n lekkere stoel daar in de Tweede Kamer. Dat hebben we níét gedaan. We hebben onze nek uitgestoken. Ik ben ervan overtuigd dat de kiezer daar waardering voor heeft.

De heer Jetten (D66):
Nee, want de kiezer is niet gek. Die kiezer wordt niet elke dag bozer wakker dan dat die naar bed is gegaan, zoals de heer Wilders. Die kiezer weet dat je door samen te werken een stap verder komt, in plaats van door ruzie te maken. Dat is precies wat de heer Wilders hier alweer 45 minuten staat te doen: íédereen hier de schuld geven van zijn eigen falen, van zijn eigen laffe leiderschap. Toen hij een staatssecretaris had die gewoon met concrete plannen kwam om boeven in de gevangenis te zetten, ging hij haar tegenwerken. Toen hij een minister had die wat voor de zorg wilde doen, ging hij haar tegenwerken. Toen een enkele keer een PVV-Kamerlid naar een debat kwam, werd die via Twitter gewoon teruggefloten door de heer Wilders. Een stem op u is uiteindelijk helemaal niets waard, omdat u niet kiest voor het landsbelang, maar voor uw eigenbelang. U kiest er al 25 jaar lang voor om op een blauwe zetel haat te twitteren op sociale media en als puntje bij paaltje komt geen enkele poging te wagen om dit land een beetje beter te maken. In dit land gaat de zon niet schijnen als u aan de macht bent. In uw eigen woorden: we staan op de rand van een nationale zelfmoord. Dat is te danken aan één persoon en die heet Geert Wilders.

De heer Wilders (PVV):
Het gaat niet om mijn persoon. Het gaat om mijn partij. Ik geloof honderd procent dat een stem op mijn partij ervoor zal zorgen dat wij die afgrond niet ingaan, dat wij die nationale zelfmoord stoppen. "Nationale zelfmoord" is misschien een groot woord, maar dat is wel wat veel mensen zien gebeuren. Iedereen komt maar binnen. We geven dit jaar aan de opvang van asielzoekers en Oekraïners 9 miljard euro uit. Weet u hoeveel geld dat is? 9 miljard euro. Weet u waar we dat allemaal aan hadden kunnen besteden? Aan mensen hun boodschappen en weet ik wat nog meer. We hadden daar heel veel mee kunnen doen. We besteden in één jaar 9 miljard euro aan alleen de opvang van asielzoekers en Oekraïners. Wij gaan niet voor ons eigenbelang. Wij gaan voor het belang van Nederland. Pappen en nathouden en doen alsof het goed is dat er niets gebeurt, zijn niet in het belang van Nederland. Als wij afspraken hebben gemaakt, maar we worden tegengewerkt en kunnen die niet nakomen, dan zeggen we: bekijk het maar; we gaan opnieuw naar de kiezer.

De heer Dijk (SP):
De heer Wilders begon zijn betoog met te zeggen dat onze voorouders ons land hebben opgebouwd en dat zij mooie voorzieningen hebben opgebouwd zoals een betaalbaar leven, goede zorg, een dak boven je hoofd. U zegt steeds: we zijn tegengewerkt. Maar er is een partij geweest die op heel veel fronten juist heeft meegewerkt om voorstellen aangenomen te krijgen. Ik noem het reguleren van onze boodschappenprijzen; minister Beljaarts heeft daar niets mee gedaan. Het volwaardig houden van het Zuyderlandziekenhuis; minister Agema heeft daar niets mee gedaan. Een verbod op private equity, roofkapitalisten, in de zorg; minister Agema heeft daar niets mee gedaan. Minder managers in de zorg; minister Agema heeft daar niets mee gedaan. Medisch specialisten in loondienst; minister Agema heeft daar niets mee gedaan. Een vijfminutenstopwatchregistratie in de zorg; staatssecretaris Maeijer heeft daar niets mee gedaan. Voldoende zorgverleners in de verpleeghuiszorg; staatssecretaris Maeijer heeft daar niets mee gedaan. Dat zijn allemaal partijgenoten van u, allemaal PVV'ers. Waarom hebben ze daar niets mee gedaan? En waarom heeft u daar niets mee gedaan?

De heer Wilders (PVV):
Nou, we hebben ook een hele hoop wel gedaan. Soms vond u misschien niet onze bewindslieden, maar wel onze fractie aan uw kant. Ik heb het dan over private equity. Volgens mij is het mijn partij geweest die u daarbij vaak aan een meerderheid heeft geholpen. Je zit in een coalitie, je zit in een kabinet. Soms lukken dingen, soms lukken dingen niet. Bij het Zuyderlandziekenhuis hebben wij ook ons best gedaan om dat voor elkaar te krijgen, samen met uw partij en met anderen. Daar hebben we hier ook meerderheden voor gekregen. En ja, ik viel ook van mijn stoel toen ik vorige week hoorde — ik wist dat niet — dat dit ziekenhuis niet alleen miljoenen winst maakte, maar ook heel veel in kas heeft, terwijl het praat over het verplaatsen van afdelingen zoals de spoedeisende hulp en de afdeling kraamzorg. Dus hier is het laatste nog niet over gezegd. Nogmaals, ik wil hier niet betogen dat wij het allemaal perfect hebben gedaan, want als je gaat regeren, zal je ook water bij de wijn doen. Ik hoorde dat u nu wil gaan regeren met de Partij van de Arbeid. Wat blijft er dan over van uw punten? Nou, maak je borst maar nat. Dat hoort er dus bij. Het was misschien niet ideaal, maar onze bewindslieden hebben hard gewerkt en veel voor elkaar gekregen. Maar ja, niet alles. Dat klopt.

De heer Dijk (SP):
Deze Tweede Kamer heeft allerlei voorstellen ingediend waarvoor stuk voor stuk volle meerderheden waren, maar waar uw bewindspersonen niets mee hebben gedaan. Het is precies hetzelfde, dezelfde afbraak, als bij Rutte II. Helemaal niets anders. Dat geldt trouwens ook voor Rutte I, waar u in zat. Een ander voorbeeld: geen belasting bij inkoop eigen aandelen: 2 miljard euro; het schrappen van het plan tegen belastingtrucs en voordelen voor de allerrijksten: 259 miljoen euro; het tarief in box 2 verlagen: 200 miljoen euro; de hypotheekrente uitbreiden voor de hoogste inkomens, de duurste woningen: 400 miljoen euro; de renteaftrekbeperking niet verlagen: 400 miljoen euro. In totaal is dat 3,3 miljard euro. Waarom heeft u hier niets aan gedaan?

De heer Wilders (PVV):
Nogmaals, omdat je in een kabinet, in een coalitie, zit en daar afspraken over maakt. Ik begrijp dat u liever andere keuzes maakt. Volgens mij was u degene die voorstelde om op de erfenis van mensen die een ton erven, 75% belasting te heffen. Later heeft u dat volgens mij aangepast, maar u stelde dat in ieder geval voor. Maar ja, van dat soort idiote voorstellen heeft u er meer. Dat doen we natuurlijk niet. Dan zorg je ervoor dat de gewone man die het huis van zijn ouders erft dat boven een ton zit, wat vaak voorkomt, helemaal failliet gaat. Het is echt zo dat heel veel voorstellen van de SP — u wilt meer geld naar ontwikkelingshulp, u wilt meer geld naar klimaat, u wilt meer geld naar NPO, u wilt de hypotheekrenteaftrek afschaffen, u wilt hogere belasting op erfenissen — Cubaanse trekjes hebben. Het lijkt er wel een klein beetje op dat u de kleine Fidel van de Lage Landen aan het worden bent. En daar gaan wij niet altijd in mee. Dus jammer, op sommige punten hebben we andere afspraken gemaakt. Maar andere … Ja, misschien in Cuba, maar niet hier.

De heer Dijk (SP):
Meneer Wilders ontwijkt gewoon de vraag waarom hij cadeautjes uitdeelt aan de allerrijksten van dit land — ik somde ze net op — en waarom hij daar niks aan gedaan heeft. Daar geeft hij geen antwoord op. Waarom heeft hij niets gedaan aan de problemen in de zorg — ik somde ze net op — terwijl er voor voorstellen volle meerderheden waren en zijn bewindslieden daarop zaten? Ik zag net het debatje tussen u en de heer Timmermans over Rutte II. Weet u wat het kenmerk was van Rutte II? Het gaf belastingvoordelen aan de allerrijksten in dit land, aan de aandeelhouders, aan de beleggers en bij de grote bedrijfswinsten, en het brak de zorg af. U doet exact hetzelfde als Rutte II. U bent geen haar beter. Alleen, het is Wilders I. Niets anders.

De heer Wilders (PVV):
Nee, ook dat is niet waar. Laat ik een voorbeeld noemen. Wij hadden in Rutte I afgesproken extra geld beschikbaar te stellen voor de verpleeg- en verzorgingshuizen. Dat heeft Rutte II onder leiding van onder anderen de heer Timmermans, afgebroken, afgeschaft. Dat is een van de redenen dat ze naar negen zetels verdwenen. Dat hebben wij nooit gedaan. Dat hebben wij ook nu niet gedaan. Wij hadden ook in het vorige hoofdlijnenakkoord die 600 miljoen staan. Er klopt dus helemaal niets van wat u zegt.

De heer Dassen (Volt):
De heer Wilders staat hier een beetje als een dief in de nacht, alsof hij helemaal geen aandeel heeft in de chaos van de afgelopen jaren, terwijl zijn vingerafdrukken letterlijk overal op zitten. De chaos van de ministers. Achter de minister-president om in het buitenland bellen met genocidale vriendjes. Een fractie die letterlijk nooit aanwezig is tijdens belangrijke debatten. Hoe kan de heer Wilders volhouden dat hij geen aandeel heeft gehad in de chaos van de afgelopen jaren? Is het dan niet heel treurig dat hij niet verder komt dan roepen dat hij is tegengewerkt, terwijl daar de grootste fractie zat, met 37 zetels?

De heer Wilders (PVV):
Dank dat ik buiten mijn spreektijd om de tijd krijg om dat misverstand weg te halen. Mijn collega van Volt zegt, net als anderen eerder, dat de PVV afwezig zou zijn bij debatten. Het is een grove leugen.

(Hilariteit)

De heer Wilders (PVV):
Het is een grove leugen. Het feit dat u lacht, siert u niet, maar misschien dat u even naar de cijfers kunt luisteren. We hebben met behulp van de cijfers van het parlement opgezocht hoe vaak wij aanwezig waren. Dan heb ik het over het afgelopen parlementaire jaar, dat gisteren is beëindigd. Gisteren is een nieuw jaar begonnen. Bij 80% van de 302 commissiedebatten in de Kamer was de PVV aanwezig. Bij 92% van de plenaire debatten minus de tweeminutendebatten was de PVV aanwezig. Bij 86% van de wetgevingsoverleggen was de PVV aanwezig. We waren alleen minder aanwezig bij de tweeminutendebatten, in 35% van de gevallen. Daarom is het zo vals om het zo te tellen, want bij die tweeminutendebatten ben je aanwezig als je moties wilt indienen. Als je geen moties indient of wilt indienen, kan je erbij zitten en je inschrijven zonder spreektijd, maar ben je ook soms niet aanwezig. Omdat wij geen moties wilden indienen, waren wij bij die tweeminutendebatten weinig aanwezig, maar bij alle inhoudelijke debatten, commissiedebatten, plenaire debatten, minus tweeminutendebatten, en wetgevingsoverleggen waren wij in 80% tot meer dan 90% van de gevallen aanwezig. Dus u kunt allemaal lachen en klappen, maar het zijn vuile leugens en ik laat mijn hardwerkende collega's niet beledigen.

De heer Dassen (Volt):
Als je dit zo hard van de daken moet schreeuwen, dan zit er een kern van waarheid in. Afgelopen week hadden we zelfs nog een debat ...

De heer Wilders (PVV):
Is dat uw verdediging?

De heer Dassen (Volt):
… dat de PVV zelf had aangevraagd. Ze waren wederom niet aanwezig. Zo ver gaat het. De PVV vraagt met grote bombarie debatten aan en vervolgens komen ze zelf niet opdagen. Kijk naar de Politieke Index: het grootste gedeelte van de mensen onderaan de lijst bestaat uit PVV-leden. Ze hebben nul vragen ingediend. Ze hebben nul moties ingediend. Ze zijn amper aanwezig bij debatten. Dat is wat de PVV geleverd heeft. Dat staat nog los van de chaos die in vak K de hele tijd plaatsvond. Haagser dan Haags is de heer Wilders geworden. In het debat is net gesproken over 1998. Poeh. 1998, Dennis Bergkamp. Toen stond de heer Wilders hier al. Ik was een klein ventje.

De heer Wilders (PVV):
Dat bent u nog! Dat bent u nog. Dat bent u nog! Letterlijk en figuurlijk.

De heer Dassen (Volt):
Ja, ja ...

De voorzitter:
In voetbaltermen is dat wel een inkoppertje natuurlijk.

De heer Dassen (Volt):
Zeker. Als ik hier het debat met de heer Wilders en de heer Timmermans beluister, dan denk ik bij mezelf: goh, 2012 wil het debat terug. De heer Wilders heeft in die 27 jaar in Den Haag niks, maar dan ook helemaal niks voor elkaar gekregen. Dus wat gaat de heer Wilders nu nog aan nieuws brengen?

De heer Wilders (PVV):
Ik vind het echt een enorm rare en zwakke interruptie, maar goed. Niks voor elkaar gekregen? Wij zijn de grootste partij van Nederland geworden. Wij gaan nu met een goede reden opnieuw naar de kiezer. Ik hoop dat de kiezer onze agenda, waar niemand anders, bijna niemand anders, over durft te spreken, waardeert en vindt dat er wat moet gebeuren. Mensen raken hun land kwijt. Mensen herkennen zich niet in uw geopolitieke allemanswereldje. Mensen willen zich gewoon thuis voelen in hun eigen Nederland. Ze willen gewoon denken dat zij de baas zijn, dat zij op één staan, dat zij veilig zijn, dat het geld aan hen wordt besteed, dat de huizen naar hen gaan en niet naar statushouders. Dat zijn heel normale dingen die een heleboel mensen willen, die u racist noemt. Voor die mensen nemen wij het op. Zolang niemand dat hier doet en wij wel, zeg ik u dat u kleiner wordt en wij groter.

De heer Dassen (Volt):
Volgens mij is de PVV aan het dalen in de peilingen. Laten we hopen dat dat doorzet, want de afgelopen jaren hebben we gezien welke puinzooi, welke chaos het hier is geweest, onder leiding van de heer Wilders. We zijn anderhalf jaar verder en we moeten weer naar de stembus. Na 27 jaar weet de heer Wilders niks anders dan dezelfde grijsgedraaide langspeelplaat af te draaien. U kunt nu weer naar de kiezer willen met dezelfde beloftes van twee jaar geleden, beloftes waar u niks mee gedaan heeft, die u niet waargemaakt heeft, en met mensen die niet gevochten hebben voor een beter Nederland, maar hier enkel bezig waren om te stemmen, om te zorgen dat ze hun geld konden krijgen en straks met wachtgeld lekker thuis kunnen zitten.

De heer Wilders (PVV):
Dat is dus echt een valse leugen. Die moet u niet herhalen. Ik heb u net feiten gegeven. Ik heb u net cijfers gegeven. Die kunt u allemaal controleren als u het er niet mee eens bent. Dus u moet geen leugen herhalen, of u moet zeggen: de cijfers kloppen niet, want dit en dit en dit. Maar dat heeft u niet gedaan. Dus hou ermee op, want u beledigt collega's. U zegt dat het netjes en fatsoenlijk moet, maar zelf doet u dat niet. Dus: hou ermee op! Nogmaals, ik accepteer niet dat u mijn collega's beledigt met leugens.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Graag terug naar netjes debatteren — dat lijkt me heel verstandig — en ook naar een beetje inhoud. Ik ben vier jaar geleden Kamerlid geworden. Ik trof collega Agema als zorgwoordvoerder. Wij stonden zij aan zij in het bestrijden van vooral bedrijven die op een heel makkelijke manier heel veel geld uit de zorg haalden: private equity. De heer Wilders en ik hebben op heel veel punten van mening verschild. Daar hebben we debatten over gevoerd. Dat was allemaal goed en wel. Maar er zijn ook punten waarvan je zegt: dit gaat ons samen aan het hart, omdat we staan voor die betere zorg. Op welk front is het nou misgegaan? Waarom is het de afgelopen elf maanden op geen enkele millimeter gelukt om de private equity aan te pakken?

De heer Wilders (PVV):
Daar werd nog over gediscussieerd. U weet dat er nota's en wetten over zijn aangekondigd. Sommige hebben de Kamer al bereikt. De discussie daarover is dus nog niet helemaal afgerond. We hebben over die private equity ook geen keiharde afspraken gemaakt in het hoofdlijnenakkoord, zoals u kunt zien. Dat was dus een beetje vrij schieten. Als fractie dachten wij daar op onderdelen inderdaad een slag anders over — dat mag en kan — dan onze minister. Maar onze minister was ook geen voorstander van het zakkenvullen door de verkeerde mensen. Ze dacht alleen wel dat ze de private equity op een manier kon beperken die ons als fractie niet ver genoeg ging. Nou, dat mag. Dat kan. Nogmaals, er waren geen afspraken over gemaakt. Het is niet zo dat het op ieder onderdeel honderd procent met elkaar eens moet zijn. Mevrouw Agema was daar integer in. Wij vonden dat het niet ver genoeg ging.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Maar dat is juist wel het punt.

De heer Wilders (PVV):
Zeker.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Dank u. Dat is juist wel het punt. Als je een minister neerzet die dat zorgdossier tot in haar vezels voelt, als je ook de verwachting wekt in het land dat je het gaat regelen, dan zou ik er ook van uitgaan dat de minister doorzet, juist vanuit die krachtige, fundamentele, principiële, oppositionele toon die ik kende vanuit de PVV. Het is niet gebeurd. Mijn vraag aan meneer Wilders is hoe hij terugblikt op het team dat hij heeft neergezet in het kabinet. Ligt het nou echt alleen maar aan alle anderen of heeft hij zou hij zelf qua teamspelers — we houden het in de voetbalsferen, voorzitter — nu ook een andere keuze maken?

De heer Wilders (PVV):
Ik ben trots op alle PVV-bewindslieden. Ik weet dat sommige mensen hier anders over denken. U doet dat niet, maar sommige mensen maken hier zelfs grappen over anderen, over hoe ze eruitzien of over wat ze hebben gedaan. Ik doe dat niet. Het zijn mensen die voor het eerst namens de PVV bestuurden. Wij zijn geen partij die al eerder heeft bestuurd; we hebben een keer gedoogd, maar nooit bestuurd. Wij hebben voor het eerst mensen gevraagd om ervoor te zorgen dat zij zich kandidaat zouden stellen voor het ministerschap en het staatssecretariaat. Ik vind dat ze dat, voor een eerste keer, met alle mitsen en maren — iedereen maakt fouten: zij ook, wij ook, u ook, ik iedere dag — supergoed hebben gedaan. Ik ben daar trots op. Het is misschien niet altijd vloeiend gegaan, maar ik heb van niemand spijt. Ik ben trots, niet alleen op mijn fractie, maar op alle ministers en staatssecretarissen die namens de PVV in dienst van de Kroon hun werk hebben gedaan.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Het siert de heer Wilders dat hij voor zijn mensen staat. Ik ben ook iedereen die in vak K zit dankbaar, omdat ik weet wat voor offer dat vraagt, ook voor het thuisfront. Iedereen vindt wat van je en je mag niet eens twitteren terwijl je daar zit en de APB maar doorgaan. Ik ben het dus absoluut eens met de heer Wilders. Alleen, ik heb nu echt al een poos zitten luisteren. Heel veel collega's hebben collega Wilders bevraagd. Hij heeft telkens aangegeven waarom dingen niet gelukt zijn en dat dat niet de schuld is van de PVV. Langzamerhand bekruipt me dan het gevoel alsof op grondrechten Judith Uitermark Marjolein Faber de baas was en alsof onder de fractievoorzitters Nicolien van Vroonhoven Geert Wilders de baas was. Ik kan me dat gewoon niet zo goed voorstellen. Ik zit dus met de volgende vraag voor de heer Wilders. Waar is dat nou echt misgegaan? Dat zit dan toch ook op dat personeelsbeleid?

De heer Wilders (PVV):
Nee, volgens mij zit dat niet op het personeelsbeleid. Ik heb net al twintig keer verteld waarom het uiteindelijk is misgegaan. Wij zijn de grootste partij geworden. Ik denk dat wij de meest redelijke partij waren. Iedereen mag daar natuurlijk anders over denken. We hebben inhoudelijke concessies gedaan. We hebben het premierschap ingeleverd. Me dunkt dat niemand anders dat hier heel snel zou doen. Toen we op ons belangrijkste thema, waarvoor onze kiezers op ons hebben gestemd, niet voor elkaar kregen wat we wilden en wat we de kiezer hadden beloofd, hebben we niet gezegd dat we maar doorgingen. We hebben gezegd: "Dat accepteren we niet. Dat is niet geloofwaardig. Als je dat doet, heb je geen verhaal naar de kiezer. We gaan maar opnieuw naar de kiezer." Dat is een eerlijk verhaal. Dat is een risicovol verhaal. Maar ik kan iedereen recht in de ogen kijken. Dat hebben we om een goede en eerlijke reden gedaan.

Voorzitter. Wat ik ook nog wilde zeggen, is dat wij, en veel mensen thuis die dit debat nu kijken, het helemaal verschrikkelijk vinden dat allemaal partijen nu beginnen met elkaar uit te sluiten. Je kunt geen televisieprogramma aanzetten of iemand zegt "niet met de PVV" of "misschien wel met de Partij van de Arbeid", zoals de heer Brekelmans laatst zei. Dat heeft hij meteen gecorrigeerd: "nee, dat bedoelde ik niet zo, toch niet met de Partij van de Arbeid". Iemand anders zegt: "ja, een plaatje met misschien JA21 en BBB". Hou daarmee op. Hou daarmee op! Dat is mijn oproep. Dat geeft namelijk het beeld dat niet de kiezer, maar de heer Bontenbal en mevrouw Yeşilgöz en de heer Timmermans de baas zijn. Maar ze zijn niet de baas. Er is één dag in de paar jaar dat de kiezer de baas is en dat is op de dag van de verkiezingen. Op 29 oktober zijn de gewone man en vrouw, die hopelijk massaal naar het stemhokje gaan met hun paspoort en hun stembiljet, de baas. Daarna zijn wij weer de baas. Op die dag zijn zij de baas. Alstublieft, vraag ik via u, voorzitter, aan al mijn collega's: hou op met elkaar uit te sluiten! Hou ermee op om alvast voorstellen te doen voor coalities. Heb nou het lef en de beleefdheid om de kiezer eerst het volle recht te geven om op één dag in z'n leven, bij de verkiezingen, eens in de zoveel jaar, de baas te zijn in dit land. Dat is tijdens de verkiezingen.

De heer Dassen (Volt):
De heer Wilders had het hier net over de cijfers van de aanwezigheid. Ik wil die hier toch nog even benoemen. Er zijn 786 debatten geweest, commissiedebatten en plenaire debatten. De PVV sloeg er 268 over, met 37 zetels. PvdA-GroenLinks, met 12 zetels minder, sloeg er slechts 41 over. NSC, met 17 zetels minder, sloeg er 88 over.

De heer Wilders (PVV):
Dat zijn tweeminutendebatten.

De heer Dassen (Volt):
Nee. Dat zijn alle debatten en commissiedebatten. Ik heb hier zo vaak gezeten voor debatten, over Oekraïne, de Europese Raad, waar de PVV afwezig was. Ik zat wel bij die debatten. Kom dus niet aan met de bewering dat het een leugen is.

De heer Wilders (PVV):
Ik kom met de cijfers.

De heer Dassen (Volt):
Overal kun je de cijfers teruglezen. De PVV was gewoon niet aanwezig. Dan kan de heer Wilders hier roepen dat het een leugen is, maar het is geen leugen. De feiten laten het zien. Als de heer Wilders wat vaker wat zorgvuldiger met de feiten om zou gaan, dan zouden we een hele hoop problemen in het land kunnen oplossen.

De heer Wilders (PVV):
Er klopt echt helemaal niets van wat de collega zegt. Mijn cijfers zijn gecontroleerd en ze kloppen.

Voorzitter. Op 29 oktober is het de vraag of we Nederlanders weer op één zetten, of we van Nederland weer een mooi en veilig land maken, een trots land, of dat we definitief capituleren. Dat is de uiteindelijke keuze op 29 oktober. Voor veel Nederlanders is die keus helemaal niet moeilijk. In tegenstelling tot heel veel mensen hier in deze zaal maken de gewone mensen thuis die ellende iedere dag opnieuw mee. Ze leven vaak in een multiculturele hel, zoals de mevrouw die mij mailt dat ze zich te onveilig voelt om overdag met haar baby door het bos te lopen, omdat ze daar steeds Syrische asielzoekers tegenkomt die haar belagen en intimideren, of de mevrouw die mij afgelopen weekend mailde dat de fatbike van haar 13-jarige kleinzoon is afgepakt onder bedreiging van een mes door een groep jongens uit de asielopvang in haar dorp, of de mevrouw wier stiefzoon is vermoord door een statushouder en nog steeds iedere dag gek wordt van verdriet en woede, of, wat gisteren of eergisteren in de krant stond, Maaike van 31, die na een avondje stappen werd gevolgd door de Algerijn Walid K., om daarna in haar eigen huis door hem verkracht te worden, of een vrouw in Apeldoorn, die wegens eerwraak met 28 messteken in haar hoofd, hals en bovenlichaam werd gestoken en om het leven werd gebracht.

Voorzitter. Straatroven, mishandelingen, aanrandingen, bedreigingen en intimidatie zijn inmiddels aan de orde van de dag in Nederland, zoals bij die zwangere mevrouw uit Amsterdam, die zegt vaak in het Arabisch of Berbers te worden nageroepen, bespuugd, uitgescholden voor — excuses dat ik de woorden weer moet gebruiken — "zwangere hoer". Ze zegt: zelfs mijn oma van 80 werd laatst uitgescholden voor "kankerhoer". Verschrikkelijke woorden. In Nieuwegein werd in februari van dit jaar een 11-jarig meisje, dat op weg was naar een speelafspraak met een vriendinnetje, doodgestoken door de Marokkaan Hamzah L. In mei dit jaar werd een Afghaan veroordeeld voor een poging tot doodslag en zware mishandeling, omdat hij drie mensen met een mes stak bij station Utrecht CS. En natuurlijk het verschrikkelijke verhaal over de moord op de 17-jarige Lisa door een 22-jarige COA-bewoner.

In winkelcentrum Hoog Catharijne in Utrecht maken Syrische, Algerijnse en Marokkaanse jongeren zich schuldig aan agressief, intimiderend gedrag, waaronder vecht- en steekpartijen. Maar ook in Groningen, Arnhem, Den Bosch, Nijmegen en in zoveel andere plaatsen in Nederland is grote ellende ontstaan door rondtrekkende Syriërs die de bevolking daar terroriseren met steekpartijen, diefstallen, berovingen, vechtpartijen, bedreigingen.

In juli werd een asielzoeker veroordeeld voor het met een mes steken en snijden tijdens de kermis in Sint Annaparochie. Eerder vermoordde de Marokkaan Ajoub M. in Rotterdam met een mes een 32-jarige man, terwijl hij Allahu Akbar gilde. En een klant van een Uber-taxi in Amsterdam kreeg van de Marokkaanse chauffeur te horen: "bij Allah, wij zullen Europa overnemen". Toen de klant zei dat dit Nederland is, werd hij met de dood bedreigd.

Alles wat ik zeg is publiek navindbaar, niets is verzonnen; alles vindt u in de krant of kan ik u aanleveren. Wat dacht u van een groep rabbijnen, die eind juli al wandelend door Eindhoven werd bespuugd door allochtone jongeren, die zongen "Hamas, Hamas, alle joden aan het gas". Of – ik zei het al in een interruptie op de heer Timmermans – homoseksuelen die iedere dag opnieuw bedreigd worden door veel van onze multiculturele landgenoten. We herinneren ons allemaal nog het rapport dat jaren geleden door de Amsterdamse GroenLinks-wethouder Groot Wassink werd weggemoffeld, waarin stond dat homoseksuelen in Amsterdam vooral slachtoffer zijn van Marokkaanse jongeren.

En wat dacht u van al die vrouwen en meisjes die, terwijl ze deze zomer in bikini over het strand liepen of in de zon lagen, door allochtoon tuig schaamteloos voor "slet" en "hoer" werden uitgemaakt? Soms werden ze lastiggevallen en achtervolgd. Of de journaliste van PowNews, die zegt permanent te worden lastiggevallen door groepen jongeren van Marokkaanse en Turkse afkomst. Ze wordt uitgescholden voor - nogmaals, excuses dat ik de woorden moet gebruiken – "kankerhoer", of ze krijgt "neuk je moeder" toegeworpen. Het zijn haar woorden. Het wordt haar als jonge vrouw gewoon op straat toegeroepen.

Iedereen in Nederland kent deze voorbeelden uit eigen ervaring, of door mensen die ze kennen. Vrouwen in heel Nederland worden dagelijks voor "hoer" of "slet" uitgemaakt, vanwege de kleding die ze dragen of gewoon omdat ze vrouw zijn. Ze worden bespuugd, in hun gezicht geslagen, vernederd en soms zelfs aangerand. Dat gebeurt vaak door niet-Westerse allochtonen, door Arabieren, Berbers en andere lieden die denken dat homo's minderwaardig zijn en dat vrouwen minderwaardig zijn. Ze denken dat die moeten gehoorzamen, dat zij er voor hun consumptie zijn. Dat zien ze immers thuis ook vaak; het zit in hun cultuur. Het is de prijs die Nederlanders, vrouwen en mannen, moeten betalen voor decennialange open grenzen en de islamisering in ons land.

Vindt u het dan gek dat, ondanks de politieke leiders die veelal in deze zaal zitten, bijna twee derde van alle Nederlanders vindt dat de islam niet bij Nederland hoort? Dat vindt een meerderheid van de kiezers van mijn partij, maar ook van de VVD, BBB, CDA, Forum voor Democratie, NSC en meer dan 40% van de SP-stemmers. Maar alleen mijn partij benoemt het.

Alsof al die ellende nog niet genoeg is, is Nederland één groot asielzoekerscentrum aan het worden. Er zijn inmiddels 496 locaties, waar asielzoekers worden opgevangen in maar liefst 232 steden en dorpen. We hebben in Nederland inmiddels vier keer meer locaties waar asielzoekers worden opgevangen dan ziekenhuislocaties. Dat is toch krankzinnig? Welke gek verzint zoiets?

We moeten azc's gaan sluiten in plaats van bijbouwen. U kunt zich misschien herinneren dat ik tien jaar geleden tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen, op 16 september 2015 om precies te zijn, in de Tweede Kamer de namen voorlas van de 100 steden en dorpen waar toen nog 100 asielzoekerscentra waren. Ik deed dat om de bevolking daar te ondersteunen, om te waarschuwen hoe fout het toen al in Nederland ging en om ze een hart onder de riem te steken. Ik deed het om te laten zien dat de PVV ze nooit in de steek laat.

Het is nu, tien jaar later, alleen maar erger geworden. Van 100 toen naar 496 asiellocaties nu. De angst die ik toen uitsprak dat ons land één groot azc zou worden, is helaas uitgekomen. De PVV steunt al die miljoenen mensen in steden en dorpen met een azc of waar een azc bij dreigt te komen. We zullen doorgaan tot alle asiellocaties gesloten zijn en de overlast is verdwenen. Iemand moet het voor die mensen opnemen. Mijn partij doet dat met trots. Daarom zal ik nu, tien jaar later, opnieuw alle steden en dorpen met een asielopvang opnoemen. Vele hebben meerdere locaties. Ik doet dat als eerbetoon aan de mensen die daar wonen en die er last van hebben. Ik zweer aan heel Nederland dat ik en mijn partij niet zullen rusten voor ze allemaal verdwenen zijn. Ga er maar even goed voor zitten, want het duurt even. Dit zijn de steden en dorpen waar een azc is: Aalden, Aerdenhout, Akersloot, Albergen, Alkmaar, Almelo, Almere, Alphen aan den Rijn, Amersfoort, Amstelveen, Amsterdam, Apeldoorn, Arnhem, Assen, Asten, Baarn, Baexem, Balk, Barendrecht, Beekbergen, Beek en Donk, Beetsterzwaag, Bergschenhoek, Berg en Dal, Berkel-Enschot, Beuningen, Biddinghuizen, Blaricum, Bleskensgraaf, Bodegraven, Borger, Boxmeer, Breda, Broekhuizen, Budel, Burgum, Cadier en Keer, Capelle aan den IJssel, De Meern, Dalfsen, Deelen, Delden, Delft, Delfzijl, Den Bosch, Denekamp, Den Haag, Den Helder, Deventer, Diessen, Diever, Dordrecht, Dongen, Drachten, Driehuis, Dronten, Drouwenermond, Druten, Duiven, Duivendrecht, Echt, Ede, Eelde, Eemnes, Egmond-Binnen, Eindhoven, Elspeet, Emmen, Enschede, Epe, Ermelo, Etten-Leur, Exloo, Farmsum, Franeker, Geldrop, Gieten, Gilze, Goes, Goirle, Gorinchem, Gouda, Goutum, Groesbeek, Groningen, Haaksbergen, Haarlem, Haastrecht, Harderwijk, Harlingen, Heemserveen, Heemstede, Heerhugowaard, Heerlen, Heiloo, Hellevoetsluis, Helmond, Hendrik-Ido-Ambacht, Hengelo, Hilversum, Holten, Hoofddorp, Hoogeveen, Kampen, Katwijk, Katwoude, Krimpen aan den IJssel, Landsmeer, Leersum, Leeuwarden, Leiden, Leiderdorp, Leidschendam, Lemelerveld, Lemiers, Leusden, Lewedorp, Liessel, Linden, Lijnden, Lochem, Loenen, Loozen, Luttelgeest, Maarssen, Maasbree, Maassluis, Maastricht, Made, Markelo, Meppel, Middelburg, Middelharnis, Musselkanaal, Naarden, Nederweert, Nietap, Nieuwegein, Nieuwerkerk aan den IJssel, Nijkerk, Nijmegen, Noorderhout, Nootdorp, Nuland, Nunspeet, Odoorn, Oegstgeest, Oirschot, Oisterwijk, Olburgen, Oosterhout, Oostrum, Oosterwolde, Opmeer, Oss, Papendrecht, Putten, Raamsdonksveer, Rekken, Ridderkerk, Rijsbergen, Rijswijk, Roden, Roermond, Rotterdam, 's-Gravendeel, Schagen, Schalkhaar, Schiedam, Schijndel, Serooskerke, Sint Annaparochie, Simpelveld, Sint-Oedenrode, Sittard, Sliedrecht, Sneek, Someren, Spier, Spijkenisse, Stein, Stellendam, Sweikhuizen, Ter Apel, Terneuzen, Tiel, Tilburg, Tynaarlo, Uden, Uithoorn, Uithuizen, Utrecht, Valkenburg, Veenendaal, Veendam, Veenhuizen, Velden, Veldhoven, Velp, Velsen-Noord, Venlo, Vianen, Vlaardingen, Vledder, Vlissingen, Voorburg, Voorschoten, Vries, Waddinxveen, Wageningen, Wassenaar, Westerhaar-Vriezenveensewijk, Wierden, Wieringerwerf, Winschoten, Winsum, Winterswijk, Woerden, Wolfheze, Wolvega, Zaandam, Zandvoort, Zeewolde, Zeist, Zevenaar, Zevenbergen, Zoetermeer, Zuidoostbeemster, Zuidwolde, Zutphen, Zwijndrecht, Zwolle.

Voorzitter. Vindt u het gek dat steeds meer mensen in Nederland vinden dat we een asielstop moeten invoeren, en dat wij niet konden accepteren dat die lijst, terwijl wij in een kabinet zaten, helaas door bleef groeien omdat die stomme dwangwet nog steeds bestond? Deze mensen verdienen ons respect. We moeten ons ervoor inzetten om deze mensen te vrijwaren van alle ellende die een azc in een dorp of stad teweegbrengt.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Ieder incident, iedere gebeurtenis die de heer Wilders opnoemt is verschrikkelijk. Dat vinden we allemaal hier in de Kamer, zonder uitzondering. Toen hij aan de lijst begon, herkende ik natuurlijk hier en daar plekken waar azc's zijn waar ik zelf geweest ben. De heer Wilders noemt de mensen die zorgen hebben, die boos zijn. Maar ik ken ook talloze Nederlanders die bij azc's als vrijwilliger werken om mensen die vluchten voor oorlog en geweld te helpen om te integreren in de Nederlandse samenleving. Ik ken talloze mensen die dag in, dag uit als vrijwilliger proberen mensen te helpen hun weg te vinden in onze samenleving, en om daar een positieve bijdrage aan te leveren. Ook dat is Nederland. Ik vind het treurig dat de heer Wilders alleen maar op de heel negatieve dingen wijst, net alsof dat heel Nederland is.

Ik vermoed dat de heer Wilders dat doet omdat hij ons wil afleiden van het feit dat hij niets geleverd heeft. De boodschappen worden duurder en niet goedkoper, het eigen risico gaat niet verdwijnen en de huren gaan met de grootste stijging in 30 jaar omhoog in plaats van dat ze verlaagd worden. De heer Wilders is bezig met een afleidingsmanoeuvre om zijn falen te camoufleren, de angsten van Nederlanders op te kloppen en een volstrekt vals beeld van ons land te geven. Ja, er zijn grote problemen, maar er zijn miljoenen Nederlanders die zich dag na dag inzetten om die problemen op te lossen.

De heer Wilders (PVV):
Dat is dus precies de reden dat we ervoor moeten zorgen dat de heer Timmermans geen premier van Nederland wordt. Uit mijn opsomming van die honderden locaties met azc's, waardoor gewoon bewezen is dat Nederland één groot azc wordt, haalt hij alleen aan dat mensen daar goed werk doen, in plaats van te zeggen: "Meneer Wilders, ik schrik hiervan. Hoe kan dat? Wat doen we daarmee? Hoe kan ik u helpen door te zorgen dat Nederland weer van de Nederlanders wordt? Hoe kan ik ervoor zorgen dat niet ieder dorp een azc heeft?" Bij u in de buurt, bij u om de hoek zal er waarschijnlijk geen azc zijn. Of wel?

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Nou, toevallig wel, in Heerlen, waar ik nu niet meer woon, maar waar ik wel gewoond heb. Bij mijn moeder om de hoek is een azc waar Heerlen nooit last van heeft, waar je Heerlenaren ook nooit over hoort en waar heel veel mensen dagdagelijks helpen als vrijwilliger om problemen aan te pakken en op te lossen.

Ik zeg er nog één ding bij. De heer Wilders is helemaal niet geïnteresseerd in oplossingen. Hij wil hele grote locaties houden zoals in Ter Apel en Budel, want dan kan hij wijzen op de grote problemen daar. Het enorme voordeel van de Spreidingswet is dat je kleine locaties hebt, waar je mensen goed in de gaten kan houden en eerder kan sturen bij problemen. Wat wij willen, is de problemen aanpakken en oplossen. Wat de heer Wilders wil, is de problemen opblazen en vergroten, zodat mensen in Nederland met angst naar elkaar kijken en bang zijn voor iemand met een keppeltje of iemand met een hoofddoek. Dat is het Nederland wat de heer Wilders graag wil. Dat is niet mijn Nederland, voorzitter.

De heer Wilders (PVV):
Laat dan alsjeblieft uw Nederland niet ook ons Nederland worden, zou ik zeggen. Nogmaals, het enige wat u doet, is nog meer mensen binnenlaten, terwijl Nederland het nu al niet aankan. Ik zei het net al: 9 miljard per jaar voor Oekraïners en asielzoekers. Ik heb u net tientallen voorbeelden genoemd van de ellende die het voor mensen meebrengt. En wat haalt u daaruit? Precies het verkeerde. Help mij, help mij! U bent zo voor het samenwerken — misschien met iedereen, behalve de PVV. Maar ik zou zeggen: als u dan een handreiking wil doen, zet u zich er dan voor in om ervoor te zorgen dat die mensen Nederland niet binnenkomen. Dat is het allerbelangrijkste.

Die mensen horen ook niet in Nederland, want — ik kom daar later in mijn betoog op terug — bijna 100% komt via onze buurlanden Nederland binnen. Onze buurlanden, Duitsland en België, zijn veilige landen, waar men asiel had kunnen aanvragen. Maar dat heeft men niet gedaan. Men is vaak door zes of zeven landen gereisd om in Nederland te komen. Maar dat zijn dus geen asielzoekers. Dat zijn migranten die door zes of zeven veilige landen reizen om in Nederland asiel aan te vragen, omdat je hier gratis zorg, zonder eigen risico, een gratis woning en gratis leefgeld, kortom alles, gratis krijgt en in heel veel andere Europese landen niet. Vecht u dus met mij voor het tegenhouden van die mensen die geen vluchteling zijn, maar die elders, in een veilig land, voordat ze in Nederland kwamen, volgens de regels asiel hadden moeten aanvragen. Dan draagt u iets bij.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
En dat pak je aan door de Europese afspraken toe te passen, zodat je aan de Europese buitengrenzen beoordeelt of mensen recht hebben op asiel of niet. Daar vind ik de PVV niet, want dat past niet in het hele verelendungsplaatje dat de PVV graag in stand wil houden. Dus ja, ik wil u graag helpen, maar dan door dat te bepalen aan de Europese buitengrenzen. De problemen in Nederland kunnen we alleen maar oplossen door de opvang kleinschalig te organiseren voor de mensen, als ze hier eenmaal zijn, zodat problemen snel kunnen worden herkend en snel kunnen worden aangepakt. Maar daar geeft u niet thuis. Het probleem moet worden aangepakt aan de Europese buitengrenzen. Help ons dat te doen. Die problemen moeten ook worden aangepakt, maar daar zegt u geen stom wordt over.

Heel veel van de overlast in Nederlandse steden en gemeenten wordt veroorzaakt door afgedankte arbeidsmigranten. Daar hoor ik u niet over. Het zou enorm veel schelen als we eens een keer zouden ingrijpen bij de goedkope arbeid die de Nederlandse economie totaal niet helpt. Stop met de slachthuizen. Stop met het uitbuiten van mensen door uitzendbureaus. Dat zou al enorm veel schelen, maar daar zegt de heer Wilders geen woord over. Pak het probleem in zijn totaliteit aan. Dan gaan we samen oplossingen verzinnen, maar ga geen oplossingen voorspiegelen waarvan de heer Wilders heel goed weet — hij is hartstikke slim — dat ze niet mogelijk zijn. Dat is zijn lijstje met tien voorstellen. Hij wist heel goed dat een aantal daarvan nooit mogelijk waren. Dat interesseert hem niet, want hij is niet geïnteresseerd in een oplossing; het probleem moet groot blijven.

De heer Wilders (PVV):
Dat is een misverstand, want het probleem moet worden opgelost. Wat Duitsland doet, kunnen wij ook doen. Duitsland heeft, met artikel 72 van het VWEU-verdrag in de hand, gelet op de openbare orde de volgende lijn. Ik vind dat wij dat nog veel meer moeten doen, dat wij de grenzen moeten bewaken en dat we daarvoor alles moeten inzetten. Duitsland heeft gezegd: als je bij ons aan de grens komt en je komt via een derde land dat veilig is, dan hebben wij de mogelijkheid om je terug te sturen en je niet binnen te laten. Nederland doet dat niet. Mijn voorstel was: doe dat. 97% van de asielzoekers in Nederland komt namelijk over land. Zij komen via een veilig land binnen. Zij horen hier gewoon niet thuis. Dan moet u niet met een idiote Spreidingswet gaan zeggen: we gaan ze over heel Nederland verspreiden. We moeten ze overal buiten de Nederlandse landsgrenzen verspreiden, want het zijn geen asielzoekers. Het zijn mensen die uit veilige landen komen.

Helaas, meneer Timmermans, helaas heeft uw oplossing voor Europa ... Ik begrijp dat u veel in Europa gelooft, maar als het gaat om asiel dan heeft Europa nog nooit iets voor elkaar gekregen, nog nooit. De mensen worden niet vastgezet. Dat is maar een heel klein percentage van de grote groep kanslozen. Je moet volgens de nieuwe Europese regels, die ergens volgend jaar zomer ingaan, ook nog zo'n groot percentage hebben om ze te mogen vastzetten. Mensen lopen niet vrijwillig in Italië, Griekenland of waar ze ergens aan land komen naar een registratiecentrum. Dat gaan ze niet doen. Ze lopen zo snel mogelijk door en ze gaan gewoon naar een land als Nederland.

Voorzitter, ten slotte. Er zijn ook nog collega's van u, meneer Timmermans, sociaaldemocraten, aan de macht, zoals in Spanje, die met de Europese regels gewoon zeggen: we gaan honderdduizenden of misschien wel een miljoen mensen legaliseren; we gaan illegalen legaliseren. Je bent dus afhankelijk van buitengrenzen die zo lek als een mandje zijn. Je bent ook afhankelijk van linkse premiers die lak aan de regels hebben. Wat zeg ik dus? Ik zeg: we moeten onze eigen grenzen bewaken en we moeten niet afhankelijk zijn van de Europese Unie en van de collega's van de heer Timmermans. We moeten onze eigen grenzen bewaken. Iedereen die over land komt, komt hier niet binnen.

De heer Timmermans (GroenLinks-PvdA):
Een klein feitje: de politieke vriendin van de heer Wilders, premier Meloni, haalt per jaar 400.000 mensen naar Italië om tekorten aan te vullen. Doe dus niet net alsof dit partijpolitiek gekleurd is. Dit wordt gewoon ingevuld vanuit het landsbelang van verschillende landen. De volgende keer mag u mevrouw Meloni als voorbeeld noemen, zeg ik tegen de heer Wilders.

De heer Jetten (D66):
Een groot deel van de vluchtelingen die nu in ons land verblijven, komt uit Oekraïne. Die zijn gevlucht voor de Russische agressie. Een half land wordt bezet. Elke dag komen mensen om het leven door bommen en drones. Het viel me de afgelopen weken op dat toen Israël Doha aanviel om Hamasleiders uit te schakelen, de heer Wilders als eerste op Twitter zijn steun voor die aanvallen uitsprak. Maar toen Poetin drones naar Polen stuurde, naar NAVO-grondgebied, met een aanval op ons Europa, bleef het muisstil. Waarom kijkt de heer Wilders altijd weg als het om onze nationale veiligheid gaat?

De heer Wilders (PVV):
Natuurlijk zijn wij tegen iedere aanval van Rusland op Oekraïne. Dat wil niet zeggen dat je daar iedere keer op hoeft te reageren. Volgens mij was het vorige week dat collega De Roon hier in de Kamer met u of uw woordvoeder een debat voerde. Hij heeft ook gezegd dat wij de Russische agressor en de idiotie van Poetin veroordelen en dat wij Oekraïne steunen.

Wij vinden het volgende ook. Ik heb daarover zelf een keer een gesprek gevoerd met de voormalige Oekraïense ambassadeur, in mijn werkkamer hier in de Tweede Kamer. Hij zei tegen mij, wat volgens mij heel terecht was: "Meneer Wilders, wij hebben onze mannen nodig. Onze mannen zitten in Nederland en ook in andere landen. Alstublieft, stuur onze mannen terug, want we hebben ze nodig." Daarbij gaat het niet alleen om in dienst gaan, wat natuurlijk voor de hand ligt, maar ze kunnen ook civiele taken uitvoeren, ondersteuning bieden, zoals met het Rode Kruis, en noem het maar op. Ze kunnen heel veel doen. Ik vind dus dat wij de Oekraïense mannen terug moeten sturen. Dan heb ik het niet over de kinderen en de mensen boven de 70, maar gewoon over mannen met een leeftijd waarop zij hun land kunnen helpen. Dat vind ik, dat vindt de ambassadeur van Oekraïne, dat vindt de Oekraïense premier, dat vindt de Oekraïense president, die ik het ook heb gevraagd toen ik hem sprak. Hij zei ook: stuur onze mannen alsjeblieft terug. Waarom hoor ik u daar nooit over, meneer Jetten?

De heer Jetten (D66):
Als je Oekraïense mannen en vrouwen wil helpen, dan moet je zorgen dat Poetin stopt met zijn oorlog. Dan moet je ervoor zorgen dat er voldoende wapens zijn om Oekraïne te verdedigen. Dan moet je extra steun geven, zodat de Oekraïners overeind kunnen blijven. En ja, het is hypocriet dat de heer Wilders muisstil is als er Russische drones naar Polen vliegen. Want als Netanyahu oorlogsmisdaden begaat, bent u de eerste. Als er een vluchteling op een fatbike iets misdoet in dit land, bent u de eerste. U bent de grootste toetsenbordridder van dit land, maar als Poetin Europa aanvalt, blijft het muisstil. Dus ik heb nogmaals de vraag — en nu niet beginnen over Oekraïense mannen — waarom kijkt u weg als het over onze nationale veiligheid gaat en het veilig houden van het NAVO-grondgebied?

De heer Wilders (PVV):
Ik stel vast dat het een onaangename vraag is voor collega Jetten, omdat hij wegdraait van een antwoord over Oekraïense mannen, over wat — zeg ik nogmaals — zijn grote vrienden van Oekraïne zelf dolgraag willen. U weigert daar antwoord op te geven, dat zegt genoeg.

Ik herhaal dat wij zonneklaar honderd procent aan de kant van Oekraïne staan, dat wij Rusland tweehonderd procent veroordelen. Dat doen we ieder debat, al jarenlang, zowel in de vorige coalitie als in het debat hier, vorige week. Wij zijn tegen alles wat de heer Poetin doet. Wij zijn voor vrede, daar. Die lijkt nog heel ver weg, overigens. De vraag is: in hoeverre en hoeveel moet je daaraan bijdragen? Dat is een legitieme vraag. In het debat vorige week waren er meerdere collega's die dezelfde vraag stelden. Dat is heel legitiem. Dus doe nu niet net alsof wij Oekraïne niet steunen, dat doen we honderd procent. Maar over de manier waarop en de mate waarin — moet je wel of niet grondtroepen sturen, hoeveel geld moet je ernaar toe sturen — is het heel legitiem om er vraagtekens bij te zetten. Daarin zijn we zowaar niet de enige in dit huis.

De heer Jetten (D66):
Ik denk dat de heer Wilders bijna anderhalf uur achter de katheder staat. Daarvan heeft hij 90% staan schreeuwen. Staan schreeuwen tegen de heer Timmermans, staan schreeuwen tegen de heer Dassen, staan schreeuwen tegen heel Nederland. Maar pas als hem wordt gevraagd naar de veiligheid van Europa, de veiligheid van Nederland, de veiligheid van het NAVO-grondgebied, krijg je een beetje een fluisterend ingestudeerd antwoordje van hem.

Het is de dubbele moraal van de heer Wilders als het gaat om internationale veiligheid. Bij oorlogsmisdaden in Gaza of op andere plekken in het Midden-Oosten staat hij toe te juichen wat Netanyahu de hele dag doet. Bij de oorlogsmisdaden van Poetin moet hij eraan herinnerd worden dat het een grote bedreiging is voor de Europese vrijheid en de Europese democratie. De Oekraïners zijn er al jarenlang voor aan het vechten. De enige manier om die oorlog te stoppen, de enige manier om ervoor te zorgen dat Oekraïense vluchtelingen véílig terug naar huis kunnen, is onvoorwaardelijk Oekraïne steunen en staan voor Europese vrijheid en democratie. De grootste toetsenbordridder van Nederland doet dat alleen maar als hem ernaar wordt gevraagd.

De heer Wilders (PVV):
Nee hoor, wij doen dat in ieder debat. Ik steun helemaal niemand onvoorwaardelijk, wat een waanzin, "onvoorwaardelijk". Je steunt het als het moet.

Maar, voorzitter. Mag ik een vraag terugstellen of in ieder geval een opmerking maken? Waar bent u met de oorlog in Nederland? Waar bent u met die 3.000 seksuele misdrijven, die in ons eigen land plaatsvinden? Waar bent u met die 21.920 mishandelingen, die in ons eigen land plaatsvinden? Waar bent u met die 10.520 bedreigingen en gevallen van stalking? Kunnen we in plaats van alleen een land als Oekraïne helpen, wat we zeker ook moeten doen, het alstublieft ook hebben over hoe we onze eigen mensen in eerste instantie veilig krijgen? Hoe we onze eigen vrouwen veilig krijgen, hoe we onze eigen kinderen veilig krijgen, hoe we onze eigen homoseksuelen veilig krijgen? Kunt u daar misschien ook aan denken, in plaats van alleen maar geobsedeerd te zijn door Oekraïne?

De heer Jetten (D66):
Ik ben begin dit jaar in Oekraïne geweest. Ik heb met eigen ogen gezien hoe leeftijdsgenoten van mij hun leven wagen om hun land veilig te houden. Kom mij dus niet aan met praatjes over Oekraïne. Kom mij niet aan met praatjes over homo's veilig houden. Want vorige week, toen u kon stemmen over een verbod op homogenezing, bleven er 37 handjes naar beneden, inclusief die van u.

En kom mij niet aan met vrouwen veilig houden in Nederland, want de afgelopen jaren was het de PVV die niet thuis gaf om vrouwen meer veiligheid te bieden, of de voorstellen nu kwamen van de VVD, GroenLinks-Partij van de Arbeid of van D66.

Als het gaat om grip krijgen, om controle krijgen op migratie, had u een jaar lang de minister. Zij heeft helemaal niks geleverd.

Dus ik herhaal nogmaals wat ik eerder vandaag zei: mooie praatjes, maar er staat bij de heer Wilders maar één iemand op één en dat is de heer Wilders zelf.

De heer Wilders (PVV):
U negeert stelselmatig alle problemen in Nederland. U doet het nu net voorkomen alsof u het er vaak over heeft. U heeft het er hier nooit over. U staat vooraan als het gaat om de Oekraïne. Dat verwijt ik u ook niet; dat mag u doen. Nogmaals, wat daar gebeurt, is een probleem. Maar altijd als het gaat om niet-westerse allochtonen, of allochtonen in zijn algemeenheid, die vrouwen en homo's aanpakken, geeft u niet thuis. Ik zou zeggen: eerst orde in eigen huis, daarna kijken naar een ander huis.

Goed, voorzitter. Dan ga ik nu praten over de islam. Ik dacht al dat dat op grote instemming kon rekenen. Nederland islamiseert in rap tempo: overal zijn hoofddoekjes, boerka's, mannen in djellaba's, gebedsruimtes en gebedskleedjes. Er is een totale stijging van het aantal islamitische scholen. We merken dat ook in het straatbeeld: er zijn straten, wijken, steden waar je je niet meer in Nederland waant, maar in een of ander Arabisch land of in een of andere Arabische stad. Nederlanders die uit een geïslamiseerde wijk kunnen verhuizen, doen dat, maar heel veel mensen kunnen dat niet en zijn gewoon totaal de klos. Hun Nederland bestaat niet meer. Ze voelen zich er niet meer thuis. Ook zij worden voor racist uitgemaakt als ze er wat van zeggen.

Voorzitter. Veel Nederlanders willen hun eigen Nederland terug, en de PVV neemt het voor deze mensen op. Nederland is Nederland. Wij zijn geen islamitisch land en dat mogen wij ook nooit worden, want de islam hoort niet bij Nederland. Ik zei het al eerder: het is geen vijf voor twaalf, maar inmiddels half een. Uit cijfers van het Amerikaanse Pew Research van enkele maanden geleden blijkt dat de islam de snelst groeiende religie wereldwijd is. Volgens Jan Latten, voormalig onderzoeker van het CBS en demograaf, zal Nederland, bij aanhoudende migratie en bij een bevolkingsomvang van 20 miljoen, rond 2050 3 tot 4 miljoen inwoners hebben die de islam aanhangen.

Voorzitter. Ik heb nog meer nieuws. In Nederland is islam onder jongeren tot 25 jaar nu al de grootste religie — nu al. Veel mensen weten dat niet. Uit recent onderzoek, dat dr. Jan van de Beek op verzoek van de PVV deed, blijkt dat het een reëel scenario is, geen prognose, maar een reëel scenario, dat de islam al over zo'n 25 jaar, rond 2050, de grootste religie van Nederland is. Ik herhaal: in 2050 is de islam de grootste religie in Nederland. En dan zijn moslims dus de grootste groep gelovigen, groter dan de groep christenen of welke andere religieuze denominaties Nederland dan ook kent. Dat betekent dat als we niets doen, als we de immigratie en de asielinstroom niet fors beperken, het een reëel scenario is dat ieder kind dat nu geboren wordt, op zijn 25ste in een Nederland woont waar islam de grootste religie is. Dat is een verschrikkelijk vooruitzicht. De grootste groep mensen in ons land blijft weliswaar de groep ongelovigen, met meer dan 50%. Het is niet zo dat de meeste mensen moslim zijn; de grootste groep blijft de groep ongelovigen. Maar het feit dat de islam de grootste religie is en de meeste aanhangers heeft, zal enorme gevolgen hebben voor Nederland.

Ik vraag de mensen: wilt u in een Nederland wonen waar de islam de grootste religie is? Wilt u dat uw kinderen dadelijk in een land leven waar de islam de grootste religie is? Wilt u dat ze, als ze volwassen zijn, in zo'n land leven, waar aspecten van de sharia vaker zullen worden toegepast, waar vrouwen meer dan nu massaal worden onderdrukt, waar homoseksuelen nog minder een leven hebben, waar antisemitisme vaker zal voorkomen, waar het dragen van keppeltjes en kruisjes onacceptabel is, waar misschien zelfs de islamitische feestdagen de christelijke hebben verdrongen, waar vrouwen nog veel meer dan nu worden belaagd en belasterd? Wilt u dat ze leven in een land waar nog meer islamitische scholen — nu al zijn niet christelijke of openbare scholen de snelst groeiende groep scholen, maar de islamitische scholen — als paddenstoelen uit de grond schieten? Wilt u dat ze leven in een land waar ook het aantal radicalen — iedere groep heeft namelijk een bepaald percentage radicalen — en jihadisten zal groeien, met de kans op aanslagen? Wilt u dat ze leven in een land waar "Mohammed" de meest populaire naam wordt? Nu al is dat zo in onze drie grote steden. Wilt u dat ze leven in een land waar kritiek op de islam — daar heb ik zelf ervaring mee — nog meer dan nu tot geweld en doodsbedreigingen leidt? Als u denkt dat het nu al erg is, zeg ik tegen de mensen thuis, maak uw borst dan maar nat. Want over 25 jaar kan in dit reële scenario het Nederland van weleer ophouden te bestaan. Ook daarom worden de verkiezingen op 29 oktober de belangrijkste ooit. Het gaat niet alleen om het Nederland van nu, maar over de toekomst van onze kinderen, het voortbestaan van ons land, onze waarden en onze vrijheid, van ons Nederland. Ik vind dat we daar wat aan moeten durven doen.

Tegelijkertijd zijn hier hele volksstammen binnengehaald die onze verzorgingsstaat leegvreten. In 2023, twee jaar geleden, was 65% van alle bijstandsontvangers niet-westers allochtoon. De meerderheid van de mensen in de bijstand in Nederland is al anderhalf jaar niet-westers allochtoon. Dat alles moet nu stoppen. Genoeg is genoeg! We gaan het wat de PVV betreft nu anders doen — radicaal anders! We voeren dus meteen een totale asielstop in.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Ik ga even iets terug in het betoog van collega Wilders. Hij stelt op zich fundamentele vragen. Wat voor land wil je zijn? Welke religies zie je daarin voor je? Hoe komt een land tot bloei? Laat helder zijn dat ik van harte geloof dat het het allermooist is om een levend christendom te hebben in je land. Daar knappen we allemaal van op: een stukje zorgzaamheid, een stukje respect, weinig geschreeuw, wél omzien naar elkaar, en ook rechtvaardigheid. Maar in het betoog van collega Wilders schetst hij vooral de islam als zorg en als angst. Voor een gedeelte van de religie herken ik dat, ook als ik de omstandigheden zie waarin de heer Wilders verkeert, ook als ik zie wat er in het Midden-Oosten gebeurt met de vrijheid van vrouwen, om maar wat te noemen. Dat snap ik dus. Tegelijkertijd geloof ik van harte dat bomen in ons land alleen levende bomen blijven doordat ze geworteld zijn. Als je dat toepast op onze cultuur ... Als wij zeggen dat we onze christelijk-joodse waarden belangrijk vinden ... Dat is iets wat je niet kunt zien zonder die wortels. Hoe ziet collega Wilders dat? Want eerlijk gezegd hoor ik hem alleen vertellen welke godsdienst niet deugt. Maar als een samenleving ontworteld is, zal er altijd een nieuw vacuüm ontstaan.

De heer Wilders (PVV):
Ja, daar heeft de collega helemaal gelijk in. Nederland seculariseert verder. Het aantal gelovigen neemt af. Je ziet ook, en dat is een van de redenen — niet alleen — dat de islam enorm groeit, in de hele wereld maar ook in Nederland, dat het aantal christenen, het aantal katholieken en protestanten ... Het aantal katholieken daalt meer dan het aantal protestanten. Protestanten blijven ook in het scenario van dr. Van de Beek nog relatief stabiel, maar het aantal katholieken daalt redelijk excessief. Het is ook afhankelijk van hoe dat gaat natuurlijk. Nogmaals, dat is geen voorspelling van dr. Van de Beek maar een scenario, een reëel scenario. Daar is het enorm van invloed op, net als hoe wij omgaan met migratie daarop van invloed is. De groei van de bevolking in Nederland komt immers vooral — dat weten we allemaal al langer — door migratie en die migratie komt weer vooral door alles wat te maken heeft met asiel, nareis, gezinsvorming en gezinshereniging. Een groot deel daarvan is niet-westers en is islamitisch. Ik denk dat de islam niet bij Nederland hoort, zoals ik net al zei. U noemde het zelf ook al: als je kijkt naar ieder land in de wereld waar de islam de dominante religie is, dan zie je dat één ding een constante is, namelijk een totaal gebrek aan vrijheid, geen middenklasse, vaak geen onafhankelijke rechterlijke macht, geen parlement dat een leider naar huis kan sturen, geen vrijheid voor journalisten, abominabele omstandigheden voor vrouwen. Homo's mogen blij zijn als ze nog leven als ze erachter komen dat iemand homo is. Het zijn vaak verschrikkelijke samenlevingen en ik wil die samenleving niet in Nederland hebben.

We weten ook ... Ik noemde al die asielplekken, tien jaar geleden. Tien jaar geleden heb ik ook een onderzoek gememoreerd van professor Koopmans, dat hij had gedaan voor de Universiteit van Amsterdam. Daaruit bleek toen al dat moslims in Nederland — een van de weinige onderzoeken die toen gedaan zijn onder de moslimbevolking — ten aanzien van joden, christenen en homoseksuelen en ten aanzien van seculiere wetten versus religieuze wetten totaal losgezongen waren van onze normen en waarden en meer voor religieuze regels waren, voor de sharia, dan voor seculiere wetten, dat ze geen vrienden met joden wilden worden, over ongelovigen en christenen verschrikkelijk dachten. Dat zal nu niet veranderd zijn. Althans, ik heb de onderzoeken niet gezien dat dit veranderd is. Ik zie dat het in alle landen waar ze dominant zijn, fout gaat. Ik wil dus voorkomen dat Nederland islamiseert, want ons land ... Islam — wie zeg ik het? — is geen christendom. We moeten dus voorkomen dat het hier groeit en groter wordt.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Toch een reflectie hierop. Ik geloof vanuit de grond van mijn hart dat het geweldig is om te geloven, om iets heiligs te hebben om je tegenover te verantwoorden zelfs, ook als je terugblikt op je leven: "Waarom doe ik al deze dingen?". Het leven is een geschenk van God en daarom leef ik als christenpoliticus en doe ik dit werk zo. Het is juist mijn zorg dat we in Nederland religie te veel wegduwen en als gevaar zien, terwijl al onze joods-christelijke waarden juist voortkomen uit mensen die vanuit die diepe overtuiging zijn opgestaan. Hoe komen we aan de woningbouwverenigingen? Het waren simpelweg de dominees en de pastoors die de armoede zagen en de schouders eronder zetten ... En de socialisten; zeker, meneer Timmermans. We hebben heel goed samengewerkt, wat dat betreft.

Ja, het is toch mooi dat er meteen een reflectie ontstaat. Hoe komen we juist ook aan stevige, normerende wetten omdat we de macht van verslaving zien? Ook daar sloegen verschillende partijen de handen ineen, maar voor mij altijd geworteld in dat geloof. Op het moment dat we één religie, de islam, wegzetten als verkeerd maar het niet hebben over wat voor land we willen zijn, hebben we nog steeds geen oplossing voor dat goede samenleven. Mijn vraag aan collega Wilders is daarom tweeledig. Het antwoord mag kort zijn. Ik zie onder jongeren, juist ook in de katholieke kerk, juist ook in de protestantse kerk, een nieuwe opleving. Jongeren zeggen: ja, wij willen wél geworteld leven. Ik ben daar dankbaar voor en ik denk dat dat ons land goed doet. Deelt hij dat?

De heer Wilders (PVV):
Zeker.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Goed te horen. Twee. Die godsdienstvrijheid die wij hier kennen: zullen wij die gewoon eens gruwelijk goed gaan handhaven, dat als jij de ander die godsdienstvrijheid niet gunt, we jou daarop aanspreken? Volgens mij zou dat ons land veel rijker maken, veel onderscheidender dan wanneer we ons andersom gaan gedragen en religies gaan bashen, net zoals dat inderdaad in het Midden-Oosten gebeurt, waar je als christen niet vrij over straat kunt gaan. Zullen we die godsdienstvrijheid samen eens gaan bewaken in plaats van die van één groep te bashen?

De heer Wilders (PVV):
Nee, ik wil af van de islam in Nederland. Dus het laatste ben ik gewoon hartgrondig met u oneens. Hoewel ikzelf agnost ben, ben ik wel opgegroeid in een christelijke traditie, dus ik heb veel sympathie voor de normen en de waarden en de liefde die uit veel christelijkheid komt. Maar ik ken ook de haat en het geweld en de zwarte kant, eigenlijk de enige kant … Nogmaals, ik heb het niet over moslims. Er zijn hele vriendelijke en aardige moslims die ook goed integreren. Ik heb het nu over de ideologie, de religie, die levensgevaarlijk is. Nogmaals, de islam hoort niet bij Nederland. U kent zelf beter dan ik de tweerijkenleer van Augustinus en de Verlichting. Dat zijn allemaal zaken die niet in de islam hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden, in tegenstelling tot het christendom. Het idee dat dat zal integreren is een illusie. Ik vind dus dat de islam een groot gevaar is voor Nederland en dat we op alle mogelijke manieren … De meerderheid van Nederland vindt dat ook. Nogmaals, ook dat heb ik laten onderzoeken; ik heb het net genoemd. Een meerderheid van de Nederlanders, namelijk zo'n 60%, vindt dat de islam niet bij Nederland hoort. Ik sluit me daar volmondig bij aan.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):
Afsluitend. Mijn pleidooi is absoluut om waar onze rechtsstaat en die vrijheid van geweten verstikt worden, ons daartegen teweer te stellen. Mijn pleidooi is absoluut, en dat is de vrijheid van religie, om ertegen op te staan wanneer iemand zich niet kan bekeren tot een ander geloof. Maar doe dat niet door één religie nu weg te drukken, maar doe dat door uit te gaan van de kracht van waar je zelf in gelooft. Ik geloof van harte in Jezus. Dat is mijn redder. Daar ga ik voor. Daarvan denk ik: dat is het belangrijkste. Iemand anders hier zal het ook anders zien, en dat mag. Maar zullen we dat gesprek met elkaar voeren? Want als we dat meest heilige kunnen bewaren en als we daarover kunnen spreken in plaats van dat we het bashen, dan knapt ons land daarvan op. Dat geloof ik heilig.

De heer Wilders (PVV):
De collega weet dat ik veel respect voor haar en haar geloof heb, maar dat heb ik niet voor de islam. U geeft zelf net, denk ik, het goede voorbeeld. In iedere religie, behalve de islam, is het — dat vinden mensen misschien niet leuk — geoorloofd wanneer je de religie verlaat. Wanneer je christen bent en je zegt "nou, ik wil toch niet meer geloven" of "ik wil joods worden", of andersom, dan wordt dat toegestaan. Bij de islam staat daar de doodstraf op. Op het moment dat je door onvrijheid niet vrij bent om ergens toe te behoren of om dat te verlaten, is het geen religie meer, maar een ideologie. Dan lijkt het inderdaad op bijvoorbeeld het communisme van weleer. In veel communistische landen was het zo dat als je niet tot de Communistische Partij behoorde of als je die wilde verlaten, je ergens in de goelag eindigde. Zo is het ook met de islam. In de islam staat op afvalligheid de doodstraf. Dat is niet zo bij het christendom, dat is niet zo bij het jodendom, dat is niet zo bij boeddhisme. Dus precies het voorbeeld dat u zelf aanhaalt, is voor mij een bewijs dat, hoe mooi het christendom is en kan zijn, dit zeker niet zo is bij de islam. Ik houd ze allebei apart. Nogmaals, het christendom koester ik, en zeker de normen en waarden die eraan vastzitten, maar niet de islam.

De heer Van Hijum (NSC):
De heer Wilders brengt nu het punt aan de orde over de spanning die in de samenleving kan ontstaan door verschillen in de waarden die verschillende culturen en religies met zich meebrengen. Ik ga niet ontkennen dat die spanning er is. Maar hij zegt ook: ik wil dat type land niet worden. Alleen, Nederland is een democratische rechtsstaat. We kennen in Nederland een scheiding van Kerk en Staat. We kennen wetten die bedreiging, haatzaaien en belediging strafbaar stellen en die opkomen voor mensen wanneer rechten worden aangetast. Laat ik ook hier zeggen dat ik de omstandigheden waarin de heer Wilders zijn werk moet doen en de intolerantie die uitgaat van bepaalde groepen, verafschuw. Omdat het uiteindelijk om een heel fundamenteel punt gaat hoe je tegen de samenleving en de rechtstaat aankijkt — deze discussies hebben wij ook rond de formatie nadrukkelijk gevoerd — zou ik hem willen vragen of hij nog steeds staat achter het punt waarop we in de coalitie waren uitgekomen, namelijk: "Uitvloeisel van het gestelde onder 1 is dat alle godsdiensten in Nederland, zoals bijvoorbeeld Christendom en Islam, vallen onder de vrijheid van godsdienst, zoals geborgd in artikel 6 van de Grondwet, luidende 'Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.' Die vrijheid brengt ook met zich mee dat religiekritiek, bijvoorbeeld kritiek op Islam en Christendom, vrij staat aan personen en organisaties." Ik vraag dat omdat wij nu voor verkiezingen staan. De heer Wilders zegt: ik wil straks weer gaan samenwerken met andere organisaties en andere partijen. Dan is het wel goed om te weten of deze fundamentele stelling nog steeds ondersteund wordt door de heer Wilders.

De heer Wilders (PVV):
Nou, weet u, ik wil geen vrijheid geven aan ideologieën die onze vrijheid om zeep helpen. Ik wil geen vrijheid geven aan ideologieën die niet alleen niet van vrijheid houden, maar die ook niet van afvalligen houden en die willen vermoorden. Ik wil geen vrijheid geven aan mensen en ideologieën die vinden dat homo's minderwaardig zijn en van hoge daken moeten worden gegooid. Ik wil geen vrijheid geven aan een ideologie die zegt dat vrouwen minderwaardig zijn, besneden moeten worden of weet ik wat dan ook. Ik wil dat allemaal niet. Nederland is niet zo'n land. Als je dat wil, ga dan lekker naar Saoedi-Arabië, Syrië of weet ik waar dan ook. Ga je gang. Maar doe dat niet hier in Nederland. Wij zijn van oorsprong een land met een humanistische, christelijk-joodse traditie. Dat is niet voor niets. Daar hoort de islam niet bij. Wij gaan anders met elkaar om dan hoe ze in die landen met elkaar omgaan. Ik kan in antwoord op uw vraag niet anders dan zeggen dat ik de islam per saldo, om de redenen die ik net aan de collega van de ChristenUnie gaf, meer als een ideologie zie. Je mag de islam niet verlaten. Dat heeft niets met het geloof te maken. Dat is strengheid: "Je bent hier. Je blijft hier. Anders maken we je dood." Dat is wat de islam is. Dat is voor mij meer een ideologie dan een religie.

De heer Van Hijum (NSC):
De heer Wilders verbindt dat nadrukkelijk iedere keer aan wat hij niet wil. Ik heb helemaal niet gezegd dat ik dat wel wil. Sterker nog, ik denk dat we vanuit de waarden waar we hier in Nederland voor staan, zullen moeten waarborgen dat die praktijken en omstandigheden zich niet voordoen. Natuurlijk accepteren we niet dat homo's hier worden gediscrimineerd en op straat worden lastiggevallen. Wie zegt dat we dat moeten doen? Sterker nog, daar moeten we met elkaar voor gaan staan. Maar is het dan niet beter om je die waarden eigen te maken en veel meer aandacht te besteden aan inburgering, burgerschap en wat we vandaag de dag van de Nederlanders vragen, dan je voortdurend af te zetten tegen en af en toe een karikatuur te maken van een religie, terwijl de vrijheid van religie ook een kernwaarde is van de Nederlandse samenleving?

De heer Wilders (PVV):
Nee. Ik zou me als het hierom gaat meer willen richten op uitburgering dan op inburgering. Ik zie er helemaal niets in om te proberen iets te laten integreren wat zich niet laat integreren. De islam laat zich niet integreren. Mensen kunnen integreren, ja, zeker. Iedereen kan integreren. Er zijn — gelukkig maar — een hele hoop moslims in Nederland die goed integreren en volwaardig lid zijn van onze samenleving. Maar de ideologie, de islam, is levensgevaarlijk en moeten we zo snel mogelijk proberen uit dit land weg te krijgen.

De voorzitter:
Een korte mededeling tussendoor: na de heer Wilders ga ik één uur schorsen voor de lunch.

De heer Wilders (PVV):
Is het dan al weekend, voorzitter?

De voorzitter:
Nee, en ook nog geen reces. Het woord is aan de heer Dassen.

De heer Dassen (Volt):
De heer Wilders doet hier net alsof hij opkomt voor de lhbti-gemeenschap, maar ondertussen is de heer Wilders een van de grootste vrienden van Viktor Orbán. Viktor Orbán is actief bezig met lhbti-vrije zones, probeert de pride te verbieden, probeert mensen met gezichtsherkenning te registeren, om ze later op te pakken, en is in zijn land bezig om deze hele groep tot minderheidsgroep te verklaren en te zorgen dat ze eigenlijk geen recht meer hebben om te zijn wie ze willen zijn en te houden van wie ze willen houden. Is het dan niet heel cynisch dat de heer Wilders hier doet alsof hij wil opkomen voor de lhtbi-gemeenschap, terwijl hij tegelijkertijd continu zijn steun uitspreekt voor Viktor Orbán, die precies die groepen aan het onderdrukken is?

De heer Wilders (PVV):
Daar zit geen millimeter licht tussen.

De heer Dassen (Volt):
Kan de heer Wilders dan vertellen dat zijn jaarlijkse evenement, het CPAC, waar hij staat te spreken tussen antisemieten en homohaters, de steun is die de lhbti-gemeenschap van hem kan verwachten? Is dat de steun of komt hij alleen op voor de lhbti-gemeenschap op het moment dat hij die kan gebruiken als stok om mensen met een andere culturele afkomst mee te slaan?

De heer Wilders (PVV):
Nee. Ik neem het altijd op voor die gemeenschap. Als ik ergens spreek — ik spreek overal op de wereld, van Australië tot Amerika tot waar dan ook — ga ik echt niet kijken wat iedereen zegt en wat zij in het verleden hebben gezegd. Zo werkt het niet in de internationale politiek. Als u later een grote jongen wordt, zult u dat ook meemaken. Zo werkt het niet. Ik ben zeker voor die gemeenschap. Ik vind het ook prima dat er een gaypride is. Ik zou hem zelf nooit verbieden. Wat een onzin. Als mensen daarin mee willen lopen … Ik kijk weleens en denk dan: nou, nou. Maar van mij mogen ze. We leven in een vrij land. Ik zou hem niet verbieden. Als ik naar Hongarije ga om daar te spreken, wil dat niet zeggen dat ik het met alles eens ben wat in dat land gebeurt. Wat krijgen we nou? Als u op vakantie gaat naar — weet ik veel? — Ivoorkust of waar u normaal ook heen gaat, bent u het ook niet met alles eens wat daar gebeurt, neem ik aan. Dit is een flauwe interruptie die nergens op slaat.

De heer Dassen (Volt):
Onbegrijpelijk.

De heer Wilders (PVV):
Zal ik het nog een keer uitleggen?

De heer Dassen (Volt):
De heer Wilders, die hier stoere praatjes staat te houden, ziet toch ook wat er in dat land gebeurt, dat zijn vriend Viktor Orbán bezig is met het beknotten van de lhbti-gemeenschap? Ik ben daar ook geweest. Ik heb daar meegelopen in die pride. Ik heb daar met heel veel Hongaren gesproken die allemaal zeiden: de angst voor de onderdrukking door Viktor Orbán is hier enorm. Het zijn continu precies de vriendjes van Wilders — of het nou in de Verenigde Staten is, in Hongarije of in Duitsland — die willen dat vrouwen weer achter het aanrecht gaan staan, die willen dat de homo's "genezen" worden. Daar is de heer Wilders ook een voorstander van. Zij zijn het die willen dat zij eigenlijk niet meer op bepaalde plekken mogen komen. Dus kom hier niet schijnheilig doen, alsof u opkomt voor de lhbti-gemeenschap. U komt alleen maar op voor de lhbti-gemeenschap op het moment dat u dat als een stok kunt gebruiken om anderen mee te slaan.

De heer Wilders (PVV):
Nee, voorzitter. Ik heb gezegd wat ik net heb gezegd. Ik heb daar dus niet zo veel aan toe te voegen.

Voorzitter. Ik zei het net al: we moeten tot een asielstop komen. Een aantal dingen die ik van plan was nog te gaan zeggen, kan ik overslaan, want de meeste mensen komen uit veilige landen. Bijna 100% reist naar Nederland door nadat ze al heel veel veilige landen hebben aangedaan, vanwege onze verzorgingsstaat, vanwege de gratis zorg, huizen, uitkeringen en noem maar op. Dat willen we niet meer. Ik heb ook al gezegd dat we Syriërs willen terugsturen. Ik heb ook al gezegd dat we Oekraïense mannen willen terugsturen; dat is nota bene een verzoek van de Oekraïense regering zelf. Als we dat allemaal doen, kunnen we eindelijk weer een keer azc's gaan sluiten.

We willen ook criminelen harder straffen. Je zou zeggen "wie wil dat niet?", maar toch: zowel asielzoekers als mensen met een dubbele nationaliteit die een crimineel misdrijf plegen — een misdrijf is natuurlijk altijd crimineel — zouden wat ons betreft het land uit moeten. Wij willen daar het Europees Verdrag inzake nationaliteit voor opzeggen, want dat staat dit nu in de weg. Het mag nu vaak niet. Dat verdrag kan je volgens mij met een briefje opzeggen.

We willen in ieder geval morgen de islamitische scholen verbieden en sluiten. Ik zei het net al. Die zijn mij echt een doorn in het oog. Ik vind het onvoorstelbaar dat dat nog niet is gebeurd. Als je wil dat jonge moslimjongens en -meisjes opgroeien tot volwaardige burgers in je samenleving, dat zij vrienden en vriendinnen krijgen, dat zij naar school kunnen gaan en een baan kunnen vinden, dan moet je ze niet laten opgroeien met haat tegen alles wat onze manier van leven is, maar dan moet je ze daarvan vrijwaren. Dus, alsjeblieft. Laat ik dan één vraag stellen aan het kabinet. Ik weet dat ik de minister-president had beloofd geen vragen te stellen, maar, als dat mag, toch één vraag: regel het. Probeer het te regelen. Ik hoor hem zeggen: dat is geen vraag. Oké. Wilt u het regelen? Ik ken het antwoord wel, maar ik wil die discussie op gang brengen. Hoe je ook over de islam denkt: islamitische scholen zijn voor de integratie van jonge kinderen gewoon echt niet goed. Dat is gewoon niet goed. Ze komen op achterstand te staan. Zou het kabinet daarover in ieder geval een idee, een notitie of weet ik wat dan ook, kunnen produceren in de paar weken die het nog heeft?

Voorzitter. Ik denk dat ons land, Nederland, voor veel mensen ondanks de goede koopkrachtcijfers toch onbetaalbaar is geworden. Iedereen weet dat het leven hier heel duur is geworden. Ik zou een lans willen breken voor de boodschappen. Misschien nog een vraag aan het kabinet. De inflatie daalt; dat heeft de minister van Financiën goed uitgelegd. De koopkracht stijgt, weliswaar door de loonontwikkeling, maar ook een beetje doordat de verlaging van de accijns op benzine, gelukkig, met een jaar wordt verlengd. Maar hoewel de inflatie daalt en de koopkracht stijgt, zijn de boodschappen voor heel veel mensen toch heel duur en kunnen zij die vaak niet betalen. En dan heb ik het niet alleen over de mensen die naar de voedselbank gaan, maar ook over gewone gezinnen, over mensen die werken en een modaal inkomen hebben. Ook zij kunnen die vaak niet meer doen. Ik zou aan u willen vragen of u daar wat aan kan doen. Het Rode Kruis in Nederland zegt dat 450.000 mensen in voedselnood leven, dat ruim een derde van de huishoudens, bij elkaar miljoenen mensen, moeite heeft met het betalen van de boodschappen — misschien blijkt uit de nieuwste cijfers van het kabinet dat dit iets is gedaald — en dat mensen zelfs massaal, als zij dat kunnen betalen, met de auto de grens overtrekken om daar boodschappen te kopen. Dus ik zou het liefst — dat is ook het voorstel in ons verkiezingsprogramma — de btw op boodschappen afschaffen. De Prijzenwet is eigenlijk bedoeld voor een situatie met een excessieve inflatie, dus die is misschien nu minder op zijn plaats. Maar zou ik aan het kabinet mogen vragen nog tijd, aandacht of een reactie te besteden aan iets wat voor heel veel mensen speelt? Dat is dat als ze met €50, als ze dat al hebben, naar de supermarkt gaan, er uiteindelijk vijf of zes producten in het mandje zitten, dus dat je het er bijna niet mee redt.

We zouden ook graag de btw op energie lager willen, net als de huren. Ik zal dat niet allemaal herhalen. Dat geldt ook voor het eigen risico. Misschien iets nieuws: wij zouden ook graag zien dat er een bonus komt voor mantelzorgers. Heel veel helden nemen, zonder dat het hun vak is, een deel van de verzorging van ouderen op zich. Ik denk dat zeker de ouderenzorg zonder die mantelzorgers niet meer zou bestaan. Zij verdienen veel respect. Er zijn al eerder in dat kader in de Kamer, ook door de collega van de ChristenUnie, initiatieven genomen, waarvoor ik veel waardering heb. Maar zouden we niet uiteindelijk toch voor die mantelzorgers wat extra's kunnen doen? Ik denk dan aan iets van een financiële bonus, extra aftrekposten of een lagere ib, weet ik wat. Ik ben geen specialist. Zou de minister-president, de minister van Zorg of de minister van Financiën daarnaar kunnen kijken?

Dus wij zijn voor maatregelen die het leven wat makkelijker maken, die het wat betaalbaarder maken en, wat ik al zei, die ervoor zorgen dat we in Nederland het leven voor heel veel mensen net iets makkelijker maken dan nu het geval is.

De heer Dijk (SP):
Dan begrijp ik toch iets niet. De heer Wilders heeft helemaal gelijk. Boodschappen doen is voor mensen een crime. De prijzen zijn enorm gestegen. Een derde van de mensen heeft inderdaad moeite met het betalen van de boodschappen. Maar ik interrumpeerde u net ook al: het was uw minister Beljaarts die de opdracht kreeg van deze Kamer om via de Prijzenwet ervoor te zorgen dat die boodschappenprijs naar beneden zou gaan. Dan vraag ik me toch af: waarom is dat niet gebeurd? Of weet u het antwoord gewoon niet op de vraag waarom het niet gebeurd is?

De heer Wilders (PVV):
Ik weet niet waarom dit niet is gebeurd, nee. Dat geef ik eerlijk toe. Maar ik vind wel dat de kosten van de boodschappen omlaag moeten en dat het voor mensen onbetaalbaar is. Ik ken dat voorbeeld van de heer Beljaarts niet. Mogelijk had daar wat anders moeten gebeuren. Maar het gaat ook bijvoorbeeld over etikettering op boodschappen. In andere landen is een fles cola, maar ook een kilo kipfilet, vele malen goedkoper, maar omdat er een bepaald etiket op staat dat niet in het Nederlands is, mogen ondernemers en inkopers dat niet kopen uit die landen. Ik ben niet de eerste. Er zijn ook andere partijen in de Kamer die daar oplossingen voor hebben gegeven. Ook daar kan je iets aan doen zonder dat je de btw verlaagt. Mijn voorstel is nu: wij zouden het liefst de btw naar 0% brengen, niet voor alle boodschappen, maar voor de belangrijkste voedingsmiddelen. Dat hebben enkele Europese landen ook gedaan. Als je dat doet, dan kom je al een heel eind. Ik denk dat wij samen de mening delen dat echt heel veel mensen daarmee geholpen zouden zijn.

De heer Dijk (SP):
Ik vind het goed dat de heer Wilders zegt dat hij niet weet waarom dit niet uitgevoerd is. Dan kan ik daar gewoon een debat over voeren. Er is namelijk al een hele lange tijd een grote meerderheid in deze Tweede Kamer die wil dat wordt ingegrepen op de boodschappenprijzen. Mijn oproep aan u zou zijn: laten we dat alstublieft nu doen. Laten we dat nu doen. Er is al langere tijd een tweederdemeerderheid. Ja, dat zal inderdaad veranderen als er verkiezingen komen. Dat is allemaal hartstikke leuk. Daar kunnen mensen echt niet op gaan wachten, dus ik kijk ook naar andere partijen. Laten we dat nu doen. Laten we nu het kabinet dwingen om ook eerdere voorstellen die zijn aangenomen uit te voeren. Laten we daar nu met voorstellen voor komen. Ik denk aan een lagere btw op boodschappen, het reguleren van die prijzen en inderdaad de etikettering. Op dat laatste punt wordt al wel iets gedaan door het kabinet. Maar laten we dat nu doen, want die mensen zitten daar echt op te wachten.