Motie : Motie van het lid Van der Laan over onderzoeken in welke mate administratieve verplichtingen voor cliënten in negatieve zin bijdragen aan hun rechtspositie
35 667 Wijziging van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten teneinde de uitvoering te vereenvoudigen en technische onvolkomenheden en omissies te herstellen
Nr. 31
MOTIE VAN HET LID VAN DER LAAN
Voorgesteld 27 mei 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er binnen de Wet verplichte ggz in totaal ruim twintig momenten
kunnen zijn waarop patiënten schriftelijk geïnformeerd worden;
constaterende dat de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd in december 2020 aangaf
dat de vele brieven en administratieve lasten voor cliënten gevolgen hebben voor hun
rechtspositie;
verzoekt de regering, bij de evaluatie van de Wet verplichte ggz te onderzoeken in
welke mate administratieve verplichtingen voor cliënten, inclusief de hoeveelheid
correspondentie, in negatieve zin bijdragen aan hun rechtspositie,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Laan
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.M.P. van der Laan, Tweede Kamerlid