Schriftelijke vragen : Het ABF-rapport Woningmarktverkenning 2025–2040
Vragen van het lid Welzijn (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over het ABF-rapport Woningmarktverkenning 2025–2040 (ingezonden 31 oktober 2025).
Vraag 1
            
Herkent u dat ABF Research in het rapport van 2024–2039 adviseert op 64 procent betaalbaar
               en in 2025–2040 op 60 procent betaalbaar?
            
Vraag 2
            
Hoe verklaart u deze verschillen gezien de stagnerende woningbouw?1
Vraag 3
            
Wat zijn volgens u de hoofdoorzaken van de daling in het aandeel betaalbare koop (– 3
               procentpunt, middenscenario)?
            
Vraag 4
            
Erkent u dat ABF Research in het rapport van 2025–2040 expliciet stelt dat de financiële
               haalbaarheid van betaalbare koop een probleem is («in de praktijk moeilijker») en
               dat dit mede de lagere behoefte in het bouwprogramma voedt?
            
Vraag 5
            
Hoe verhoudt dit zich tot uw kabinetsdoel van twee-derde betaalbaar bouwen?
Vraag 6
            
Hoe verhoudt dit zich tot de woonwens van aspirant-kopers?
Vraag 7
            
Vindt u het ook opvallend dat het rapport stelt dat problemen in de realisatie van
               een wens leiden tot een andere woonwens?
            
Vraag 8
            
Kan de conclusie ook zijn dat problemen in de realisatie dus beter weggenomen moeten
               worden zodat mensen hun oorspronkelijke woonwens kunnen realiseren?
            
Vraag 9
            
Wat gaat u eraan doen om ervoor te zorgen dat mensen in Nederland die een betaalbare
               koopwoning zoeken hun woonwens kunnen realiseren?
            
Vraag 10
            
Kunt u precies toelichten hoe in de onderzoeksmethode ervoor gezorgd wordt dat beschikbaarheids-
               en betaalbaarheidsbeperkingen niet verward worden met voorkeuren?
            
Vraag 11
            
Klopt het dat ABF Research aangeeft dat een andere betaalbare koopgrens (bijvoorbeeld
               400.000 euro in plaats van 390.000 euro) de gemeten koopvraag in dat segment met bijna
               10 procent zou verhogen?
            
Vraag 12
            
Welke gevoeligheidsanalyses zijn uitgevoerd om dit grenseffect te mitigeren?
Vraag 13
            
Hoe voorkomt u dat door het wijzigen van vraagstelling en parameters sprake kan zijn
               van politieke doelredenatie?
            
Vraag 14
            
Is het nieuw dat ABF Research een niet-gerealiseerde koopwens (door rente, prijs of
               financierbaarheid) interpreteert als een lagere voorkeur voor koop?
            
Vraag 15
            
Heeft ABF Research dat in eerdere jaren ook zo gedaan, of is dit een methodologische
               wijziging?
            
Vraag 16
            
Worden respondenten expliciet gevraagd naar hun ideale keuze versus hun budget- of
               marktconforme keuze? Waarom wel of niet?
            
Vraag 17
            
Wie formuleert de onderzoeksvragen voor de ABF-Woningmarktverkenning: het ministerie,
               ABF Research, of gezamenlijk?
            
Vraag 18
            
Wilt u de opdrachtbrieven en voorwaarden van 2023, 2024 en 2025 aan de Kamer doen
               toekomen?
            
Vraag 19
            
Kunt u uitsluiten dat de opdrachtformulering, parameters of scenario’s politiek-normatief
               zijn gestuurd richting meer particuliere huur en minder betaalbare koop?
            
Vraag 20
            
Welke waarborgen bestaan er om wetenschappelijke onafhankelijkheid te borgen?
Vraag 21
            
Welke definitie van «betaalbare koop» hanteert u momenteel, en bent u bereid de grens
               te herijken (bijvoorbeeld 400.000 euro in plaats van 390.000 euro) om het grenseffect
               te mitigeren? Waarom wel of niet?
            
Vraag 22
            
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Indieners
- 
              
                  Gericht aan
 M.C.G. Keijzer, minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
- 
              
                  Indiener
 Merlien Welzijn, Kamerlid
 
          