Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Dassen en Koekkoek over het bericht ‘Ministerie ‘trekt steun in’ voor wereldwijd klimaatcentrum in Rotterdam’
Vragen van de leden Dassen en Koekkoek (beiden Volt) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het bericht «Ministerie «trekt steun in» voor wereldwijd klimaatcentrum in Rotterdam» (ingezonden 26 september 2025).
Antwoord van Staatssecretaris De Vries (Buitenlandse Zaken), mede namens de Minister
van Infrastructuur en Waterstaat (ontvangen 21 oktober 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Ministerie «trekt steun in» voor wereldwijd klimaatcentrum
in Rotterdam»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de Nederlandse overheid de financiële steun aan het Global Centre on
Adaptation (GCA) in Rotterdam beëindigt? Zo ja, welke overwegingen lagen ten grondslag
aan dit besluit?
Antwoord 2
De financiering aan het GCA vanuit de Rijksoverheid betreft uitsluitend projectfinanciering.
Het huidige project dat door het Ministerie van Buitenlandse Zaken wordt gefinancierd
loopt in lijn met het gesloten contract op 31 mei 2026 af. Het wordt dus niet vroegtijdig
beëindigd of stop gezet. GCA is eerder dit jaar op de hoogte gesteld van de einddatum
van deze financiering. Het GCA kan opnieuw een subsidieverzoek indienen. De financiering
vanuit het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) was bedoeld om de stichting
GCA op te zetten. Deze financiering liep in 2024 af.
Vraag 3
Hoe verhoudt dit besluit zich tot de jarenlange inspanningen van het kabinet om het
GCA juist in Nederland te vestigen?
Antwoord 3
Vanzelfsprekend zou het jammer zijn als het hoofdkantoor van GCA zou verhuizen. Maar
het GCA is een onafhankelijke stichting en besluit hier zelf over.
Vraag 4
Hoe beoordeelt u de kritiek van voormalig VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon dat Nederland
hiermee zijn internationale voortrekkersrol op het gebied van onderzoek naar klimaatadaptatie
verliest?
Antwoord 4
De voormalig VN secretaris-generaal Ban Ki-Moon is een belangrijk voorvechter van
de inzet op klimaatadaptatie en hij is nauw betrokken bij het centrum. Het staat hem
vrij om stevig te pleiten voor behoud van het centrum in Rotterdam. Nederland blijft
een internationale voortrekker op het gebied van klimaatadaptatie door de kennis en
kunde die op dit terrein beschikbaar is. Ook is Nederland een belangrijke financier
van adaptatie. Zestig procent van de Nederlandse klimaatfinanciering betreft adaptatie.
Vraag 5
Kunt u toelichten wat u bedoelt met het «nieuwe beleid» rond klimaatfinanciering en
waarom dit zou betekenen dat financiering van het GCA «niet langer logisch» is?
Antwoord 5
In de Beleidsbrief Ontwikkelingshulp die de Kamer op 20 februari jongstleden is toegegaan,
is aangekondigd dat we de beschikbare klimaatfinanciering zullen focussen op de grote
klimaatfondsen zoals het Green Climate Fund en geen regionale klimaatfondsen meer zullen ondersteunen. Dit betreft onder andere
het Africa Adaptation Acceleration Program waar GCA technisch ondersteuning aan geeft. Doorgaan met technische ondersteuning
is niet logisch als het fonds zelf niet meer wordt ondersteund door Nederland.
Vraag 6
Klopt het dat Noorwegen, Canada en Denemarken bereid zijn hun steun te vergroten en
dat het GCA nu overweegt Rotterdam te verlaten als Nederland zich terugtrekt? Hoe
weegt u de mogelijke vertrekplannen van het centrum uit Nederland?
Antwoord 6
De genoemde donoren Noorwegen, Canada en Denemarken hebben een eigen relatie met het
GCA. Nederland heeft geen zicht op de voorziene financiering vanuit deze donoren.
We hebben kennisgenomen van de afwegingen van het GCA omtrent de vestiging in Rotterdam.
Zoals aangegeven zou Nederland het jammer vinden als het GCA besluit te vertrekken,
maar als zelfstandige stichting besluiten zij hier zelf over.
Vraag 7 en 8
Welke gevolgen kan het vertrek van het GCA hebben voor de Nederlandse kennisinstellingen
en bedrijven (zoals Deltares, TU Delft en Wageningen Universiteit) die samenwerken
met het centrum?
Hoe schat u de economische impact in van een mogelijk vertrek, gezien de verwachte
miljardeninvesteringen wereldwijd in klimaatadaptatieprojecten en de expertise die
Nederland daarin kan leveren?
Antwoord 7 en 8
De stichting GCA heeft wereldwijd een omzet van 21,7 miljoen EUR dus de directe economische
impact is beperkt. Het GCA houdt zich niet bezig met implementatie en projecten in
Nederland. Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen zijn wereldwijd actief op het
gebied van klimaatadaptatie en water. Betrokkenheid van Nederlandse partijen bij klimaatadaptatie
wereldwijd verandert niet.
Vraag 9
Hoe past dit besluit bij de internationale afspraken en toezeggingen van Nederland
op het gebied van klimaatadaptatie en ontwikkelingssamenwerking, met name richting
kwetsbare landen?
Antwoord 9
Deze afspraken en toezeggingen blijven ongewijzigd. Nederland blijft een internationale
voortrekker op het gebied van klimaatadaptatie. In 2024 was 60% van de Nederlandse
publieke klimaatfinanciering gericht op adaptatie. Hierbij ligt de nadruk op de minst
ontwikkelde landen. Nederland houdt zich aan het Parijs akkoord en aan de Glasgow
wens om financiering van klimaatadaptatie te verdubbelen in de periode van 2019 tot
2025.
Vraag 10
Bent u bereid het besluit om de steun in te trekken te heroverwegen, mede gezien de
reputatieschade die Nederland internationaal kan oplopen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Nee. Zie eerdere antwoorden. Er is geen sprake van het intrekken van steun.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
R. Tieman, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.