Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag schriftelijk overleg over de Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 27-28 oktober 2025 (Kamerstuk 21501-32-1730)
2025D44564 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur hebben
de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister
en Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur over de geannoteerde
agenda voor de Landbouw- en Visserijraad van 27–28 oktober 2025 (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1730).
De voorzitter van de commissie,
Aardema
De (wnd.) griffier van de commissie,
Van den Brule-Holtjer
Inhoudsopgave
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
II
Antwoord / Reactie van de Minister en Staatssecretaris voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid
en Natuur
III
Volledige agenda
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de
Landbouw- en Visserijraad van 27 en 28 oktober 2025 en richten hun inbreng op het
onderdeel visserij.
ICES-adviezen en vangstmogelijkheden
De leden van de VVD-fractie vragen of de Staatssecretaris kan toelichten hoe hij binnen
de Europese onderhandelingen inzet op maatwerk bij de uitwerking van de International
Council for the Exploration of the Sea (ICES)-adviezen, zodat verschillen tussen subbestanden
en visgronden beter tot uitdrukking komen. In het bijzonder vragen deze leden hoe
wordt omgegaan met de situatie bij Noordzeekabeljauw, waar één subbestand feitelijk
bepalend is voor het totale beheerbesluit. Is het volgens de Staatssecretaris wenselijk
om binnen ICES of in Europese Unie (EU)-verband te bevorderen dat subbestanden afzonderlijk
kunnen worden beoordeeld en beheerd en zo ja, welke ruimte ziet hij daarvoor?
De leden van de VVD-fractie vragen daarnaast hoe in de tussenliggende periode wordt
geborgd dat ondernemers in de visserijsector kunnen blijven investeren en plannen
kunnen maken. Ook vragen deze leden hoe het staat met de voortgang van het eerder
aangekondigde traject om vangstadviezen meerjarig vast te stellen, zodat er meer stabiliteit
en voorspelbaarheid ontstaat voor de sector.
ICCAT
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de onderwerpen die in het kader
van The International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas (ICCAT) aan
de orde komen en benadrukken dat proportionaliteit en wetenschappelijke onderbouwing
leidend dienen te blijven bij eventuele besluitvorming.
De leden van de VVD-fractie merken tot slot op dat vereenvoudiging en werkbaarheid
van visserijregelgeving voor deze leden een blijvend aandachtspunt is en dat dit onderwerp
opnieuw zal worden ingebracht zodra het in een volgende Raad is geagendeerd.
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
De leden van de BBB-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de geannoteerde
agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 27 en 28 oktober 2025. Deze leden hebben
daarover nog enkele op- en aanmerkingen.
De leden van de BBB-fractie steunen dat er wordt gesproken over het voor boeren eenvoudiger
en aantrekkelijker maken om mee te doen aan de groene transitie binnen het nieuwe
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Deze leden vragen de Minister echter wat de
groene transitie inhoudt. Is dit op basis van vrijwilligheid? Geldt dat er een soort
stip op de horizon is waar alle boeren in Europa naartoe aan het werken zijn? Naar
welk soort landbouw is Europa in transitie?
De leden van de BBB-fractie lezen dat er ook zal worden gesproken over het behoud
van een gelijk speelveld. Deze leden vragen of de Minister bereid is om tijdens de
Raad opnieuw de zorgen van Nederland in te brengen als het gaat over MERCOSUR en het
onderwerp gelijk speelveld?
De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van het standpunt over de ICCAT-jaarvergadering.
Deze leden steunen de Nederlandse opstelling, evenals de inzet met betrekking tot
de vaststelling van de vangstmogelijkheden in de Oostzee.
De leden van de BBB-fractie maken zich zorgen over de vangstadviezen voor makreel,
in het bijzonder over de opstelling van de zogenoemde derde landen: het Verenigd Koninkrijk,
de Faeröer en Noorwegen. Deze landen houden zich niet aan het wetenschappelijke advies
van ICES, waardoor Nederlandse vissers onevenredig worden geraakt. Deze leden verzoeken
de Staatssecretaris zich krachtig in te zetten richting deze landen, opdat zij zich
aan de afgesproken, wetenschappelijk verantwoorde quota houden, en zo nodig sanctiemaatregelen
te ondersteunen.
De leden van de BBB-fractie zijn verheugd dat het voor Nederland belangrijke tongbestand
met 21 procennt wordt verhoogd. Zij steunen de lijn van de Staatssecretaris om alternatieve
scenario’s te verkennen voor de kabeljauwquota, aangezien het met één van de subbestanden
niet goed gaat.
Deze leden ontvangen hierover graag nadere informatie in de vorm van een brief, waarin
wordt toegelicht hoe de opsplitsing van de bestanden is vormgegeven.
De leden van de BBB-fractie steunen de Staatssecretaris in zijn aanpak en de onderhandelingen
over het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB). Deze leden vragen hem bijzondere
aandacht te besteden aan de pelagische sector en doen een nadrukkelijk beroep op hem
om zich in te zetten voor een herziening van de Haagse preferenties.
De leden van de BBB-fractie zijn verheugd dat de subsidieregeling «Vernieuwing in
de keten visserij en aquacultuur» opnieuw is opengesteld, met een hoger budget. Deze
leden hopen dat van deze regeling ruim gebruik zal worden gemaakt en vragen of ook
de binnenvisserij hiervoor in aanmerking komt, dan wel of voor deze groep een aparte
regeling zal worden ontwikkeld.
De leden van de BBB-fractie maken zich zorgen over de moeizamer verlopende onderhandelingen
met het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en de Faeröer. Deze landen houden zich niet
aan het wetenschappelijke advies van ICES, hetgeen de onderhandelingen bemoeilijkt
en de positie van de Nederlandse vissers verder onder druk zet.
De leden van de BBB-fractie constateren dat voor blauwe wijting een verlaging van
41 procent wordt voorgesteld, als gevolg van een gemankeerde survey die onder slechte
weersomstandigheden is uitgevoerd. Hierdoor is de bestandsschatting vertekend, terwijl
het bestand zich nog boven de veilige biologische grenzen bevindt. Deze leden verwijzen
in dit verband naar het position paper van de EAPO en pleiten voor toepassing van
het stabilisatiemechanisme, waarmee de reductie zou worden beperkt tot 20 procent
(EAPO, 3 oktober 2025, «EU pelagic industry position paper on fishing opportunities
and Coastal States negotiations for pelagic stocks for 2026», https://www.eapo.com/swfiles/files/download.php?myfile=EAPO-NPWG-positi…). Deze leden vragen de Staatssecretaris om zich hiervoor hard te maken gezien de
sociaaleconomische impact.
De leden van de BBB-fractie merken op dat de pelagische vangstadviezen voor 2026 over
de gehele linie zeer negatief zijn, buiten de schuld om van de Nederlandse vissers.
Deze leden wijzen op de aanzienlijke sociaal-economische impact en vragen de Staatssecretaris
om, binnen de wetenschappelijke adviezen, te bezien welke mogelijkheden er zijn om
de gevolgen voor de sector te verzachten. Deze leden vragen de Staatssecretaris hierover
met de sector in gesprek te gaan.
De leden van de BBB-fractie wijzen erop dat binnen het ICES-advies voor Noordzeeharing
een alternatieve optie bestaat, gebaseerd op de langetermijnbeheerstrategie (LTMS),
waarmee de reductie kan worden beperkt tot 20 procent in plaats van 29,9 procent.
Deze leden verzoeken de Staatssecretaris deze optie te betrekken bij de onderhandelingen.
De leden van de BBB-fractie merken op dat enkele supermarkten, naar aanleiding van
oproepen van natuurorganisaties, hebben besloten makreel uit de schappen te halen.
Dit heeft grote gevolgen voor vissers en verwerkers, terwijl juist overbevissende
kuststaten buiten de EU verantwoordelijk zijn voor de druk op het bestand. Aangezien
het ICES-advies voor 2026 een vangst van 174.357 ton toestaat, achten deze leden deze
vangsten wetenschappelijk verantwoord en zien zij geen reden waarom makreel niet zou
mogen worden verkocht en geconsumeerd. Zij verzoeken de Staatssecretaris hierover
het gesprek aan te gaan met de betrokken supermarkten.
De leden van de BBB-fractie willen dat visserij-innovatie, en in het bijzonder de
PULS-visserij, weer op de Europese agenda wordt geplaatst. Zij benadrukken dat innovatie
binnen de sector essentieel is om zowel de ecologische als de economische duurzaamheid
van de visserij te versterken. In dat kader pleiten deze leden ervoor dat wetenschappelijk
onderzoek naar de effecten en mogelijkheden van PULS-visserij opnieuw wordt opgepakt
en op Europees niveau wordt erkend. Deze leden vragen de Staatssecretaris zich in
te zetten om dit onderwerp in Brussel opnieuw onder de aandacht te brengen en zich
daar krachtig voor uit te spreken. Daarnaast vragen zij ook om andere visserijontwikkelingen
onder de aandacht te brengen zodat deze snel geimplementeerd kunnen worden.
II Antwoord / Reactie van de Staatssecretaris
III Volledige agenda
Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad van 27–28 oktober 2025
Kamerstuk 21 501-32, nr. 1730 – Brief Minister en Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en
Natuur, F.M. Wiersma, d.d. 15 oktober 2025
Verslag informele Landbouwraad 7–9 september 2025 te Kopenhagen, Denemarken
Kamerstuk 21 501-32, nr. 1727 – Brief Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma,
d.d. 19 september 2025.
Verslag Landbouw- en Visserijraad 22–23 september 2025
Kamerstuk 21 501-32, nr. 1729 – Brief Minister en Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en
Natuur, F.M. Wiersma, d.d. 2 oktober 2025
Resultaat stemming Nitraatcomité over RENURE-voorstel
Kamerstuk 22 112, nr. 4167 – Brief Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma,
d.d. 19 september 2025
Heropenstelling subsidieregeling «Vernieuwingen in de keten van visserij en aquacultuur
Kamerstuk 29 675, nr. 236 – Brief Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, J.F.
Rummenie, d.d. 30 september 2025
SCoPAFF-vergadering gewasbeschermingsmiddelen oktober 2025
Kamerstuk 27 858, nr. 732 – Brief Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma,
d.d. 30 september 2025
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Aardema, voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur -
Mede ondertekenaar
A. van den Brule-Holtjer, griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.