Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Gabriëls en De Hoop over het bericht dat ambtenaren regels omzeilden om PFAS-grond van Schiphol weg te werken
Vragen van de leden Gabriëls en De Hoop (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Staatssecretaris en de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht dat ambtenaren regels omzeilden om PFAS-grond van Schiphol weg te werken (ingezonden 26 augustus 2025).
Antwoord van Staatssecretaris Aartsen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 15 oktober
2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2025–2026, nr. 2.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Ambtenaren «omzeilden» de regels om pfas-grond van
Schiphol weg te werken»1?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat miljoenen kilo’s zwaar vervuilde PFAS-grond van Schiphol is gebruikt
bij de Aalsmeerderbrug?
Antwoord 2
Dit klopt niet.
De gemeente Haarlemmermeer was destijds het bevoegd gezag voor bodemtaken vanuit het
Besluit bodemkwaliteit in de gemeente en de provincie vanuit de Wet bodembescherming2. De hieruit volgende taken, waaronder het toezicht, worden uitgevoerd door de Omgevingsdienst
Noordzeekanaalgebied (ODNZKG). Om die reden verwijs ik voor verdere inhoudelijke vragen
over de gang van zaken graag naar het bevoegde gezag. In overleg met de ODNZKG beantwoord
ik deze vragen zo goed mogelijk.
Uit de gegevens die aan mij zijn verstrekt door ODNZKG volgt dat de opgeslagen en
toegepaste grond valt onder de categorie licht verontreinigde grond en voldoet aan
het op dat moment geldende beleid in het betreffende gebied3, zie de tabel hieronder. Tevens zou de grond die hier is toegepast ook vallen binnen
de toepassingswaarden van de huidige landelijke richtlijn, het Handelingskader PFAS.4
Depot
Gemeten gehalte PFOS (in µg/kg droge stof (ds))
Toepassingsnorm
Gekeurd
1
0,4
Achtergrondwaarde / Altijd toepasbaar
januari 2019
2a
0,63
Achtergrondwaarde / Altijd toepasbaar
januari 2019
2b
0,1
Achtergrondwaarde / Altijd toepasbaar
januari 2019
3
1,55
Klasse Wonen/Industrie
januari 2019
4
< 0,1
Niet verontreinigd
januari 2019
5
0,45
Achtergrondwaarde / Altijd toepasbaar
januari 2019
6
2,05
Klasse Wonen/Industrie
maart 2021
7
0,27
Achtergrondwaarde / Altijd toepasbaar
februari 2017
8
0,255
Achtergrondwaarde / Altijd toepasbaar
maart 2021
Toelichting: Meetgegevens verzameld door ODNZKG voor de partijen grond
De grond is, naar wat ik heb vernomen, verplaatst naar een terrein aan de Aalsmeerderweg
in Rozenburg ten bate van de aanleg van een Hoogwaardige Openbaar Vervoerverbinding
naar Schiphol en niet naar Aalsmeerderbrug, al liggen beide plaatsen in de gemeente
Haarlemmermeer.
Vraag 3
Klopt het dat de grond daar is toegepast door dit in eerste instantie als tijdelijk
voor zes maanden toe te staan en later tijdelijk voor drie jaar, terwijl het van meet
af aan de bedoeling was om de grond daar permanent toe te passen?
Antwoord 3
Ja, dat klopt. Uit informatie van ODNZKG blijkt dat het van meet af aan de bedoeling
was om de grond permanent toe te passen. Volgens het toen geldende Besluit bodemkwaliteit
(artikel 42, lid 4) mocht de grond vooruitlopend op de definitieve toepassing tijdelijk
worden opgeslagen voor een periode van 3 jaar, mits binnen 6 maanden na opslag de
definitieve bestemming wordt gemeld.
ODNZKG geeft aan dat de grond aanvankelijk is opgeslagen op basis van de indicatieve
kwaliteit en later is onderzocht via een gerichte partijkeuring. Toen de termijn van
zes maanden afliep, is een zogenoemd gedoogverzoek voor tijdelijke opslag ingediend.
Dit bleek uiteindelijk niet nodig, omdat de opgeslagen partijen grond voldeden aan
de voorwaarden voor definitieve toepassing. Dat houdt in dat er bij toepassing geen
verslechtering van de bodem optreedt.
Tijdens de opslagperiode werden namelijk de lokaal afgeleide toepassingswaarden aangepast,
in samenhang met het inwerking treden van het tijdelijk handelingskader PFAS in 2019.5 Destijds was er nog weinig bekend over PFAS en waren de advieswaarden voor toepassen
nog in ontwikkeling. Met de nieuwe toepassingswaarden voldeden de partijen aan de
eisen, waardoor tijdelijke opslag niet langer nodig was. Na afronding van alle definitieve
partijkeuringen kon de grond daarom definitief worden toegepast conform het Besluit
bodemkwaliteit.
Vraag 4
Klopt het dat de concentratie PFAS in deze grond de normen met een factor 1500 overschrijdt?
Antwoord 4
Zie het antwoord op vraag 2 voor de gemeten concentraties PFOS. Uit de informatie
blijkt dat de gemeten concentraties voldeden aan de regelgeving van de gemeente Haarlemmermeer
in zowel 2017 als 2023 en dat ze ook vallen binnen de landelijk geldende advieswaarden
uit het Handelingskader PFAS.
Vraag 5
Komt het vaker voor dat vervuilde grond «tijdelijk» wordt verplaatst, maar in de praktijk
wordt toegepast voor een permanent project? Kunt u hier voorbeelden van geven?
Antwoord 5
Het komt regelmatig voor dat grond wordt opgeslagen in afwachting van toepassing,
of om nader onderzoek uit te voeren naar de kwaliteit. In een aantal gevallen gebeurt
dat ook op of nabij de plaats van definitief toepassen van de grond.
Vraag 6
Wat zijn de bestuurlijke en strafrechtelijke gevolgen van het op deze manier storten
van vervuilde grond? Gaat u hier actie op ondernemen?
Antwoord 6
Uit de antwoorden op vraag 2 blijkt dat er geen sprake was van zwaar vervuilde grond,
maar van toepasbare grond. Er was hier geen sprake van storting. Storten en toepassen
van grond zijn in de wet afzonderlijke begrippen waarvoor verschillende criteria gelden.
Voor een verder antwoord op deze vraag verwijs ik naar het toenmalige bevoegd gezag.
Vraag 7
Klopt het dat een ambtenaar ernstig en minder ernstig vervuilde grond administratief
heeft gemiddeld en zo gelegaliseerd? Mag dit?
Antwoord 7
Uit de informatie van ODNZKG blijkt dat alle partijen individueel voldeden aan de
«dubbele toets» voor toepassing. Deze houdt in dat de toegepaste grond niet slechter
van kwaliteit mag zijn dan de bestaande kwaliteit van de ontvangende bodem en moet
passen bij de bestaande bodemfunctie. Dat wijst erop dat er niks is gemiddeld.
Vraag 8
Bestaat door het storten van de vervuilde grond gevaar voor de volksgezondheid?
Antwoord 8
Zoals uitgelegd bij vraag 6 was hier geen sprake van storten. Om te bepalen of er
gevaar is voor de volksgezondheid, gelden als eerste indicatie de zogenoemde Indicatieve
Niveaus voor Ernstige Verontreiniging (INEV’s), vastgesteld door het RIVM. Deze waarden
zijn voor PFOS 59 µg/kg ds. De gemeten concentraties zoals vermeld bij het antwoord
op vraag 2 liggen daar ruim onder.
Vraag 9
Kunt u reflecteren op de uitspraak van dr. ir. Jonker dat de stoffen zeker zullen
uitspoelen en in het water terecht zullen komen waarmee boeren hun akkers besproeien
of in de Noordzee in de vissen die we eten?
Antwoord 9
Het is bekend dat diffuse belasting kan leiden tot uitspoeling van PFAS naar het grondwater.
Het beleid van het kabinet is daarom gericht op het zorgen dat er zo weinig mogelijk
PFAS in het milieu terechtkomt. Dat doen we door in te zetten op een bronaanpak via
een Europese restrictie op PFAS, en het beperken van emissies, bijvoorbeeld door het
herzien van lozingsvergunningen. Daarnaast ondersteunen we gemeenten en provincies,
als bevoegde overheden voor bodemsanering, financieel bij ernstige verontreinigingen
met PFAS via de SPUK bodem. Feit blijft dat deze stoffen nog lang in onze leefomgeving
zullen blijven, omdat PFAS nog lastig te verwijderen of te zuiveren zijn en een persistent
karakter hebben. Daarom bestaat het Handelingskader PFAS, dat advies geeft aan bevoegd
gezagen over hoe zorgvuldig om te gaan met grondstromen met een diffuse PFAS-belasting.
Vraag 10
Kunt u reflecteren op de uitspraak van prof. dr. Timmermans dat ambtenaren meteen
in de houding springen als Schiphol in het geding is? En dat er sprake is van een
«beleidsmonopolie»?
Antwoord 10
Dit beeld herken ik niet.
Vraag 11
Wat gaat u of de provincie doen om de grond bij de Aalsmeerderbrug weer schoon te
maken en zo te voorkomen dat de vervuiling in de voedselketen terechtkomt?
Antwoord 11
Er is door de toepassing van de grond aan de Aalsmeerderweg in Rozenburg geen verslechtering
van de bodem opgetreden, zie ook het antwoord op vraag 3. De toegepaste grond voldeed
aan de toepassingswaarden. Eventuele maatregelen zijn aan het bevoegd gezag, in dit
geval de gemeente.
Vraag 12
Kunt u deze vragen beantwoorden voor het commissiedebat Leefomgeving en Externe veiligheid
van 30 september?
Antwoord 12
Tot mijn spijt is dit niet gelukt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.A. Aartsen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.